direct naar inhoud van 3.5 Gemeentelijk beleid
Plan: Bestemmingsplan Slochteren-Schildwolde
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0040.bp00018-61oh

3.5 Gemeentelijk beleid

3.5.1 Woonplan

Het Woonplan 2010-2020 van de gemeente Slochteren vormt de gemeentelijke visie op het wonen (volkshuisvesting). De gemeenteraad heeft het huidige woonplan in 2011 vastgesteld. Het vaststellen van een woonplan is tegenwoordig (vanuit Rijk en/of provincie) niet meer verplicht, maar als gemeente Slochteren vinden wij het wenselijk om een woonplan te hebben. Het Woonplan 2010-2020 wordt door ons gebruikt om een goede afweging te kunnen maken voor wat betreft de locatie van een beoogde ontwikkeling, het aantal nieuw te bouwen woningen, de doelgroepen waarvoor gebouwd wordt en het tempo waarin dit bouwen zou moeten plaatsvinden.

In het woonplan is voor de periode 2010-2020 vastgelegd op welke locaties binnen de gemeente nieuwe woningen worden gebouwd. Ook staat in een woonplan aangegeven bij welke bestaande woningen herstructurering of transformatie kan plaatsvinden. Dus welke woningen bijvoorbeeld worden gesloopt en opnieuw worden opgebouwd om te kunnen voldoen aan de huidige normen en eisen voor nieuwe doelgroepen. Naast deze kwantitatieve bouwopgave zijn in het woonplan ook de gewenste woonkwaliteiten opgenomen. Hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan duurzaam bouwen en de leefbaarheid. Dit wordt ook wel de kwalitatieve bouwopgave genoemd.

Deze volkshuisvestelijke keuzes worden mede op basis van de toekomstverwachtingen gemaakt. De prognoses over de demografische factoren (o.a. leeftijd) zijn hierbij erg belangrijk. Daarnaast zijn er reeds een aantal visies vastgesteld die van invloed zijn op het wonen binnen de gemeente Slochteren. Zo is de toekomstvisie 2020 vastgesteld waarin naar voren komt dat er in beginsel alleen in de drie hoofdkernen wordt gebouwd (Harkstede, Slochteren en Siddeburen). Buiten deze hoofdkernen is incidentele woningbouw uitsluitend nog onder bepaalde voorwaarden mogelijk. Voor een deel van de kernen zijn inmiddels al gebiedsvisies vastgesteld waarin nieuwe bouwlocaties zijn beschreven.

3.5.2 Welstandsnota

De gemeentelijke Welstandsnota (vastgesteld in 2010) tracht op een heldere en klantvriendelijke manier de welstandseisen duidelijk maken voor aanvragers van een omgevingsvergunning, de architect/aannemer, de aanwonenden en de welstandscommissie. Het is voor alle partijen vooraf duidelijk aan welke criteria een bouwwerk zal moeten voldoen. Bouwplannen die niet voldoen aan redelijke eisen van welstand, zullen zo worden geweerd. Het doel van de Welstandsnota is een bijdrage te leveren aan het behouden van en daar waar nodig het versterken van de schoonheid en aantrekkelijkheid van de gemeente Slochteren. De nota maakt deel uit van het integrale ruimtelijke kwaliteitsbeleid en zal daarom worden afgestemd op de bestemmingsplannen. De welstandstoetsing zal in principe het bestemmingsplan als vertrekpunt moeten nemen.

Welstand kan daarbinnen een nadere invullende werking hebben voor de plaats en de omvang van gebouwen en bouwwerken. Van belang daarbij is of een in het bestemmingsplan aanwezige vrijheid specifiek die vrijheid ten doel heeft gehad of dat die vrijheid eerder is voortgekomen uit andere oogmerken. Als de vrijheid op zich geen doel van de regeling is geweest, is het aanvaardbaar deze bij de welstandstoetsing nader in te vullen. Dit zal echter alleen aan de orde kunnen zijn als daartoe voldoende rechtvaardiging bestaat in de vorm van (dreigend) ernstig beeldbederf.

De Welstandsnota 2010 is grotendeels gebaseerd op de Welstandsnota uit 2004, alleen op onderdelen zijn aanpassingen aangebracht ter verduidelijking. Als nieuwe elementen zijn objectgerichte criteria voor agrarische (karakteristieke) bebouwing opgenomen.

3.5.3 Toekomstvisie het Land van Slochteren

Op 29 mei 2008 heeft de gemeenteraad de Toekomstvisie vastgesteld. Hierin is de stip op de horizon gezet hoe Slochteren er in 2020 uit zou moeten zien. Deze stip is uitgewerkt in drie thema's:

  • Meedoen en Voorzieningen;
  • Wonen en Werken;
  • Recreatie en Buitengebied.

Kernbegrippen uit de Toekomstvisie zijn:

  • 1. rechten en plichten, eigen verantwoordelijkheid van inwoners, maatschappelijk middenveld, ondernemers, partners en overheid;
  • 2. verantwoordelijk voor henzelf, maar ook voor de gemeenschap: gezamenlijkheid. Samen staan we sterk;
  • 3. verschil mag er zijn: differentiatie in voorzieningen, qua (buiten)gebied en in woonmilieus. Door te differentiëren kunnen we als gemeente ruimte bieden om de eigen verantwoordelijkheid te nemen;
  • 4. diversiteit in eigenheid (identiteit): het karakteristieke van de dorpen en de mensen is een groot goed, dat behouden en versterkt moet worden;
  • 5. ontwikkeling en versterking van kwaliteiten, zoals de sociale cohesie ofwel noaberschap (nodig voor de ontmoeting), het goede voorzieningenniveau, het prettig wonen. Op veel fronten is doorgaan op de ingezette koers nodig om de visie te realiseren;
  • 6. kwaliteit gaat voor kwantiteit, dit geldt zowel voor voorzieningen, ondernemerschap en wonen.

Hoe de dorpen en straten er straks uit zullen zien, staat niet in de visie. Het resultaat is dan ook geen structuurvisie in de zin van de Wet ruimtelijke ordening, omdat een ruimtelijke visie en een kaartbeeld ontbreken. De visie is bedoeld om de hoofdlijnen uit te zetten en dient als basis om voor de verschillende peilers verder beleid uit te werken. Bij de actualisering van bestemmingsplannen worden deze hoofdlijnen ook verder uitgewerkt. Het behoud van de functiemenging met kleinschalige bedrijven en woon-werkcombinaties in en bij de dorpen is een belangrijk uitgangspunt binnen de toekomstvisie. Ten aanzien van het ondernemerschap is het belangrijk dat de verantwoordelijkheid waar dat kan bij de ondernemers wordt gelegd. Daarnaast wordt ook toekomstgericht ondernemerschap gestimuleerd.

3.5.4 Landschaps- en groenvisie

Door de gemeenteraad is in 2000 een Landschaps- en groenvisie vastgesteld. Op basis van dit beleidsplan is een Basisdocument integraal beheerplan opgesteld dat vervolgens uitgewerkt is in een Beheerplan groen Slochteren.

In de Groen- en landschapsvisie wordt de gewenste ontwikkelingslijn van de groene ruimte binnen de gemeente vormgegeven. De visie maakt daarbij onderscheid tussen de groenstructuur in de kernen en het buitengebied. In het buitengebied ligt de schaal op landschapsniveau.

Beleidsmatig wordt het groen in de keren onderverdeeld in een drietal zones:

  • Het lint (tunnelbos).
  • Bossingels en struwelen.
  • Groen in de woonomgeving.

Voor het buitengebied wordt ingezet op de volgende doelen:

  • Herkenbaarheid van het landschap vergroten en de karakteristieke onderdelen ervan beschermen.
  • Ecologische verbindingen tot stand brengen, gekoppeld aan het vergroten van de ecologische waarde van de elementen zelf.
  • Mogelijkheden recreatief gebruik vergroten.
  • Ontwikkelen aantrekkelijke woonmilieus.
  • Bieden van mogelijkheden voor nieuwe functies.
3.5.5 Ecologische basiskaart

‘De ecologische basiskaart en leidraad Slochteren’ is een handreiking voor het toetsen van ruimtelijke ontwikkelingen en werkzaamheden met de mogelijke gevolgen voor beschermde en/of bedreigde planten en dieren. De kaart en leidraad geven invulling aan de goedgekeurde gedragscode door LNV “Bestendig beheer gemeentelijke groenvoorzieningen” en is ook van belang als toetsingskader van de Flora- en faunawet en Natuurbeschermingswet.

De ecologische basiskaart bestaat uit meerdere kaarten waarop onder meer de ligging van natuurgebieden en aanwezige populaties van soorten zijn aangegeven. De themakaarten zijn bedoeld als toetsingskader bij ruimtelijke ingrepen’ en bij ‘bestendig beheer en onderhoud’. In de bijbehorende leidraad is aangegeven wanneer bepaalde werkzaamheden op het vlak van bouwen (en slopen) en groenbeheer kunnen plaatsvinden.

Er is vooral gekeken buiten de reeds beschermde natuurgebieden, aangezien binnen de natuurgebieden bijzondere waarden al beschermd worden door de planologische status van die gebieden. De aandacht is daarbij vooral gevestigd op bijzondere soorten of waarden genoemd in de Flora- en faunawet die voorkomen in gebieden, zoals agrarische cultuurgronden, bosgebieden en landschapselementen.

Ruimtelijk worden er vier gebieden onderscheiden, het lint (A), Midden-Groningen (B), het gebied Luddeweer-Overschild (C) en het overige deel van de gemeente aan weerszijden van het lint (D). Het stedelijke deel (het bebouwingslint van Harkstede tot Siddeburen), bezit een relatief lage natuurwaarde en weinig bijzondere soorten, behalve een aantal vogel- en vleermuissoorten. De gebieden C en D zijn hoofdzakelijk agrarisch in gebruik en bezitten eveneens lage natuurwaarden, met uitzondering van een aantal (geïsoleerde) locaties die o.a. in beheer zijn bij natuurbeherende organisaties zoals Staatsbosbeheer (o.a. De Baggerputten) of een stichting (o.a. De Fraeylemaborg). Ten aanzien van de beheerdoelstellingen van de (gemeentelijke) bermen, oevers en beplantingen wordt verwezen naar het Beheerplan Groen uit 2004.

3.5.6 Nota Duurzaam Slochteren

In het najaar van 2009 is door de gemeenteraad de Nota Duurzaam Slochteren vastgesteld.

In deze nota is het beleid op het gebied van milieu en duurzaamheid vastgelegd. De uitvoering van de nota is in eerste instantie gericht op de periode 2010-2013.

De beleidsvisie sluit aan op de koers die is uitgezet in de Toekomstvisie Land van Slochteren. Qua thematiek wordt hier ook op aangesloten.

De ambities voor het thema Buitengebied en recreatie en toerisme zijn als volgt:

  • Inzetten op een duurzaam gebruik van het buitengebied met een balans tussen de verschillende functies.
  • Bestaand beleid voor landschap, groen en water voortzetten en waar nodig of mogelijk aanscherpen.
  • Duurzaam gebruik van het buitengebied houdt in de balans vinden voor verschillende gebruikers: alleen door de verschillende functies goed op elkaar af te stemmen kunnen de kwaliteiten van het buitengebied worden benut en behouden.
  • In een duurzaam buitengebied past geen grootschalig toerisme. Kleinschalig toerisme sluit wel uitstekend aan bij de structuur van het buitengebied en de verschillende functies die de ruimte in het buitengebied gebruiken.
  • Beleid voor het kansen bieden aan kleinschalig toerisme verankeren in het bestemmingsplan buitengebied.
  • Stimuleren van kleinschalige toerisme en andere vormen van duurzaam ondernemen inbrengen in Vitaal Platteland.
  • Aanleggen en verbeteren van fiets-, wandel en vaarmogelijkheden.
3.5.7 Cultuurbeleid

Het gemeentelijk cultuurbeleid is vastgelegd in de "Cultuurnota 2009-2012 gemeente Slochteren". De nota geeft aan dat bij een plattelandsgemeente als Slochteren een kernachtig beleid past, dat slechts stuurt op enkele peilers. Deze peilers horen bij typisch bij een plattelandsgemeente: een uitgebreid verenigingsleven, (vier) bibliotheekvestigingen, een kunstuitleen, monumenten en een monumentale borg met een museale functie. Slochteren scoort minder op de aanwezigheid van aanbieders van cultuureducatie. Naar verwachting heeft de ontwikkeling van Meerstad consequenties voor het culturele aanbod in Slochteren.

3.5.8 Visie Slochteren

In 2006 heeft de gemeenteraad van Slochteren de ruimtelijke visie Slochteren Kern vastgesteld. Deze visie bevat de hoofdlijnen van de ontwikkelingen voor het dorp Slochteren tot en met het jaar 2025. Het visiegebied wordt omschreven als het carré van Slochteren. Dit betreft het gebied van het lint van Slochteren (en gedeeltelijk Froombosch) met het gebied aan weerszijden van het lint, tussen de Slochterveldweg en Groenedijk.

In de visie worden nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen gekoppeld aan een aantal dwarsstructuren op het bestaande lint. Daarnaast gaat de visie ook in op herstructurering van het gebied rond de Slochterhaven.
De visie is op 17 december 2009 opnieuw door de gemeenteraad vastgesteld, ditmaal als structuurvisie zoals bedoeld in de nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening. Beleidsinhoudelijk is er met de nieuwe vaststelling niets aan de structuurvisie gewijzigd.
Voor de nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen die voortkomen uit de Visie Slochteren worden aparte ruimtelijke procedures doorlopen.

3.5.8.1 Centrumgebied Slochteren

Inmiddels is op basis van de structuurvisie voor een deel van het visiegebied, het centrumgebied van Slochteren, een masterplan opgesteld. Dit gebied heeft de Slochterhaven als kern en omvat verder het voormalige gemeentewerfterrein en een deel van het Erfgoedkwartier. Onderdeel van de opgave is verder het maken van een bredere visie op de inpassing van voorzieningen in het dorp.

Ook voor dit plan geldt dat voor de nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen die hieruit voortkomen een aparte ruimtelijke procedure zal worden gevoerd. Voor het bestemmingsplan Slochteren-Schildwolde wordt in het centrumgebied uit gegaan van de huidige gebruiksmogelijkheden. Passend in de lijn van het masterplan wordt aan een aantal panden in het Erfgoedkwartier een gemengde bestemming toegekend die naast wonen ook recreatieve functies mogelijk maakt. Op het voormalige gemeentewerfterrein wordt daarnaast een uit te werken bestemming (Woongebied - uit te werken) gelegd. Op basis hiervan kan een uitwerkingsplan worden opgesteld waarbij onder andere voldaan moet worden aan de structuurvisie voor dit gebied. Zolang er geen uitwerkingsplan in procedure is gebracht zijn de huidige gebruiksmogelijkheden van toepassing (maatschappelijke dienstverlening).