Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidszone industrielawaai

4.3 Hogere grenswaarden

Het wijzigen van de grens van het gezoneerde industrieterrein en daarmee de geluidcontour 50 dB(A) heeft tot gevolg dat (bedrijfs)woningen of andere geluidgevoelige objecten binnen de geluidzone van het industrielawaai komen te liggen. Deze woningen en geluidgevoelige objecten voldoen dan niet meer aan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) voor industrielawaai. Indien de geluidbelasting niet hoger is dan de maximaal toelaatbare geluidbelasting op basis van de Wet geluidhinder bestaat op grond van artikel 55 van de Wet geluidhinder de mogelijkheid tot het vaststellen van een hogere grenswaarde voor industrielawaai.

Het college van burgemeester en wethouders kunnen met in achtneming van artikel 110a van de Wgh een hogere waarde vaststellen indien het vasthouden aan de voorkeursgrenswaarden tot knelpunten zou leiden. Artikel 110a, lid 5, bepaalt dat indien maatregelen gericht op het terugbrengen van de geluidbelasting vanwege een industrieterrein onvoldoende doeltreffend zijn dan wel overwegende bezwaren ontmoet van stedenbouwkundige of financiële aard een ontheffing kan worden aangevraagd.

Er is geen nader onderzoek uitgevoerd naar maatregelen die de geluidbelasting als gevolg van industrielawaai verder kunnen reduceren. Redenen hiervoor zijn dat de meest geluidbepalende bedrijven in het verleden reeds verregaande geluidreducerende maatregelen hebben getroffen, waardoor de geluidzone nu kleiner wordt. Daar waar de geluidzone wordt verruimd, worden de woningen in principe beter beschermd tegen een te hoge geluidbelasting dan in de huidige situatie. In de huidige situatie mogen de bedrijven afzonderlijk 50 dB(A) op de gevels van de dichtstbijzijnde woningen produceren. Dit kan in de praktijk resulteren in een geluidbelasting van 58 dB(A), indien een woning door 6 afzonderlijke bedrijven wordt belast. In de nieuwe situatie wordt voor deze woningen een hogere waarde van maximaal 55 dB(A) vastgesteld.

In afbeelding 7 zijn de gebieden weergegeven met woningen die binnen de oude contour lagen en die ook nog in de nieuwe contour liggen (blauw), woningen die eerst buiten de geluidzone lagen en nu binnen de geluidzone komen te liggen (geel) en woningen die eerst binnen de geluidzone lagen en er nu buiten vallen (groen).

Afbeelding 7: Woningen in de oude en nieuwe geluidzone

Woningen binnen oude en nieuwe geluidzone

In de nieuwe geluidzone ligt een groot aantal(bedrijfs)woningen en geluidgevoelige objecten waarvoor bij de vaststelling van de geluidzone in 1991 reeds hogere grenswaarden zijn vastgesteld. Het betreft in totaal 797 woningen (blauw gebied). Voor deze woningen is destijds een hogere grenswaarde van 55 dB(A) vastgesteld.
Voor 723 woningen blijkt de geluidbelasting in de nieuwe situatie lager te zijn dan 55 dB(A). Voor 45 woningen is in de huidige en de nieuwe situatie de geluidbelasting gelijk, namelijk 55 dB(A). Voor 29 woningen neemt de geluidbelasting toe, waardoor de geluidbelasting hoger wordt dan
55 dB(A) tot een maximum van 60 dB(A).
De exacte verdeling van het aantal woningen en bijbehorende geluidbelasting is opgenomen in bijlage 3, tabel 1 van het akoestisch rapport van Buro Appel van 17 februari 2012 (Bijlage 2 Akoestisch onderzoek). Voor 752 woningen uit tabel 1 van dat rapport is een nieuwe hogere waarde vastgesteld.

Woningen binnen nieuwe geluidzone

Als gevolg van de nieuwe geluidzone komen er in totaal 787 nieuwe woningen binnen de geluidzone te liggen, die in het verleden buiten de geluidzone lagen (geel gebied). Dit betreft met name woningen aan de zuidoostzijde en ten noordwesten van het industrieterrein De Wieken.
De geluidbelasting bedraagt voor 25 woningen maximaal 55 dB(A). Voor de overige woningen is de geluidbelasting hoger dan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A), maar lager dan 55 dB(A). De exacte verdeling van het aantal woningen en bijbehorende geluidbelasting is opgenomen in bijlage 3, tabel 2 van het akoestisch rapport van Buro Appel van 17 februari 2012 (Bijlage 2 Akoestisch onderzoek). Er is voor alle woningen uit tabel 2 van dat rapport een hogere grenswaarde vastgesteld.

Woningen buiten de nieuwe geluidzone

Als gevolg van de nieuwe geluidzone komen in totaal 646 woningen buiten de geluidzone te liggen (groen gebied). Dit betreft met name woningen ten westen van het industrieterrein De Wieken.
De geluidbelasting op deze woningen was in het verleden hoger dan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A). In de nieuwe situatie is de geluidbelasting lager dan 50 dB(A). De in het verleden verleende hogere grenswaarde van 55 dB(A) komt te vervallen voor deze woningen. De exacte verdeling van het aantal woningen en bijbehorende geluidbelasting is opgenomen in bijlage 3, tabel 3 van het akoestisch rapport van Buro Appel van 17 februari 2012 (Bijlage 2 Akoestisch onderzoek) .

De procedure voor het vaststellen van hogere grenswaarden is gelijktijdig gevolgd met de bestemmingsplanprocedure.

Binnenniveaus

Indien een hogere grenswaarde wordt vastgesteld, dient de geluidwering van de woningen die een hogere waarde krijgen, zodanig te zijn dat de geluidbelasting binnen de woning bij gesloten ramen en deuren ten hoogste 35 dB(A) bedraagt (art. 111, Wgh). Bij een minimale geluidwering van 20 dB zoals mag worden aangenomen op basis van het Bouwbesluit, betekent dit dat uitsluitend voor woningen met een geluidbelasting van 56 dB(A) en hoger aanvullend gevelonderzoek noodzakelijk is.

Echter in het kader van een gevelisolatieproject wegverkeerslawaai is een aantal van deze woningen al onderzocht. De geluidspectra van weg - en industrielawaai komen redelijk overeen, zodat de geluidwering voor deze spectra vergelijkbaar kan worden verondersteld. De geluidwering van deze gevels bedraagt 25 dB(A). Dit betekent dat woningen pas voor gevelmaatregelen in aanmerking komen wanneer de geluidbelasting meer dan 60 dB(A) bedraagt. Uit het akoestisch onderzoek van Buro Appel is gebleken dat er geen woningen zijn, met een hogere geluidbelasting dan 60 dB(A). Bouwakoestisch onderzoek is dan ook niet noodzakelijk.

Cumulatie

Bij het vaststellen van een hogere waarde voor geluid moet rekening worden gehouden met eventuele cumulatie van geluidbelastingen afkomstig van verschillende bronnen (artikel 110a, lid 6, Wgh). Dit kan het geval zijn, indien een geluidgevoelige bestemming is gesitueerd binnen meerdere zones op grond van de Wgh (artikel 110f Wgh). Hierbij moet worden vastgesteld of sprake is van een relevante blootstelling aan meerdere bronnen. Dit is het geval als de voorkeurswaarde van de onderscheiden bronnen wordt overschreden.
In artikel 1.4 en bijlage I, behorende bij het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006 is aangegeven hoe de cumulatie moet worden berekend.

Het bevoegd gezag kan alleen een hogere waarde vaststellen als de gecumuleerde geluidbelasting, naar haar oordeel, niet leidt tot een onaanvaardbare geluidbelasting op gevels van geluidgevoelige bestemmingen. In welke gevallen sprake is van 'onaanvaardbare geluidbelasting' is niet aangegeven in de regelgeving.

De gecumuleerde geluidbelasting is inzichtelijk gemaakt en opgenomen in bijlage 4 van het akoestisch rapport van Buro Appel van 17 februari 2012 (Bijlage 2 Akoestisch onderzoek). Industrielawaai draagt significant bij aan de totale geluidbelasting als de bijdrage van industrielawaai meer dan 65% bedraagt. Dit percentage komt overeen met een toename van 2 dB op de totale geluidbelasting. Een toename van geluid met 2 dB is voor het menselijk gehoor niet als zodanig waarneembaar.
Uit de resultaten is gebleken dat er geen sprake is van een bijdrage van industrielawaai van meer dan 65%. De gecumuleerde geluidbelasting leidt dan ook naar ons oordeel niet tot een onaanvaardbare geluidbelasting op de gevels van geluidgevoelige bestemmingen.