Plan: | Dokkum Regiostad |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0058.BPDKRS2017-VG01 |
Kledingmakerij, zoals:
(maat)kledingmakerij en kledingverstelbedrijf
woningstoffeerderij
Kantoorfunctie ten behoeve van bedrijvigheid die elders wordt uitgeoefend, zoals:
schoonmaakbedrijf, schoorsteenveegbedrijf, glazenwasserij, maar ook ten behoeve van bijvoorbeeld een groothandelsbedrijf
Reparatiebedrijfjes, zoals:
schoen-/lederwarenreparatiebedrijf
uurwerkreparatiebedrijf
goud- en zilverwerkreparatiebedrijf
reparatie van kleine (elektrische) gebruiksgoederen
reparatie van muziekinstrumenten
In ieder geval zijn autoreparatiebedrijven uitgezonderd.
Advies- en ontwerpbureaus, zoals:
reclame ontwerp
grafisch ontwerp
architect
(Zakelijke) dienstverlening, zoals:
notaris
advocaat
accountant
assurantie-/verzekeringsbemiddeling
exploitatie en handel in onroerende zaken
ICT bedrijven
webwinkels waar de verkoop van goederen uitsluitend plaatsvindt via internet
Overige dienstverlening, zoals:
kappersbedrijf
schoonheidssalon
pedicure
Onderwijs, zoals:
autorijschool
onderwijs niet in te delen naar specificatie, mits zonder werkplaats of laboratorium
Detailhandel:
productiegebonden detailhandel
Horeca:
bed and breakfast
theetuin
1. Toepassing inpassingsplan
Bij een nieuwe ontwikkeling, een uitbreidingsplan, of het plaatsen van een nieuw gebouw of bouwwerk, dient een inpassingsplan te worden gemaakt als een regeling in dit bestemmingsplan daartoe verplicht.
2. Doel inpassingsplan
Bij het inpassingsplan dient de inpassing in de omgeving centraal te staan: er moet rekening worden gehouden met landschappelijk en cultuurhistorisch waardevolle elementen, structuren en de bebouwde en onbebouwde omgeving.
3. Inhoud inpassingsplan
De volgende onderdelen maken deel uit van het inpassingsplan:
4. Regels lichthinder:
5. Realisering inpassingsplan
De maatregelen uit het inpassingsplan moeten binnen één jaar na de start van het (bouw)plan gerealiseerd zijn.
6. Toetsing inpassingsplan
Burgemeester en wethouders bepalen of de onder 3. genoemde inhoud van het inpassingsplan in voldoende mate voldoet aan het onder 2. genoemde doel.
Activiteit | Specifieke criteria bij toepassing van de afwijking in artikel 3 lid 3.6.2,. |
verkoop en ambachtelijke bewerking en verwerking van eigen en streekeigen producten | Het gaat hier om producten als jam, sap, zuivel, wijn, ijs, brood e.d. gemaakt van de agrarische producten geteeld in de nabije omgeving. Het mag niet gaan om grootschalige productie. Detailhandel is in beperkte mate mogelijk. De producten moeten een relatie hebben met het landelijk gebied. De bedrijfsvloeroppervlakte voor de bewerking en verwerking mag maximaal 500 m² bedragen, waarbinnen de verkoopvloeroppervlakte ten behoeve van de detailhandel maximaal 120 m² mag bedragen. |
Zorgfunctie | Het moet gaan om de vestiging van een kleinschalige maatschappelijke zorgfunctie. |
Agrarische dienstverlenende bedrijvigheid en gebruiksgerichte paardenhouderijen | Er moet een relatie zijn met het bijbehorende agrarisch bedrijf. Er mag maximaal 20% van het bouwperceel worden gebruikt ten behoeve van de ondergeschikte tak of deeltijdfunctie. |
(Boom)kwekerijactiviteiten, inclusief containerteelt, visteelt, wormenteelt en naar de aard daarmee gelijk te stellen vormen van intensieve teelten | Er moet een relatie zijn met het bijbehorende agrarisch bedrijf. Er mag ten hoogste 2.500 m² ten behoeve van de ondergeschikte tak of deeltijdfunctie worden gebruikt. |
Niet-agrarische bedrijvigheid als bedoeld in bijlage 1 onder de categorieën 1 en 2, niet zijnde geluidszoneringsplichtige inrichtingen, risicovolle inrichten en/of voorwerkbedrijven | De bedrijvigheid mag, met uitzondering van de opslagruimtes, geen grotere bedrijfsvloeroppervlakte hebben dan 500 m². Er mag geen opslag van goederen buiten de gebouwen plaatshebben. |
Opslag en stalling van niet-agrarische producten, caravans en boten | Het moet bij de opslag van niet-agrarische producten gaan om een opslag die een relatie heeft met het buitengebied. De opslag is alleen toegestaan op percelen die gelegen zijn aan een doorgaande weg. De opslag is niet toegestaan buiten de gebouwen. |
Appartementen voor recreatieve bewoning en boerderijlogement | De ruimten voor logies worden in de bestaande gebouwen ondergebracht, waarbij gebruik wordt gemaakt van een bestaande entree. Permanente bewoning van de ruimten is niet toegestaan. De oppervlakte van het permanente woongedeelte van de bedrijfswoning, inclusief aan- en uitbouwen, mag niet minder bedragen dan 100 m². De oppervlakte van een logiesruimte mag ten hoogste 50 m² bedragen. De gezamenlijke oppervlakte van de logiesruimten per bouwperceel mag ten hoogste 200 m² bedragen. Het gezamenlijk aantal slaapplaatsen van alle ruimten mag ten hoogste 12 bedragen. In de ruimten mogen geen keukenblokken worden aangebracht. De activiteit moet uitgeoefend worden door in ieder geval één van de bewoners van de bedrijfswoning. Het parkeren moet op eigen erf plaatsvinden. |
Logies met ontbijt (bed & breakfast) | De logiesverstrekking vindt plaats binnen de bestaande bedrijfswoning dan wel het bestaande voormalige boerderijpand. Er wordt uitgegaan van een bestaande entree (deur). Er zullen maximaal zes kamers ten behoeve van de logiesverstrekking ingericht worden. Er zullen geen keukenblokken in de kamers worden gemaakt. Het parkeren moet op eigen erf plaatsvinden. |
Koffie- en theeschenkerij | De schenkerij moet binnen de bestaande bebouwing gevestigd worden. Ten behoeve van de theeschenkerij mag een klein buitenterras worden aangelegd. De bedrijfsvloeroppervlakte ten behoeve van de theeschenkerij mag maximaal 50 m² bedragen. |
Boerengolf | Ten behoeve van het boerengolf dienen alle voorzieningen, met uitzondering van de golfbaan zelf, op het bouwperceel ondergebracht te worden. Op het bouwperceel moet voldoende parkeergelegenheid aanwezig zijn. Het boerengolf moet nadrukkelijk aan de natuurlijke waarden worden getoetst, wat mogelijk ertoe kan leiden dat het boerengolf gedurende bepaalde perioden van het jaar in bepaalde gebieden niet mag worden uitgeoefend vanwege aanwezige natuurlijke waarden. Het algemeen belang van de natuurwaarden wordt een zwaarder gewicht toegekend dan het individuele belang van de agrariër die boerengolf als neventak aan het bedrijf toevoegt. |