17.1 	wro-zone - wijzigingsgebied
						Burgemeester en wethouders zijn ter plaatse van de aanduiding 'WRO- wijzigingsgebied' bevoegd het plan te wijzigen in de bestemming "Wonen - Aaneengebouwd". Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
						
							- 
								a. maximaal 6 aaneengebouwde woningen mogen worden gerealiseerd  in 2 rijtjes van 3 woningen;
- 
								b. de hoofdgebouwen dienen binnen de aanduiding 'WRO-wijzigingsgebied' gerealiseerd worden;
- 
								c. het aanduidingsvlak mag volledig worden bebouwd;
- 
								d. de voorgevel van het hoofdgebouw dient in de gevellijn te worden opgericht;
- 
								e. de maximale goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt 6 meter;
- 
								f. de hoofdgebouwen dienen voorzien te zijn van een kap;
- 
								g. ten behoeve van de woningen mogen buiten de  'WRO-wijzigingsgebied' achter de voorgevel bijbehorende bouwwerken worden opgericht tot en maximum van 35 m2 mits niet meer dan 50% van de oppervlakte van het bouwperceel bebouwd wordt;
- 
								h. 	voor hoekwoningen of woningen op de hoek van een woningblok geldt dat maximaal 50m² bijbehorende bouwwerken gerealiseerd mogen worden mits:
									- 
										1. 	niet meer dan 50% van de oppervlakte van het bouwperceel bebouwd wordt, 
- 
										2. de oppervlakte van aangebouwde bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan de oppervlakte van het hoofdgebouw; 
- 
										3. langs de zijkant van het hoofdgebouw (hoekwoning) een strook grond behorende tot het   bouwperceel met een breedte van minimaal 3 meter aanwezig is;
- 
										4. de oppervlakte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk niet meer dan 35 meter² bedraagt;
 
- 
								i. de goothoogte van een bijbehorend bouwwerk mag maximaal 3 meter bedragen en de bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk mag maximaal 6 meter bedragen;
- 
								j. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken binnen 3 meter afstand van de perceelsgrens mag maximaal 3,5 meter bedragen; 
- 
								k. 	de bouwhoogte van een ander bouwwerk mag voor de gevellijn maximaal 1 meter en achter de gevellijn maximaal 3 meter bedragen met dien verstande dat: 
									- 
										1. de totale gezamenlijke oppervlakte aan andere bouwwerken inclusief overkappingen maximaal 15 meter2 mag bedragen;
- 
										2. 	bebouwing de maximale bouwhoogte van een erf- en terreinafscheiding voor de gevellijn maximaal 1 meter mag bedragen en achter de gevellijn maximaal 2 meter;
- 
										3. 	de bouwhoogte van vlaggenmasten maximaal 5 meter mag bedragen;
 
- 
								l. voor de hoekwoningen in de rij geldt dat bij deze woningen op eigen terrein in de parkeerbehoefte moet worden voorzien waarbij de geldende parkeernormen in acht worden genomen.