Plan: | Molenpolder fase 1 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1924.OTMolenpolder-WP40 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het wijzigingsplan 'Molenpolder fase 1' van de gemeente Goeree-Overflakkee.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1924.OTMolenpolder-WP40 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen).
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat ten dienste staat van het hoofdgebouw en door zijn ligging, constructie en afmetingen ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
een dienstverlenend beroep, dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en voor zover deze beroepen een ruimtelijke uitstraling hebben die met de woonfunctie in overeenstemming is.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn achter de achtergevel van het hoofdgebouw en achter een denkbeeldige lijn in het verlengde daarvan.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
een verbindingsweg bedoeld voor hulpdiensten die zodanig is ingericht dat deze niet toegankelijk is voor andere motorvoertuigen.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
activiteiten die in een woning door een bewoner op bedrijfsmatige wijze worden uitgeoefend, voor zover sprake is van een inrichting type A, zoals bedoeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) waarbij de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past.
een verbindingsweg die uitsluitend geschikt is voor de afwikkeling van langzaam verkeer. Onder langzaam verkeer wordt verstaan: niet-motorvoertuigen (bromfietsen, fietsen met trapondersteuning en gehandicaptenvoertuigen) fietsers, voetgangers en geleiders-berijders van een dier.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een dak met ten hoogste één gesloten wand.
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructie zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of uitstraling als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
een weg die is bedoeld om landelijk of stedelijk gebied te ontsluiten met buiten de bebouwde kom een maximumsnelheid van 80 km/h en binnen de bebouwde kom een maximumsnelheid van 50 of 70 km/h. Onder een wijkontsluitingsweg wordt niet verstaan een 30 km/u weg die uitsluitend bedoeld is om de woningen in het plangebied te ontsluiten.
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Ten aanzien van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bebouwing (waaronder gestapelde bouw), groen- en speelvoorzieningen en erftoegangswegen indien dit noodzakelijk is:
Ten aanzien van de waterhuishouding, aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten gelden de volgende gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - calamiteitenroute' dient de wegenstructuur aangesloten te worden op een langzaamverkeersroute die tevens dienst doet als calamiteitenroute.
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting' mag een ontsluiting voor autoverkeer op de bestaande wegenstructuur worden gerealiseerd, niet zijnde een wijkontsluitingsweg.
Voor ingebruikneming van de eerste woning in het plangebied moet het wegprofiel van de ontsluiting van de Molenweg op de Molendijk ter plaatse van het vlak dat door middel van de arcering op de in Bijlage 1 bij deze regels opgenomen afbeelding is weergegeven, zijn verbreed tot minimaal 4,2 m en dient de aldus gerealiseerde verbreding daarna in stand te worden gehouden.
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 2.2.2 sub a voor het vergroten van het toegestane oppervlakte aan aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, met dien verstande dat:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van aanduidingen, aanduidingsgrenzen en regels worden overschreden door:
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
met uitzondering van:
Een ondergeschikte functie mag een omvang hebben van niet meer dan 30% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw, tenzij anders bepaald in de bestemmingen.
In afwijking van hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van:
De onder lid 7.1 genoemde omgevingsvergunningen kunnen uitsluitend verleend worden mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
Op de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen is de volgende procedure van toepassing.
Waar in dit plan wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, wordt geduid op de regelingen zoals die luidden op het tijdstip van de ter-inzage-legging van het ontwerp van het wijzigingsplan.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het wijzigingsplan Molenpolder fase 1.