direct naar inhoud van Artikel 14 Wonen - Gestapeld
Plan: Binnenstad Lochem
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0262.loBinnenstad2010-BP41

Artikel 14 Wonen - Gestapeld

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - Gestapeld' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen in de vorm van gestapelde woningen, op de begane grond al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis;
  • b. erven;

alsmede voor:

  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk', maatschappelijke functies, zoals benoemd in artikel 1.44 van deze planregels;

met dien verstande dat:

  • d. in de eerste plaats het bepaalde in artikel 15 van toepassing is voorzover deze gronden mede zijn bestemd voor 'Waarde - Archeologie'.

14.2 Bouwregels

Op de gronden als bedoeld in lid 14.1 mag uitsluitend worden gebouwd met inachtneming van de volgende bouwregels:

14.2.1 Binnen het bouwvlak:
  • a. toegestaan is het aantal gestapelde woningen dat op de eerste dag van de ter inzage legging van het ontwerpbestemmingsplan aanwezig was;
  • b. de naar de openbare weg gekeerde gevel(s) van de gebouwen langs de Oosterwal, Westerwal en Zuiderwal dienen in de naar de openbare weg gekeerde bouwgrenzen te worden gebouwd;
  • c. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, en met inachtneming van de overige bouwregels;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte" mag de goot- en bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan de aangeduide hoogten;
  • e. binnen het bouwvlak mag de dakhelling van een kap mag niet meer dan 60 graden bedragen;
  • f. binnen het bouwvlak mag de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde niet meer dan 3 meter bedragen.

14.2.2 Buiten het bouwvlak:
  • a. van de gronden buiten het bouwvlak die deel uitmaken van het bouwperceel mag maximaal 30% worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, en met inachtneming van de overige bouwregels;
  • b. buiten het bouwvlak mag de goothoogte van gebouwen niet meer dan 3 meter bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 5 meter, mits het gebouw op ten minste 2 meter van de zijdelingse en/of achtergrenzen van het bouwperceel is gesitueerd;
  • c. op een afstand van 2 meter of minder van de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel mag de bouwhoogte van gebouwen maximaal 3 meter bedragen (behoudens ontheffing);
  • d. buiten het bouwvlak mag de dakhelling van een kap niet meer dan 60 graden bedragen;
  • e. buiten het bouwvlak mag de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde niet meer dan 2 meter bedragen.

14.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 14.2.2, sub c., voor een gebouw met een kap op een afstand van 2 meter of minder van de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel, mits:

  • a. de dakhelling vanaf de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel oploopt met een helling van maximaal 60 graden, en;
  • b. de nok van de kap ten minste 2 meter uit de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel is gesitueerd;
  • c. de bouwhoogte niet meer dan 5 meter bedraagt.

14.4 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. een woning mag niet worden gebruikt voor de (tijdelijke) huisvesting van meer dan één huishouden;
  • b. de wooneenheden op de begane grondlaag van een woongebouw met gestapelde woningen mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis, met in achtneming van de volgende voorwaarden:
    • 1. wonen de hoofdfunctie blijft;
    • 2. het ruimtebeslag van ondergeschikte betekenis is, met dien verstande dat ten hoogste 30% van de aanwezige vloeroppervlakte van de gebouwen daarvoor mag worden aangewend tot een maximum van 100 m? per beroepsuitoefening aan huis en maximaal 50 m² per kleinschalige bedrijvigheid aan huis;
    • 3. het beroep aan huis of de kleinschalige bedrijvigheid aan huis door de bewoner zelf wordt uitgeoefend;
    • 4. er uitsluitend beroeps- of bedrijfsactiviteiten worden toegestaan in categorie 1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten aan huis;
    • 5. parkeren zoveel mogelijk op eigen terrein wordt opgelost en er ter plaatse geen onevenredige aantasting van de parkeer- en/of verkeerssituatie optreedt;
    • 6. geen buitenopslag plaatsvindt.
  • c. de wooneenheden op de verdiepingen van een woongebouw met gestapelde woningen mogen niet worden gebruikt voor de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis.