5.6 Afwijken van de gebruiksregels
5.6.1 Afhankelijke woonruimte
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.5.1onder b voor het gebruik van een deel van het hoofdgebouw of bijbehorende bouwwerken bij een woning als afhankelijke woonruimte (inwoning), mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
-
a. er mag geen tweede woning ontstaan en om dit te voorkomen mogen ten behoeve van de inwoning maximaal 3 van de 4 volgende voorzieningen worden gerealiseerd: keuken, badkamer, toilet, achteringang;
-
b. per woning kan maar éénmaal gebruik worden gemaakt van de inwoningsregeling;
-
c. een eigen voordeur aan de voor- of zijgevel is niet toegestaan;
-
d. alle bijbehorende bouwwerken/verbouwingen dienen te voldoen aan de ten tijde van de aanvraag geldende eisen van het bouwbesluit en de bouwverordening;
-
e. ten behoeve van de inwoning mag geen aparte aansluiting op de nutsvoorzieningen worden aangelegd. Hiervoor moet gebruik worden gemaakt van de reeds bestaande aansluiting;
-
f. de omgevingsvergunning is persoonsgebonden en vervalt van rechtswege op het moment dat de behoefte aan mantelzorg komt te vervallen;
-
g. het gedeelte dat ten behoeve van inwoning wordt aangewend, dient aansluitend aan de woning een onderlinge verbinding te hebben met de woning, niet zijnde een verbinding buitenom.
5.6.2 Kamerverhuur
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.5.1onder c voor het gebruik als kamerverhuur, met dien verstande dat:
-
a. het gebruik geen overlast voor het woonmilieu oplevert en geen onevenredige afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
-
b. het gebruik naar de aard met het woonkarakter van de omgeving in overeenstemming is;
-
c. wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Indien niet op eigen terrein in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien, dient te worden aangetoond dat elders in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
5.6.3 Bed & Breakfast
het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.5.1onder d voor het gebruik als Bed & Breakfast als ondergeschikte nevenactiviteit, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
-
a. de woning waarin het bed & breakfast wordt aangeboden dient een voor wonen bestemd hoofdgebouw te zijn;
-
b. de exploitanten van het bed & breakfast moeten hoofdbewoner zijn en er daadwerkelijk wonen;
-
c. de kamers waarin bed & breakfast wordt aangeboden maken deel uit van het hoofdgebouw of van een vrijstaand of aangebouwd bijbehorend bouwwerk, niet zijnde een bergzolder of een niet- benoemde ruimte;
-
d. alleen bijgebouwen die op niet meer dan 15 meter afstand van de woning liggen mogen worden gebruikt voor bed & breakfast;
-
e. het ontbijt wordt in de slaapkamer of in een gezamenlijke ruimte genuttigd;
-
f. overnachting en of logies in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden arbeid valt niet binnen de omschrijving bed & breakfast;
-
g. de woning dient minimaal een inhoud te hebben van 450 m³ en een bewoonbare oppervlakte van minimaal 120 m²;
-
h. maximaal 25% van het bewoonde oppervlak mag ingericht worden voor deze voorziening, met dien verstande dat maximaal vier slaapplaatsen in maximaal twee slaapkamers worden gerealiseerd;
-
i. er mogen geen onevenredig nadelige gevolgen voor het woon- en leefklimaat van omwonenden en de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven ontstaan;
-
j. de parkeerbalans in de directe omgeving mag niet nadelig worden beïnvloed;
-
k. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden;
-
l. door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering mag de bed & breakfast-voorziening niet functioneren als een zelfstandige woning;
-
m. de maximale verblijfsduur is 5 dagen per geboekt verblijf.
5.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.7.1 Verbod
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden uit te voeren ter plaatse van de aanduiding 'natuurwaarden':
-
a. het aanleggen, verharden of verwijderen van wegen, paden of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakte verhardingen;
-
b. het ontginnen, het bodemverlagen, het afgraven, het ophogen en het egaliseren;
-
c. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
-
d. het vellen en/ of rooien van houtgewas of het verrichten van werkzaamheden, welke de dood of ernstige beschadiging van houtgewas ten gevolge kunnen hebben.
5.7.2 Uitzondering
Het verbod als bedoeld in 5.7.1 is niet van toepassing:
-
a. voor normale onderhoudswerkzaamheden;
-
b. voor werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;
-
c. voor werken of werkzaamheden binnen het kader van de normale bodemexploitatie en bodemgebruik;
-
d. voor werken en werkzaamheden, welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn, dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning kunnen worden uitgevoerd;
-
e. voor het vellen of rooien bij wijze van verzorging van de aanwezige houtopstanden;
-
f. voor het periodiek kappen van hakhout voorzover betreffende de normale uitoefening van het, op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan, bestaande bodemgebruik.
5.7.3 Toelaatbaarheid
Voor zover het bepaalde in 5.7.2 niet van toepassing is, zijn de werken of werkzaamheden als bedoeld onder 5.7.1 slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de in 5.1 genoemde waarden niet onevenredig (kunnen) worden aangetast.