direct naar inhoud van Artikel 10 Tuin - Bebouwd
Plan: Oude Kom Volendam
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0385.bpOudeKomVolendam-vg01

Artikel 10 Tuin - Bebouwd

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin - Bebouwd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen, behorende bij de op de aangrenzende bestemming gelegen hoofdgebouwen;

met de daarbij behorende,

  • b. bijbehorende bouwwerken;
  • c. erven en terreinen;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. water;
  • f. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bijbehorende bouwwerken;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

10.2.2 Bouwregels voor bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. bijbehorende bouwwerken mogen uitsluitend aan de oorspronkelijke gevel van het hoofdgebouw worden gebouwd;
  • b. de diepte mag ten hoogste 1 m bedragen;
  • c. de breedte mag ten hoogste 50 % van de breedte van de oorspronkelijke gevel bedragen;
  • d. de bouwhoogte mag ten hoogste 3 m bedragen;

10.2.3 Bouwregels voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. uitsluitend luifels, balkons met balkonhekken en erf- en terreinafscheidingen zijn toegestaan;
  • b. balkons zijn uitsluitend toegestaan in de vorm van een 'frans balkon';
  • c. luifels zijn uitsluitend ter hoogte van de ingangspartij toegestaan, met inachtneming van de volgende regels:
    • 1. de diepte van een luifel mag ten hoogste 1 m bedragen;
    • 2. de breedte van een luifel mag ten hoogste 1,5 m bedragen;
    • 3. de bouwhoogte van een luifel mag ten hoogste 0,3m bedragen boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw;
    • 4. het bepaalde onder 2 is niet van toepassing indien wordt aangesloten bij een bijbehorend bouwwerk;
  • d. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt ten hoogste 1 m;
  • e. de bouwhoogte van een balkonhek bedraagt ten hoogste 1,2 m;
10.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de woonsituatie;
  • b. de verkeerssituatie;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
10.4 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde onder 10.2.3 onder d voor het bouwen van erfafscheidingen gelegen binnen het achtererfgebied tot een maximale bouwhoogte van 2 m, mits:

  • a. het achtererfgebied is gelegen buiten het cultuurhistorisch attentiegebied;
  • b. het voor de verkeersveiligheid noodzakelijke uitzicht gehandhaafd blijft;
  • c. het stedebouwkundig aanvaardbaar wordt gevonden.