direct naar inhoud van Artikel 29 Waarde - Beschermd stadsgezicht
Plan: Rhenen Stad 2012
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0340.BPRhenenStad2012-oh01

Artikel 29 Waarde - Beschermd stadsgezicht

29.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Beschermd stadsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor bescherming van cultuurhistorische waarden waaronder in ieder geval wordt verstaan:

  • a. de stedenbouwkundige structuren en waarden bestaande uit:
    • 1. het wegen- en stratenpatroon;
    • 2. de kenmerkende rooilijnen;
    • 3. de dominantie van de kerk als herkenbaar middelpunt van de historische stadskern;
    • 4. de verkavelingsstructuur;
    • 5. de kenmerkende openbare ruimten;
    • 6. de samenhang tussen de landschappelijke, stedenbouwkundige en architectonische kwaliteiten;
    • 7. de waardevolle zichtlijnen;
    • 8. de vanuit de historie gegroeide stedenbouwkundige opzet in zes samenhangende gebieden.
  • b. de groenstructuur bestaande uit:
    • 1. de opgaande beplanting;
    • 2. de Bantuin met de molen
    • 3. de groenstructuur langs de stadsmuur;
  • c. het bebouwingsbeeld bestaande uit:
    • 1. het kleinschalige kleinstedelijke karakter;
    • 2. vroeg na-oorlogse wederopbouw;
    • 3. de kenmerkende (stads)muren;
    • 4. de beeldbepalende wanden;
    • 5. afzonderlijke bouwwerken, waaronder van rijks- of gemeentewege beschermde monumenten;
    • 6. karakteristieke beeldbepalende panden, waarvan de ruimtelijke beleving en de herkenbaarheid centraal staat.

29.2 Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen gelden, in aanvulling op de bouwregels in de overige aangewezen bestemmingen, de volgende regels:

  • a. gebouwen worden gebouwd op de voorste bouwgrens;
  • b. gebouwen worden gebouwd met een kap, met dien verstande dat ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'kap niet verplicht', de bouw van een kap niet verplicht is. De dakhelling van de kap mag niet minder dan 40 graden bedragen;
  • c. de noodzakelijke omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de waarde waarop deze bestemming is gericht. Alvorens de omgevingsvergunning wordt verstrekt, dient het bevoegd gezag eerst een advies van de Monumentencommissie te hebben ontvangen.