Buitengebied 2010

Artikel 8 Horeca

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor horecabedrijven; met daarbijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouw zijnde, terreinen, parkeervoorzieningen, tuinen en erven.

8.2 Bouwregels

Op de tot Horeca bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken

ten dienste van de bestemming.

8.2.1 Hoofdgebouwen

Voor hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

• a. deze mogen uitsluitend worden gebouwd met inachtneming van het bepaalde in 28 (algemene bouwregels);
• b. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen (inclusief de oppervlakte van een bedrijfswoning en bijgebouwen bij de bedrijfswoning) mag niet meer bedragen dan:

  Marwei 128-130		810	m2
  Straatweg 40 te Follega		260	m2

• c. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 4 m;
• d. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 10 m;
• e. de dakhelling mag niet minder dan 30º en niet meer dan 60º bedragen.

8.2.2 Bedrijfswoningen

Voor bedrijfswoningen gelden in aanvulling op het bepaalde in 8.2.1 bovendien de volgende regels:

• a. per bestemmingsvlak mag niet meer dan één bedrijfswoning worden gebouwd;
• b. de inhoud van de bedrijfswoning, inclusief aanbouwen en uitbouwen, mag niet meer bedragen dan 750 m3, tenzij op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpplan een grotere inhoud aanwezig was, in welk geval die grotere inhoud als maximum geldt.

8.2.3 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouw zijnde geldt dat de bouwhoogte niet meer dan 2,50 m mag bedragen.

8.2.4 Afwijkende maatvoering

In afwijking van het bepaalde in 8.2.1 , 8.2.2 en 8.2.3 geldt dat indien een grotere maatvoering aanwezig is op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpplan, deze maatvoering als maximum mag worden gehanteerd, tenzij het betreft de minimale dakhelling, in welk geval die geringere dakhelling als minimum mag worden gehanteerd.

8.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:

• a. de milieusituatie;
• b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

8.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.2.1 onder e en toestaan dat de dakhelling wordt verlaagd, mits het bebouwingsbeeld daardoor niet onevenredig wordt aangetast.