direct naar inhoud van Artikel 6 Wonen
Plan: Klein Twiske
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0431.BP2012002009-0401

Artikel 6 Wonen

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. aan huis verbonden beroepen en aan huis verbonden bedrijven;
  • c. tuinen en erven;
  • d. parkeren;
  • e. perceelsontsluitingen.

en daaraan ondergeschikt

  • f. groenvoorziening;
  • g. speelvoorziening;
  • h. voet- en fietspaden;
  • i. verkeers- en verblijfsdoeleinden.


6.2 Bouwregels
6.2.1 Algemene bouwregels

Ten behoeve van de in 6.1 genoemde bestemmingsomschrijving mogen, met inachtneming van de in 6.2.2 t/m 6.2.5 genoemde regels, de daarbij behorende gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gerealiseerd.

6.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van maximaal 123 hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend in de vorm van vrijstaande, halfvrijstaande, twee-aaneengebouwde en aaneengebouwde woningen binnen het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat de voorgevel:
    • 1. in de voorste begrenzing van het bouwvlak wordt gebouwd, of;
    • 2. in een denkbeeldige lijn parallel aan -en minimaal 1 meter achter- de voorste begrenzing van het bouwvlak wordt gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding "maximale bouwhoogte" mag de aangegeven bouwhoogte niet worden overschreden;
  • c. de afstand van het hoofdgebouw tot de zijdelingse begrenzing van het bouwperceel bedraagt minimaal 3 meter, tenzij in de perceelgrens wordt gebouwd bij halfvrijstaande, twee-aaneengebouwde en aaneengebouwde woningen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "maximum aantal wooneenheden" mogen niet meer woningen worden gebouwd dan is aangegeven.

6.2.3 Bouwen voor de voorgevel

Voor het bouwen vóór de voorgevel geldt (dus óók in het geval toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in 6.2.2 onder a.2 dat dit uitsluitend is toegestaan in de vorm van bouwwerken, geen gebouw zijnde, voor zover (en in het geval dat) deze zonder omgevingsvergunning zijn toegestaan conform de artikelen 2 en 3 van bijlage 2 van het Besluit omgevingsrecht.

6.2.4 Bijbehorende bouwwerken (aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen)

Bijbehorende bouwwerken voldoen aan de volgende regels:

  • a. bijbehorende bouwwerken dienen te worden gebouwd op het zij- en achtererf en minimaal 1 meter achter (het verlengde van) de voorgevel van de woning;
  • b. de afstand tussen (bij)gebouwen onderling en overige bijbehorende bouwwerken bedraagt minimaal 1 meter;
  • c. de goothoogte van bijbehorende bouwwerken in de vorm van aan- en uitbouwen, overkappingen en bijgebouwen mag niet meer dan 3 meter bedragen;
  • d. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken in de vorm van aan- en uitbouwen, overkappingen en bijgebouwen mag niet meer dan 6 meter bedragen;
  • e. gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 50 m2.

6.2.5 Bouwwerken geen gebouw zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, voor zover gesitueerd op het zij- of achtererf, bedraagt maximaal 3 meter, met uitzondering van erfscheidingen die een bouwhoogte hebben van maximaal 2 meter.

6.3 Afwijking van de bouwregels
6.3.1 Gebouwtjes vóór de voorgevel

Het bevoegd gezag kan, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub c van de Wet ruimtelijke ordening, afwijken bij een omgevingsvergunning van het bepaalde in 6.2.3 om een gebouw met een bouwhoogte van niet meer dan 3,5 meter te realiseren vóór de voorgevel, met dien verstande dat er geen afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. een goede woonsituatie;
  • c. de parkeersituatie; en
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

6.3.2 Gestapelde woningen

Het bevoegd gezag kan, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub c van de Wet ruimtelijke ordening, afwijken bij een omgevingsvergunning van het bepaalde in 6.2.2, onder a en b, om gestapelde woningen met een bouwhoogte van niet meer dan 12 meter te realiseren. Daarbij geldt dat de afstand van het hoofdgebouw tot de zijdelingse begrenzing van het bouwperceel minimaal 3 meter bedraagt, tenzij in de perceelgrens wordt gebouwd. Het bevoegd gezag ziet er op toe dat er geen afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. een goede woonsituatie;
  • c. de parkeersituatie;
  • d. de verkeersveiligheid; en
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

6.4 Specifieke gebruiksregels
6.4.1 Aan huis verbonden beroepen/bedrijven

Het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep en/of een aan huis verbonden bedrijf is in overeenstemming met de woonfunctie, indien wordt voldaan aan de volgende regels:

  • a. de oppervlakte maximaal 30% van de vloeroppervlakte van de gebouwen bedraagt tot een maximum van 50 m2;
  • b. de beroeps- en bedrijfsactiviteiten door de bewoners worden uitgeoefend;
  • c. er geen sprake is van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
  • d. er geen detailhandel plaatsvindt behalve als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf.

6.4.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik in strijd met de bestemming van de in dit artikel bedoelde gronden en bouwwerken, wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gebouwen voor detailhandel en voor de uitoefening van een seksinrichting.

6.4.3 Bewoning bijgebouwen

Vrijstaande bijgebouwen mogen niet voor bewoning worden gebruikt.