Artikel 3 Algemene bouw- en gebruiksregels
In het verordeningsgebied gelden de volgende regels:
-
a. de binnen het verordeningsgebied gelegen gronden en bestaande bouwwerken mogen worden gebruikt overeenkomstig het bestaande;
-
b. in afwijking van sub a mag ter plaatse van het perceel Feithspark 2 dat de gronden en bouwwerken mogen worden gebruikt voor bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1 tot en met 3.2;
-
c. in afwijking van sub a is ter plaatse van het besluitsubvlak 'wonen op bedrijventerrein' wonen op het bedrijventerrein toegestaan;
-
d. in afwijking van sub a mag een bedrijfswoning uitsluitend worden gebruikt als bedrijfswoning;
-
e. binnen het verordeningsgebied zijn bestaande bouwwerken toegestaan en mogen op dezelfde locatie worden vervangen door bouwwerken van dezelfde afmetingen;
-
f. in afwijking van sub e gelden ter plaatse van het perceel Feithspark 2 de volgende regels:
-
1. een gebouw mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van het besluitsubvlak 'bouwvlak';
-
2. het bebouwingspercentage van het binnen het bouwvlak gelegen gedeelte van het bouwperceel zal ten hoogste 70% bedragen;
-
3. de bouwhoogte van gebouwen en overkappingen zal ten hoogste 12,00 m bedragen;
-
4. de onderlinge afstand tussen bedrijfsgebouwen op verschillende percelen zal ten minste 5,00 m bedragen, tenzij de gebouwen aaneen worden gebouwd.