direct naar inhoud van Artikel 15 Wonen
Plan: Voorburg en omgeving
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0865.vghBPvoorburgeo-OH01

Artikel 15 Wonen

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen in de vorm van woningen, -niet zijnde woonwagens-, met bijbehorende bouwwerken en bouwwerken geen gebouwen zijnde, al dan niet in combinatie met een bedrijf of beroep aan huis;
  • b. ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding – carport’, een carport;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – garageboxen', uitsluitend garageboxen voor het stallen van motorvoertuigen, fietsen en opslag die inherent is aan de woonfunctie;
  • d. aan de hoofdfunctie ondergeschikte voorzieningen, zoals verkeers- en groenvoorzieningen, water, waterhuishoudkundige voorzieningen, tuinen, erven en terreinen.

15.2 Bouwregels
15.2.1 Algemeen
  • a. Bestaande bebouwing welke in overeenstemming is met de bestemming volgens dit plan, maar ten tijde van de ter inzage legging van dit plan afwijkt van één of meer bouwregels, wordt geacht aan het plan te voldoen. In dit geval mag de bestaande bebouwing worden gehandhaafd maar niet worden vergroot.
  • b. Parkeervoorzieningen dienen in voldoende mate op eigen terrein te worden gerealiseerd overeenkomstig de normering van de gemeentelijke Parkeernota.
  • c. Kelders zijn uitsluitend toegestaan onder het hoofdgebouw (woning).
  • d. Per bouwperceel mag maximaal één, niet-overdekte tennisbaan aanwezig zijn.

15.2.2 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden'.
  • b. Ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld', gestapelde woningen.
  • c. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand', een vrijstaande woning.

15.2.3 Bouwvlak

Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. Het hoofdgebouw dient binnen het bouwvlak te worden gebouwd.
  • b. De voorgevel dient in de naar de weg gekeerde bouwgrens te worden gebouwd.
  • c. Het bouwvlak mag volledig worden bebouwd.
  • d. De breedte van de voorgevel van de woning dient minimaal 6 meter te bedragen.
  • e. De breedte van de voorgevel van de woning dient ter plaatse van de aanduiding ‘vrijstaand’ minimaal 8 meter te bedragen.
  • f. Ter plaatse van de aanduiding ‘vrijstaand’ dient de afstand van een vrijstaande woning (hoofdgebouw) tot de zijdelingse perceelsgrens aan beide zijden ten minste 3 meter te bedragen.
  • g. De goothoogte van woningen mag maximaal 7 meter bedragen, tenzij ter plaatse van de aanduiding ' maximale goothoogte’ een afwijkende goothoogte is toegestaan.
  • h. Een dakkapel wordt voor de bepaling van de goothoogte niet meegerekend.
  • i. De bouwhoogte mag maximaal 12 meter bedragen, tenzij ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte’ een afwijkende bouwhoogte is toegestaan.

15.2.4 Bijbehorende bouwwerken

Ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' gelden de volgende regels:

  • a. Binnen deze aanduiding mogen uitsluitend bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden opgericht.
  • b. De oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 40% van het bij de woning behorende aangeduide vlak 'bijgebouwen' tot een maximum van 300 m².
  • c. De goothoogte bedraagt maximaal 3,5 meter.
  • d. De bouwhoogte bedraagt maximaal 5 meter.
  • e. Brandgangen dienen vrij te blijven van bebouwing tot een minimale breedte van 1,2 meter.

15.2.5 Erkers

Voor het oprichten van erkers gelden de volgende regels:

  • a. De erker wordt gebouwd aan de voorgevel van de woning.
  • b. De breedte van de erker bedraagt maximaal 40% van de breedte van de voorgevel van de woning met een maximum van 4 meter.
  • c. De diepte van de erker bedraagt niet meer dan 1,5 meter.
  • d. De hoogte van erker bedraagt niet meer dan de hoogte van de eerste bouwlaag van de woning.
  • e. De afstand tot de bestemming 'Verkeer' vanaf de erker bedraagt minimaal 3 meter.

15.2.6 Garageboxen

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – garageboxen' gelden de volgende regels:

  • a. Het bouwvlak mag volledig worden bebouwd.
  • b. Het dak van de garagebox dient plat afgewerkt te worden.
  • c. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3,5 meter.

15.2.7 Carports

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – carport' gelden de volgende regels:

  • a. Het bouwvlak mag volledig worden bebouwd.
  • b. Het dak van de carport dient plat afgewerkt te worden.
  • c. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3,5 meter.

15.2.8 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. De maximale hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt 3 meter, behoudens het bepaalde onder b en c.
  • b. Voor de voorgevellijn zijn alleen erf- en terreinafscheidingen toegestaan met een hoogte van maximaal 1 meter.
  • c. Achter de voorgevellijn zijn alleen erf- en terreinafscheidingen toegestaan met een hoogte van maximaal 2 meter.
  • d. De oppervlakte van zwembaden, mag niet meer dan 120 m² bedragen.

15.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. milieuzoneringsplichtige inrichtingen;
  • b. detailhandel;
  • c. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (incl. LPG);
  • d. verblijfsrecreatieve doeleinden;
  • e. bed & breakfast;
  • f. horeca;
  • g. opslag van goederen en materialen voor de naar de openbare weg gekeerde zijde van het bouwvlak;
  • h. permanente of tijdelijke bewoning, voor zover het vrijstaande bijbehorende bouwwerken betreft;
  • i. prostitutie.

15.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 15.3 sub e voor een bed & breakfast, onder de volgende voorwaarden:

  • a. De woonfunctie dient als hoofdfunctie behouden te blijven.
  • b. Bedoeld gebruik mag geen hinder voor het woonmilieu opleveren en geen onevenredige afbreuk doen aan het woonkarakter van de wijk of buurt.
  • c. Permanente bewoning is niet toegestaan.
  • d. Bedoeld gebruik mag geen belemmering voor de omgeving opleveren.
  • e. Het gebruik moet naar aard met het woonkarakter van de omgeving in overeenstemming zijn.
  • f. Het gebruik dient de woonfunctie te ondersteunen, dat wil zeggen dat degene die de activiteiten in het hoofdgebouw of bijbehorend bouwwerk uitvoert, tevens de gebruiker van het hoofdgebouw is.
  • g. Er mag geen duurzame ontwrichting van de evenwichtige opbouw van de voorzieningenstructuur ontstaan.
  • h. De ontwikkeling mag niet leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimten.
  • i. De bed & breakfast-voorziening dient in bestaande bebouwing gerealiseerd te worden.
  • j. Maximaal 40% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw en de bijbehorende bouwwerken mag ten behoeve van een bed & breakfast in gebruik zijn, met een maximum van 60 m².