direct naar inhoud van Artikel 3 Wonen
Plan: Agrarisch Gebied, 66e herziening (Wolbertsdijk 13 te Wapenveld)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.00000859-va01

Artikel 3 Wonen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor het wonen in woningen, met dien verstande dat:

  • a. de gronden mede zijn bestemd voor landschappelijke inpassing;
  • b. een aan-huis-gebonden beroep is toegestaan;
  • c. bed & breakfast (bestaande uit maximaal 2 slaapkamers en 5 slaapplaatsen) binnen de bestaande woning met dien verstande dat:
    • 1. de bed & breakfast over maximaal twee van de drie essentiële woonvoorzieningen beschikt (toilet, douche/bad en keuken);
    • 2. bed & breakfast niet mag leiden tot een karakterverandering van het perceel en/of de tuin en ondergeschikt dient te zijn aan de woonfunctie;

met daarbijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tuinen en erven.

3.2 Bouwregels

Op de tot "Wonen" bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienste van de bestemming, met dien verstande dat:

3.2.1 Hoofdgebouwen in casu woningen

Voor hoofdgebouwen in casu woningen de volgende regels gelden:

  • a. een woning mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. per bouwvlak is 1 woning toegestaan;
  • c. een woning mag vrijstaand worden gebouwd;
  • d. bij herbouw, verbouw en uitbreiding van een woning mogen de huidige gevels met niet meer dan 10 m overschreden worden, waarbij de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen;
  • e. de breedte van een woning mag niet minder dan 6 m bedragen;
  • f. de oppervlakte van een woonhuis mag niet meer dan 150 m2 bedragen, met dien verstande dat de oppervlakte meer dan 150 m2 mag bedragen indien het aan het woonhuis aangebouwde bedrijfsgedeelte van voormalige boerderijen bij het woonhuis worden betrokken;
  • g. met betrekking tot de bouw- en goothoogte van een woning gelden de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven hoogten;
  • h. met betrekking tot de dakhelling van een woning gelden de ter plaatse van de aanduiding 'minimale-maximale dakhelling' aangegeven dakhelling;
  • i. in afwijking van het bepaalde in artikel 3.2.1 c tot en met g geldt dat afwijkingen in maten en afmetingen, zoals die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, gehandhaafd mogen worden, ook in geval van (ver)nieuwbouw;

3.2.2 Bijbehorende bouwwerken

Voor bijbehorende bouwwerken de volgende bepalingen gelden:

  • a. de goothoogte en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m respectievelijk 6 m;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken bij een woning mag niet meer bedragen dan 100 m²;
  • c. de afstand van een bijbehorend bouwwerk tot de voorgevel van het hoofdgebouw en het verlengde daarvan mag niet minder dan 1 m bedragen, of niet minder dan de bestaande afstand indien die minder bedraagt.
3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. indien zij vóór de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van de woning of het verlengde daarvan worden opgericht mag de bouwhoogte niet meer dan 1 m bedragen;
  • b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2 m bedragen.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:

  • a. het beginsel van bebouwingsconcentratie;
  • b. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. de landschappelijke inpassing;
  • d. de verkeersveiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • f. de milieusituatie.

3.4 Afwijken van de bouwregels
3.4.1 Afwijkingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. 3.2.1 onder a ten behoeve van het verplaatsen van het hoofdgebouw binnen het bestemmingsvlak;
  • b. 3.2.1 onder g en toestaan dat de goot- en/of bouwhoogte wordt verhoogd met niet meer dan 2 meter;
  • c. 3.2.2 onder c voor wat betreft het bouwen achter de voorgevel, met dien verstande dat het bepaalde in Artikel 5 (Algemene bouwregels) in acht wordt genomen;
  • d. 3.2.2 onder b, ten behoeve van de vervanging van meerdere bijbehorende bouwwerken door 1 bijbehorend bouwwerk met een gezamenlijke oppervlakte van meer dan 100 m², met dien verstande dat:
    • 1. niet meer dan 50% van de oppervlakte van de verwijderde bijbehorende bouwwerken boven de 100 m² mag worden teruggebouwd;
    • 2. de gezamenlijke oppervlakte van het nieuwe bijbehorende bouwwerk niet meer bedraagt dan 250 m²;
    • 3. de vervanging bijdraagt aan een aanmerkelijke verbetering van de landschappelijke situatie ter plaatse.
  • e. 3.2.2 onder b voor de realisering van bijbehorende bouwwerken ten behoeve van een agrarisch hobbybedrijf met een oppervlakte van ten hoogste 200 m², mits de noodzaak is aangetoond en het bouwperceel eventueel in combinatie met de daaraan grenzende en daarmee een eigendomseenheid vormende grond, een (gezamenlijke) oppervlakte heeft van tenminste 5.000 m².

3.4.2 Afwegingskader

Bij een afwijking als bedoeld in sublid 3.4.1 vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in Artikel 7 Algemene afwijkingsregels).

3.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een met de bestemming strijdig gebruik als bedoeld in Artikel 6 Algemene gebruiksregels), wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden en opstallen voor een (aan huis gebonden) bedrijf;
  • b. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor doeleinden van zelfstandige bewoning;
  • c. het gebruik van gronden als stort- of opslagplaats van al dan niet aan het gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen.

3.6 Afwijken van de gebruiksregels
3.6.1 Afwijkingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. 3.1 ten behoeve van de realisatie van een paardenbak bij een woning, met dien verstande dat moet worden voldaan aan de criteria en voorwaarden zoals genoemd in de in Bijlage 1 opgenomen Beleidsnotitie paardenbakken;
  • b. 3.5 onder a ten behoeve van aan huis gebonden bedrijven als genoemd in categorie 1 van de in Bijlage 2 Staat van Bedrijfsactiviteiten opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten dan wel activiteiten die naar aard en omvang gelijk zijn te stellen met de aangegeven categorie van activiteiten, niet zijnde detailhandel, met dien verstande dat:
    • 1. niet meer dan 25 % van de gebruiksoppervlakte van de begane-grondvloer, met een maximum van 25 m², van de gebouwen wordt aangewend ten dienste van deze bedrijven/activiteiten;
    • 2. geen sprake mag zijn van een onevenredig nadelige uitstraling op de woonomgeving, waaronder in ieder geval begrepen een onevenredig zware belasting;
  • c. 3.1 ten behoeve van bed & breakfast in een (voormalig) functioneel met de woning verbonden bijbehorend bouwwerk met dien verstande dat:
    • 1. de bed & breakfast over maximaal twee van de drie essentiële woonvoorzieningen beschikt (toilet, douche/bad en keuken);
    • 2. bed & breakfast niet mag leiden tot een karakterverandering van het perceel en/of de tuin en ondergeschikt dient te zijn aan de woonfunctie.

3.6.2 Afwegingskader

Bij een afwijking als bedoeld in sublid 3.6.1 vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in Artikel 7 Algemene afwijkingsregels).