Plan: | Reparatie waterstaat-waterkering Buitengebied |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0018.BV1repbuit-30va |
De beheersverordening 'Reparatie waterstaat-waterkering Buitengebied' van de gemeente Hoogezand-Sappemeer.
De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand 'NL.IMRO.0018.BV1repbuit-20on' met de bijbehorende regels met bijlagen. De verordening gaat vergezeld van een plantoelichting.
Een niet-industrieel bedrijf, dat is gericht op het verlenen van diensten, het leveren van dieren of goederen aan agrarische bedrijven of dat is gericht op het verwerken of het opslaan van dieren of producten, die afkomstig zijn van agrarische bedrijven.
Een onderdeel van een gebouw dat in bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan de hoofdvorm.
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de planregels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bouwen van deze gronden.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door het telen van gewassen en/of het houden van dieren.
Het voortbrengen van producten door het telen van gewassen en het fokken van dieren en/of het houden van dieren.
Elk bouwwerk, geen gebouw zijnde. Bijvoorbeeld een overkapping met ten hoogte één wand, of een vlaggenmast, lantaarnpaal, antennemast of pergola.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Een aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een terrein aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd.
Een dienstverlenend of ambachtelijk bedrijf of beroep, dat in een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
Een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf.
Een (deel van een) gebouw dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en/of andere werkzaamheden (zoals onderzoeks- en advieswerk) die behoren tot de normale uitoefening van een bedrijf of die een bedrijf ondersteunen in zijn werkzaamheden.
De gezamenlijke vloeroppervlakte van verkoopruimten, magazijnen, bergingen, kantoren en verblijfsruimten en de overige voor de bedrijfsvoering benodigde vloeroppervlakte.
Een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of terrein, noodzakelijk is.
Een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden.
Hetgeen in ieder geval al sinds de eerste dag van terinzagelegging van het ontwerp van het bestemmingsplan Buitengebied bestaat (26 november 2009), krachtens een vóór dat tijdstip reeds verleende vergunning of schriftelijke toestemming van het daartoe bevoegde bestuursorgaan in uitvoering is, of in uitvoering kan worden genomen, dan wel waarvoor de vergunning nadien moest worden verleend.
Gebouwen die hun oorspronkelijke functie hebben verloren of dreigen te verliezen, en behouden dienen te worden met het oog op verbetering van de leefbaarheid van het platteland, handhaving van het cultureel erfgoed en bijdrage aan verbetering van de kwaliteit van het landschap.
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Een gebouw dat zowel in bouwkundig als in functioneel opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen (hoofd)gebouw.
Een gebouw of een complex van gebouwen voor de niet-zelfstandige huisvesting voor senioren of een bejaarden-, verpleeg- en/of verzorgingsinstelling met daaraan ondergeschikt sociale en medische voorzieningen.
Het opwekken van energie op een tuinbouwbedrijf of agrarisch bedrijf (biogaswinning). In geval van het agrarisch bedrijf vindt de activiteit plaats waarbij hetzij voor minimaal 50% gebruik wordt gemaakt van mest of co-substraten afkomstig van dit bedrijf, hetzij het produkt waaronder restprodukt voor minimaal 50% wordt gebruikt op dit bedrijf. In het geval van het tuinbouwbedrijf geldt dat de produkten waaronder de restprodukten van de installatie in de glastuinbouw wordt toegepast.
Bouwwerk vergelijkbaar met een serrestal echter zonder tunnelframes. De stal is opgebouwd uit een onderbouw en bovenbouw met een kolomloze boogvormige overspanning.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
De grens van een bouwvlak.
Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder.
Detailhandel met een al dan niet geheel overdekt verkoopvloeroppervlak waarop het volledige assortiment van bouw- en doe-het-zelf producten uit voorraad wordt aangeboden zowel aan vakman als aan particulier.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de planregels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de planregels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond. Bouwwerken worden ingedeeld in twee groepen: gebouwen en andere bouwwerken.
Iedere bovenbeëindiging van een gebouw.
Het aan aan één of meerdere personen bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was woonverblijf verschaffen, anders dan een huishouden per woning.
Belang in geschiedkundig opzicht met betrekking tot het ontstaan van het gebied, zoals ondermeer tot uitdrukking komt in het kavelpatroon, de waterhuishouding, de beplanting en de (voormalige) bebouwing.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling voor verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Detailhandel die vanwege de aard en de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, zoals de verkoop van auto's, boten, caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair.
Een bedrijf of instelling waarvan de werkzaamheden bestaan uit het verlenen van economisch-administratieve en maatschappelijke diensten aan derden.
Een geometrisch bepaald vlak dat één gebied vormt vanuit stedenbouwkundig, landschappelijk en cultuurhistorisch oogpunt.
De bouwlaag op de begane grond.
Dagrecreatie gericht op landschapsbeleving waarvoor een zeer gering voorzieningenniveau is benodigd.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Geluidsbelasting in Lden op een plaats en vanwege een bron over alle perioden van 07:00 - 19:00 uur, van 19:00 - 23:00 uur en van 23:00 - 07:00 uur, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder. Gemiddelde geluidsbelasting over de drie perioden van een etmaal.
De etmaalwaarde van het equivalenten geluidsniveau in dB(A) op een bepaalde plaats, veroorzaakt door de gezamenlijke inrichtingen aanwezig op het industrieterrein, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder.
De etmaalwaarde van het equivalente geluidsniveau in dB(A) op een bepaalde plaats, veroorzaakt door het gezamenlijke wegverkeer op een bepaald weggedeelte of een combinatie van weggedeelten, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder.
Gebouwen die dienen voor bewoning of voor een functie als bedoeld in het Besluit geluidhinder.
Een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een geluidzone moet worden vastgesteld.
De denkbeeldige lijn op een bouwperceel die in het verlengde ligt van de gevel van het hoofdgebouw.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit.
Een maximale waarde voor de geluidbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder.
Een gebouw dat, gelet op de bestemming, als belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt.
Een horecabedrijf, waar meestal in hoofdzaak alcoholische drank wordt verstrekt, en waarvan de exploitatie doorgaans overlast voor het leefklimaat kan veroorzaken en een grote druk op de openbare orde met zich mee brengt, zoals cafés, bars, discotheken, dancings, nachtclubs, waaronder begrepen prostitutiebedrijven en erotisch getinte horeca.
Een horecabedrijf, waar in hoofdzaak maaltijden worden verstrekt en waar doorgaans geen overlast voor het leefklimaat ontstaat, zoals restaurants, hotels en pensions.
Een horecabedrijf, dat vooral is gericht op het overdag verstrekken van in hoofdzaak alcoholvrije dranken en eenvoudige etenswaren aan met name bezoekers van overige voorzieningen, zoals ijssalons, croissanterieën, lunchrooms, snackbars, cafetaria's en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen horecabedrijven.
Een bedrijf waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt.
Bedrijfsmatig kweken van bomen voor de houtproductie op gronden die hier in principe tijdelijk voor worden gebruikt.
Niet-grondgebonden agrarische bedrijven die zelfstandig of als neventak geheel of nagenoeg geheel in gebouwen varkens, pluimvee, vleeskalveren en pelsdieren houden met uitzondering van het biologisch houden van dieren overeenkomstig de Landbouwkwaliteitswet.
Een (deel van een) gebouw dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van (semi-)overheidsinstellingen, het bankwezen en naar de aard daarmee gelijk te stellen instellingen.
Een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan.
Een dak dat voor minder dan 50% in het horizontale vlak ligt.
Een verzameling karakteristieke objecten in lintbebouwing (aaneengesloten bebouwing van één enkele rij panden en objecten aan weerszijden langs hoofdwegen of kanalen).
Een te beschermen bouwwerk of object van vroegere cultuur, bewoning of nijverheid, dat niet onder de Monumentenwet valt of als gemeentelijk monument is aangewezen.
Een bouwwerk, niet zijnde een tunnelkas of een naar de aard daarmee vergelijkbaar bouwwerk, waarvan de wanden en het dak geheel of grotendeels bestaan uit glas of ander licht doorlatend materiaal, dienend tot het kweken van groente, vruchten, bloemen, bomen, struiken of planten.
Een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risico-afstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden.
De aan een gebied toegekende waarde, wat betreft het waarneembare deel van het aardoppervlak, welke waarde wordt bepaald door de herkenbaarheid en identiteit van de onderlinge samenhang en beïnvloeding van niet-levende en levende natuur.
Educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen voor openbare dienstverlening, en ondergeschikte detailhandel ten dienste van deze voorzieningen.
Een bedrijf met een publieksgericht karakter, gericht op het bieden van gelegenheid aan derden tot het berijden en verzorgen van paarden en/of pony's. De bedrijfsactiviteiten bestaan uit instrueren, verhuren van paarden en/of pony's, het organiseren van wedstrijden en/of andere evenementen, alsmede het exploiteren van pensionstalling, horeca (kantine, foyer en dergelijke), logies en/of verenigingsaccommodatie. Daarnaast kunnen de bedrijfsactiviteiten bestaan uit het houden, weiden, stallen, africhten, trainen en/of berijden van paarden en/of pony's, alsmede de handel in paarden en/of pony's.
Het bieden van zorg aan een ieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband.
Opslag van mest voor een agrarisch bedrijf, in een bouwwerk zoals een mestbassin of opslag anders dan in een bouwwerk (mestzak en daarmee gelijk te stellen voorzieningen).
Een terrein voor het plaatsen/geplaatst houden van maximaal 15 kampeermiddelen tegelijk, in de periode tussen 1 maart en 1 oktober.
De aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur, zoals geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen.
Aan de agrarische hoofdactiviteit ondergeschikte activiteiten die niet rechtstreeks de uitoefening van de agrarische bedrijfsvoering betreffen.
Loods (ook bekend als romneyloods) met een halfcirkelvormige doorsnede, opgebouwd uit metalen spanten met een T- of buisprofiel en afgedekt met dunne staalplaten op gordingen. Gebouwtype dat demontabel en verplaatsbaar is.
Voorzieningen voor algemeen nut, zoals afvalinzameling, elektriciteit, gas, (tele)communicatie en dataverkeer, openbaar vervoer en water. Het gaat hierbij om andere bouwwerken zoals antennes, bakken, borden, containers, hekken, kastjes, palen, zuilen en wat met deze objecten te vergelijken is. Onder nutsvoorziening wordt ook verstaan een schakelstation, een rioolwaterzuiveringsinstallatie, een telecommunicatiestation, een transformatorstation en aardgaslocaties van de NAM.
en naar aard en omvang hiermee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Een complex van bebouwing en gronden (waaronder rijbakken) slechts gericht op het houden, weiden, stallen, africhten, trainen en/of berijden van paarden en/of pony's, alsmede de handel in paarden en/of pony's. De activiteiten zijn, anders dan een manege, niet gericht op het (laten) instrueren van derden, het verhuren van paarden en/of pony's, het organiseren van wedstrijden en/of andere evenementen, horeca, logies en/of verenigingsaccommodatie. Het exploiteren van pensionstalling is een ondergeschikte activiteit.
Haven voor doorreizende (recreatie)vaartuigen.
Het bieden van gelegenheid aan derden om hun paarden en/of pony's in pension te houden, stallen en te weiden met gebruikmaking van de aanwezige voorzieningen.
Afzuig-/luchtbehandelinginstallaties, luchtkokers, liftkokers, lichtkappen/-koepels, meetapparatuur, schoorstenen, en zend-/ontvangstinstallaties en naar aard en omvang hiermee gelijk te stellen bouwonderdelen bovenop een bouwwerk.
Het gebied waarop dit verlengingsbesluit betrekking heeft.
Detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, geteeld, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie.
Een afgebakend deel van een perceel dat wordt gebruikt voor hippische activiteiten, al dan niet met omheining en/of bodembedekking van zand, houtsnippers en dergelijke.
Een inrichting bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde danwel richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten.
De voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Bijvoorbeeld een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
Een foliestal met boogconstructie en tunnelframes met dakbedekking bestaande uit één of twee lagen kunststof folie met daaroverheen een schaduwdoek. De gevels bestaan uit een lage keerwand met daarboven een windbreekgaas of een ventilatiegordijn.
Een aan de bestemming ondergeschikte galerie en horecabedrijf waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt. De activiteiten zijn vooral gericht op tuinrecreatie en het overdag verstrekken van in hoofdzaak alcoholvrije dranken en eenvoudige etenswaren aan met name bezoekers van de bestemming en/of passerende recreanten.
Een bedrijf dat overwegend of alleen is gericht op het voortbrengen van producten door het telen en kweken van tuinbouwgewassen, op open grond of in kassen, waarbij gebruik gemaakt kan worden van biomassavergisting.
Groenten, vruchten, bloemen, sierplanten, bomen niet zijnde bosbouw, bollen of zaden.
Een bedrijf, dat is gericht op het voortbrengen van producten door het telen van gewassen, alsmede op het verkopen en het leveren van gewassen en andere goederen voor het inrichten van tuinen.
Het in ondergeschikte mate aan de bestemming openstellen van een erf voor publiek voor dagrecreatie in de vorm van een showtuin, theeschenkerij, beeldentuin en daarmee te vergelijken activiteiten.
Elke constructie van hout, metaal of ander materiaal, welke met plastic of in gebruik daarmee overeenstemmend materiaal is afgedekt en dient als teeltondersteuning voor bedekte teelten.
Een intensieve veehouderij die per 1 januari 2009 beschikte over een milieuvergunning voor het houden van ten minste het aantal dieren zoals aangegeven in de toelichting van dit plan.
De naar de weg gekeerde gevel van een gebouw;
De evenwijdig aan de as van de weg gelegen lijn, welke;
De maximale waarde voor de geluidsbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder.
Vrijgekomen agrarische bebouwing welke hun oorspronkelijke functie hebben verloren of dreigen te verliezen, en behouden dienen te worden met het oog op verbetering van de leefbaarheid van het platteland, handhaving van het cultureel erfgoed en bijdrage aan verbetering van de kwaliteit van het landschap. Gebouwen worden als VAB aangemerkt indien zij in het bestemmingsplan Buitengebied uit 1993 een agrarische bedrijfsbestemming hadden en deze bestemming is komen te vervallen in dit bestemmingsplan.
Traditionele veestal, boog- of serrestal zonder ligboxen met een gecombineerd lig- en loopoppervlak.
Een gebouw, dat een ruimte omvat, welke door zijn indeling kennelijk bedoeld is te worden gebruikt voor de detailhandel.
Een complex van ruimten bedoeld voor de huisvesting van een huishouding, of een samenhangende groep van huishoudens zonder dat hierbij sprake is van meervoudige woningen.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van het bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Andere bouwwerken zijn toegelaten:
Voor de stalling van vaar- en voertuigen gelden de volgende regels:
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Agrarisch - Tuinbouw' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken geldt dat dit alleen is toegelaten in een bouwvlak.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht-, reclame- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot een hoogte van 5 meter.
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht-, reclame- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Andere bouwwerken zijn toegelaten:
Voor de stalling van vaar- en voertuigen gelden de volgende regels:
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van overige gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Voor het bouwen van overige andere bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Waar de plaats en de afmetingen van bestaande bouwwerken de minimale en/of maximale maten bepaald in deze bouwregels overschrijden, vormen de bestaande maten het minimum respectievelijk het maximum.
Gebouwen zijn niet toegelaten.
Andere bouwwerken zijn toegelaten tot een hoogte van 5 meter.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van overige gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van overige gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van overige gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van overige gebouwen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Waar de plaats en de afmetingen van bestaande bouwwerken de minimale en/of maximale maten bepaald in deze bouwregels overschrijden, vormen de bestaande maten het minimum respectievelijk het maximum.
Gebouwen zijn niet toegelaten.
Andere bouwwerken zijn toegelaten tot een hoogte van 5 meter.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van alle gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie', gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van recreatieappartementen en daarbij behorende bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' gelden ook de volgende regels:
Voor het bouwen van stacaravans en daarbij behorende bergruimten ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie', gelden ook de volgende regels:
Voor het bouwen van overige gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie', gelden ook de volgende regels:
Overige bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' zijn toegelaten tot een hoogte van 5 meter.
Voor het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin', gelden de volgende regels:
Overige bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin' zijn toegelaten tot een hoogte van 5 meter.
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Lichtmasten zijn toegelaten tot 15 meter hoogte, vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Voor het bouwen van overige bouwwerken geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Waar de plaats en de afmetingen van bestaande bouwwerken de minimale en/of maximale maten bepaald in deze bouwregels overschrijden, vormen de bestaande maten het minimum respectievelijk het maximum.
Gebouwen zijn toegelaten, elk tot een oppervlak van 20 m2 en tot een bouwhoogte van 3 meter, uitgezonderd plaatselijke verhogingen. Plaatselijke verhogingen zijn toegelaten tot ten hoogste 10% van de oppervlakte van het betreffende gebouw, en tot ten hoogste een kwart van de maximale hoogte van het betreffende gebouw met een maximum van 3 meter.
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Waar de plaats en de afmetingen van bestaande bouwwerken de minimale en/of maximale maten bepaald in deze bouwregels overschrijden, vormen de bestaande maten het minimum respectievelijk het maximum.
Gebouwen zijn niet toegelaten.
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Aanlegsteigers zijn niet toegelaten. Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Voor aan de woning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Wonen - Kiel-Windeweer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende regels:
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Voor aan de bedrijfswoning verbonden bedrijven en beroepen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Wonen - Wooncentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van alle bouwwerken gelden de volgende regels:
Gebouwen zijn toegelaten tot 9 meter hoogte, uitgezonderd plaatselijke verhogingen. Plaatselijke verhogingen zijn toegelaten tot ten hoogste 10% van de oppervlakte van het betreffende gebouw, en tot ten hoogste een kwart van de maximale hoogte van het betreffende gebouw met een maximum van 3 meter.
Erf- of perceelafscheidingen zijn toegelaten tot 1 meter hoogte, of tot 2 meter mits gebouwd:
Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.
Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor gastransportleidingen en gasontvangstations.
In afwijking van het bepaalde in de andere voorkomende bestemming(en), gelden voor het bouwen van alle bouwwerken de volgende regels:
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor hoogspanningsleidingen.
In afwijking van het bepaalde in de andere voorkomende bestemming(en), gelden voor het bouwen van alle bouwwerken de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen, ter bescherming of verbetering van
nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van bebouwing.
Voordat toepassing gegeven wordt aan deze bevoegdheid voor het stellen van nadere eisen zal belanghebbenden gedurende twee weken de gelegenheid geboden worden hun zienswijzen omtrent het voornemen naar voren te brengen.
Burgemeester en Wethouders kunnen, mits
ontheffing verlenen van:
Voordat toepassing gegeven wordt aan deze bevoegdheid voor het verlenen van ontheffing, zal belanghebbenden gedurende twee weken de gelegenheid geboden worden hun zienswijzen omtrent het voornemen naar voren te brengen. Een ontheffing kan onder beperkingen verleend worden en aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanning' te laten vervallen, mits het gebruik van de leiding permanent is komen te vervallen of de leiding zelf niet meer aanwezig is.
Op de voorbereiding van een wijziging van het bestemmingsplan is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud van archeologische waarden.
In afwijking van het bepaalde in de andere voorkomende bestemming(en), mogen op deze gronden geen bouwwerken worden gebouwd, waarbij de bodem dieper dan 40 centimeter onder maaiveld wordt geroerd, tenzij het bouwwerken zijn:
De voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, het herstel en bescherming van de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende structuur en bebouwingsbeeld zoals omschreven in de bij deze planregels behorende Bijlage 3 Te beschermen waarden beschermd dorpsgezicht .
In afwijking van het bepaalde in de andere voorkomende bestemming(en) gelden voor het bouwen van alle bouwwerken de volgende regels:
De voor 'Waarde - Karakteristieke bebouwing' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, het herstel en bescherming van de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende structuur en bebouwingsbeeld zoals omschreven in de bij deze planregels behorende Bijlage 2 Te beschermen waarden karakteristieke (lint)bebouwing .
In afwijking van het bepaalde in de andere voorkomende bestemming(en) mag alleen worden gebouwd als dat verenigbaar is met het beheer, de ontwikkeling en het behoud van de karakteristieke waarden zoals omschreven in de bij deze planregels behorende Bijlage 2 Te beschermen waarden karakteristieke (lint)bebouwing , mits:
De voor 'Waarde - Molenbiotoop' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
In afwijking van het bepaalde in de andere voorkomende bestemming(en) gelden voor het bouwen van bouwwerken de volgende regels:
De bouwregels in 25.2.1 gelden niet voor bouwwerken:
De voor 'Waterstaat - Waterbergingsgebied' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor tijdelijke opvang van water.
In afwijking van het bepaalde in de andere voorkomende bestemming(en), gelden voor het bouwen de volgende regels:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het overgangsrecht in 28.2 voor zover het gebruik betreft, geldt alleen voor zover uit de Richtlijnen 79/409/EEG en 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand onderscheidenlijk van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna geen beperkingen voortvloeien ten aanzien van ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaand gebruik.
De rode pijl in de volgende drie kaarten wijst de bestaande kavelrichting aan.
Kaart 1 Sappemeer noord
Kaart 2 Westelijk van Hoogezand
Kaart 3 Zuidelijk van Hoogezand
De verschillende linten hebben elk hun eigen kenmerken. Een aantal stedenbouwkundige parameters bepaalt de verschijningsvorm van het lint. De linten hebben elk hun eigen definitie van:
De in de regels opgenomen bescherming is gebaseerd op de aspecten dichtheid en korrelgrootte. Door middel van het vergunnen of weigeren van sloop wordt dit aspect versterkt of behouden. Het bebouwingspercentage (de dichtheid) wordt per lint benoemd met een korte omschrijving. De korrelgrootte is het voorkomen van kleine en grotere bouwvolumes in het lint en de manier waarop ze ten opzichte van elkaar geplaatst zijn. De grootte varieert van zeer klein (xs: extra small) tot zeer groot (xl: extra large).
Het dichtheidspercentage met de genoemde korrelgrootte moet bij benadering in acht worden genomen bij het beoordelen van een aanvraag om een sloopvergunning.
Kropswolde-Wolfsbarge
De verhouding tussen open en dicht in het lint, de kavelstructuur, bedraagt 20%. De korrelgrootte varieert van M tot L.
Het lint Kropswolde-Wolfsbarge wordt gevormd door oude nederzettingen aan de rand van het veengebied. De naam Kropswolde komt al voor in een oorkonde uit het jaar 1049. De oude ontginningen uit het moeras ten oosten van het Zuidlaardermeer zijn verricht door het vrouwenklooster van Essen of Yesse nabij Haren. Het dorp Wolfsbarge stamt uit ongeveer dezelfde periode. In 1 50 verwerft de abdij van Aduard grond nabij Wolfsbarge voor de aanleg van een kloosterkolonie. In de 15e eeuw vormen de dorpen een kolonie van turfgravers uit de stad Groningen. Over de Hunze wordt turf naar de stad vervoerd. De vaart op de Hunze wordt beheerst door het Schuitenschuiversgilde; opgericht met als doel turf uit het gebied van Kropswolde, Wolfsbarge en Westerbroek te vervoeren. Pas nadat het gilde niet langer vanaf eind 17e eeuw de vaarroute van de Hunze onderhoudt verslechtert de vaarroute en neemt vanaf de 19e eeuw de ontginning van het veen af. Tot in de 20e eeuw is er voldoende restveen om tot turf te verwerken. Na de vervening worden de dalgronden voor akkerbouw gebruik genomen.
Het weglint Kropswolde-Wolfsbarge kent net als de linten in het voormalige veengebied een oriëntatie van woningen en boerderijen haaks op de bebouwing. Daarnaast zijn er oostelijk achter het lint enkele boerderijen vrij in het landschap gelegen.
Enkellint Achterdiep
De verhouding tussen open en dicht in het lint, de kavelstructuur, bedraagt 40%. De korrelgrootte varieert van XS tot S.
Ten noorden van het Winschoterdiep ligt een van de weinige enkellinten in het veenkoloniale landschap. Het parallel aan het Winschoterdiep lopende Achterdiep is oorspronkelijk overgegaan in het Noordbroeksterdiep tot aan Noordbroek. Over het diep zijn nog een aantal hoogholtjes (hoge vaste voetbrug) te vinden. Afgesneden linten haaks op het Achterdiep Verlengde Herenweg, Laveiweg en Jagerswijk. Het zijn linten met bebouwing, die wat compacter is dan het lint van het Achterdiep. De woningen zijn over het algemeen wat kleiner en er is een wat grotere diversiteit. De linten worden doorsneden en fysiek afgesneden van Sappemeer door de aanleg van het nieuwe Winschoterdiep en door de aanleg van de A7. Het laatste lint, Jagerswijk, vormt een buurtje tussen Sappemeer en Achterdiep. Het buurtje wordt tegenwoordig in tweeën gedeeld door het verlegde Winschoterdiep. Karakteristiek is dat de huizen veel minder het verschil tussen kleine huizen en grote boerderijen kennen, zoals in de Compagnielinten.
Lint Borgercompagnie
De verhouding tussen open en dicht in het lint, de kavelstructuur, bedraagt 25%. De korrelgrootte varieert van M tot L.
Borgercompagnie is een karakteristiek veenkoloniaal lintdorp, dat in de 17e eeuw is ontstaan toen borgers (burgers) uit de stad Groningen hier een veenkolonie stichten. Langs het in 1647 gegraven diep staan aan weerszijden boerderijen en huizen. Vlak voor de kruising met de Veendammerweg is er aan de oneven kant een uitloper richting de Langeleegte. Na de vervening werd het Borgercompagniesterdiep niet goed onderhouden tot het rond 1880 onbevaarbaar was. Daarom werd in dat jaar een speciaal waterschap opgericht, genaamd Kanaalwaterschap voor Borger- en Tripscompagnie voor het onderhoud van sluizen, bruggen en kanaalpanden. In het noordelijk deel en het zuidelijk deel van het lint maakt het water onderdeel uit van het profiel. Het middengedeelte van het diep is in de jaren 70 gedempt. Daarop is na de reconstructie in de loop van de jaren 90 een weg ontstaan met diverse verkeersremmende maatregelen. Hierdoor mist het profiel de helderheid die elders wel aanwezig is.
Lint Kalkwijk-Lula
De verhouding tussen open en dicht in het lint, de kavelstructuur, bedraagt 25%. De korrelgrootte varieert van M tot L.
De naam Kalkwijk geeft al aan dat het lint van oorsprong aan een wijk gesticht is. De Kalkwijk werd in de zeventiende eeuw gegraven door de Friesche Compagnie. In het verlengde van Kalkwijk ligt de buurtschap Lula. In de venen werkten arbeiders uit vele windstreken. In Lula waren dat voor een groot deel Zwitserse Doopsgezinden die hun eigen land ontvlucht waren. Inmiddels is de wijk gedempt en ligt de bebouwing aan een weg. Een continue laanprofiel met brede bermen zorgt echter wel voor voldoende helderheid in het lint. Het lint is niet dicht bebouwd; langs de weg staan aantal imposante boerderijen. De kaveldiepte van het erf, zo'n 70 meter, is bijna overal aanwezig. Dat verandert in Hoogezand, waar het noordelijke gedeelte het karakter van een straat krijgt.
Lint Kiel-Windeweer
De verhouding tussen open en dicht in het lint, de kavelstructuur, bedraagt 25%. De korrelgrootte varieert van M tot L.
De naam Kiel-Windeweer is gevormd door een samenvoeging van de namen van de plaatsen De Kiel en Windeweer, die tegen elkaar aan gegroeid zijn. Kiel-Windeweer is ongeveer 100 meter breed en zes kilometer lang. De plaats is ontstaan door de bebouwing die langs het Kielsterachterdiep is gevormd. Dat kanaal, een zijkanaal van het Winschoterdiep, was oorspronkelijk de belangrijkste transportroute van en naar het dorp. Alleen waar de Zuidlaarderweg het kanaal kruist, is het dorp iets breder. Het lint is een van de gaafste linten, relatief dicht bebouwd met diverse woningtypen langs het lint en met kenmerkende bruggen.
Lint Tripscompagnie
De verhouding tussen open en dicht in het lint, de kavelstructuur, bedraagt 25%. De korrelgrootte varieert van M tot L.
Het lintdorp is ontstaan langs het Tripcompagniesterdiep dat in 1640 gegraven is in opdracht van Adriaan Trip om de omliggende venen te kunnen ontginnen. Na de vervening is akkerbouw belangrijk geworden. Veel boerderijen in dorp zijn van het Oldambtster type. Begin 19e eeuw is de aardappelmeelfabriek l'Esperance in het dorp gevestigd. In Tripscompagnie wordt door Nedmag magnesiumzouten gewonnen voor industriële doeleinden. De vrije ruimte achter het lint is veel minder aanwezig is dan bij de andere compagnielinten. Het lint Nieuwe Compagnie ligt even ten westen van Kiel-Windeweer. Het diep waaraan de streek lag is deels gedempt. De naam Nieuwe Compagnie en de andere maatvoering als de overige compagnielinten houdt niet in dat het lint van een later datum stamt. Het verwijst naar de Nieuwe Friesche Compagnie, die hier in 1647 is begonnen met het ontginnen van het veengebied. Het lint is vrij dun bebouwd met enkele boerderijen. Centraal in Nieuwe Compagnie staat de voormalige aardappelmeelfabriek De Toekomst uit 1900. Deze ligt langs de Leinewijk die haaks staat op het oude diep. De Leinewijk maakt onderdeel uit van een nieuw vaarcircuit waarmee het Zuidlaardermeer verbonden wordt met het Stadskanaal bij Bareveld.
Overige linten
De verhouding tussen open en dicht in het lint, de kavelstructuur, bedraagt 25%. De korrelgrootte varieert van M tot L.
RUIMTELIJKE STRUCTUUR
De ruimtelijke structuur wordt bepaald door de volgende elementen.
Het hoofddiep en de wijken
Het hoofddiep is de as van de kenmerkende lineaire structuur die bepalend is voor de ruimtelijke structuur mede in relatie tot het bebouwingsbeeld. Het hoofddiep vormt met de aangelegde wijken en zwetsloten een rationeel patroon.
De oevers langs het hoofddiep
Van oudsher werden langs de oevers van het hoofddiep geen bomen of andere opgaande beplanting geplant. Momenteel zijn de oevers van het hoofddiep over grote delen slechts begroeid met gras en niet met opgaande begroeiing. Langs kleinere delen van het diep komt opgaande beplanting voor in de vorm van loofbomen. Deze beplanting kan niet worden gekwalificeerd als onacceptabel beeldverstorend. Niettemin is het ongewenst opgaande beplanting zich verder te laten uitbreiden langs het diep. Het onbegroeid laten van de oevers versterkt het beeld van de lineaire structuur.
De bruggen
Veel bruggen zijn nog aanwezig in het dorpsgebied. De locatie van de bruggen is in de verbeelding aangeduid als brug. De aanleg van nieuwe bruggen op andere locaties is uitgesloten. Vervanging van bruggen kan alleen in overeenstemming met de overige karakteristieke waarden van het dorpsgezicht.
Het wegenpatroon
Bij het beheer van en mogelijke veranderingen aan de infrastructuur zal rekening worden gehouden met de karakteristieke waarden daarvan: lineaire structuur bepaald door het hoofddiep.
Het open landschap
Het omringend landschap, de achter en aan het dorpsgebied grenzende gronden, kenmerkt zich door openheid en accentueert hierdoor de karakteristiek van de nederzetting.
BEBOUWINGSBEELD
Het bebouwingsbeeld wordt bepaald door de volgende kenmerken.
Elk zodanig te typeren dorpsgebied heeft zijn eigen kenmerken. Die worden hieronder beschreven. De verschillende kenmerken zijn vooral ruimtelijk-historisch van belang.
De Kiel
Langs het kanaal is dunne bebouwing dan wel geen bebouwing aanwezig. Hierdoor is er een duidelijke visuele relatie te onderscheiden met het achterliggende open gebied.
De bebouwing groepeert zich in zekere mate in de omgeving van de schutsluis en vooral ter hoogte van de kruising met de Zuidlaarderweg.
Ter plaatse van de kruising met de Zuidlaarderweg is medio vorige eeuw een deel van het Kielsterdiep gedempt en zijn enkele woningen gesloopt. Het betekende een verzwakking van het karakter ter plaatse.
Windeweer-Noord
De te onderscheiden kern van het dorp (het gedeelte ten zuiden van de kruising met de Zuidlaarderweg tot ongeveer de splitsing van de Kielsterachterweg met de weg naar Borgercompagnie en Veendam) is het meest dichtbebouwd. Met name aan de westzijde (Dorpsstraat) van het kanaal.
De bebouwing is vooral kleinschalig.
De oudere boerderijen staan pal aan de weg.
Aan de oostzijde van het kanaal (Pieter Venemakade) is de bebouwing minder dicht en daardoor is het bebouwingsbeeld hier meer oorspronkelijk.
De omgeving van de monumentale voormalige NH kerk is aan weerszijden van het diep zeer authentiek. Het bos aan de zuidzijde van het centrum wordt als beeldverstorend aangemerkt.
Windeweer-Zuid
In het zuidelijke deel van Kiel-Windeweer neemt de bebouwingsdichtheid weer af. Hierdoor neemt de relatie met het achterliggende open landschap toe.
De betonnen brug ter plaatse van de nieuwbouwlocatie wordt als detonerend ervaren.
In dit deel van het dorp bevindt zich een gaslocatie in het open landschap.
Vooral de structuur van de bebouwing is bepalend voor het beeld. Dit heeft betrekking op de bebouwingsdichtheid en de situering van de bebouwing ten opzichte van het diep. Met name de positionering van de grotere bebouwingselementen ten opzichte van het diep is belangrijk.
De architectonische kwaliteit van de individuele bebouwing uit zich met name in de aangewezen monumenten en beeldbepalende panden en in de boerderijen.
Karakteristiek is de Veenkoloniale variant op het Oldambtster type, waarvan in Kiel-Windeweer voorbeelden uit de verschillende decennia van de negentiende en twintigste eeuw te vinden zijn.
De hiervoor beschreven waarden zijn meer specifiek weergegeven in de volgende kaarten (overgenomen uit het aanwijzingsbesluit tot beschermd dorpsgezicht volgens artikel 35 van de Monumentenwet uit 2003).
Deze kaarten zijn leidend als het gaat om afwegingen in het kader van ingrepen in de
ruimtelijke structuur en bebouwingsbeeld.
Typeringen beschermd dorpsgezicht De Kiel
Typeringen beschermd dorpsgezicht Windeweer Noord
Typeringen beschermd dorpsgezicht, 'Windeweer Zuid'
BRON:
"Bedrijven en milieuzonering; Handreiking voor maatwerk in de gemeentelijke ruimtelijke ordeningspraktijk"
Sdu Uitgevers BV, Den Haag, 2009
ISBN: 978-90-12-13081-3
Afkortingen | |
- | n.v.t. of niet relevant |
> | groter |
< | kleiner |
= | gelijk aan |
e.d. | en dergelijke |
cat. | categorie |
kl. | klasse |
n.e.g. | niet elders genoemd |
o.c. | opslagcapaciteit |
p.c. | productiecapaciteit |
p.o. | productieoppervlak |
b.o. | bedrijfsoppervlak |
v.c. | verwerkingscapaciteit |
u | uur |
d | dag |
w | week |
j | jaar |
B | bodemverontreiniging |
C | continu |
D | divers |
L | luchtverontreiniging |
Z | zonering Wet Geluidhinder |
R | risico (bevi mogelijk van toepassing) |
V | vuurwerkbesluit van toepassing |
G | goederen verkeer |
P | personen verkeer |
SBI-CODE 2009 | nr. | OMSCHRIJVING | grootste afstand | cate- gorie |
01 | - | LANDBOUW EN DIENSTVERLENING T.B.V. DE LANDBOUW | ||
016 | 0 | Dienstverlening t.b.v. de landbouw: | ||
016 | 3 | - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. > 500 m² | 50 | 3.1 |
016 | 4 | - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. <= 500 m² | 30 | 2 |
16 | - | HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK E.D. | ||
162 | 1 | Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout, p.o. < 200 m2 | 50 | 3.1 |
162902 | Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken | 30 | 2 | |
18 | - | UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUKTIE VAN OPGENOMEN MEDIA | ||
181 | Uitgeverijen (kantoren) | 10 | 1 | |
18129 | Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen | 30 | 2 | |
1814 | A | Grafische afwerking | 10 | 1 |
1814 | B | Binderijen | 30 | 2 |
1813 | Grafische reproduktie en zetten | 30 | 2 | |
1814 | Overige grafische aktiviteiten | 30 | 2 | |
182 | Reproduktiebedrijven opgenomen media | 10 | 1 | |
26, 28, 33 | - | VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS | ||
26, 28, 33 | A | Kantoormachines- en computerfabrieken | 30 | 2 |
26, 32, 33 | - | VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN | ||
26, 32, 33 | A | Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. | 30 | 2 |
31 | - | VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN N.E.G. | ||
9524 | 2 | Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 | 10 | 1 |
321 | Fabricage van munten, sieraden e.d. | 30 | 2 | |
322 | Muziekinstrumentenfabrieken | 30 | 2 | |
32991 | Sociale werkvoorziening | 30 | 2 | |
41, 42, 43 | - | BOUWNIJVERHEID | ||
41, 42, 43 | 3 | - aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m² | 30 | 2 |
45, 47 | - | HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; BENZINESERVICESTATIONS | ||
451, 452, 454 | Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven | 30 | 2 | |
45204 | B | Autobeklederijen | 10 | 1 |
453 | Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires | 30 | 2 | |
46 | - | GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING | ||
461 | Handelsbemiddeling (kantoren) | 10 | 1 | |
47 | - | DETAILHANDEL EN REPARATIE T.B.V. PARTICULIEREN | ||
47 | A | Detailhandel voor zover n.e.g. | 10 | 1 |
4722, 4723 | Detailhandel vlees, wild, gevogelte, met roken, koken, bakken | 10 | 1 | |
4724 | Detailhandel brood en banket met bakken voor eigen winkel | 10 | 1 | |
4773, 4774 | Apotheken en drogisterijen | 10 | 1 | |
952 | Reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen) | 10 | 1 | |
50, 51 | - | VERVOER OVER WATER / DOOR DE LUCHT | ||
50, 51 | A | Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren) | 10 | 1 |
52 | - | DIENSTVERLENING T.B.V. HET VERVOER | ||
5222 | Overige dienstverlening t.b.v. vervoer (kantoren) | 10 | 1 | |
791 | Reisorganisaties | 10 | 1 | |
5229 | Expediteurs, cargadoors (kantoren) | 10 | 1 | |
64, 65, 66 | - | FINANCIELE INSTELLINGEN EN VERZEKERINGSWEZEN | ||
64, 65, 66 | A | Banken, verzekeringsbedrijven, beurzen | 10 | 1 |
41, 68 | - | VERHUUR VAN EN HANDEL IN ONROEREND GOED | ||
41, 68 | A | Verhuur van en handel in onroerend goed | 10 | 1 |
77 | - | VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN | ||
7711 | Personenautoverhuurbedrijven | 30 | 2 | |
62 | - | COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE | ||
62 | A | Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. | 10 | 1 |
72 | - | SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK | ||
722 | Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek | 10 | 1 | |
63, 69 t/m 71, 73, 74, 77, 78, 80 t/m 82 | - | OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING | ||
74 | A | Overige zakelijke dienstverlening: kantoren | 10 | 1 |
82992 | Veilingen voor huisraad, kunst e.d. | 10 | 1 | |
84 | - | OPENBAAR BESTUUR, OVERHEIDSDIENSTEN, SOCIALE VERZEKERINGEN | ||
84 | A | Openbaar bestuur (kantoren e.d.) | 10 | 1 |
85 | - | ONDERWIJS | ||
852, 8531 | Scholen voor basis- en algemeen voortgezet onderwijs | 30 | 2 | |
8532, 854, 855 | Scholen voor beroeps-, hoger en overig onderwijs | 30 | 2 | |
86 | - | GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSZORG | ||
8621, 8622, 8623 | Artsenpraktijken, klinieken en dagverblijven | 10 | 1 | |
8691, 8692 | Consultatiebureaus | 10 | 1 | |
871 | 1 | Verpleeghuizen | 30 | 2 |
8891 | 2 | Kinderopvang | 30 | 2 |
94 | - | DIVERSE ORGANISATIES | ||
941, 942 | Bedrijfs- en werknemersorganisaties (kantoren) | 10 | 1 | |
9491 | Kerkgebouwen e.d. | 30 | 2 | |
94991 | A | Buurt- en clubhuizen | 30 | 2 |
59 | - | CULTUUR, SPORT EN RECREATIE | ||
8552 | Muziek- en balletscholen | 30 | 2 | |
85521 | Dansscholen | 30 | 2 | |
9101, 9102 | Bibliotheken, musea, ateliers, e.d. | 10 | 1 | |
931 | A | Sporthallen | 50 | 3.1 |
931 | B | Bowlingcentra | 30 | 2 |
931 | 2 | Schietinrichtingen: binnenbanen: boogbanen | 10 | 1 |
931 | F | Sportscholen, gymnastiekzalen | 30 | 2 |
96 | - | OVERIGE DIENSTVERLENING | ||
96013 | A | Wasverzendinrichtingen | 30 | 2 |
96013 | B | Wasserettes, wassalons | 10 | 1 |
9602 | Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten | 10 | 1 | |
9603 | 0 | Begrafenisondernemingen: | ||
9603 | 1 | - uitvaartcentra | 10 | 1 |
9313, 9604 | Fitnesscentra, badhuizen en sauna-baden | 30 | 2 | |
9609 | A | Dierenasiels en -pensions | 100 | 3.2 |
9609 | B | Persoonlijke dienstverlening n.e.g. | 10 | 1 |