Artikel 4: Gemengd
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- gebouwen en overkappingen ten behoeve van:
- bedrijven genoemd in bijlage 2;
- maatschappelijke voorzieningen, genoemd in bijlage 3 met uitzondering van geluidsgevoelige gebouwen;
- wonen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'wonen toegestaan',
- wegen en paden;
- water;
- nutsvoorzieningen, met de daarbij behorende:
- parkeervoorzieningen;
- tuinen, erven en terreinen;
- andere bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde.
4.2 Bouwregels
4.2.1.Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:- gebouwen en overkappingen worden in een bouwvlak gebouwd
- het bebouwingspercentage per bouwvlak bedraagt ten hoogste het ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bebouwingspercentage’ aangegeven percentage dan wel 100% indien geen bebouwingspercentage is aangegeven;
- gebouwen en overkappingen mogen buiten het bouwvlak worden gebouwd, mits de gezamenlijke oppervlakte buiten het bouwvlak ten hoogste 25m² bedraagt;
- de goot- en bouwhoogte bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding ‘maximum goot- en bouwhoogte (m)’ aangegeven goot- en bouwhoogte;
- in afwijking van het bepaalde in sub d bedraagt de bouwhoogte van gebouwen en overkappingen buiten het bouwvlak ten hoogste 3,5m;
- ter plaatse van de aanduiding 'wonen' wordt per bouwperceel ten hoogste één wooneenheid gebouwd.
- de bouwhoogte van vlaggenmasten bedraagt ten hoogste 6 m;
- de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
- de bouwhoogte van overige andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 5 m.
4.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen, ten behoeve van een
- goede woonsituatie;
- de sociale veiligheid;
- de milieusituatie;
- de verkeersveiligheid;
- en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden,
4.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van:- horeca;
- detailhandel;
- een kantoor met een oppervlakte van meer dan 250m² per gebouw.
4.5. Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1. Afwijking
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:- het bepaalde in lid 4.1, sub a, onder 1, en toestaan dat tevens bedrijven worden gevestigd die niet zijn genoemd in bijlage 2 maar die naar aard en invloed op de omgeving wel daarmee zijn gelijk te stellen:
- het bepaalde in lid 4.1, sub a, onder 2, en toestaan dat tevens maatschappelijke voorzieningen worden gevestigd die niet zijn genoemd in bijlage 3 maar die naar aard en invloed op de omgeving wel daarmee zijn gelijk te stellen;
- het bepaalde in lid 4.1, sub a, onder 2 en toestaan dat tevens geluidsgevoelige gebouwen worden gevestigd;
- het bepaalde in lid 4.4 en toestaan dat wooneenheid mede worden gebruikt voor recreatieve bewoning in het kader van logiesverstrekking.
4.5.2. Afwegingskader
De in lid 4.5.1. genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, mits:- geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
- de milieusituatie;
- de woonsituatie;
- bij toepassing van de bevoegdheid in lid 4.5.1. sub c de geluidsbelasting vanwege het wegverkeer ten hoogte de voorkeursgrenswaarde dan wel de vastgestelde hogere grenswaarde bedraagt;
- de gezamenlijke oppervlakte van de ruimten die voor logiesverstrekking worden gebruikt ten hoogste 30% bedraagt van de oppervlakte van de wooneenheid met een maximum van 50m²
- geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende bedrijven
4.6 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en Wethouders kunnen, overeenkomstig de Wet ruimtelijke ordening het plan wijzigen in die zin dat de bestemming van de gronden worden gewijzigd in de bestemmingen 'Wonen-1', 'Wonen-2', 'Wonen-Lintbebouwing 2' en/of 'Wonen - Woongebouw' alsmede in combinatie daarmee de ligging en afmetingen van de bouwvlakken, mits:- na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid voor de betreffende gronden de bepalingen van de artikelen 14, 15, 16 en/of 17 van overeenkomstige toepassing zijn;
- bij wijziging in de bestemming 'wonen-woongebouw' de bouwhoogte ten hoogste 10 m bedraagt;
- de geluidsbelasting van geluidsgevoelige gebouwen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde, of een vastgestelde hogere grenswaarde;
- geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
- het straat- en bebouwingsbeeld;
- de woonsituatie;
- de milieusituatie.