direct naar inhoud van Artikel 5 Centrum - 2
Plan: Centrum Venlo
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0983.BP201227CENTRVENLO-VA02

Artikel 5 Centrum - 2

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Centrum - 2 ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel, uitsluitend op de begane grond;
  • b. detailhandel op de verdieping, uitsluitend ter plaatste van de aanduiding 'detailhandel' of zoals bestaand aanwezig;
  • c. horeca van categorie 1 t/m 2 op de begane grond;
  • d. horeca van categorie 5;
  • e. dienstverlening;
  • f. wonen, uitsluitend op de verdiepingen, waaronder tevens begrepen kamerbewoning (maximaal 4 personen), inclusief dakterras;
  • g. bed en breakfast;
  • h. kleinschalige bedrijfsactiviteiten, zoals vermeld in Bijlage 1 Lijst van aan huis verbonden bedrijfsactiviteiten;
  • i. cultuur en ontspanning;
  • j. horeca van categorie 3, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 3';
  • k. horeca van categorie 4, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 4';
  • l. horeca van categorie 2 op de verdieping, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - horeca 2 op verdieping';
  • m. horeca van categorie 3 op de verdieping, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - horeca 3 op verdieping';
  • n. religie, kerk en kapellen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'religie';
  • o. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - kunstcentrum', een kunstcentrum;
  • p. wonen op de begane grond, uitsluitend ter plaate van de aanduiding 'wonen';
  • q. onderdoorgang, ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang';
  • r. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - garagebox', uitsluitend garageboxen;
  • s. waterhuishoudkundige voorzieningen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen;
  • t. terrassen,

met dien verstande dat de functies onder a, c, d, e, g, h, i, j, k, n en o van dit artikel in de kelder uitsluitend zijn toegestaan zoals bestaand aanwezig;

met daaraan ondergeschikt:

  • u. wegen en paden;
  • v. groenvoorzieningen;
  • w. parkeervoorzieningen;
  • x. ondergrondse parkeergarage, inclusief in- en uitritten, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';

met de daarbijbehorende:

  • y. voorzieningen van algemeen nut.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' is aangegeven;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' een ondergrondse parkeergarage, zoals bestaand aanwezig;
  • d. de oppervlakte van garageboxen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - garagebox' mag niet meer dan 30 m² bedragen.

5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouwe c.q. het verlengde daarvan niet meer dan 1 m mag bedragen;
  • b. de bouwhoogte van een overkapping mag niet meer dan 3 m bedragen, met dien verstande dat er slechts 1 overkapping per bouwperceel mag worden gerealiseerd, de oppervlakte niet meer dan 30 m² mag bedragen en deze achter de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw wordt opgericht;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,5 m bedragen.

5.3 Nadere eisen
5.3.1 Algemeen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:

  • a. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van een goede milieusituatie;
  • d. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • e. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • f. ter waarborging van de brandveiligheid en rampen bestrijding;
  • g. met betrekking tot de in het kader van waterhuishoudkundige voorzieningen alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen te nemen maatregelen ter voorkoming van overlast van hemelwater ten gevolge van nieuw op te richten bebouwing en/of aan te brengen oppervlakteverharding.
5.3.2 Externe veiligheid

Burgemeester en wethouders kunnen in verband met het respecteren van het groepsrisico in het kader van externe veiligheid nadere eisen stellen inzake:

  • a. het uitvoeren van de gebouwen met preventief lekwerende middelen om deuren/ramen, ventilatiekanalen en schoorsteenkanalen zoveel mogelijk lekdicht te kunnen afsluiten;
  • b. het voorzien van de gebouwen van brandwerende gevels en ramen;
  • c. het aanbrengen van de beglazing aan gebouwen, zodanig uitgevoerd dat scherfwerking wordt voorkomen;
  • d. de situering van de (nood)uitgangen van gebouwen;
  • e. het aanbrengen van gevelornamenten aan gebouwen;
  • f. het binnen een gebouw situeren van minder zelfredzame personen;
  • g. het creëren van vluchtwegen;
  • h. centrale ventilatie;
  • i. alarmeringssyteem.
5.4 Specifieke gebruiksregels
5.4.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gebouwen en gronden voor:

  • a. prostitutie en/of seksinrichtingen;
  • b. coffeeshops;
  • c. kamerverhuurbedrijf;
  • d. internet- en belwinkels.

5.5 Afwijken van de gebruiksregels
5.5.1 Afwijken functies

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:

  • a. lid 5.1 voor de uitoefening van de functies horeca, categorie 1 t/m 2 op de verdiepingen, horeca van categorie 3 en 4, maatschappelijk, detailhandel op de verdiepingen en wonen op de begane grond, onder de voorwaarden dat:
    • 1. het woon- en leefklimaat niet onevenredig wordt aangetast;
    • 2. de parkeerbalans in de directe omgeving niet onevenredig nadelig wordt of kan worden beïnvloed;
    • 3. de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad;
    • 4. aan de ruimtelijke kwaliteit en het stedenbouwkundig beeld ter plaatse geen afbreuk wordt gedaan;
    • 5. de afwijking niet leidt tot een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische waarden;
    • 6. voldaan wordt aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder;
    • 7. voldaan wordt aan de bepalingen ingevolge de Wet luchtkwaliteit;
    • 8. er uit milieuhygiënisch oogpunt geen bezwaren bestaan;
    • 9. er geen overwegende bezwaren bestaan vanuit het aspect externe veiligheid;
    • 10. een planschade verhaalovereenkomst met de gemeente is aangegaan;
  • b. lid 5.1 onder a, c, d, e, g, h, i, j, k, n en o voor de uitoefening van dezelfde op het adres reeds aanwezige functie in de kelder, onder de voorwaarden dat:
    • 1. het woon- en leefklimaat niet onevenredig wordt aangetast;
    • 2. de parkeerbalans in de directe omgeving niet onevenredig nadelig wordt of kan worden beïnvloed;
    • 3. de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad;
    • 4. aan de ruimtelijke kwaliteit en het stedenbouwkundig beeld ter plaatse geen afbreuk wordt gedaan;
    • 5. de afwijking niet leidt tot een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische waarden;
    • 6. voldaan wordt aan de bepalingen ingevolge de Wet geluidhinder;
    • 7. voldaan wordt aan de bepalingen ingevolge de Wet luchtkwaliteit;
    • 8. er uit milieuhygiënisch oogpunt geen bezwaren bestaan;
    • 9. er geen overwegende bezwaren bestaan vanuit het aspect externe veiligheid;
    • 10. een planschade verhaalovereenkomst met de gemeente is aangegaan.

5.5.2 Afwijking kamerverhuurbedrijf

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.4 onder c ten behoeve van een kamerverhuurbedrijf, mits:

  • a. het gebruik geen overlast voor het woonmilieu oplevert en geen onevenredige afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
  • b. het gebruik naar de aard met het woonkarakter van de omgeving in overeenstemming is;
  • c. wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Indien niet op eigen terrein in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien, dient te worden aangetoond dat elders in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.

5.5.3 Afwijken gelijk te stellen kleinschalige bedrijfsactiviteiten

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1 onder h voor de uitoefening van kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten welke niet in Bijlage 1 Lijst van aan huis verbonden bedrijfsactiviteiten zijn vermeld, doch naar het oordeel van burgemeester en wethouders, waar het gaat om de verwachting omtrent te duchten gevaar, schade of hinder of overlast voor de (woon)omgeving, daarmee gelijk te stellen zijn, onder de voorwaarden dat:

  • a. de beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten geen hoger bronvermogen hebben dan 50 dB(A) etmaalwaarde;
  • b. de beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten geen parkeeroverlast voor de directe (woon)omgeving veroorzaken of dat hierdoor geen extra parkeervoorzieningen noodzakelijk zijn;
  • c. geen (overig) gevaar schade, hinder of overlast voor de (woon)omgeving ontstaat;
  • d. geen detailhandel wordt uitgeoefend, met uitzondering van detailhandel die ondergeschikt is aan en verband houdt met de ter plekke uitgeoefende kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • e. geen horeca-activiteiten worden uitgeoefend;
  • f. geen prostitutiebedrijf, seksinrichting of aanverwante activiteiten op erotisch en/of pornografisch gebied wordt/worden uitgeoefend.