Artikel 5 Waarde - Waardevolle bomen
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Waarde - Waardevolle bomen" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van aldaar aanwezige waardevolle bomen.
5.2 Bouwregels
Binnen de voor "Waarde - Waardevolle bomen" aangewezen gronden, dan wel binnen een afstand van 2 meter van de maximale kruinprojectie van bomen die op de kaart als Waarde - Waardevolle bomen" zijn weergegeven, mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Dit verbod geldt niet indien een omgevingsvergunning voor het kappen van de bomen onherroepelijk rechtskracht heeft verkregen.
5.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning, nadere eisen stellen ten aanzien van:
-
a. de situering van bouwwerken;
-
b. de afmetingen van bouwwerken;
-
c. de aard van de verhardingen;
-
d. de fundering van bouwwerken;
-
e. de bescherming van de boom tijdens de bouwfase.
5.4 Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
-
a. lid 5.2 indien wordt aangetoond dat door het bouwen de conditie, levensverwachting, groeiplaats en (beeld)kwaliteit van de boom niet wordt aangetast;
-
b. ten behoeve van het afwijken bij een omgevingsvergunning kunnen burgemeester en wethouders een bomen effect rapportage verlangen, waaruit blijkt dat de bouw geen onevenredige gevolgen hebben voor de levensvatbaarheid en de ruimtelijke, waardevolle of ecologische betekenis van de boom.
5.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
5.5.1 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
Het is verboden om zonder omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden op en in de voor "Waarde - Waardevolle bomen" aangewezen gronden, dan wel binnen een afstand van 2 meter van de maximale kruinprojectie van de bomen welke als "Waarde - Waardevolle
bomen" op verbeelding zijn weergegeven, de navolgende werken en/ of werkzaamheden uit te voeren:
-
a. het aanbrengen van boven- en communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
-
b. het leggen van drainagebuizen;
-
c. het aanleggen en verharden van wegen, paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
-
d. het verlagen, afgraven, ophogen en egaliseren van de bodem en/of gronden;
-
e. het wijzigen van de grondwaterstand door bevloeiing, (bron)bemaling, drainage of ander wijze;
-
f. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op andere wijze van indrijven van voorwerpen in de grond.
5.5.2 Uitzonderingen
Het in 5.5.1 gestelde verbod is niet van toepassing op:
-
a. normale onderhouds- en beheerswerkzaamheden, gericht op en noodzakelijk voor de instandhouding van het onderhavige plangebied;
-
b. werken en/of werkzaamheden, die op het tijdstip waarop het bestemmingsplan onherroepelijk van kracht is, in uitvoering zijn, mits het verrichten van deze handelingen niet de door of ernstige beschadiging of ontsiering van de boom tot (kunnen) hebben.