Artikel 11 Woongebied - Uit te werken
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Woongebied - Uit te werken aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. woningen hieronder niet begrepen bewoning van woonwagens of woonschepen;
-
b. aan huis verbonden beroepen en aan huis verbonden bedrijven met een maximale vloeroppervlakte van 33,3% van de vloeroppervlakte van de woning met een maximum van 50 m2;
-
c. zelfstandige (publieksgerichte) kantoren, horeca in categorie 1 en 2 als genoemd in bijlage 4 van de Staat van bedrijfsactiviteiten (horeca), consumentgerichte dienstverlening, (semi-commerciële) maatschappelijke dienstverlening, detailhandel, maatschappelijke voorzieningen, kinderdagverblijven en bedrijven in categorie A als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C, uitsluitend op de begane grond van gestapelde woningen ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van centrum - voorzieningen';
-
d. maatschappelijke voorzieningen;
-
e. een hotel is uitsluitend toegelaten ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 2';
-
f. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor', is in het bestaande gebouw een kantoor toegelaten;
-
g. buurtontsluitingswegen, woonstraten en andere voorzieningen ten behoeve van het verkeer;
-
h. wandel- en fietspaden;
-
i. waterlopen en voorzieningen voor de waterhuishouding;
-
j. groen- en speelvoorzieningen;
-
k. verblijfsgebieden en parkeervoorzieningen, waaronder begrepen gebouwde parkeervoorzieningen en straatmeubilair;
-
l. nutsvoorzieningen;
-
m. keerwand in verband met het vervoer van gevaarlijke stoffen over de aangrenzende spoorlijn;
-
n. transportleidingen.
11.2 Algemene uitwerkingsregels
Burgemeester en wethouders werken de in lid 1 omschreven bestemming uit met inachtneming van de volgende regels:
-
a. voor de gronden binnen het plangebied met een woonbestemming (Woongebied, Woongebied - Uit te werken en Centrum - Uit te werken) geldt voor deze bestemmingen gezamenlijk, dat maximaal 840 woningen mogen worden gerealiseerd, met dien verstande dat de wijzigingsbevoegdheid als genoemd onder 21.1 sub a en de bevoegdheid tot afwijken als genoemd onder 11.4 onder a in dit aantal niet zijn meegenomen;
-
b. de totale oppervlakte van kantoren voor het hele plangebied bedraagt maximaal 21.700 m2 bruto vloeroppervlakte, de bruto vloeroppervlakte aan kantoren in de zones ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - voorzieningen' worden hierbij meegerekend;
-
c. de totale oppervlakte aan detailhandel, voor het hele plangebied gezamenlijk bedraagt maximaal 600 m2 bruto-vloeroppervlakte, waarbij de bruto vloeroppervlakte in de gebouwen met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' worden meegerekend;
-
d. de totale oppervlakte voor een hotel, voor het hele plangebied gezamenlijk bedraagt maximaal 2.500 m2 bruto-vloeroppervlakte;
-
e. het totale bruto vloeroppervlak aan horeca voor het hele plangebied gezamenlijk bedraagt maximaal 1650 m2, het hotel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 1' en aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 2', en de horeca ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' binnen het veld 'overig - veld 3' en 'overig - veld 8', zijn in deze bruto-vloeroppervlakte niet meegenomen;
-
f. de totale oppervlakte aan leisure, voor het hele plangebied gezamenlijk bedraagt maximaal 600 m2 bruto-vloeroppervlakte, waarbij de bruto vloeroppervlakte in de gebouwen met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' worden meegerekend;
-
g. de totale oppervlakte aan zelfstandige (publieksgerichte) kantoren, horeca in categorie 1 en 2 als genoemd in bijlage 4 van de Staat van bedrijfsactiviteiten (horeca), consumentgerichte dienstverlening, (semi-commerciële) maatschappelijke dienstverlening, detailhandel, maatschappelijke voorzieningen, kinderdagverblijven en bedrijven in categorie A als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C voor het gehele plangebied bedraagt maximaal 6350 m2 bruto-vloeroppervlakte, waarbij de bruto vloeroppervlakte in de gebouwen met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' niet worden meegerekend en ook de extra bruto vloeroppervlakte genoemd onder 11.2 lid i niet wordt meegerekend;
-
h. de totale oppervlakte van maatschappelijke functies gezamenlijk, niet zijnde semi-commerciële/maatschappelijke dienstverlening, bedraagt maximaal 7.500 m2 bruto-vloeroppervlakte;
-
i. het onder 11.2 lid g toegelaten bruto vloeroppervlak, mag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van woongebied -3' gezamenlijk, nog eens worden uitgebreid voor horeca met maximaal 375 m2, voor maatschappelijk met maximaal 2200 m2 en bedrijven in categorie A als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C, met maximaal 425 m2;
-
j. de woonstraten worden ingericht als 30-km-gebied;
-
k. de afstand van bebouwing tot het hart van de hoofdontsluitingsweg Coenensparkstraat bedraagt ten minste 14 meter;
-
l. binnen de buitenste contour van de op de verbeelding aangegeven 'geluidzone - weg' en de as van de wijkontsluitingsweg mogen geen woningen worden gebouwd, tenzij wordt voldaan aan de wettelijke voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde op grond van de Wet geluidhinder;
-
m. bebouwing binnen de op de verbeelding aangegeven 'geluidzone - weg' dient een geluidsafschermende functie te hebben en derhalve overwegend parallel aan de weg te worden opgericht;
-
n. binnen de buitenste contour van de op de verbeelding aangegeven 'geluidzone - spoor' mogen geen woningen worden gebouwd, tenzij wordt voldaan aan de wettelijke voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde op grond van de Wet geluidhinder;
-
o. bebouwing langs de spoorbaan dient een geluidsafschermende functie te hebben en derhalve overwegend parallel aan de spoorbaan te worden opgericht;
-
p. voor bebouwing langs de spoorbaan dient met betrekking tot trillingshinder ten gevolge van het treinverkeer de mogelijke trillingshinder te worden onderzocht en te worden afgewogen binnen de kaders van de "Meet- en beoordelingsrichtlijn trillinghinder", dan wel de vervangende, dan geldende wettelijke regeling;
-
q. bij de toepassing van parkeernormen in het plangebied wordt de normering gehanteerd zoals opgenomen in de bij deze regels behorende “bijlage parkeernormen Noorderhaven”;
-
r. woningen en andere hindergevoelige objecten zijn uitsluitende toegelaten indien genoegzaam is aangetoond dat feitelijk en op grond van de juridisch vergunde situatie de milieuruimte van binnen en buiten het plangebied gelegen bedrijven zodanig is aangepast dat daarmee ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd. Bij uitwerking wordt rekening gehouden met:
-
1. de geluiduitstraling van de binnen en buiten het plangebied gelegen bedrijven, waarbij pas buiten de 50 dB(A) contour wordt voorzien in de bestemming wonen;
-
2. dan wel wordt bij de uitwerking afgewogen of ook bij een geluidbelasting van maximaal 53 dB(A) ten gevolge van binnen of buiten het plangebied gelegen bedrijven, woningbouw kan worden toegelaten. Hierbij dient de geluidruimte van 53 dB(A) op grond van de feitelijke en juridische situatie te worden vastgelegd en dient bij de uitwerking van de bouwvlakken rekening gehouden wordt met de geluidbelasting vanwege de bedrijven. De geluidbelasting van maximaal 53 dB(A) wordt alleen acceptabel geacht, vanwege de al aanwezige geluidbelasting vanwege wegverkeer en de aanwezigheid van een geluidluwe gevel.
-
s. in afwijking van het gestelde onder r. geldt ter plaatse van de aanduiding 'Overig -veld 5' dat:
-
1. de woningen aan de noordwest-, noord en noordoostzijde ten opzichte van de gronden met een bedrijfsbestemming worden voorzien van een aaneengesloten zogenaamde dove gevel, zodanig dat er geen sprake is van een gevel in de zin van de wet geluidhinder. De gevel moet bovendien worden uitgevoerd zonder te openen delen en zonder ventilatievoorzieningen. Deze maatregelen en het behoud er van dienen middels voorschriften bij de 'omgevingsvergunning tot bouwen' te worden geborgd.
-
2. de gronden tussen het bouwblok en de gronden met een bedrijfsbestemming zijn geen geluidgevoelige functies toegelaten.
-
t. in het noordelijk deel van het plangebied dient ruimte te worden gereserveerd voor parkeervoorzieningen en een goede ontsluiting ten behoeve van de Houthaven en de omliggende bedrijvigheid welke direct en noordwesten van het plangebied is gelegen;
-
u. buurtontsluitingswegen, met dien verstande dat buurtontsluitingswegen ten behoeve van de bestemmingen Woongebied - Uit te werken en Centrum - Uit te werken uitsluitend zijn toegestaan ter plaatse van de zijde van het veld waar de figuur 'relatie' is weergegeven en met dien verstande dat de buurtontsluitingswegen uitsluitend mogen worden gerealiseerd binnen een afstand van maximaal 50 m van de figuur 'relatie'. De onderlinge afstand tussen buurtonsluitingswegen bedraagt minimaal 50 meter en de afstand tussen een buurtontsluitingsweg en woningen dient voldoende te zijn vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid.
11.3 Specifieke uitwerkingsregels
Burgemeester en wethouders werken de in lid 1 omschreven bestemming uit met inachtneming van de volgende regels:
-
a. de totale vloeroppervlakte van maatschappelijke doeleinden, waaronder scholen en maatschappelijke voorzieningen, voor zover gelegen binnen de bestemming Woongebied - Uit te werken bedraagt maximaal 7.500 m2 bruto vloeroppervlak;
-
b. de totale oppervlakte aan zelfstandige (publieksgerichte) kantoren, horeca in categorie 1 en 2 als genoemd in bijlage 4 van de Staat van bedrijfsactiviteiten (horeca), consumentgerichte dienstverlening, (semi-commerciële) maatschappelijke dienstverlening, detailhandel, maatschappelijke voorzieningen, kinderdagverblijven en bedrijven in categorie A als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C, is uitsluitend toegelaten ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van centrum - voorzieningen' waarbij de functies bovendien uitsluitend op de begane grond zijn toegelaten;
-
c. een hotel is uitsluitend toegelaten ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 2';
-
d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 2' bedraagt de maximaal toegelaten bruto-vloeroppervlakte aan hotel 2.500m2;
-
e. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 21A' geldt een maximaal aantal te bouwen woningen van 75;
-
f. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 4' geldt maximaal aantal te bouwen woningen van 125;
-
g. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 5' geldt een maximaal aantal te bouwen woningen van 54;
-
h. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 13' en 'overig - veld 14' gezamenlijk geldt een maximaal aantal te bouwen woningen van 110;
-
i. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 18' en 'overig - veld 19' gezamenlijk een maximaal aantal te bouwen woningen van 75;
-
j. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 15' en 'overig - veld 16' gezamenlijk geldt maximaal aantal te bouwen woningen van 31;
-
k. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 2' en 'overig - veld 3' gezamenlijk geldt een maximaal aantal te bouwen woningen van 100;
-
l. een afwijking van maximaal 20% per veld van de hierboven onder e tot en met k genoemde maxima is mogelijk ten behoeve van een uitwisseling tussen de velden voor zover voor het gehele plangebied het maximale aantal van 1050 woningen niet wordt overschreden;
-
m. het hoofdgebouw dient gebouwd te worden binnen het bouwvlak op maximaal 1,5 meter van de naar de weg gekeerde grens van het bouwvlak met dien verstande dat deze voorste bouwgrens uitsluitend mag worden overschreden door een balkon en ondergeschikte bouwonderdelen, mits de overschrijding niet meer dan 1 meter bedraagt;
-
n. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 13' mag in afwijking van het gestelde onder m, aan de oostzijde van het veld maximaal over één derde van de totale lengte worden gebouwd op een grotere afstand dan 1,5 van de naar de weg gekeerde bouwgrens;
-
o. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 14' is in afwijking van het gestelde onder m, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van woongebied - 4' hoofdbebouwing toegelaten;
-
p. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 4' dient aan de zuid en oostzijde in afwijking van het gestelde onder 11.3 sub m te worden gebouwd in de naar de weg gekeerde bouwgrens;
-
q. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 2' en 'overig - Veld 3' dient aan de noord, west en oostzijde in afwijking van het gestelde onder 11.3 sub m te worden gebouwd in de naar de weg gekeerde bouwgrens;
-
r. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 21A' geldt dat uitsluitend gestapelde bouw is toegelaten, waarbij het maximaal aantal van drie woongebouwen (flats) is toegelaten met ieder een maximale footprint van 700 vierkante meter. De onderlinge afstand tussen deze woongebouwen bedraagt minimaal 20 meter waarbij ook de afstand tot de veldgrens van veld 4 minimaal 20 meter bedraagt;
-
s. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 21A', geldt voor het meest noordelijk op te richten woongebouw een minimale bouwhoogte van 15 meter en de maximale bouwhoogte 29,5 meter, voor de overige woongebouwen geldt een minimale bouwhoogte van 15 meter en de maximale bouwhoogte 23,5 meter;
-
t. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 4', geldt een minimale bouwhoogte van 12 meter en de maximale bouwhoogte 20,5 meter;
-
u. in afwijking van het bepaalde onder t geldt voor de bebouwing ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding - 1' in 'overig - veld 4' een minimale bouwhoogte van 9 meter en de maximale bouwhoogte 14,5 meter;
-
v. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 5', 'overig - veld 13' en 'overig - veld 14', geldt een minimale bouwhoogte van 9 meter en de maximale bouwhoogte 14,5 meter;
-
w. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 15', 'overig - veld 16' en 'overig - veld 19', geldt een minimale bouwhoogte van 9 meter en de maximale bouwhoogte 14,5 meter;
-
x. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 18' geldt een voor de bebouwing aan de zuidzijde die grenst aan het spoor de minimale bouwhoogte van 15 meter en de maximale bouwhoogte 16 meter, voor het overige geldt binnen deze velden een minimale bouwhoogte van 9 meter en een maximale bouwhoogte 14,5 meter;
-
y. in afwijking van het gestelde onder 11.3 onder w bedraagt, ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 19', ter plaatse van het maatvoeringsvlak voor een oppervlak van maximaal 400 m2 de maximale bouwhoogte 35 meter;
-
z. ter plaatse van de aanduiding 'overig - veld 2' en 'overig - veld 3' gezamenlijk, geldt voor de bebouwing welke grenst aan de grens van het bouwvlak aan de west en noordzijde een minimale bouwhoogte van 12 meter en de maximale bouwhoogte 20,5 meter, voor de bebouwing die grenst aan de grens van het bouwvlak aan de zuidzijde geldt een minimale bouwhoogte van 9 meter en de maximale bouwhoogte 17,5 meter;
-
aa. woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen gelegen ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - spoor', 'geluidzone - weg' dienen voor zover een ontheffing hogere waarden op grond van de Wet geluidhinder is verleend te worden voorzien van minimaal één geluidsluwe gevel;
bb.
|
|
|
|
keerwand in verband met het vervoer van gevaarlijke stoffen over de aangrenzende spoorlijn wordt toegelaten tot een maximale bouwhoogte van 0,5 meter;
|
cc.
|
|
|
|
voor zover noodzakelijk voor het realiseren van een calamiteitenpad, een calamiteitenpad ten behoeve van de veiligheid op en langs het spoor alsmede ten behoeve van de veiligheid in het plangebied Noorderhaven; bebouwing binnen de op de verbeelding aangegeven 'veiligheidszone - spoor' dient in het kader van de externe veiligheidsrisico's ter plaatse zodanig te worden uitgevoerd dat van de naar het spoor gekeerde gevel niet meer dan 50% van het oppervlak uit glas of vergelijkbaar materiaal mag bestaan en er in de van het spoor gekeerde gevels voldoende (nood)uitgangen worden gerealiseerd.
|
11.4 Afwijken van de regels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om in de uitwerking afwijkingsbevoegdheden op te nemen met betrekking tot:
-
a. het gefaseerd toelaten van 110 woningen dien verstande dat:
-
1. de uitwerking naar een woonfunctie niet eerder mag plaats vinden dan in 2019;
-
2. het maximaal aantal toegelaten woningen in het plangebied van 1.050, niet mag worden overschreden;
-
3. het maximaal toegelaten aantal woningen per veld niet mag worden overschreden;
-
4. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 11 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming Woongebied - Uit te werken hebben verkregen.
-
5. advies wordt gevraagd aan de provinciale diensten en de gemeentelijke diensten met betrekking tot hoe de uitbreiding zich verhoudt tot de prognoses in het kader van de Kwalitatief Woonprogramma voor de regio en de gemeente Zutphen;
-
b. het verkleinen van in de uitwerking voorgeschreven afstanden van aan- of uitbouwen, bijgebouwen en/of overkappingen tot bouwperceelsgrenzen en (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouwen;
-
c. het vergroten van in de uitwerking voorgeschreven oppervlakten van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;
-
d. van het bepaalde in artikel 11.3 onder m voor het vergroten van de afstand van de hoofdbebouwing tot aan de naar de weg gekeerde bouwgrens van het bouwvlak mits:
-
1. aangetoond is dat de afwijking zich kan verhouden met het voor dit plan beoogde stedenbouwkundige beeld;
-
2. goede bereikbaarheid is verzekerd en;
-
3. is voorzien in voldoende parkeermogelijkheid;
-
4. de betreffende kavels voldoende van omvang zijn.
-
e. van het bepaalde in 11.1 onder b ten behoeve van het toestaan van bedrijfsruimte in categorie 1 zoals genoemd in de bij deze regels behorende bijlage 2 of daarmee gelijk te stellen bedrijven of activiteiten bij een woning (aan huis verbonden bedrijf) met en maximum van 100 m2 worden gerealiseerd, mits:
-
1. maximaal 50% van het bouwperceel bij de woning wordt gebruikt voor bedrijfsruimte;
-
2. geen ontoelaatbare milieuhinder wordt veroorzaakt;
-
3. goede bereikbaarheid is verzekerd en;
-
4. is voorzien in voldoende parkeermogelijkheid;
-
5. de betreffende kavels voldoende van omvang zijn;
-
6. de noodzaak is aangetoond in verband met het stedenbouwkundige beeld.
-
f. het bepaalde in 11.1 onder a. van de regels ten behoeve van het gebruik als afhankelijke woonruimte mits:
-
1. het gebruik als afhankelijke woonruimte noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg, waartoe advies van een onafhankelijk deskundige wordt ingewonnen;
-
2. de afhankelijke woonruimte qua oppervlakte past in de voor deze bestemming geldende regeling voor bijgebouwen tot een maximum van 60 m2;
-
3. de belangen van omwonenden en bedrijven niet onevenredig worden aangetast, waarbij rekening wordt gehouden met milieuaspecten als geur, geluid, hinder en externe veiligheid;
-
4. het bijgebouw, dat als afhankelijke woonruimte wordt gebruikt, is gelegen binnen de bouwstrook (op hetzelfde bouwperceel);
-
5. geen splitsing van eigendom van het betreffende bouwperceel plaatsvindt;
-
6. het aantal gebruikers van afhankelijke woonruimte maximaal twee bedraagt;
-
7. het gebruik als afhankelijke woonruimte onmiddellijk wordt beëindigd, vanaf het moment dat de mantelzorg niet meer is vereist. Hiertoe controleren burgemeester en wethouders tweejaarlijks of nog aan de voorwaarden, waaronder is afgeweken, wordt voldaan.
-
g. van het bepaalde in 11.1 ten behoeve van het toestaan van kinderdagverblijven bij een woning mits:
-
1. maximaal 50% van het vloeroppervlak van de woning (begane grond + verdieping) met een maximum van 75 m2 mag worden gebruikt voor het kinderdagverblijf;
-
2. degene die de activiteiten uitoefent tevens de hoofdbewoner is van de woning;
-
3. geen ontoelaatbare milieuhinder wordt veroorzaakt;
-
4. het gebruik niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de verkeersontsluitings- en parkeersituatie ter plaatse waarbij voor de parkeersituatie geldt dat op eigenterrein voldoende parkeergelegenheid aanwezig dient te zijn, waarbij voldaan moet zijn aan de parkeernormering als opgenomen in de bijlage 5 (parkeernormering);
-
5. een goede bereikbaarheid is verzekerd.
-
h. van het bepaalde in lid 11.1 onder c. van de regels ten behoeve van het toelaten van bedrijven in categorie B als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C, ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van centrum - voorzieningen' mits: geen ontoelaatbare milieuhinder wordt veroorzaakt, waarbij speciaal gelet wordt op contactgeluid en geurdoorslag in aangrenzende woningen;
-
i. van het bepaalde in lid 11.1 onder c. van de regels ten behoeve van het toelaten van bedrijven in categorie C als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C, ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van centrum - voorzieningen' mits:
-
1. geen ontoelaatbare milieuhinder wordt veroorzaakt, waarbij speciaal gelet wordt op hinder door het verkeer van en naar het bedrijf, op contactgeluid en geurdoorslag in aangrenzende woningen;
-
2. goede bereikbaarheid is verzekerd en;
-
3. is voorzien in voldoende parkeermogelijkheid;
-
j. van het bepaalde in lid 11.1 onder c van de regels ten behoeve van het toelaten van een bedrijf dat voor wat betreft de aard en omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk kan worden gesteld met een bedrijf uit de categorieën A, B en C als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C, ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van centrum - voorzieningen' mits:
-
1. geen ontoelaatbare milieuhinder wordt veroorzaakt, waarbij speciaal gelet wordt op hinder door het verkeer van en naar het bedrijf, op contactgeluid en geurdoorslag in aangrenzende woningen;
-
2. goede bereikbaarheid is verzekerd en;
-
3. is voorzien in voldoende parkeermogelijkheid.
-
k. van het bepaalde in lid 11.2 onder p. van de regels ten behoeve van het hanteren van een afwijkende parkeernorm mits:
-
1. aangetoond is dat de betreffende functie leidt tot afwijkende parkeernormering;
-
2. advies is ingewonnen over de te hanteren afwijkende parkeernorm bij een ter zake kundige;
-
3. goede bereikbaarheid is verzekerd en;
-
4. is voorzien in voldoende parkeermogelijkheid.
-
l. van het bepaalde in lid 11.3 onder d van de regels ten behoeve van het vergroten van het maximaal toegelaten bruto vloeroppervlak tot een oppervlak van maximaal 7.500 m2 mits:
-
1. aangetoond is dat de afwijking zich kan verhouden met het voor dit plan beoogde stedenbouwkundige beeld;
-
2. de behoefte aan de uitbreiding van de hotelfunctie binnen de gemeente Zutphen is aangetoond;
-
3. de geen ontoelaatbare milieuhinder wordt veroorzaakt;
-
4. goede bereikbaarheid is verzekerd;
-
5. binnen de aanduiding 'overige - veld 2' kan worden voorzien in voldoende parkeermogelijkheid.
-
m. van het bepaalde in lid 11.3 onder b. van de regels zelfstandige (publieksgerichte) kantoren, horeca in categorie 1 en 2 als genoemd in bijlage 4 van de Staat van bedrijfsactiviteiten (horeca), consumentgerichte dienstverlening, (semi-commerciële) maatschappelijke dienstverlening, detailhandel, maatschappelijke voorzieningen, kinderdagverblijven en bedrijven in categorie A als genoemd in bijlage 1 van de Staat van bedrijfsactiviteiten Functiemenging categorie A t/m C ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van centrum - voorzieningen' zodanig dat deze functies ook mogen worden toegelaten op de eerste verdieping mits:
-
1. geen ontoelaatbare milieuhinder wordt veroorzaakt;
-
2. goede bereikbaarheid is verzekerd en;
-
3. is voorzien in voldoende parkeermogelijkheid.
-
n. van het bepaalde in lid 11.3 onder aa. van de regels ten behoeve van de verplichting woningen te voorzien van tenminste één geluidsluwe gevel, mits:
-
1. de realisatie van één geluidsluwe gevel aantoonbaar – mede vanwege stedenbouwkundige uitgangspunten – niet mogelijk is;`
-
2. het ontbreken van een geluidsluwe gevel wordt gecompenseerd door bijvoorbeeld een afsluitbaar balkon (koude serre), een gezamenlijke (niet openbare) geluidsluwe buitenruimte (binnentuin).
11.5 Procedure en voorlopig bouwverbod
-
a. Burgemeester en wethouders werken de bestemming uit met het oog op de algehele inrichting van het gebied voor de in lid 1 genoemde doeleinden; uitwerking van de bestemming per veld of gedeelte daarvan is daarbij mogelijk;
-
b. omtrent de vaststelling van het uitwerkingsplan wordt de procedure gevolgd als bedoeld in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening;
-
c. zolang en voor zover het uitwerkingsplan niet in werking getreden is, mogen bouwwerken niet worden gebouwd;
-
d. het onder c. opgenomen voorlopige bouwverbod geldt niet voor het bouwrijp maken van de gronden.