direct naar inhoud van Regels
Plan: Correctieve en partiële (1e) herziening bestemmingsplan Buitengebied 2018
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0086.00BP1eherzieningbb-0301

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Daar waar in de regels van van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, verwezen wordt naar de Boswet moet voortaan worden gelezen de Wet Natuurbescherming.

Artikel 1 Begrippen

(Vervanging begrip van in aanhef gelijkluidend begrip)

De bepalingen uit artikel 1 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, zijn van toepassing met inbegrip van de hieronder gegeven wijzigingen en aanvullingen.

1.1 plan: (1.1)

het bestemmingsplan Correctieve en partiële (1e) herziening bestemmingsplan Buitengebied 2018 met identificatienummer NL.IMRO.0086.00BP1eherzieningbb-0301 van de gemeente Opsterland.

1.2 diepploegen (1.25A):

grondbewerking dieper dan 50 cm, waartoe wordt gerekend het vermengen, woelen en keren van (alle) lagen in het bodemprofiel.

Artikel 2 Wijze van meten

De bepalingen uit artikel 2 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, zijn van toepassing met inbegrip van de hieronder gegeven aanvulling:

2.1 de hoogte van een windturbine (2.7):

de masthoogte vanaf het peil plus de helft van de rotordiameter (tiphoogte).

2.2 uitzondering ondergeschikte bouwdelen (2.8)

bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons, balkonhekken en overstekende daken en daarmee naar aard en omvang gelijk te stellen bouwonderdelen, buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwgrenzen en -hoogten niet meer dan 1 meter bedraagt.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch (Artikel 3)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Agrarisch' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

3.1 Bestemmingsomschrijving (3.1)

(Regeling kinderdagverblijf)

Na sublid 3.1 sub e wordt een nieuw sublid f toegevoegd met de volgende tekst:

f. een kinderdagverblijf ter plaatse van de aanduiding 'kinderdagverblijf';

Het oorspronkelijke sublid 20.2.2 wordt vernummerd naar sublid 20.2.3.

3.2 Bouwregels (3.2)

(Regeling bebouwingsvrije zone)

3.2.1 Gebouwen en overkappingen ten behoeve van agrarische bedrijven (3.2.1)

Aan de tekst van sublid b wordt de volgende tekst toegevoegd:

, met dien verstande dat gebouwen en overkappingen niet worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bebouwingsvrije zone';

3.3 Afwijken van de bouwregels (3.4)

(Herstel verwijzingsfout)

In artikellid 3.4 sub n onder 1 wordt de verwijzing naar artikellid 3.6 sub k vervangen door artikellid 3.6 sub j.

Artikel 4 Bedrijf (Artikel 5)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Bedrijf' zijn de regels van artikel 5 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

(uitbreiding onbebouwd bedrijfsperceel)

4.1 Bouwregels (5.2)
4.1.1 Bouwwerken (5.2.1)

Er wordt een nieuw sublid f toegevoegd met de volgende tekst:

f. gebouwen en overkappingen mogen niet worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bebouwingsvrije zone';

Artikel 5 Bedrijf - Nutsvoorziening (Artikel 6)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Bedrijf - Nutsvoorziening' zijn de regels van artikel 6 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing .

Artikel 6 Groen (Artikel 8)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Groen' zijn de regels van artikel 8 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Artikel 7 Horeca (Artikel 9)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Horeca' zijn de regels van artikel 9 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Artikel 8 Natuur (Artikel 11)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Natuur' zijn de regels van artikel 11 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Artikel 9 Recreatie - Dagrecreatie (Artikel 12)

(regeling bestaande bedrijfswoning)

9.1 Bestemmingsomschrijving (12.1)

Na sublid a wordt een nieuw sublid b toegevoegd met de volgende tekst:

b. bestaande bedrijfswoningen;

De daarop volgende subleden worden vernummerd naar subleden c tot en met k.

9.2 Bouwregels (12.2)
9.2.1 Gebouwen en overkappingen (12.2.1)

Aan sublid a wordt de volgende tekst toegevoegd:

', met uitzondering van bestaande bedrijfswoningen'

Artikel 10 Recreatie - Recreatiewoning (Artikel 14)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Recreatie - Recreatiewoning' zijn de regels van artikel 14 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

(regeling aantal recreatiewoningen)

10.1 Bouwregels (lid 14.2)
10.1.1 Recreatiewoningen (14.2.1.)

De tekst van sublid a wordt vervangen door de volgende tekst:

'het aantal recreatiewoningen zal per bestemmingsvlak ten hoogste 1 bedragen, tenzij de gronden ter plaatse zijn voorzien van de aanduiding 'maximum aantal recreatiewoningen', in welk geval het maximum aantal het in de aanduiding aangegeven aantal recreatiewoningen mag bedragen'

Artikel 11 Recreatie - Verblijfsaccommodatie (Artikel 15)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Recreatie - Verblijfsaccommodatie' zijn de regels van artikel 15 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Artikel 12 Verkeer (Artikel 17)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Verkeer' zijn de regels van artikel 17 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

(toevoegen oplaadpunten aan verkooppunt van motorbrandstoffen zonder lpg)

12.1 Bestemmingsomschrijving (17.1)

De tekst van sublid n wordt vervangen door de volgende tekst:

'verkooppunten van motorbrandstoffen met LPG en verkooppunten van motorbrandstoffen zonder LPG al dan niet in combinatie met oplaadvoorzieningen voor elektrische motorvoertuigen en de daarbijbehorende detailhandel in weggebonden artikelen, ter plaatse van respectievelijk de aanduidingen 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' en 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg''

(uitgevoerde wijzigingsbevoegdheid / wijzigingsbevoegdheid vervallen lpg-tankstations)

12.2 Wijzigingsbevoegdheid (lid 17.5)

De tekst van lid 17.5 vervalt en wordt vervangen door de volgende tekst:

'Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de milieusituatie;
  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • de verkeersveiligheid;

het plan wijzigen in die zin dat de aanduiding 'verkooppunt van motorbrandstoffen met lpg' wordt gewijzigd in de aanduiding 'verkooppunt van motorbrandstoffen zonder lpg', alsmede de aanduidingen 'specifieke vorm van bedrijf - afleverzuil lpg', 'specifieke vorm van bedrijf - opslag lpg' en 'vulpunt lpg' worden verwijderd.'

Artikel 13 Water (Artikel 18)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Water' zijn de regels van artikel 18 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Artikel 14 Wonen (Artikel 19)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Wonen' zijn de regels van artikel 19 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

14.1 Specifieke gebruiksregels (19.5)

(Verduidelijking gebruiksregels)

Na sublid 19.5 lid f wordt een nieuw sublid g toegevoegd met de volgende tekst:

g. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor kleinschalige logiesverstrekking, met uitzondering van de gronden ter plaatse voorzien van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - logiesverstrekking';

Het oorspronkelijke sublid 19.5.g wordt vernummerd naar sublid 19.5.h.

Artikel 15 Wonen - Molen (artikel 20)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Wonen - Molen' zijn de regels van artikel 20 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

(bijgebouwenregeling toevoegen)

15.1 Bouwregels (20.2)

Na sublid 20.2.1 worden een nieuw sublid 20.2.2 toegevoegd met de volgende tekst:

15.1.1 Aan- en uitbouwen bijgebouwen en overkappingen (20.2.2)

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte aan aan-, uit- en bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 100 m², met dien verstande dat ten hoogste 50% van het achtererf mag worden bebouwd;
  • b. de goothoogte van een aan- of uitbouw, een aangebouwd bijgebouw of een aangebouwde overkapping zal ten hoogste gelijk zijn aan de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw plus 0,30 m;
  • c. de goothoogte van een vrijstaand bijgebouw of een vrijstaande overkapping zal ten hoogste 3,50 m bedragen;
  • d. indien een aan- of uitbouw, een bijgebouw of een overkapping wordt voorzien van een kap, zal de dakhelling ten hoogste de dakhelling van het hoofdgebouw bedragen;
  • e. bijgebouwen dienen binnen een afstand van 25 m van het hoofdgebouw te worden gesitueerd;
  • f. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen op ten minste 1 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw te worden gebouwd;
  • g. de afstand van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen tot de perceelsgrens mag niet minder dan 1 m bedragen, dan wel ten minste de bestaande afstand indien deze minder is.

Het oorspronkelijke sublid 20.2.2 wordt vernummerd naar sublid 20.2.3.

Na lid 20.3 wordt een nieuw lid 20.4 toegevoegd met de volgende tekst:

15.2 Afwijken van de bouwregels (20.4)

Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • het ruimtelijk beeld waarvoor de als bijlage 1 bij deze regels opgenomen landschapskaart met bijbehorende tabel 'wijze van bestemmen en beschermen van de verschillende landschapselementen' een indicatie geven;
  • de natuurlijke waarden;
  • de milieusituatie;
  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • de verkeersveiligheid;

een omgevingsvergunning verlenen ten behoeve van afwijking van het bepaald in:

  • a. lid 20.2.2 sub a tot niet meer dan 200 m² voor zover de oppervlakte van het bestemmingsvlak ten minste 1.500 m² bedraagt;
  • b. lid 20.2.2 sub a tot niet meer dan 300 m² voor zover de oppervlakte van het bestemmingsvlak ten minste 5.000 m² bedraagt;
  • c. lid 20.2.2 sub b ten behoeve van de vergroting van de goothoogte onder de voorwaarde dat dit voor een hoofdgebouw vanuit architectonische overwegingen aanvaardbaar is;
  • d. lid 20.2.2 sub e tot een afstand van niet meer dan 50 m, onder de voorwaarde dat er een aantoonbare noodzaak is om een grotere afstand te houden, zoals het hobbymatig houden van landbouwhuisdieren;
  • e. lid 20.2.2 sub f voor het bouwen op een kleinere afstand dan wel op of voor de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw;
  • f. lid 20.2.2 sub g voor het bouwen tot op de perceelsgrens.

De oorspronkelijke leden 20.3 en 20.4 worden vernummerd naar respectievelijk de leden 20.4 en 20.5.

Artikel 16 Wonen - Woonboerderij (Artikel 21)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Wonen - Woonboerderij' zijn de regels van artikel 21 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

(herstellen redactionele verschrijving)

16.1 Bestemmingsomschrijving

Vóór de tekst van sublid b wordt de volgende tekst toegevoegd:

'ter plaatse van de aanduiding'

Artikel 17 Leiding - Gas (Artikel 23)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Leiding - Gas' zijn de regels van artikel 23 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Artikel 18 Waarde - Cultuurhistorie (artikel 26)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de bestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' zijn de regels van artikel 26 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing met inbegrip van de hieronder aangegeven wijzigingen van die regels.

18.1 Afwijken van de gebruiksregels (26.3)

(Afstemmen afwijkingsregels op verbodsregels)

De aanhef van lid 26.3 wordt als volgt aangepast:


Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 26.2.1 in die zin dat gronden worden gediepploegd, geëgaliseerd, afgegraven, afgeschoven en/of opgehoogd, dan wel dat sloten en/of andere waterlopen en/of -partijen worden gedempt en/of gegraven, mits:

Hoofdstuk 3 Algemene regels

De algemene regels (hoofdstuk 3) van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, zijn van toepassing.

Artikel 19 Algemene aanduidingsregels (artikel 29)

19.1 geluidzone - industrie (lid 29.1)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de gebiedsaanduiding 'geluidzone - industrie' zijn de regels van artikel 29 lid 29.1 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

19.2 luchtvaartverkeerzone (lid 29.2)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de gebiedsaanduiding 'luchtvaartverkeerzone' zijn de regels van artikel 29 lid 29.2 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

19.3 veiligheidszone - lpg (lid 29.4)

(wijzigingsbevoegdheid vervallen lpg-tankstations)

Na sublid 29.4.5. wordt een nieuw sublid 29.4.6 toegevoegd met de volgende tekst:

19.3.1 Wijzigingsbevoegdheid (sublid 29.4.6)

'Burgemeester en Wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:

de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - lpg' wordt verwijderd, mits:

  • a. de betreffende risicovolle inrichting ter plaatse is beëindigd;
    • 1. de bijbehorende aanduidingen 'specifieke vorm van bedrijf - afleverzuil lpg', 'specifieke vorm van bedrijf - opslag lpg' en 'vulpunt lpg' worden verwijderd;
    • 2. de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' wordt verwijderd dan wel wordt gewijzigd in de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg';
  • b. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - lpg' voor een risicovolle inrichting wordt gewijzigd, mits:
    • 1. voor de risicovolle inrichting een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer is verleend of gewijzigd;
    • 2. de ligging van de zone is afgestemd op de met deze vergunning corresponderende veiligheidsafstand ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
    • 3. zich binnen de gewijzigde zone geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten bevinden.'
19.4 vrijwaringszone - molenbiotoop (lid 29.5)

(vervallen molenbiotoop)

De gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' vervalt.

19.5 veiligheidszone - gasleiding (lid 29.5)

(toevoegen veiligheidszone - gasleiding)

Ter plaatse van het oorspronkelijke lid 29.5 wordt de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - gasleiding' toegevoegd met de volgende tekst:

19.5.1 Aanduidingsomschrijving

De voor 'veiligheidszone - gasleiding' aangeduide gronden zijn mede bestemd voor het tegengaan van de bouw van risicogevoelige bouwwerken en objecten (kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten).

19.5.2 Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen mogen op of in deze gronden geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd.

19.5.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 19.5.2 in die zin dat beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd, mits:

  • a. er sprake is van een gewichtige reden;
  • b. hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.
19.5.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze gebiedsaanduiding, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van de gronden en bouwwerken als kwetsbaar of beperkt kwetsbaar object.
19.5.5 Afwijken van de gebruiksregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 19.5.4 in die zin dat de gronden en bouwwerken worden gebruikt als beperkt kwetsbaar object, mits:

  • a. er sprake is van een gewichtige reden;
  • b. hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.
19.6 vrijwaringszone - straalpad (lid 29.6)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - straalpad' zijn de regels van artikel 29 lid 29.6 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Artikel 20 Algemene wijzigingsregels (artikel 31)

Voor zover de gronden zijn voorzien van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied Koningsdiep' zijn de regels van artikel 31 lid d van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld door de gemeenteraad van Opsterland op 30 juni 2014, met identificatienummer NL.IMRO.0086.BPBuitengebied-0302, van toepassing.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 21 Overgangsrecht

21.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Burgemeester en Wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in onderlid a. met maximaal 10%
  • c. het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
21.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 22 Slotregel

Deze regels kunnen worden aangehaald onder de titel:

Regels deel uitmakende van het bestemmingsplan

Correctieve en partiële (1e) herziening bestemmingsplan Buitengebied 2018 van de gemeente Opsterland.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 8 oktober 2018.