Plan: | Groenzone Noorderplassen-De Vaart en Oostvaardersbos |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0034.BP2X3Z01-vg01 |
Link naar de toelichting op de Inleidende regels
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Groenzone Noorderplassen-De Vaart en Oostvaardersbos met identificatienummer NL.IMRO.0034.BP2X3Z01-vg01 van de gemeente Almere.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, dan wel het uitoefenen van een beroep op medisch, paramedisch of therapeutisch gebied, welke door hun beperkte omvang in een gedeelte van een woning en de daarbijbehorende bebouwing worden uitgeoefend, waarbij de woonfunctie als primaire functie behouden en herkenbaar blijft en dat een ruimtelijke uitstraling of uitwerking heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een locatie waar de consument uitsluitend via internet bestelde goederen kan afhalen of retourneren en waar uitsluitend logistiek en opslag van bestelde goederen gedurende een korte periode plaatsvindt en waarbij geen sprake is van uitstalling ten verkoop of overige activiteiten.
terrein met behoudenswaardige oudheidkundige resten van (inter)nationaal belang.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een in dit plan genoemd percentage dat aangeeft hoeveel van het (bouwvlak van het) desbetreffende bestemmingsvlak ten hoogste mag worden bebouwd.
een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren en verhandelen van goederen, waaronder detailhandel als ondergeschikte bedrijfsactiviteit. Onder bedrijf wordt ook verstaan: bezorgservice, webwinkel, afhaalpunt en andere vergelijkbare bedrijven.
het op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten met een kleinschalig karakter, die in een gedeelte van een woning en de daarbij behorende erfbebouwing worden uitgeoefend, waarbij de woonfunctie als primaire functie behouden en herkenbaar blijft en dat een ruimtelijke uitstraling of uitwerking heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
de totale vloeroppervlakte van bedrijven, kantoren, winkels en gebouwen die wordt gebruikt voor bedrijfsactiviteiten.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waaronder grootschalige detailhandel, perifere detailhandel, internetwinkel en supermarkt.
detailhandel vanuit vestigingen die als hoofdfunctie productie of vervaardiging van goederen hebben, waarvan de detailhandelsfunctie aantoonbaar ondergeschikt is aan de hoofdfunctie en gelieerd is aan productiebedrijven en geen verkeers- en parkeerproblemen mag veroorzaken, een en ander tot maximaal 20% van het totale bedrijfsvloeroppervlak van de vestiging met een maximum van 100 m² verkoopvloeroppervlak.
een perceel grond dat in de agrarisch recreatieve sfeer wordt gebruikt voor het houden van dieren of insecten.
een aaneengesloten stuk grond waarover door de gebruiker kan worden beschikt en waarbij het kan gaan om meerdere kadastrale percelen.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw en voor zover een bestemmingsplan van toepassing is de bestemming deze inrichting niet verbiedt.
functioneel met een hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en door zijn ligging, constructie en afmetingen daaraan ondergeschikt, op de grond staande gebouwen of andere overdekte bouwwerken. Hieronder vallen aan- of uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen.
een ondergeschikt op de begane grond gelegen uitbouw van één bouwlaag aan de voorgevel van het hoofdgebouw.
vormen van recreatief medegebruik gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals wandelen en fietsen, met de daar bijbehorende voorzieningen zoals een picknickplaats, of een naar de aard daarmee gelijk te stellen voorziening.
dat deel van een bouwwerk dat ervoor zorgt dat het eigen gewicht ervan en de daarop uitgeoefende krachten worden overgedragen aan de draagkrachtige ondergrond.
gebied waar naar verwachting terreinen met behoudenswaardige oudheidkundige resten van (inter)nationaal belang voorkomen, maar waar deze nog niet zijn vastgesteld.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
geluidsgevoelige objecten als bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder, te weten:
de aanwijzing als 'ander geluidsgevoelig gebouw' geldt niet voor de delen van een gebouw die een andere bestemming hebben dan verblijfsruimte;
bouwkundige constructie die een ruimte in een woning of gebouw scheidt van de buitenlucht, daaronder begrepen het dak.
een bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder.
gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken en het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf.
die worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf en waarvan de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, architectonisch, juridisch, kunstzinnig, medisch, paramedisch, therapeutisch of daarmee naar aard gelijk te stellen gebied.
een bijzondere bouwlaag waarvan de bovenkant onder het peil is gelegen.
voorzieningen ten behoeve van activiteiten zoals wandelen, fietsen, vissen, zwemmen, kanoën en natuurobservatie in de vorm van bijvoorbeeld aanlegsteigers, picknickplaatsen, observatiepunten, informatieborden en banken.
verblijfsrecreatie door middel van kampeermiddelen bij wijze van minicamping of met gebruikmaking van pensions of kampeerboerderijen.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of onderdelen van bouwwerken die worden aangemerkt als uitingen van één der beeldende kunsten.
bouwwerk, geen gebouw zijnde ten behoeve ten behoeve van civieltechnische of infrastructurele doeleinden, zoals een brug, een dam, een duiker, een tunnel, een via- of aquaduct, een sluis, dan wel een daarmee gelijk te stellen voorziening.
een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risico-afstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden.
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen zowel afzonderlijk als in onderling verband.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, apparatuur voor telecommunicatie, voorzieningen voor stadsverwarming, elektrische oplaadpunten, zonnecollectoren en zonnepanelen.
een gedeelte van een gebouw dat wordt afgedekt door een vloer, waarvan de bovenkant minder dan 1.20 m boven peil is gelegen.
detailhandel vanuit vestigingen of voorzieningen die een andere hoofdfunctie hebben en waarvan de detailhandelsfunctie aantoonbaar ondergeschikt en gelieerd is aan de hoofdfunctie en geen verkeers- en parkeerproblemen mag veroorzaken, een en ander tot maximaal 20% van het totale bedrijfsvloeroppervlak van de vestiging met een maximum van 100 m² verkoopvloeroppervlak.
een horecavoorziening binnen een andere hoofdbestemming of functie dan horeca, ten behoeve van en ondergeschikt aan die andere bestemming of functie voor de consumptie van dranken en etenswaren, een en ander tot maximaal 20% van het totale bedrijfsvloeroppervlak van de vestiging.
een bouwwerk waarbij de fundering op heipalen rust.
bewoning van een ruimte als hoofdverblijf.
verblijfsrecreatie door middel van kampeermiddelen, waarvan het ruimtegebruik een bestendig karakter draagt, waaronder wordt verstaan het innemen van een standplaats op hetzelfde terrein voor langer dan een zomerseizoen.
elk vaartuig dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor enige vorm van pleziervaart, waterrecreatie of watersport met uitzondering van een zeilplank.
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, of onderdelen van bouwwerken ten behoeve van reclamedoeleinden, zoals aankondigingborden, mupi's (reclameborden), billboards, reclame aan lichtmasten, gevel- en lichtreclames en gebouwaanduidingen, tweevlaksborden.
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan.
gebouwde en niet-gebouwde voorzieningen gericht op ontspanning en vrijetijdsbesteding, met uitzondering van seksinrichtingen, detailhandelsbedrijven en horecabedrijven.
een horecabedrijf, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van (alcoholische) dranken.
een voor het publiek toegankelijke al dan niet besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, dan wel in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, seksclub, privé-huis, erotische massagesalon, raambordeel, of een combinatie daarvan.
de Staat van Horeca-activiteiten die van deze regels onderdeel uitmaakt.
kleinschalige bouwwerken ten behoeve van openbare (nuts)voorzieningen, zoals verkeergeleiders, verkeersborden, brandkranen, lichtmasten, zitbanken, bloembakken, papier-, glas- en andere inzamelbakken, prullenbakken, speeltoestellen en reclameobjecten, alsmede telefooncellen, abri's.
bouwwerken, geplaatst in de tuin of erf behorend bij een woning, zoals erfafscheidingen, pergola's, zonnewijzers, zandbakken, vlaggenmasten, barbecues e.d. en speeltoestellen zoals wipkippen, glijbanen, schommels.
een verblijfsruimte als bedoeld in het Besluit geluidhinder, te weten:
de voor winkelend publiek toegankelijke verkoopruimte van een detailhandelsbedrijf, inclusief de etalages en de ruimte achter de toonbank en kassa's.
een openbaar toegankelijk gebied dat permanent of gedurende bepaalde periode(n) exclusief toegankelijk is voor voetgangers en waar de aanwezigheid van (brom)fiets- en autoverkeer gedurende deze periode(n) ontbreekt of waar dit verkeer het gebied via een afgebakende rijloper met aangepaste snelheid mag passeren.
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die door de ligging, de situatie ter plaatse of de indeling van het gebouw als voorgevel moet worden aangemerkt.
de maximale waarde voor de geluidsbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder.
een bouwwerk ter opwekking van energie door benutting van windkracht, met uitzondering van bemalingsinstallaties ten behoeve van de waterhuishouding.
een (gedeelte van een) gebouw, geschikt en bestemd voor de huisvesting van één huishouden, dan wel voor een met een huishouden gelijk te stellen minder traditionele woonvorm.
elk vaartuig of drijvend voorwerp, dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt als woning of recreatieverblijf.
bouwwerk, geen gebouw zijnde, die zelfstandig dan wel in onderlinge samenhang met bijbehorende bouwwerken, bedoeld is voor het dragen en laten functioneren van zend- of ontvangstantennes.
de bovenste verdieping van een gebouw die is afgedekt met hellende daken.
de periode van 15 maart tot en met 31 oktober.
Link naar de toelichting op de Inleidende regels
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
vanaf het peil dan wel het hoogste punt van een gebouw tot en met de (wieken)as van de windturbine.
voor kleine horizontale as windturbines (HAT) en verticale as windturbines (VAT) is in onderstaande figuur weergegeven hoe de rotordiameter wordt gemeten.
HAT VAT
Link naar de toelichting op de bestemming 'Bos'
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken gebouwd ten behoeve van observatiehutten en nutsvoorzieningen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande dat de volgende maximale maten gelden:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:
Link naar de toelichting op de bestemming 'Groen'
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken gebouwd ten behoeve van nutsvoorzieningen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande dat de volgende maximale maten gelden:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering van gebouwen, uit oogpunt van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Groen' te wijzigen in de bestemming 'Wonen', indien in het kader van een verzoek om additionele gronduitgifte positief is beslist en de eigendom van de gronden is overgedragen. Door de wijziging mag geen onevenredige afbreuk worden gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en gebouwen.
Link naar de toelichting op de bestemming 'Natuur'
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken worden gebouwd ten behoeve van observatiehutten en nutsvoorzieningen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande dat de volgende maximale maten gelden:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:
Link naar de toelichting op de bestemming 'Recreatie'
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 6.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend ten behoeve van de bestemmingsomschrijving bouwwerken gebouwd, met dien verstande dat:
ten aanzien van gebouwen geldt dat:
ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering van gebouwen, uit het oogpunt van:
Link naar de toelichting op de bestemming 'Tuin'
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende
Link naar de toelichting op de bestemming 'Verkeer'
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 8.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving uitsluitend bouwwerken ten behoeve van nutsvoorzieningen en overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, met dien verstande dat de volgende maximale maten gelden:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 8.2 voor een nutsgebouw tot ten hoogste 5 meter hoog en met een oppervlakte tot ten hoogste 50 m2, mits het gebouw uit stedenbouwkundig, landschappelijk en verkeerskundig oogpunt als ook uit oogpunt van het woongenot in de directe woonomgeving aanvaardbaar is.
Tot een gebruik in strijd met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het inrichten van het bestemmingsvlak met meer dan twee rijstroken.
Link naar de toelichting op de bestemming 'Verkeer-Verblijfsgebied'
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende
Op de in lid 9.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving uitsluitend bouwwerken ten behoeve van nutsvoorzieningen en overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, met dien verstande dat de volgende maximale maten gelden:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 9.2 voor een nutsgebouw tot ten hoogste 5 meter hoog en met een oppervlakte tot ten hoogste 50 m2, mits het gebouw uit stedenbouwkundig, landschappelijk en verkeerskundig oogpunt als ook uit oogpunt van het woongenot in de directe woonomgeving aanvaardbaar is.
Link naar de toelichting op de bestemming 'Water'
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 10.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving uitsluitend bouwwerken ten behoeve van nutsvoorzieningen en overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, met dien verstande dat de volgende maximale maten gelden:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering van gebouwen, uit oogpunt van:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 10.4, onder b. ten behoeve van het realiseren van een aanlegsteiger/ligplaats, mits positief advies is ontvangen van de beheerder van het natuurgebied.
Link naar de toelichting op de bestemming 'Wonen - 1'
De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 11.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving uitsluitend bouwwerken worden gebouwd, met dien verstande dat:
ten aanzien van gebouwen (hoofdgebouwen en erfbebouwing) geldt dat:
ten aanzien van hoofdgebouwen geldt dat:
ten aanzien van erfbebouwing geldt dat:
ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 11.2 onder c en j ten behoeve van de bouw van windmolens, mits:
Link naar de toelichting op de bestemming 'Wonen - 2'
De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de in lid 12.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving uitsluitend bouwwerken worden gebouwd, met dien verstande dat:
ten aanzien van gebouwen (hoofdgebouwen en erfbebouwing) geldt dat:
ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 12.2 onder d en i ten behoeve van de bouw van windmolens, mits:
Link naar de toelichting op de bestemming 'Waarde - Archeologie 1'
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de ter plaatse te verwachten archeologische waarden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat:
Link naar de toelichting op de bestemming 'Waarde - Archeologie 2'
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor de bescherming van de aanwezige archeologische waarden in het gebied.
Op de in lid 14.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de in dat lid genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd die voor aanvullend definitief archeologisch onderzoek noodzakelijk zijn. Ten behoeve van samenvallende bestemmingen mogen geen bouwwerken worden gebouwd.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat de bestemming 'Waarde - Archeologie 2' wordt verwijderd, indien het archeologisch waardevol terrein conform de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie voldoende is onderzocht door middel van een archeologische opgraving of begeleiding en de eventuele bodemvondsten elders zijn onder gebracht.
Link naar de toelichting op de bestemming 'Waterstaat - Waterkering'
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
De op de plankaart binnen de bestemming Waterkering aanwezige gronden zijn, naast de andere op de plankaart voor die gronden aangewezen bestemming (basisbestemming) tevens bestemd voor de bescherming van de waterkering. Op en nabij deze gronden is de Keur van het Waterschap van toepassing.
Op de in lid 15.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd, met dien verstande dat:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 15.2 voor bebouwing ten behoeve van de samenvallende bestemmingen, mits:
Link naar de toelichting op de bestemming 'Waterstaat - Waterstaatkundige functie'
De voor 'Waterstaat - Waterstaatkundige functie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Op de in lid 16.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving uitsluitend bouwwerken worden gebouwd, met dien verstande dat:
ten aanzien van gebouwen geldt dat:
ten aanzien van bouwwerken, geen gebouw zijnde:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 16.2 voor bebouwing ten behoeve van de samenvallende bestemmingen, mits:
Link naar de toelichting op de Algemene regels
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Link naar de toelichting op de algemene aanduidingsregels
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - Industrie' zoals opgenomen op de bij deze regels behorende verbeelding, is het vestigen van nieuwe geluidsgevoelige objecten niet toegestaan.
a. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - dijk 2' zijn de gronden mede bestemd voor de buitenbeschermingszone rondom een primaire waterkering.
b. Diepe ontgronding is niet toegestaan.
Link naar de toelichting op de Algemene regels
Het bevoegd gezag kan, tenzij op grond van hoofdstuk 2 terzake reeds kan worden afgeweken, afwijken van de bepalingen van het plan voor:
Er wordt niet afgeweken van de bepalingen van het plan, indien daardoor onevenredig afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Link naar Toelichting paragraaf 3.4.2 Algemene regels
De bestemmingsgrenzen en bouwgrenzen mogen uitsluitend worden overschreden door tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, serres, entreeportalen, veranda's, overstekken, luifels, afdaken en andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen, mits de overschrijding niet meer dan 3 m bedraagt, met dien verstande dat:
Bouwwerken op het dak van een gebouw, zoals installatiecontainers, centrale verwarmings- en luchtbehandelinginstallaties, liftschachten, hekwerken en soortgelijke bouwwerken om installaties uit het zicht te houden, zonnepanelen, zonnecollectoren, windmolens en masten worden niet meegerekend bij de bepaling van de hoogte van het gebouw, als zijnde ondergeschikt, mits:
Link naar de toelichting op de algemene gebruiksregels
Tot een gebruik in strijd met de in het bestemmingsplan gegeven bestemmingen wordt in ieder geval gerekend:
Een omgevingsvergunning voor het bouwen, het uitbreiden of het wijzigen van de functie van bouwwerken en gronden wordt slechts verleend, indien bij de aanvraag wordt aangetoond dat op eigen terrein wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid volgens de parkeernormen, zoals genoemd in Lijst van parkeernormen en in voldoende laad- en losruimte.
Het bepaalde in lid 21.1.1 en 21.1.2 geldt niet voor de bestemming 'Wonen - 1, voor zover het aaneengebouwde woningen (rijtjeswoningen) betreft die niet over een eigen terrein beschikken waarop kan worden geparkeerd.
De in lid 21.1.1 en lid 21.1.2 bedoelde parkeergelegenheid voor het parkeren van auto's moet afmetingen hebben, die zijn afgestemd op gangbare personenauto's. Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan, indien de afmetingen bij langsparkeren tenminste 2 m breed bij 5,5 m lang (waarbij de eerste en laatste parkeerplaats 6 m lang zijn) en bij andere parkeervormen (bijvoorbeeld haaksparkeren) tenminste 2,5 m breed en 5 m lang bedragen.
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 21.1.1 en 21.1.2:
Burgemeester en wethouders zijn, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, bevoegd om bijlage 2 Lijst van parkeernormen te wijzigen, in die zin dat:
Link naar de toelichting op de Algemene regels
Burgemeester en wethouders zijn, met inachtneming van het bepaalde in artkel 3.6 van de Wet op de ruimtelijke ordening, bevoegd om: de in het bestemmingsplan opgenomen bestemmingen te wijzigen, voorzover zulks van belang is voor een bouwkundige danwel stedenbouwkundige betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voorzover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein waarbij het bestemmingsvlak met niet meer dan 10% mag worden vergroot;
Link naar de toelichting op de Algemene regels
Indien in deze regels wordt verwezen naar wettelijke regelingen of verordeningen, dienen deze te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp bestemmingsplan, tenzij anders bepaald.
Link naar de toelichting op de Overgangs- en slotregels
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van lid 24.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
Lid 24.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 24.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in lid 24.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Lid 24.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Groenzone Noorderplassen-De Vaart en Oostvaardersbos.
vastgesteld door de raad van de gemeente Almere op 25 februari 2016.
de griffier, de voorzitter,
Categorie 1: "lichte horeca"
Bedrijven die beperkte hinder veroorzaken voor omwonenden. Deze bedrijven zijn in beginsel alleen overdag en 's avonds geopend (vooral verstrekking van etenswaren en maaltijden). Binnen deze categorie worden de volgende subcategorieën onderscheiden:
1a. Aan de detailhandelsfunctie verwante lichte horeca (tot en met 250 m² bedrijfsvloeroppervlak)
1b. Overige lichte horeca (tot en met 250 m² bedrijfsvloeroppervlak)
1c. Restaurant met bezorg- of afhaalservice tot en met 250 m² bedrijfsvloeroppervlak.
Categorie 2: "middelzware horeca"
Bedrijven die aanzienlijke hinder kunnen veroorzaken voor omwonenden. Deze hinder kan onder andere ontstaan door openingstijden 's nachts of door grote verkeersaantrekkende werking. Binnen deze categorie worden de volgende subcategorieën onderscheiden:
2a. Bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking
2b. Horeca die in beginstel vooral 's avonds en 's nachts geopend is
Categorie 3: "zware horeca"
Bedrijven die grote hinder kunnen veroorzaken voor omwonenden. Deze hinder kan onder andere ontstaan door een combinatie van openingstijden 's nachts en een grote verkeersaantrekkende werking.
3. Zware horeca
De parkeernormen in deze lijst zijn gebaseerd op de parkeerkengetallen volgens de uitgave 'Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie' publicatie 317 van de Stichting CROW te Ede (tel. 0318-69 53 15). De volgende minimale normen, uitgedrukt in het aantal parkeerplaatsen per woning, zitplaats, baan dan wel bedrijfsvloeroppervlak (afgekort: b.v.o.) zijn van toepassing. Voor dit gebied geldt een norm voor sterk stedelijk gebied in de rest bebouwde kom.
Arbeidsextensieve/bezoekers extensieve bedrijven (loods, opslag, groothandel) | 1,3 parkeerplaats per 100 m2 b.v.o. |
Kleine (gewone) detailhandel | 3,5 parkeerplaatsen per 100 m2 b.v.o. |
Café/Bar/Cafetaria | 6,0 parkeerplaats per 100 m2 b.v.o. |
Restaurant | 13,0 parkeerplaats per 100 m2 b.v.o. |
Hotel/pension 1 ster 2 sterren 3 sterren |
4,6 parkeerplaats per 10 kamers 6,5 parkeerplaats per 10 kamers 7,3 parkeerplaats per 10 kamers |
(bedrijfs)woningen (parkeren op eigen erf) | 2,0 parkeerplaatsen per woning + 2,0 pp per 100m2 b.v.o. |
Grondgebonden woning | 1,5 parkeerplaats per woning |
Appartement >120m2 g.b.o. | 1,75 parkeerplaats per woning |
Appartement 91-120 m2 g.b.o. | 1,5 parkeerplaats per woning |
Appartement 61-90 m2 g.b.o. | 1,25 parkeerplaats per woning |
Appartement <60 m2 g.b.o. | 1,0 parkeerplaats per woning |
De parkeernormen voor niet genoemde functies worden door de verkeerskundig specialist van de gemeente Almere op basis van de meeste recent gepubliceerde kengetallen CROW, publicatie 317, gesteld. De gemeente is verantwoordelijk voor het aandeel parkeerplaatsen in de openbare ruimte. Om overmaat te voorkomen wordt daarbij de parkeerbalans gehanteerd. Met dit instrument wordt de (on)balans tussen parkeervraag en parkeeraanbod binnen een bepaald gebied in kaart gebracht, zodat parkeeroplossingen op maat kunnen worden aangeboden. Of gecombineerd gebruik van parkeerplaatsen mogelijk is, zal per situatie beoordeeld moeten worden.