Artikel 3 Algemene gebruiksregels
Tot een gebruik die in strijd is met de gegeven bestemming, zoals omschreven in artikel 7.10 Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
-
a. het gebruik van gronden voor de opslag van (aan het oorspronkelijk verkeer onttrokken) voer- en vaartuigen, anders dan in gebruik van de bedrijfsvoering;
-
b. het gebruik van de gronden voor opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, grond, bodemspecie en puin en voor het storten van vuil, anders dan in het kader van de bedrijfsvoering;
-
c. het gebruiken van gronden en bouwwerken voor een prostitutiebedrijf of seksinrichting.