Artikel 3 Specifieke wijzigingen
3.1 Bouwregels van de bestemming Centrum (artikel 5), Horeca - 1 (artikel 7), Horeca - 2 (artikel 8), Recreatie - Jachthaven (artikel 14) en Water (artikel 17)
In de bouwregels van de bestemming Centrum, Horeca - 1, Horeca - 2, Recreatie - Jachthaven Water komen de artikelen 5.2.5.g, 7.2.3.i, 8.2.2.i, 14.2.5.h en 17.2.3.j als volgt te luiden:
de bouwhoogte van een boatsaver mag niet meer bedragen dan 2 meter boven waterpeil met maximale breedte van 4,25 meter en een maximale lengte van 12 meter.
3.2 Wijzigingsregels van de bestemming Centrum (artikel 5)
Het artikel 5.8.1 (oud) komt te vervallen.
3.3 Wijzigingsregels van de bestemming Groen (artikel 6)
De wijzigingsregels in artikel 6.5 komen als volgt te luiden:
Het bevoegd gezag is bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen door:
-
a. ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - wijzigingsgebied 6' de aanduiding 'woonschepenligplaats' te vervangen door een aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - recreatiewoonschip' met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
1. aan deze wijzigingsbevoegdheid mag uitsluitend uitvoering gegeven worden als gelijktijdig de wijzigingsbevoegdheid zoals genoemd in artikel 19.8.4 wordt toegepast;
-
2. ter plaatse uitsluitend het gebruik als recreatiewoonschip is toegestaan;
-
3. ten aanzien van het bouwen de bepalingen zoals genoemd in 6.2.2 van overeenkomstige toepassing zijn.
-
b. ter plaatse van de aanduiding "natuurontwikkelingsgebied" de bestemming te wijzigen in de bestemming Natuur vanaf het moment dat:
-
1. de gronden zijn verworven of ontpacht ten behoeve van het realiseren van de natuurfunctie;
-
2. een overeenkomst voor functieverandering door middel van particulier natuurbeheer is gesloten; of
-
3. gedeputeerde staten besluiten dat zij provinciale staten zullen verzoeken om het besluit tot het verzoek tot onteigening aan de Kroon, als bedoeld in artikel 78 van de Onteigeningswet, te nemen en dat ter voorbereiding van dit besluit van provinciale staten, gedeputeerde staten een kopie van hun besluit hiertoe aan burgemeester en wethouders zenden met het verzoek over te gaan tot vaststelling van het wijzigingsplan.
3.4 Bouwregels van de bestemming Natuur (artikel 11)
De afwijkingen van de bouwregels in 11.3.b komen als volgt te luiden:
-
a. Het bevoegd gezag is bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 11.2 ten behoeve van botenloodsen indien geen onevenredige schade wordt toegebracht aan de natuurlijke en landschappelijke waarden van de grond, dan wel de mogelijkheid van herstel van die waarden niet onevenredig wordt verkleind, met dien verstande dat:
-
1. toepassing uitsluitend kan plaatsvinden voor zover op basis van het bepaalde in 19.4 onder b een botenloods is toegestaan en deze als gevolg van de situering van de oeverlijn gedeeltelijk binnen de bestemming Natuur dient te worden gerealiseerd,
-
2. in afwijking van het bepaalde onder 1 mag ter voldoening aan de eis om in de oeverlijn te bouwen de gehele botenloods binnen de bestemming Natuur worden gerealiseerd, met dien verstande dat deze direct aansluit op de bestemming Wonen (artikel 19);
-
3. het bepaalde onder 1 en 2 is niet van toepassing ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - bebouwing uitgesloten".
3.5 Specifieke gebruiksregels van de bestemming Recreatie - Jachthaven (artikel 14)
De specifieke gebruiksregels van de bestemming Recreatie - Jachthaven worden gewijzigd. Artikel 14.5.a.3 (oud) komt als volgt te luiden:
permanente bewoning van woonschepen, met uitzondering van woonschepen ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' tot het aangegeven maximum aantal woonschepen ter plaatse van de aanduiding "maximum aantal wooneenheden.
3.6 Afwijking van de bouwregels van de bestemming Wonen (artikel 19)
De afwijkingen van de bouwregels in 19.4.b komen als volgt te luiden:
-
a. het bepaalde in lid 19.2 ten behoeve van botenloodsen indien geen onevenredige schade wordt toegebracht aan de natuurlijke en landschappelijke waarden van de grond, dan wel de mogelijkheid van herstel van die waarden niet onevenredig wordt verkleind, met dien verstande dat:
-
1. per bouwperceel één botenloods is toegestaan;
-
2. de oppervlakte van een botenloods niet meer mag bedragen dan 30 m²;
-
3. de goot- en bouwhoogte van een botenloods niet meer mag bedragen dan respectievelijk 2,75 meter en 5 meter;
-
4. de botenloods in de oeverlijn dient te worden gebouwd,
-
5. indien de situering van de oeverlijn als bedoeld onder 4 daar aanleiding toe geeft mag de botenloods, onder toepassing van het bepaalde in artikel 11.3, onder b1 gedeeltelijk, of artikel 11.3, onder b2 geheel, binnen de bestemming Natuur worden gerealiseerd.