Plan: | Dijkverbetering Hagestein - Opheusden |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | inpassingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0000.IMip12DijkverbHOP-3000 |
Een rijksinpassingsplan is wat betreft vorm, inhoud, procedure en juridische binding gelijk aan een bestemmingsplan. Op grond van artikel 3.28, derde lid Wro kan in een rijksinpassingsplan de verhouding tussen het rijksinpassingsplan en de onderliggende bestemmingsplannen worden bepaald. In dit rijksinpassingsplan is van deze mogelijkheid gebruik gemaakt.
Als uitgangspunt is gehanteerd dat het rijksinpassingsplan zo min mogelijk ingrijpt in de geldende ruimtelijke plannen. Overal waar mogelijk blijft de geldende regeling in stand, alleen waar nodig wordt een nieuwe regeling toegevoegd. In dit rijksinpassingsplan wordt dan ook volstaan met het vaststellen van één dubbelbestemming, twee gebiedsaanduidingen en een beperkt aantal enkelbestemmingen.
De keuze van deze bestemmingen en de verhouding met de geldende bestemmingsplannen is toegelicht in paragraaf 6.4.
De regels zijn opgebouwd uit 4 hoofdstukken:
Inleidende regels
In hoofdstuk 1 van de regels zijn bepalingen opgenomen die conform het Bro en de SVBP2008?) een plaats moeten krijgen in een bestemmingsplan. De meeste hiervan hebben overigens geen direct effect voor de toepassing van de regeling.
Bestemmingsregels
In hoofdstuk 2 van de regels zijn de bestemmingen opgenomen. De artikelen in dit hoofdstuk zijn verbonden aan de bestemmingen op de verbeelding. Per bestemming is aangegeven wat de gebruiks- en bouwmogelijkheden zijn. In paragraaf 6.3 is de inhoud van de artikelen toegelicht.
Algemene regels
De algemene regels zijn van toepassing op alle bestemmingen. In dit rijksinpassingsplan gaat het om een wijzigingsbevoegdheid voor het verleggen van bestemmingsgrenzen en gebiedsaanduidingen voor de beschermingszones en een regeling over de verhouding tussen het inpassingsplan en bestemmingsplannen.
Overgangs- en slotregels
De toepassing van de overgangs- en slotregels behoeven geen nadere toelichting; deze zijn overgenomen uit het Bro.
Na het vaststellen van het rijksinpassingsplan gelden zowel het rijksinpassingsplan als de gemeentelijke bestemmingsplannen. Het zijn ieder zelfstandige plannen, die in samenhang moeten worden toegepast. Bij het toetsen van (bouw)activiteiten zullen steeds de gemeentelijke bestemmingsplannen én het rijksinpassingsplan moeten worden geraadpleegd. Deze combinatie is nieuw, maar door de digitale raadpleegbaarheid goed zichtbaar. In de praktijk sluit deze werkwijze aan bij de door gemeenten in het verleden vaak opgestelde 'parapluherzieningen'.