direct naar inhoud van 3.2 Provinciaal beleid
Plan: Bierum, Losdorp, Godlinze
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0010.21BP-OH01

3.2 Provinciaal beleid

Uit het rijksbeleid gelden geen specifieke eisen aangaande het plangebied. Het provinciaal beleid geeft wel uitgangspunten, daarbij zijn vooral het provinciaal omgevingsplan en de omgevingsverordening van belang.

3.2.1 Provinciaal Omgevingsplan Groningen

Het provinciale ruimtelijke beleid is verwoord in het Provinciaal Omgevingsplan 2009-2013 dat op 17 juni 2009 door Provinciale Staten is vastgesteld. In de lijn van de vorige POP's blijft de provincie kiezen voor ontwikkeling van de stedelijke centra (waaronder Delfzijl/Appingedam) en de overige centrumkernen, maar daarnaast ook voor een 'vitaal platteland'.

Verhoging van de ruimtelijke kwaliteit staat in het POP centraal. Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moet rekening worden gehouden met de karakteristieken van de omgeving. Inzet van het POP is om deze kwaliteit te versterken door enerzijds efficiënt ruimtegebruik en anderzijds door in plannen rekening te houden met aspecten als water, infrastructuur, natuurwaarden, bodem en cultuurhistorie.

De provincie Groningen beschouwt duisternis en stilte als belangrijke kernkarakteristiek. Lichtuitstoot en lawaai verstoren het dag-nachtritme, de oriëntatie en de rust van dieren en tasten de belevingswaarde van duisternis en stilte voor de mens aan. In het bestemmingsplan zijn beschermde regels opgenomen ten aanzien van duisternis (lichtmasten bij paardenbakken, lichtemissie van ligboxstallen, kassen).

3.2.2 Omgevingsverordening Groningen

Ter uitvoering van het beleid uit het POP is de Omgevingsverordening 2009 door de Provincie Groningen opgesteld. Deze geeft op meerdere terreinen richtlijnen en voorwaarden aan gemeentelijke bestemmingsplannen. Wat de inhoudelijke vereisten betreft, geeft de provincie een aantal eisen vanuit het woningbouwbeleid en het beleid aangaande bedrijvigheid; daarnaast geldt een aantal regels voor het buitengebied. De concrete beleidsuitgangspunten zijn genoemd in het hiervoor behandelde Provinciaal Omgevingsplan Groningen (POP) 2009-2013.

Op 2 februari 2011 heeft de provincie een partiële herziening van de Omgevingsverordening vastgesteld. Het betreft een 'beleidsluwe' herziening: er zijn artikelen gewijzigd, aangevuld of gerepareerd. Er is echter geen sprake van een wijziging van de inhoud van het beleid.

Bescherming van wierden

Een belangrijk punt uit de omgevingsverordening is de bescherming van de wierden. De omgevingsverordening geeft aan dat het bestemmingsplan regels moet bevatten die het reliëf van de wierden en het zicht op de wierden beschermen. Dit geldt alleen wanneer de provincie de betreffende wierden als zodanig heeft aangewezen in de verordening. De verordening geeft hierover uitsluitsel door middel van onder meer een kaart met landschapselementen en -kenmerken (zie onderstaand).

afbeelding "i_NL.IMRO.0010.21BP-OH01_0009.png"

Fragment Omgevingsverordening: Landschapselementen en -kenmerken

Losdorp en Godlinze zijn in het POP aangewezen als wierdedorpen, waarbij nog een wierde aanwezig is. Daarnaast is rond de dorpen een 'zone rond wierde' aangegeven. Zuidoostelijk van Losdorp is in het landschap een karakteristieke onregelmatige blokverkaveling. Binnen de begrenzing van het plangebied is deze verkavelingsvorm feitelijk niet als dusdanig herkenbaar. Verder lopen in en in de omgeving van de dorpen in het plangebied karakteristieke waterlopen. Het provinciaal beleid is gericht op het behoud van de waterlopen, het verkavelingspatroon en het reliëf. Hiervoor worden in dit bestemmingsplan de nodige regelingen opgenomen.

Woningbouw

In februari 2013 is het Woon- en Leefbaarheidsplan voor de Eemsdelta (WLP) regio vastgesteld door de raad. Het WLP is een langtermijnvisie die inspeelt op de gevolgen de bevolkingskrimp en vergrijzing in de regio. Voor sectoren wonen, onderwijs, welzijn en zorg, detailhandel en bereikbaarheid worden in het WLP de opgaven voor de komende jaren geformuleerd. Voor dit bestemmingsplan is met name de woningbouwopgave van belang. De aantallen nieuwe woningen die worden toegevoegd aan dit bestemmingsplan moeten passen binnen de woningbouwopgave die op grond van het WLP geldt. Die woningbouwopgave kan worden onderverdeeld in een stedelijke en een landelijke (dorpen en buitengebied) opgave. Per saldo zal het aantal woningen in de gemeente in de komende jare afnemen. Getalsmatig zien de genoemde woningbouwopgaven er als volgt uit:

Woningbouwopgave stedelijk gebied

afbeelding "i_NL.IMRO.0010.21BP-OH01_0015.png"

Voor de wijken is een verdere globale onderverdeling van sloop en nieuwbouwopgave uitgewerkt:

afbeelding "i_NL.IMRO.0010.21BP-OH01_0016.png"

Woningbouwopgave landelijk gebied

afbeelding "i_NL.IMRO.0010.21BP-OH01_0017.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.0010.21BP-OH01_0018.png"

Met de vaststelling van het bestemmingsplan 'Bierum- Godlinze- Losdorp' zal een tweetal (nieuwe) woningen worden toegevoegd aan het plangebied. Toegevoegd betekent in dit geval, dat het aantal woonbestemmingen (per saldo) niet wordt uitgebreid ten opzichte van het oude/geldende bestemmingsplan, maar dat op basis van het geldende plan deze drie woonbestemmingen niet zijn weg bestemd met de actualisering van het plan. In tegenstelling tot de andere woonbestemmingen uit het geldende plan, welke wel zijn weg bestemd met de actualisering. En per saldo betekent, dat het aantal toegevoegde woonbestemmingen is verrekend met eventuele verwijderde woonbestemming die in het verleden niet zijn gerealiseerd.

Voor het bestemmingsplan 'Bierum- Godlinze- Losdorp' geldt het volgende:

- niet weg bestemde woningen aan de Porhorn te Godlinze en aan de Fraeilemaweg te Losdorp, in totaal 2 stuks.

- weg bestemde woonbestemming "Woondoeleinden", in totaal 18 stuks