Buitengebied - B.L. Tijdensweg 13: Artikel 7 Algemene afwijkingsregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

a. de bij recht in het plan gegeven maten, afmetingen en percentages tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages;
b. de bestemmingsregels in die zin dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
c. de bestemmingsregels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot ten hoogste 10,00 m, met uitzondering van antenne- en reclamemasten, welke ten hoogste 6,00 m mogen bedragen;
d. de bestemmingsregels in die zin dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevel wordt verhoogd tot ten hoogste 2,00 m;
e. de bestemmingsregels in die zin dat de bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, liftschachten, luchtkokers en lichtkappen wordt vergroot, mits:
- 1. deze vergroting niet meer dan 20 m² per plaatselijke verhoging bedraagt;
- 2. de vergroting leidt tot een bouwhoogte welke ten hoogste 1,25 maal de maximale (bouw)hoogte van het betreffende gebouw bedraagt.

De in lid 7.1 genoemde vergunning kan uitsluitend worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

Buitengebied - B.L. Tijdensweg 13