Plan: | Dijkverbetering Hagestein - Opheusden |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | inpassingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0000.IMip12DijkverbHOP-3000 |
Ligging
De dijkverbetering vindt plaats tussen Hagestein en Opheusden. Van dit totale traject van 51 kilometer wordt circa 31 kilometer verbeterd. Het inpassingsplan heeft betrekking op drie deeltrajecten uit de PKB waar dijkverbeteringsmaatregelen nodig zijn. De deeltrajecten, met kilometeraanduiding zoals opgenomen in de PKB, zijn als volgt:
In figuur 1.1 is globaal de ligging van de drie deeltrajecten opgenomen. De exacte begrenzing is weergegeven op de verbeelding.
Figuur 1.1. De drie deeltrajecten: HAF= Hagestein Fort Everdingen, FER= Fort Everdingen Ravenswaaij, ROP= Rijswijk Opheusden (bron: DHV, 2012)
In bijlage 1 is een gedetailleerd overzicht opgenomen van de betrokken dijkvakken, met alle dijkpaalnummers zoal het waterschap die hanteert. Alle betrokken dijkvakken passen in het bereik van de PKB.
Voor elk van de drie deeltrajecten is een dijkverbeteringsplan en een MER opgesteld. Deze vormen afzonderlijke bijlagen bij de toelichting van dit rijksinpassingsplan.
Kenschets
Hagestein-Fort Everdingen
Dit deeltraject loopt vanaf de stuw bij Hagestein tot aan Fort Everdingen. Het deeltraject maakt deel uit van de Utrechtse uiterwaarden. Deze uiterwaarden zijn open en uitgestrekt. De rivier is relatief smal en kent een bochtig verloop. De dijk is vrijwel overal een lijnvormig hooggelegen grondlichaam met een weg op de kruin, die zicht op de lager gelegen omgeving biedt. Vrijwel nergens is de dijk enkel een waterstaatswerk, maar kent deze een meervoudig gebruik als route, woonomgeving of onderdeel van het ecologisch netwerk.
Fort Everdingen-Ravenswaaij en Rijswijk-Opheusden
Tussen Fort Everdingen en Ravenswaaij en tussen Rijswijk en Opheusden wordt het landschap bepaald door de oeverwallen langs de rivier. De oeverwallen zijn van oudsher bewoond en kennen een relatief kleinschalig karakter en mozaïekachtige beplantingspatroon met veel boomgaarden. Ook hier is de rivier relatief smal en kent een bochtig verloop. De dijk is vrijwel overal een lijnvormig hooggelegen grondlichaam met een weg op de kruin, die zicht op de lager gelegen omgeving biedt. De dijk vormt een waterstaatswerk, maar wordt tevens gebruikt als route, woonomgeving of vormt onderdeel van het ecologisch netwerk. Er ligt een aantal woonkernen langs het dijktraject waardoor de bebouwingsgraad varieert van onbebouwd tot sterk bebouwd (lintbebouwing).