direct naar inhoud van Artikel 16 Wonen
Plan: Duivendrecht
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0437.Duivendrecht-VA02

Artikel 16 Wonen

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. bed & breakfast;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'gemengd', tevens voor detailhandel, praktijkruimte of dienstverlening;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'horeca', tevens voor horeca, detailhandel, praktijkruimte of dienstverlening uitsluitend op de begane grond;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf', tevens voor een klein ambachtelijk bedrijf;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - fysiotherapie', tevens voor fysiotherapie;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - dagzaak', uitsluitend een horecabedrijf in de vorm van een broodjeszaak;
  • h. in afwijking van het bepaalde in sub c en d geldt dat:
    • 1. aan Kruidenommegang 1 uitsluitend een praktijkruimte in meerdere bouwlagen mag plaatsvinden;
    • 2. aan Parnassiaveld 146 een praktijkruimte is toegestaan;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - apotheek', tevens voor een apotheek;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek', de instandhouding van karakteristieke gebouwen;

met de daarbijbehorende:

  • k. tuinen en erven;
  • l. parkeervoorzieningen;
  • m. waterhuishoudkundige voorzieningen.

16.2 Bouwregels
16.2.1 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. Hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd.
  • b. Het bouwvlak mag volledig worden bebouwd.
  • c. Binnen het bouwvlak, ter plaatse van de aanduiding:
    • 1. 'vrijstaand', zijn uitsluitend vrijstaande en (eventueel na splitsing) twee-aaneen gebouwde woningen toegestaan;
    • 2. 'twee-aaneen', zijn uitsluitend twee-aaneengebouwde woningen toegestaan;
    • 3. 'aaneengebouwd', zijn uitsluitend aaneengebouwde woningen toegestaan;
    • 4. 'gestapeld', zijn uitsluitend gestapelde en aaneengebouwde woningen toegestaan;
  • d. De voorgevel van een hoofdgebouw dient te worden gebouwd in dan wel maximaal tot 3 meter achter de voorgevellijn.
  • e. De afstand tot de zijdelingse perceelgrens bedraagt:
    • 1. bij vrijstaande woningen minimaal 3 meter aan beide zijden;
    • 2. bij twee-aan-een gebouwde en geschakelde woningen 3 meter aan één zijde.
  • f. De goothoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven.
  • g. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven.
  • h. De dakhelling bedraagt minimaal 30° en maximaal 60°.

16.2.2 Bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. De gezamenlijke oppervlakte mag niet meer bedragen dan 50% van de gronden buiten het bouwvlak met dien verstande dat de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken en overkappingen niet meer mag bedragen dan 40 m².
  • b. In afwijking van het bepaalde in sub a geldt dat ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouw' de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 225 m²;
  • c. Voor aan de woning gebouwde bijbehorende bouwwerken gelden tevens de volgende regels:
    • 1. De goothoogte mag niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van de woning waaraan wordt gebouwd.
    • 2. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 4 meter.
    • 3. De diepte mag niet meer bedragen dan 3 meter, loodrecht gemeten vanuit de gevel van de woning waaraan wordt gebouwd.
    • 4. De breedte van aan de achtergevel van de woning gebouwde bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan de breedte van de achtergevel van de woning.
    • 5. Aan de zijgevel van de woning gebouwde bijbehorende bouwwerken mogen op niet minder dan 1 meter achter de voorgevellijn en op niet meer dan 3 meter achter het verlengde van de achtergevel van de woning worden gebouwd.
  • d. Voor vrijstaande bijbehorende bouwwerken gelden tevens de volgende regels:
    • 1. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 2,5 meter.
    • 2. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 4 meter.
    • 3. In afwijking onder 1 en 2 geldt dat bij een platte afdekking de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 meter.

16.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 meter, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen voor zover gelegen vóór de voorgevellijn maximaal 1 meter mag bedragen.
  • b. De bouwhoogte van een overkapping mag niet meer bedragen dan 3 meter, met dien verstande dat er slechts 1 overkapping per bouwperceel gerealiseerd mag worden en tot maximaal 30 m².
  • c. De bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer bedragen dan 8 meter.
  • d. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 meter.

16.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bouwwerken:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • e. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.

16.4 Specifieke gebruiksregels
16.4.1 Beroep aan huis

Ten behoeve van het uitoefenen van een beroep aan huis mag ten hoogste 40% van de vloeroppervlakte van de begane grond van de woning en/of bijbehorende bouwwerken worden gebruikt met een maximum van 45 m2 mits:

  • a. het gebruik geen ernstige c.q. onevenredige hinder voor het woonmilieu oplevert en geen afbreuk doet aan het woonkarakter van de omgeving;
  • b. het gebruik geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer en het geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaakt;
  • c. geen detailhandel of horeca wordt uitgeoefend;
  • d. het geen bedrijven betreft die zijn genoemd in het Inrichtingen- en Vergunningenbesluit Milieubeheer.

16.4.2 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. permanente of tijdelijke bewoning, voor zover het vrijstaande bijbehorende bouwwerken betreft;
  • b. bewoning als afhankelijke woonruimte;
  • c. recreatief nachtverblijf.

16.5 Afwijken van de gebruiksregels
16.5.1 Bedrijf aan huis

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.1 voor de uitoefening van een bedrijf aan huis in het hoofd- of bijbehorend bouwwerk, met dien verstande dat:

  • a. de woonfunctie als hoofdfunctie behouden blijft;
  • b. bedoeld gebruik geen onevenredige aantasting van het woon- en leefklimaat mag opleveren en geen onevenredige afbreuk mag doen aan het woonkarakter van de wijk of buurt; dit betekent onder meer dat:
    • 1. geen omgevingsvergunning zal worden verleend voor het uitoefenen van bedrijvigheid, dat onder de werking van het Besluit omgevingsrecht valt, tenzij het desbetreffende gebruik door middel van het stellen van voorwaarden verantwoord is;
    • 2. het gebruik naar aard met het woonkarakter van de omgeving in overeenstemming moet zijn;
    • 3. het gebruik de woonfunctie dient te ondersteunen, dat wil zeggen dat degene die de activiteiten in het hoofdgebouw of bijbehorend bouwwerk uitvoert, tevens de gebruiker van het hoofdgebouw is;
  • c. het niet betreft zodanig verkeersaantrekkende activiteiten die kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimten;
  • d. parkeren op eigen terrein dient plaats te vinden, dan wel aantoonbaar geen overlast wordt veroorzaakt op de openbare weg;
  • e. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte verkoop in het klein in verband met bedrijfsmatige activiteiten in of bij het hoofdgebouw;
  • f. maximaal 40% van het vloeroppervlak van de begane grond van het hoofdgebouw en de daarbij behorende bijbehorende bouwwerken ten behoeve van een beroep en/of bedrijf aan huis in gebruik mag zijn, zulks met een maximum van 45 m².

16.5.2 Mantelzorg

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.4.2 sub a en sub b voor het gebruik van een deel van het hoofdgebouw of bijbehorende bouwwerken bij een woning als afhankelijke woonruimte (inwoning), met dien verstande dat:

  • a. uit advies van een deskundige blijkt, dat een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit het oogpunt van mantelzorg;
  • b. op het perceel al een woning aanwezig is;
  • c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en bedrijven;
  • d. per woning maximaal één omgevingsvergunning ten behoeve van inwoning voor mantelzorg mag worden verleend;
  • e. inwoning in beginsel dient plaats te vinden bij, in of direct aansluitend aan de woning, waarbij de afhankelijke woonruimte een onderlinge verbinding met de woning dient te hebben; het gebruik van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk als afhankelijke woonruimte is uitsluitend toegestaan indien realisering van de inwoning in of aan het hoofdgebouw voor de inwoner of andere bewoner(s) onredelijk bezwarend is;
  • f. maximaal 75 m² van hoofdgebouw en/of bijbehorende bouwwerken mag worden gebruikt ten behoeve van de inwoning.

16.5.3 Bed & Breakfast

Een woning mag worden gebruikt voor bed and breakfast mits:

  • a. er niet meer dan 65 m2 hiervoor wordt gebruikt;
  • b. in de omgeving van het gebouw geen onevenredige. vergroting van de verkeers- en parkeerdruk plaatsvindt;
  • c. het gebruik geen onevenredige afbreuk doet aan het karakter van het perceel en de omgeving.

16.6 Omgevingsvergunning voor het slopen van bouwwerken
16.6.1 Vergunningplichtige werken en werkzaamheden

Voor het slopen van bouwwerken, ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is een omgevingsvergunning vereist.

16.6.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in lid 16.6.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

16.6.3 Toetsingscriteria

De omgevingsvergunning kan uitsluitend worden verleend, indien:

  • a. de karakteristieke hoofdvorm niet langer aanwezig is en niet zonder ingrijpende wijzigingen aan het pand kan worden hersteld;
  • b. de karakteristieke hoofdvorm in redelijkheid niet te handhaven is;
  • c. het delen van het pand of bijgebouwen betreft die op zichzelf niet als karakteristiek zijn aan te merken en door sloop daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke hoofdvorm plaatsvindt.

16.7 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Wonen' wijzigen in de bestemming 'Horeca', 'Maatschappelijk', met inachtneming van de volgende regels:

  • a. Wijzigen in de bestemming 'Horeca' kan uitsluitend worden toegestaan aan de Rijksstraatweg 228.
  • b. Voor de bestemmingsomschrijving van de bestemmingen 'Horeca' en 'Maatschappelijk' dient aangesloten te worden bij de bestemmingsomschrijvingen van artikelen 6 respectievelijk 9.
  • c. Voor de bouwregels dient aangesloten te worden bij de geldende bouwregels van artikel 16.2.