Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Batuwseweg 45/45a
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0331.01Batuwseweg4545a-BP01

Artikel 4 Wonen

 

4.1 Bestemmingsomschrijving

De gronden op de kaart aangewezen voor Wonen zijn bestemd voor wonen met bijbehorend erf. Ter plaatse van de aanduiding 'tuin' zijn de gronden uitsluitend bestemd voor gebruik als tuin.

4.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
a. woningen met bijgebouwen;
b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

4.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen geldt het volgende:
a. op gronden met deze bestemming mogen woningen en bijgebouwen worden opgericht. Indien in de verbeelding een bouwvlak is weergegeven, is herbouw van een woning enkel toegelaten binnen de begrenzing van dat bouwvlak. Verder geldt hierbij het volgende:
 
 
 
max. aantal per bestemmingsvlak
max. inhoud
max. op­pervlak
max. goot­
hoogte
max. bouw­hoogte
woningen (inclusief aanbou­wen)
1*)
600 m³
 
3,5 m
11 m
aan- en bijgebouwen bij/per woning
  
50 m²
3 m
6 m
* tenzij uit de verbeelding een ander toegelaten maximum blijkt of een bouwvlak is opgenomen.
 
b. in afwijking van het bepaalde onder a. is herbouw van een woning in een bouwvlak enkel toegelaten als landschappelijke inpassing in de vorm van oppervlaktewater ten genoegen van het college van burgemeester en wethouders is gerealiseerd.
 
c. in afwijking van het bepaalde in de tabel onder a. mag op gronden welke zijn voorzien van de bouwaanduiding 'bijgebouwen' een oppervlak van maximaal 225 m2 aan nieuwe aan- en bijgebouwen worden opgericht, mits alle bestaande gebouwen op de bouwpercelen welke zich buiten een bouwvlak bevinden, zijn gesaneerd.
 
d. in afwijking van het bepaalde onder a. mogen op gronden welke zijn voorzien van de functieaanduiding 'tuin' geen gebouwen worden opgericht.
 
e. het bepaalde in deze paragraaf is van overeenkomstige toepassing op overkappingen.

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bij de toelaatbaarheid van bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, worden de volgende regels in acht genomen.
  
 
max. aantal per bouwvlak
max. inhoud
max. op­pervlak
max. goot­
hoogte
max. bouw­hoogte
terreinafscheidingen:
     
- voor de voorgevel en ter plaatse van de aanduiding 'tuin'
    
1 m
- achter de voorgevel
    
2 m
overige bouwwerken, geen ge­bouwen zijnde
    
3 m

4.2.3 Karakteristieke panden

In aanvulling op het bepaalde in artikel 4 lid 2.1 onder a. mag een gebouw ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' slechts worden vernieuwd, veranderd of uitgebreid indien en voor zover het betrokken bouwplan mede strekt tot behoud of versterking van het uitwendige karakter van het pand, zoals aanwezig op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp bestemmingsplan.
 
Dit met name voor wat betreft de volgende aspecten:
a. bouwmassa naar hoofdafmetingen in relatie tot onderlinge verhoudingen;
b. dakvorm, nokrichting, dakhelling, dakoverstekken, goot- en daklijsten, dakuitvoering (pannen of niet) en schoorstenen;
c. gevelindelingen door ramen, deuropeningen en erkers.

4.3 Afwijken van de bouwregels

4.3.1 Vergroten maximale inhoud woning

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in de tabel behorende bij artikel 4 lid 2.1, ten behoeve van het vergroten van de inhoud van de woning, met dien verstande dat:
  1. de maximale inhoud van de woning niet meer mag bedragen dan 750 m³;
  2. de vergroting dient te passen in de ruimtelijke karakteristiek van de omgeving.

4.3.2 Verhogen goothoogte woning

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in de tabel behorende bij artikel 4 lid 2.1, ten behoeve van het verhogen van de goothoogte van de woning, met dien verstande dat:
  1. de maximale goothoogte niet meer mag bedragen dan 4,5 m;
  2. de verhoging zorgt voor een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit;
  3. de verhoging van de goothoogte dient te passen in de ruimtelijke karakteristiek van de omgeving.

4.3.3 Vergroten maximale oppervlakte bijgebouwen

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in de tabel behorende bij artikel 4 lid 2.1, ten behoeve van een groter gezamenlijk oppervlak aan bijgebouwen, met dien verstande dat:
  1. de maximale gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 100 m²;
  2. de afwijking enkel toegelaten is indien de vergroting van het oppervlak aan bijgebouwen noodzakelijk is voor het beheer van gronden met een oppervlak van minimaal 1 ha of ten behoeve van nevenfuncties bij woondoeleinden in de vorm van een aan huis gebonden beroep.

4.3.4 Karakteristieke panden

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van artikel 4 lid 2.1 onder a, ten behoeve van het het onderbrengen van één extra woning in een gebouw dat blijkens de verbeelding is aangeduid als 'karakteristiek', indien de extra woning zal bijdragen aan het behoud en/of de versterking van het uitwendige karakter van het pand, zoals aanwezig op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp bestemmingsplan.

4.3.5 Verhogen goot- en bouwhoogte bijgebouwen en overige gebouwen

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in de tabel behorende bij artikel 4 lid 2.1, ten behoeve van het verhogen van de maximum goot- en bouwhoogte van bijgebouwen en overige gebouwen. Een afwijking wordt uitsluitend toegepast indien de verhoging:
  1. noodzakelijk is voor een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit;
  2. past in de ruimtelijke karakteristiek van de omgeving.

4.4 Specifieke gebruiksregels

4.4.1 Verbod

Het is verboden bijgebouwen te gebruiken of te laten gebruiken als zelfstandige woonruimte.

4.4.2 Beroeps- en bedrijfsuitoefening

Op deze gronden is het gebruik toegestaan van gedeelten van hoofdgebouwen, inclusief aan- en uitbouwen, voor aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voor zover:
a. de woonfunctie op het perceel als hoofdfunctie in stand blijft en het voorgestane gebruik een ondergeschikte toevoeging daaraan is;
b. het pand de uitstraling van een woning blijft behouden;
c. maximaal 50 m² van de oppervlakte van de woning of het bijbehorend bouwwerk wordt gebruikt;
d. de activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale verkeersafwikkeling en geen onevenredige parkeerdruk veroorzaken;
e. het gebruik geen onevenredige hinder voor het woonmilieu oplevert en geen afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of de buurt;
f. de nieuwe functie geen milieuhinder oplevert, alleen bedrijfsactiviteiten in de milieucategorie I, als bedoeld in de handreiking “Bedrijven en milieuzonering” van de VNG, zijn toegestaan;
g. er geen reclameborden groter dan 0,20 m² bij of aan een woning worden geplaatst;
h. de activiteiten geen detailhandel, horeca of exploitatie van een seksinrichting betreffen,met uitzondering van detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit;
i. de ondergeschikte detailhandel als nevenactiviteit van het gebruik van woningen voor bij de functie van wonen passend gebruik geen aantasting van het kernwinkelapparaat en de wijkwinkelvoorzieningen tot gevolg heeft en tot maximaal 10% van de toegestane oppervlakte voor het bij de functie wonen passende gebruik tot een maximum van 5 m²;
j. de activiteiten geen buitenopslag van roerende zaken tot gevolg hebben.

4.4.3 Nevenfuncties en vervolgfuncties

De toe te laten nevenfuncties en vervolgfuncties ter plaatse van gebouwen en/of bouwvlakken, zoals opgenomen in artikel 26 (nevenfuncties ter plaatse van bouwvlakken) en artikel 27 (vervolgfuncties ter plaatse van bouwvlakken) van het bestemmingsplan 'Landelijk Gebied' zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 12 juli 2007 en herzien in het bestemmingsplan 'Landelijk Gebied 2e herziening', zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 28 juni 2010, zijn onverminderd van toepassing.