Plan: | Uitwerkingsplan Plutolaan |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | uitwerkingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0014.UP001Plutolaan-vg01 |
In de inrichting van de openbare ruimte zijn de volgende aandachtspunten van belang:
Inleiding
In het door de raad vastgestelde bomenstructuurplan is per straat de huidige groenkwaliteit en het te ontwikkelen groen verwoord. Op basis van het bomenstructuurplan, een globale terreininventarisatie en het voorliggende ontwerp van het gebouw en de omliggende ruimte is in deze paragraaf een onderbouwing gegeven van de toekomstige groenstructuur en ecologie.
Bestaand beleid Bomenstructuurplan en Stedelijke Ecologische Structuur
Langs de Plutolaan is volgens het bomenstructuurplan een nevenstructuur met een boomsoort van de tweede grootte wenselijk. Ten westen van de geplande laagbouw is momenteel een buslus aanwezig die met de herinrichting verdwijnt. Langs de Meteoorlaan is volgens het bomenstructuurplan een nevenstructuur met als boomsoort een sierpeer wenselijk. Het groen vormt geen onderdeel van de voor de stad vastgestelde Stedelijke Ecologische Structuur.
Inventarisatie groen
Het uitvoeren van de voorgestelde inrichting heeft tot gevolg dat er circa 21 gemeentelijke bomen gekapt (dikker dan 20 cm) moeten worden waarvan 3 bomen zeer waardevol zijn. Daarnaast moet er 630 m2 houtopstand (struiken/bosjes) gekapt worden. Naast deze kapvergunningsplichtige bomen/houtopstand zullen er 11 bomen, dunner dan 20 cm, gekapt moeten worden die niet kapvergunningsplichtig zijn. Al deze bomen moeten wijken, omdat ze op of nabij de voorgestelde bouwlocatie staan.
Aan de oostzijde van de geplande laagbouw is een pad gepland. De bomen die op het aangrenzende perceel groeien worden behouden door rekening te houden met de wortels van deze bomen die onder dit geplande pad lopen (aangepaste wortelbesparende constructie).
De bovengenoemde hoeveelheden zijn globaal en in een latere uitwerkingsfase zal dit nader worden gedetailleerd. Door het globale karakter kunnen de aantallen uiteindelijk 20% naar boven of beneden afwijken.
Inventarisatie ecologie (Flora- en Faunawet)
Voor het vaststellen van de ecologische waarden is een ecologische quickscan uitgevoerd.
De huidige natuurwaarden bestaan uit (algemene) grondgebonden zoogdieren (egel en enkele muizensoorten) en algemene vogelsoorten (o.a. merel, tjiftjaf en roodborst).
De aanwezige beplanting wordt gebruikt door (algemene) dagvlinders (o.a. bont zandoogje en zilverblauwtje) voor foerageren en voortplanting. Vleermuizen kunnen het groen gebruiken als foerageergelegenheid. Mogelijk bevinden er zich voortplantingsplaatsen voor vleermuizen (o.a. gewone dwergvleermuis). Door middel van een vleermuisscan wordt gecheckt of er vleermuizen in het groen, of in de bestaande bebouwing zijn.
Gevolgen
Het voorgestelde plan heeft tot gevolg dat er 32 bomen gerooid moeten worden en 630 m2houtopstand. Voor het behoud van de natuurwaarden is het wenselijk alleen in de periode tussen oktober en februari te kappen. Dan is het de grootste kans dat er geen nestelende vogels aanwezig zijn.
Aanwezige holten in bomen kunnen duiden op een broedplaats van de specht, of op een voortplantingsplaats van de vleermuis (o.a. rosse en ruige dwergvleermuis). In het onderzoek (voorafgaand aan de kap) zijn geen holtes geconstateerd in de betreffende bomen.
Toekomstige groenstructuur
Voor het bereiken van de wenselijke groenstructuur zullen er volgens het ontwerp 10 bomen herplant worden. In de nabijheid zal zoveel mogelijk extra herplant gezocht worden. Dit dient als compensatie voor het gekapte groen. Het te handhaven gemeentelijk groen dient tijdens de bouw met bouwhekken afgeschermd te worden.
Ten oosten van de geplande hoogbouw staat waardevol groen. Dit dient tijdens de bouw met bouwhekken rondom een oppervlakte van de kroonprojectie (daar bevinden zich de wortels) beschermd te worden.
Nieuw te planten bomen zullen worden aangebracht volgens de door het Ingenieursbureau van de gemeente Groningen opgestelde standaard cultuurtechnische randvoorwaarden. Hiermee wordt het gekapte groen volwaardig gecompenseerd en de gewenste groenstructuur bereikt.
Ecologische duurzaamheidswensen bij de bouw van gebouwen
Faunavoorzieningen gebouwen: neststenen gierzwaluwen en vleermuizen in bouwblok; neststenen mus, spreeuw in particuliere woningen. Het is wenselijk gebouwen te slopen buiten het broedseizoen van vogels en vleermuizen. Het is wenselijk, voor zover mogelijk, dakgroen (vegetatiedaken) en gevelgroen aan te leggen.