Plan: | Buitengebied Emmen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0114.2009072-0710 |
Met het Dierenpark Emmen en het winkelcentrum De Weiert heeft Emmen twee grote trekkers in het dagrecreatief aanbod in huis. Daarnaast valt het zuidoostelijk deel van de gemeente Emmen op door de concentratie van – kleinschaligere – toeristische attractiepunten zoals het Veenpark, het Veenloopcentrum Weiteveen, het Smalspoormuseum, het hoogveenreservaat Bargerveen, het Van Gogh Huis Drenthe en de Collectie Brands. Gezamenlijk vormen deze attractiepunten het samenwerkingsverband Veenland. Deze samenwerking tussen voorzieningen leidt tot fysieke verbindingen in de vorm van wandel-, fiets etc. structuren. In dit gedeelte van de gemeente Emmen is eveneens het initiatief van het Wildlife Resort Griendtsveen gesitueerd.
Het noordoostelijke gedeelte van het gemeentelijk grondgebied kent minder toeristische activiteit. Het Geluidssportcentrum Pottendijk is een attractiepunt, dat grotendeels stand-alone opereert en een specifieke doelgroep (geluidssporten) kent. De vaarverbinding Erica – Ter Apel en de Runde vormen structuren, waarlangs de toeristische ontwikkeling van ook dit gebied verder ontwikkeld kan worden.
Aangaande de verblijfsrecreatie is de afgelopen jaren een grote slag gemaakt door de ontwikkeling van Parc Sandur-CenterParcs en Hotel Emmen van der Valk. Toch blijft Emmen in deze deelsector achter bij de omliggende gemeenten. De stad Emmen kent een behoorlijk aantal hotels. De gemeente Emmen kent circa een 30-tal, met name kleinschalige campings. De campings zijn redelijk evenredig verdeeld over de gemeente, al valt op dat er het zuidelijk gedeelte rond Schoonebeek en Nieuw Schoonebeek minder campings zijn gevestigd dan elders. Hoewel kleinschalig kamperen vaak wordt gezien als 'kamperen bij de boer' is er slechts een enkele kleinschalige camping daadwerkelijk gekoppeld aan een agrarisch bedrijf.
Het totale aantal overnachtingen in Emmen is de afgelopen jaren gestaag gegroeid van ca. 328.000 in 2003 tot een goede 378.311 in 2010. Dit is met name te danken aan relatief grootschalige ontwikkelingen als (de uitbreiding van) Parc Sandur-CenterParcs en Hotel Emmen van der Valk. Van belang is echter een divers aanbod van verblijfsmogelijkheden. De verdeling van de soorten verblijfsaccommodaties is in Emmen als volgt verdeeld: 65% van de overnachtingen is in bungalows, 25% in hotels, pensions en Logies en ontbijt, waaronder Bed & Breakfast. Slechts 10% van de bezoekers kampeert binnen de gemeente.
Het Toeristisch-recreatief ontwikkelingsplan (TROP) vormt de basis voor de gemeentelijke ambities ten aanzien van toerisme en recreatie. In het TROP worden als ruimtelijke structuur voor de toeristische ontwikkeling een aantal kernzones en structuren aangegeven; de toeristische hoofdstructuur. In december 2009 heeft de gemeenteraad een herziening vastgesteld. Dit betreft het TROP 2010-2015. De hierbij beoogde toeristische hoofdstructuur sluit aan op het beleid uit de Structuurvisie gemeente Emmen 2020, Veelzijdigheid troef. Het accent ligt op een tweetal ontwikkelingsassen; de vaarverbinding Erica – Ter Apel en de zone Emmen Centrum, Dierenpark, Parc Sandur, Wildlife Resort, Bargerveen, die stedelijk Emmen verbindt met haar landschappelijke omgeving. De vaarverbinding Erica-Ter Apel wordt momenteel aangelegd en zal in zomer 2013 in zijn geheel in gebruik worden genomen.
Rondom de vaarverbinding Erica – Ter Apel zal (toeristische) bedrijvigheid worden gestimuleerd. Veelal gaat het om kleinschalige toeristische voorzieningen, maar ook een aantal grootschalige initiatieven doet zich voor naar aanleiding van de realisatie van de vaarverbinding. Momenteel wordt een gebiedsplan opgesteld, waarin afgekaderd wordt welke ontwikkelingen langs welke gedeelten van de vaarverbinding wenselijk zijn. De gebiedsontwikkeling rondom de vaarverbinding wordt uiteindelijk gefaciliteerd door aparte postzegelplannen en WABO-vergunningen. Ten aanzien van de ontwikkelingas geldt eveneens dat aparte bestemmingsplannen zijn of worden gemaakt. Zo is bijvoorbeeld ten behoeve van het Wildlife Resort inmiddels een apart bestemmingsplan vastgesteld.
Het stimuleren van een verdere ontwikkeling van het toeristisch recreatief aanbod past binnen het gemeentelijk beleid de economische potentie van deze sector verder te ontwikkelen én benutten.
Om de intrekking van de (landelijke) Wet op de Openluchtrecreatie (WOR) per 1 januari 2008 op te vangen heeft de gemeenteraad de Kadernota kampeerbeleid gemeente Emmen in juni 2007 vastgesteld. In de Kadernota kampeerbeleid worden beleidskeuzes gemaakt voor verschillende kampeervormen, te weten: reguliere kampeerterreinen, kleinschalig kamperen, tijdelijk kamperen, natuurkampeerterreinen en vrij kamperen & kamperen voor eigen gebruik.
Voor het buitengebied zijn de reguliere kampeerterreinen en het kleinschalig kamperen relevant. Voor de overige vormen wordt verwezen naar de Kadernota.
Op 15 december 2009 is door het college van B&W de “Beleidsnota Bed & Breakfast voorzieningen” vastgesteld. Deze beleidsnota wordt gehanteerd voor de beoordeling van initiatieven tot realisering van Bed & Breakfast voorzieningen. De nota is richtinggevend voor beslissingen op concrete plannen.
Een Bed & Breakfast voorziening is een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit gericht op het bieden van kortdurend logies en ontbijt. Een Bed & Breakfast voorziening als vorm van toeristisch verblijf ondersteunt het ontwikkelen en stimuleren van kleinschalige recreatie in de regio Emmen. Tevens biedt het een aanvullende bron van inkomsten en versterkt het de lokale (plattelands)economie. Het bieden van overnachtingsmogelijkheden draagt bij aan een betere en meerdaagse benutting van aanwezige toeristische voorzieningen en vormen een aanvulling op een divers aanbod van overnachtingsmogelijkheden voor toeristen.
De impuls die uitgaat van de ontwikkelingen rondom het Dierenpark en het Wildlife Resort Griendtsveen zal duidelijk zijn, bij de ontwikkelingen rondom de vaarverbinding Erica-Ter Apel en de Runde is dit meer een indirect effect. Het gaat om structuren, die als kader kunnen dienen voor het ontplooien van economische activiteit. Van met name de vaarverbinding wordt een grote sociaal-economische spin off verwacht door het ontstaan van bedrijvigheid (met name toeristisch) langs het tracé en extra 'aanloop' in de langs het tracé gelegen dorpen.
Kleinschalig kamperen (maximaal 25 standplaatsen) is ontstaan als 'kamperen bij de boer', en roept nog steeds dergelijke associaties op. De praktijk is echter dat door de ontwikkelingen binnen de landbouwsector, de afname van het aantal agrariërs en de veranderingen in het grondgebruik in het buitengebied juist bij niet-agrariërs de behoefte aan het kunnen aanbieden van kleinschalig kamperen groeit. Wel brengt een minimale oppervlakte van 0,5 hectare van een kampeerterrein met zich mee, dat het in de praktijk veelal percelen met een agrarische of voormalige agrarische bestemming zijn, die in aanmerking komen als kleinschalig kampeerterrein. Dit sluit aan op de tendens, dat er in toenemende mate een nieuwe functie gezocht wordt voor voormalige agrarische bedrijfserven. Kleinschalig kamperen kan een goede invulling vormen voor voormalige agrarische bedrijfslocaties om de leefbaarheid en de economische vitaliteit op het platteland op peil te houden. Ook toeristisch overnachten als kleinschalige nevenactiviteit, in de vorm van Bed & Breakfast, zal naar verwachting groeien.