direct naar inhoud van Artikel 4 Wonen - 2
Plan: Buitengebied Didam, partiële herziening Pakopseweg 1/1a
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1955.bplgbgbalgpakopwg1-VA01

Artikel 4 Wonen - 2

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor “Wonen - 2” aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen in de vorm van wooneenheden in woongebouwen;

Eén en ander met bijbehorende bijgebouwen, overkappingen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tuinen en erven.

4.2 Bouwregels
4.2.1

Hoofdgebouwen mogen enkel worden gebouwd binnen het bouwvlak, en enkel ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van wonen - wooneenheden in een nieuw woongebouw 1' en 'specifieke vorm van wonen - wooneenheden in een nieuw woongebouw 2'

4.2.2

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - wooneenheden in een nieuw woongebouw 1' gelden de volgende regels voor het bouwen van wooneenheden:

  • a. de oppervlakte van het woongebouw ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - wooneenheden in een nieuw woongebouw 1' mag niet meer dan 225 m2 bedragen;
  • b. het aantal wooneenheden mag niet meer en niet minder bedragen dan 2;
  • c. de inhoud van de wooneenheid mag niet meer bedragen dan 400 m3;
  • d. de goot- en bouwhoogte van het woongebouw mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 4,5 en 9.
4.2.3

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - wooneenheden in een nieuw woongebouw 2' gelden de volgende regels voor het bouwen van wooneenheden:

  • a. het aantal wooneenheden mag niet meer en niet minder bedragen dan 2;
  • b. de inhoud van de wooneenheid mag niet meer bedragen dan 400 m3;
  • c. de goot- en bouwhoogte van het woongebouw mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 4,5 en 9.
4.2.4

Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. bijgebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de bebouwde oppervlakte van bijgebouwen mag niet meer dan 50 m2 per wooneenheid bedragen, met dien verstande dat:
    • 1. bijgebouwen zowel inpandig als niet-inpandig mogen worden gebouwd waarbij geldt dat per woongebouw maximaal één niet-inpandig bijgebouw mag worden gebouwd;
    • 2. voor zover de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen groter is dan 200 m2, is maximaal de bestaande grotere oppervlakte toegestaan, waarbij geen verhoging van goot- en bouwhoogte en wijziging van de situering van de bestaande bijgebouwen mag plaatsvinden;
    • 3. Indien sanering of reductie van bijgebouwen heeft plaatsgevonden wordt als bestaande oppervlakte aan bijgebouwen aangemerkt die oppervlakte die na reductie of sanering op het bouwperceel aanwezig is.
  • c. de goot- en bouwhoogte van een bijgebouw mag:
    • 1. niet meer bedragen dan 3 respectievelijk 6 meter en voor zover het inpandige bijgebouwen betreft, niet meer dan de goot- en de bouwhoogte van het hoofdgebouw;
    • 2. voor zover het bepaalde onder b sub 2 van toepassing is, niet meer bedragen dan de bestaande goot- en bouwhoogte(n).
4.2.5

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. gebouwd binnen het bestemmingsvlak;
  • b. erf- en terreinafscheidingen zijn niet toegestaan;
  • c. de maatvoering van de bouwwerken, geen gebouw zijnde mag niet meer bedragen dan aangegeven in de onderstaande tabel:

Functie van het bouwwerk   Bouwhoogte (m)  
Overkappingen en pergola's (niet zijnde onderdeel van het dakvlak)   3  
Overige bouwwerken geen gebouw zijnde   2  

4.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:

  • a. het gebruik van wooneenheden ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  • b. het gebruik van (gedeelten van) woongebouwen en de daarbij behorende (inpandige)bijgebouwen voor de uitoefening van een aan huis gebonden beroep;
  • c. het gebruik van (gedeelten van) woongebouwen en de daarbij behorende (inpandige)bijgebouwen voor de uitoefening van een bedrijf aan huis;
  • d. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning.