direct naar inhoud van Artikel 12 Wonen - 1
Plan: Stolwijkersluis
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0513.1200BPstolwijkersl-DF01

Artikel 12 Wonen - 1

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf aan huis': een aan de woning gebonden bedrijf, met dien verstande dat de bedrijfsuitoefening geschiedt door degene die op het perceel woonachtig is;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'studentenhuisvesting': woningen in de vorm van studentenhuisvesting;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'opslag': de opslag van caravans;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': een kantoor;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'bed & breakfast': een bed & breakfast;
  • g. tuinen en erven;
  • h. aan de functie onder a tot en met f gebonden parkeervoorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen en water.
12.2 Bouwregels

Op de in lid 12.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat:

  • a. hoofdgebouwen uitsluitend mogen worden gebouwd binnen bouwvlakken;
  • b. de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 6 m, tenzij binnen een bouwvlak, of een gedeelte daarvan, anders is aangegeven;
  • c. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 10 m, tenzij binnen een bouwvlak, of een gedeelte daarvan, anders is aangegeven;
  • d. de maximale oppervlakte aan bebouwing 100% bedraagt, tenzij met de maatvoering 'maximum bebouwingspercentage (%)' anders is aangegeven;
  • e. bijgebouwen, aanbouwen en uitbreidingen van de woning mogen worden gebouwd mits:
    • 1. de gronden buiten het bouwvlak voor tenminste 50% onbebouwd blijven en;
    • 2. de goothoogte van aanbouwen, bijgebouwen of uitbreidingen van de woning niet meer bedraagt dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw en;
    • 3. de hoogte van aanbouwen, bijgebouwen of uitbreidingen woonruimte niet meer bedraagt dan 3,5 m en;
    • 4. de diepte van aanbouwen, uitbreidingen van de woning en aangebouwde bijgebouwen niet meer bedraagt dan 3 m, gemeten uit de oorspronkelijke achtergevelbouwgrens en;
    • 5. het gezamenlijk grondoppervlak aan aanbouwen, bijgebouwen en uitbreidingen van de woning bij vrijstaande of halfvrijstaande woningen niet meer bedraagt dan 55 m2 en;
    • 6. het gezamenlijk grondoppervlak aan aanbouwen, bijgebouwen en uitbreidingen van de woning bij aaneengesloten woningen niet meer bedraagt dan 30 m2;
    • 7. voor zover de bestaande maatvoering van aanbouwen, bijgebouwen of uitbreidingen woonruimte afwijkt van het bepaalde in dit lid, mag deze bebouwing worden gehandhaafd waarbij de bestaande maatvoering als maximale maatvoering geldt;
  • f. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn niet meer mag bedragen dan 2 m en voor de voorgevelrooilijn niet meer dan 1 m;
  • g. de hoogte van een pergola niet meer mag bedragen dan 2,50 m;
  • h. de hoogte van overige andere bouwwerken niet meer mag bedragen dan 3 m;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bebouwing uitgesloten' is bebouwing uitgesloten.
12.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag is bevoegd bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen af te wijken van het bepaalde in lid:

  • a. 12.2 onder e. voor bouwen van erfbebouwing tot een grondoppervlakte van 100 m2 mits de bouwmogelijkheid niet leidt tot een onevenredige hinder voor omwonenden (schaduwwerking of privacy);
  • b. 12.2 onder e. voor het bouwen van een kap op een bijgebouw waarbij de hoogte van het bijgebouw niet meer mag bedragen dan 6 m en de bouwmogelijkheid niet leidt tot een onevenredige hinder voor omwonenden (schaduwwerking of privacy).
12.4 Specifieke gebruiksregels
12.4.1 Praktijkruimte
  • a. Het medegebruik van woningen en/of aangebouwde bijgebouwen als praktijkruimte voor beroepsmatige activiteiten is toegestaan, mits:
    • 1. de woonfunctie in overwegende mate blijft gehandhaafd, waarbij geldt dat de brutovloeroppervlakte gebruikt voor beroepsmatige activiteiten niet meer mag bedragen dan 35% van de woning met een maximum van 50 m²;
    • 2. geen afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
    • 3. in de omgeving geen onevenredige toename van de verkeersbelasting optreedt;
    • 4. er wordt voorzien in voldoende parkeerruimte op eigen terrein;
    • 5. de beroepsmatige activiteiten geschieden door degene die op het perceel woonachtig is;
    • 6. er, behoudens een beperkte kleinschalige verkoop in direct verband met de beroepsmatige activiteiten, geen detailhandel plaatsvindt.
  • b. Het medegebruik van woningen en/of aangebouwde bijgebouwen voor bedrijfsmatige activiteiten is niet toegestaan behalve ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf aan huis';
  • c. Ter plaats van de aanduiding 'opslag' is wonen niet toegestaan.
12.4.2 Goudseweg 64

Voor het gebruik van de gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' geldt, dat deze gronden en bouwwerken mogen worden gebruikt ten behoeve van een kantoor, met dien verstande, dat zodra het gebruik van deze gronden en bouwwerken ten behoeve van het kantoor is beëindigd en deze gronden en bouwwerken worden gebruikt conform het bepaalde onder 12.1 onder a., deze gronden en bouwwerken daarna niet meer mogen worden gebruikt voor een kantoor.

12.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag is bevoegd bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen af te wijken van het bepaalde in lid 12.4.1 onder b voor het medegebruik van woningen en/of aangebouwde bijgebouwen ten behoeve van bedrijfsmatige activiteiten, mits:

  • a. de woonfunctie in overwegende mate blijft gehandhaafd, waarbij geldt dat de brutovloeroppervlakte gebruikt voor bedrijfsmatige activiteiten niet meer mag bedragen dan 35% van de woning met een maximum van 50 m²;
  • b. geen afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
  • c. in de omgeving geen onevenredige toename van de verkeersbelasting optreedt;
  • d. er wordt voorzien in voldoende parkeerruimte op eigen terrein;
  • e. de bedrijfsuitoefening geschiedt door degene die op het perceel woonachtig is;
  • f. er, behoudens een beperkte kleinschalige verkoop in direct verband met de bedrijfsmatige activiteiten, geen detailhandel plaatsvindt;
  • g. er geen vergunningsplicht is voor de activiteit milieu.