direct naar inhoud van 7.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid
Plan: Eska Power
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0018.BP106EskaPower-30va

7.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Belangrijke mijlpaal in de voorbereiding van een groot bestemmingsplan is een conceptplan, het zogenaamde voorontwerp. Het voorontwerp is het plan zoals dat door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Dit plan wordt voor overleg aan diverse instanties gezonden. Vaak wordt het tegelijk voor inspraak ter inzage gelegd. Belangstellenden kunnen dan hun mening geven.

De reacties op het voorontwerp gebruikt het college om een ontwerpplan te maken. Het ontwerpplan is het begin van de officiële voorbereidingsprocedure die is opgenomen in de Wet ruimtelijke ordening.

7.2.1 Inspraak en overleg

Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan geeft de gemeente op basis van de gemeentelijke inspraakverordening in sommige gevallen gelegenheid voor inspraak. Inspraak is niet altijd (meer) verplicht door wetgeving, de inspraakverordening beperkt inspraak tot gelegenheden waar inspraak nodig is. Geen inspraak wordt verleend bij ondergeschikte herzieningen van eerder vastgesteld beleid. In dit geval gaat het om een beleidswijziging, de inspraakverordening is van toepassing.

Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan pleegt de gemeente overleg met diverse instanties. Het Besluit ruimtelijke ordening stelt in artikel 3.1.1 dat overlegd moet worden met de betrokken gemeenten, waterschappen en diensten van provincie en Rijk. In geval van dit bestemmingsplan wordt overlegd met de provincie Groningen, de inspectie Vrom en het Waterschap over de te volgen procedure.

Overwegingen bij overleg- en inspraakreacties

Het voorontwerp bestemmingsplan is op 30 september 2011 vastgesteld door het College van Burgemeester en Wethouders en heeft ter inzage gelegen van 6 oktober t/m 2 november 2011.

Er is in deze periode namens twee omwonenden één mondelinge inspraakreactie binnen gekomen. De essentie van de reactie is dat men zich zorgen maakt over de milieueffecten van de te bouwen vergassingsinstallatie, en dat men de overlegde onderzoeken niet overtuigend en concreet vindt.

Reactie gemeente:

  • Het bestemmingsplan is een voorontwerp. In het bestemmingsplan is een ruimtelijke onderbouwing opgenomen waarin (onder andere) de milieu-consequenties van het initiatief worden geïnventariseerd. Hieruit moet slechts blijken of de gewenste wijziging van de bestemming van het plangebied al dan niet mogelijk is, het bestemmingsplan moet met andere woorden uitvoerbaar zijn. Uit het aanwezige onderzoek blijkt voldoende dat voldaan zou kunnen worden aan de wettelijke eisen. Dit betekent uitdrukkelijk niet dat de vergasser zonder slag of stoot gebouwd kan worden, maar alleen dat het plangebied voldoende geschikt te maken is als bedrijventerrein.
  • Voor het oprichten van een vergassingsinstallatie is een omgevingsvergunning noodzakelijk op o.a. het gebied van bouw en milieu. Om deze vergunning te verkrijgen zal het bedrijf meer onderzoek moeten laten uitvoeren en zich moeten houden aan strenge milieu eisen. Het bevoegd gezag in deze is de provincie Groningen, vandaar dat dhr Hoepman aanwezig is bij het gesprek.

Over de benodigde vergunningen zal dhr Hoepman informatie toesturen aan de insprekers. Tegen de besluitvorming over de vergunningen is bezwaar- en beroep mogelijk.

Daarnaast heeft de provincie Groningen een inspraakreactie gegeven. De provincie stelt dat in strijd met artikel 4.14 lid 1 van de provinciale omgevingsverordening in artikel 3.3 lid c van de bestemmingsplanregels de bouw van reclamemasten hoger dan zes meter niet wordt uitgesloten.

Reactie gemeente:

  • Deze opmerking is terecht, deze reactie is overgenomen. In het ontwerpbestemmingsplan zijn de bestemmingsplanregels zodanig aangepast dat reclamemasten hoger dan 6 meter niet zijn toegelaten. Zie 3.3 Afwijken van de bouwregels.

7.2.2 Zienswijzen op het ontwerpplan

Het ontwerp bestemmingsplan is de start van de officiële procedure zoals opgenomen in artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening. Op de voorbereiding van een bestemmingsplan is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Het plan wordt bekendgemaakt en gedurende een termijn van zes weken voor een ieder ter inzage gelegd.

Iedereen kan gedurende deze periode opmerkingen maken op het plan, deze zienswijzen zal de gemeenteraad betrekken bij de uiteindelijke vaststelling van het bestemmingsplan.

Het ontwerp-bestemmingsplan is door het College van Burgemeester en Wethouders vastgesteld op 16 november 2011 en heeft ter inzage gelegen van 1 december 2011 tot en met 11 januari 2012. Er zijn in deze periode 201 zienswijzen binnengekomen. Van dit aantal zijn er 173 precies gelijk, men heeft een voorbeeldbrief ondertekend. Zie ook Nota van zienswijzen.

Overwegingen bij zienswijzen en veranderingen in het bestemmingsplan

Een samenvatting van alle ingediende zienswijzen met de gemeentelijke reactie hierop is te vinden in Nota van zienswijzen. De ingediende zienswijzen hebben in een aantal gevallen tot een aanpassing van het bestemmingsplan geleid. In de onderstaande tabel is aangegeven welke veranderingen er zijn ten opzichte van het ontwerpbestemingsplan.

  Verandering   Reden  
1   Uitbreiding regels met artikel 4 Leiding-Gas en het opnemen van de bestemming op de plankaart.   Correctie  
2   Artikel 1.53 en 1.56 begrippen toegevoegd   Verduidelijking  
3   Artikel 3.1 lib aanduiding 'kartonfabriek' gewijzigd in 'vergassingsinstallatie'.   Beoogd gebruik verduidelijken en beperken  
4   Paragraaf 6.3.3. , toelichting op de planregels aangevuld.   Aanvulling  
5   Paragraaf 5.2.2. aangevuld met toelichting inclusief kaartje.   Verduidelijking  
     

7.2.3 Vaststelling

Op 4 juni 2012 besprak de gemeenteraad het bestemmingsplan Eska Power in zijn opiniërende vergadering. Op 2 juli 2012 heeft de gemeenteraad besloten het bestemmingsplan Eska Power vast te stellen. Zie het raadsbesluit in Bijlage 8 Raadsbesluit vaststelling 2 juli 2012. Het bestemmingsplan is vastgesteld met wijzigingen ten opzichte van het ontwerp bestemmingsplan, als aangegeven in de Nota van zienswijzen, zie ook bovenstaande paragraaf.

Een belanghebbende die tijdig zijn zienswijze bij de gemeenteraad heeft ingediend of die aantoont daartoe redelijkerwijs niet in staat te zijn geweest, kan in de periode van 12 juli tot en met 22 augustus 2012 beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.