direct naar inhoud van Artikel 35 Algemene gebruiksregels
Plan: Stad Appingedam, deelplan agrarische gebieden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0003.BPAPP10AGRARICHEGE-VA01

Artikel 35 Algemene gebruiksregels

 

Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen, wordt in ieder geval gerekend:

 

a.    het gebruik van gronden voor het storten van puin en afvalstoffen;

b.    het gebruik van gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouw­materialen, anders dan voor de uitvoering van krachtens de be­stemming toegelaten bouwactiviteiten en werken en werkzaamheden;

c.    het gebruik van gronden voor de stalling en opslag van (aan het oor­spronkelijk gebruik onttrokken) voer-, vaar- of vliegtuigen;

d.    het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksin­richting;

e.    het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen.

35. 2.    Het bestemmingsplan kan worden gewijzigd in die zin dat:

-       de gronden bij een voormalige boerderij, een woonhuis of een agrarisch be­drijf worden gebruikt als standplaats voor kampeermiddelen, mits:

1.    er niet meer dan 15 kampeermiddelen per kam­peerterrein worden geplaatst in de periode van 15 maart tot en met 31 oktober;

2.    de oppervlakte van het erf behorende bij een voormalige boerderij of een woonhuis een minimale oppervlakte van 3000 m² zal hebben;

3.    er per voormalige boerderij, woonhuis of agrarisch bedrijf ten hoogste één kam­peerterrein wordt toegestaan;

4.    deze wijzigingsbevoegdheid in ieder geval niet wordt toe­gepast indien er onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de woon- of bedrijfssituatie op nabijgelegen erven. Aange­nomen wordt dat deze woon- of bedrijfssituatie onevenre­dig wordt geschaad, als het perceel waar gekampeerd zal gaan worden op minder dan 50 m afstand is gelegen van de bestemmingsgrenzen van nabijgelegen (bedrijfs)wo­ningen, agrarische bedrijven of niet-agrarische bedrijven;

5.    het perceel waarop het kleinschalig kamperen plaats zal vin­den gelegen is op een afstand van maximaal 50 m vanaf de eigen bebouwing waarvan het woonhuis of de bedrijfswoning deel uitmaakt;

6.    deze wijzigingsbevoegdheid niet wordt toegepast indien het erf of perceel grenst aan een ander kampeerterrein, dan wel dat er een onderlinge afstand ontstaat met een ander kampeerterrein van minder dan 500 m.