8.2 Bouwregels
8.2.1 Toegelaten bouwwerken
Op de gronden, bedoeld in lid 8.1, mogen de volgende bouwwerken worden gebouwd:
-
a. gebouwen ten dienste van de bestemming zoals kerken, ziekenhuizen, onderwijsinstituten en bibliotheken;
-
b. bedrijfsgebouwen ten dienste van de bestemming, en voor dienstwoningen en daarbij behorende bijgebouwen, ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning";
-
c. andere bouwwerken, zoals erf- en terreinafscheidingen en kunstobjecten.
8.2.2 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
a. de gebouwen mogen alleen worden gebouwd binnen de aangegeven bouwvlakken;
-
b. dienstwoningen en daarbij behorende bijgebouwen mogen alleen worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning";
-
c. per maatschappelijke instelling mag maximaal één dienstwoning worden gebouwd;
-
d. de bouwhoogte van een gebouw mag ten hoogste de in de aanduiding “maximale bouwhoogte (m)” aangegeven bouwhoogte bedragen;
-
e. het bebouwingspercentage van een bouwblok mag ten hoogste het in de aanduiding "maximum bebouwingspercentage" aangegeven percentage bedragen; indien er geen aanduiding "maximum bebouwingspercentage" is aangegeven bedraagt het maximum bebouwingspercentage 60%.
8.2.3 Andere bouwwerken
Voor het bouwen van andere bouwwerken geldende volgende regels:
-
a. erf- en terreinafscheidingen en pergola's mogen alleen worden gebouwd binnen de aangegeven bouwvlakken;
-
b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 1 meter zijn, maar als een erf- of terreinafscheiding achter (het verlengde van) de aan de kant van de weg gelegen gevel wordt gebouwd, mag deze maximaal 2 meter zijn;
-
c. de bouwhoogte van palen en masten mag maximaal 8 meter zijn;
-
d. de bouwhoogte van kunstobjecten mag maximaal 12 meter zijn;
-
e. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken mag maximaal 5 meter zijn.