31.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, het herstel en de uitbouw van de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende structuur en ruimtelijke kwaliteit van Jelsum, zoals beschreven in Bijlage 3 van de toelichting.
In verband met de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden dienen de volgende ruimtelijke aspecten gehandhaafd te blijven:
-
a. het open dorpsdeel met agrarisch karakter:
-
1. het open karakter en het gebruik als grasland van het noordelijk deel van de terp;
-
2. het reliëf in de vorm van de nog bestaande terp;
-
3. de voorkomende waterlopen;
-
4. het bebouwingspatroon van vrijstaande panden aan de ringweg;
-
5. het profiel van 't Paradyske en de Skierhústerwei zijnde een weg begeleid door bermen en sloten met een beperkte verhardingsbreedte;
-
6. de wegbegeleidende beplanting en erfbeplanting zoals aangegeven op de kaart "Ruimtelijke structuur" in Bijlage 2 van de toelichting;
-
7. de monumentale boerderijen rond het open gebied;
-
8. de klinkerbestrating van de Skierhústerwei.
-
b. de dorpskern:
-
1. het reliëf in de vorm van de nog bestaande terp;
-
2. het ontsluitingspatroon en de profilering van de ringweg, de brink, de kleinschalige ontsluiting richting kerk en de Adlânsdyk;
-
3. de hierop georiënteerde bebouwingsstructuur met kleinschalige hoofdzakelijk individuele en dicht opeen gebouwde panden op korte afstand van de verharding;
-
4. de opgaande beplanting op de brink, rond de kerk en op een aantal particuliere erven, zoals aangegeven als "Opgaande beplanting" op de kaart "Ruimtelijke structuur" onder "belangrijke elementen" in van de toelichting ;
-
5. de klinkerbestrating van de wegen Op 'e Terp, de Skierhústerwei en de weg naar de kerk.
-
c. Dekemastate en omgeving:
-
1. de state en het bijbehorende terrein;
-
2. de monumentale boerderij en het daarbij horende erf aan de entree van de state;
-
3. de ontsluitingsstructuur en profilering van de oprijlaan, de laan richting Finsterbuorren en het pad richting het dorp;
-
4. de beplanting gekoppeld aan de lanen en in de vorm van het bos/park bij de state zoals aangegeven zoals aangegeven op de kaart "Ruimtelijke structuur" in Bijlage 2 van de toelichting;
-
5. de bestaande structuur van waterlopen;
-
6. de open ruimte tussen de boerderij en de state en binnen het statecomplex;
-
7. het onverharde karakter van de oprijlaan, het onverharde karakter van de laan richting Finsterbuorren dan wel een eventueel te realiseren passende halfverharding of klinkerbestrating, de klinkerbestrating van het pad richting het dorp.
31.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden
31.2.1 Vergunningplicht
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen een omgevingsvergunning vereist:
-
a. het aanbrengen en verwijderen van bomen, struiken en overige opgaande beplanting;
-
b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen met een oppervlakte groter dan 75 m²;
-
c. het ophogen en/of afgraven van gronden;
-
d. het geheel of gedeeltelijk dempen van sloten en watergangen.
31.2.2 Uitzondering
Het bepaalde in lid 31.2.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden welke:
-
a. het normale onderhoud betreffen;
-
b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
31.2.3 Toetsingscriteria
De omgevingsvergunningen kunnen slechts worden verleend, indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het structurele groen en het historisch ruimtelijk karakteristiek van het gebied.
Burgemeester en Wethouders kunnen voorwaarden stellen aan de vergunning ter voorkoming van aantasting van het structurele groen en het historisch ruimtelijk karakteristiek van het gebied.