Lofar Kielwindeweer

6.1 Wet ruimtelijke ordening

De Wet ruimtelijk ordening is per 1 juli 2008 in werking getreden.

Standaarden

In de Wet ruimtelijke ordening is bepaald dat alle bestemmingsplannen in het hele land dezelfde opbouw en verbeelding moeten hebben. Hoe die opbouw en verbeelding er dan uit moet zien, is bepaald in de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2008 (SVBP 2008).

De SVBP 2008 geeft standaarden voor de wijze van meten en een aantal te hanteren definities van begrippen.

De SVBP 2008 schrijft voor dat er eenheid is in de wijze waarop de diverse gebruiksfuncties worden ondergebracht in bestemmingen, dubbelbestemmingen en aanduidingen. Om dat te bereiken is in de standaard voor elke functie aangegeven of zij moet worden geregeld in een bestemming, dubbelbestemming of aanduiding. Ook de benaming van die bestemming, dubbelbestemming of aanduiding is geregeld in de SVBP 2008. Van belang is dat de SVBP 2008 en andere standaarden geen gevolgen hebben voor de inhoud van een bestemmingsplan. Het maken van inhoudelijke en beleidsmatige keuzes blijft een bevoegdheid van de gemeenteraad.

Naast het opstellen van de standaarden heeft het Rijk meer maatregelen genomen om te waarborgen dat alle bestemmingsplannen in het gehele land met elkaar vergelijkbaar zijn. Zo zijn in de Wet ruimtelijke ordening standaard regels opgenomen voor het overgangsrecht en de anti-dubbeltelbepaling. Om alle bestemmingsplannen digitaal uitwisselbaar te maken zijn meer standaarden dan de SVBP 2008 opgesteld, echter deze zijn van technische aard en zijn niet relevant om hier toe te lichten.

Provinciale verordening

De Wet ruimtelijke ordening heeft de provincies bevoegdheden gegeven om een provinciale verordening op te stellen. De provincie Groningen heeft hiervan gebruikgemaakt en op 17 juni 2009 is de Provinciale Omgevingsverordening (POV) vastgesteld. De POV is met terugwerkende kracht in werking getreden per 22 december 2009.

De POV bevat opdrachten aan de gemeente om op een bepaalde manier met thema's om te gaan in haar bestemmingsplannen. Dit varieert van het moeten opnemen van motiveringen in de toelichting tot het opnemen van verboden in de regels. Daar waar mogelijk en gewenst is in dit bestemmingsplan rekening gehouden de POV.