Omgevingsvisie    

TOELICHTING     

Hoofdstuk 1 Voorwoord     

In Westland is het goed wonen, werken en recreëren. Dat is voor iedereen belangrijk. Het college van burgemeester en wethouders heeft aan de inwoners van Westland gevraagd wat zij belangrijk vinden voor Westland in de toekomst. Ze geven aan dat ze graag in een gemeente wonen waar je je thuis voelt en waar volop kansen zijn om je te ontwikkelen en te ontplooien. Dit is een wens van alle tijden en we willen graag zorgen dat ook onze kinderen en kleinkinderen deze kansen krijgen. Zo willen we zorgen dat deze gemeente ook voor toekomstige generaties een fijne en gezonde plek is.

Maar hoe zorgen we er nu voor dat Westland in de toekomst nog steeds een fijne gemeente is om te wonen, werken en recreëren? Als college bieden we iedereen die trots is op Westland graag een aantrekkelijk perspectief. Dat doen we met het instrument Omgevingsvisie. Hierin brengen we het geheel aan gemeentebeleid samen dat te maken heeft met de fysieke leefomgeving. Als rode draad zijn daar de onderwerpen duurzaamheid, gezondheid en veiligheid in verweven.

Een Omgevingsvisie kun je als gemeente niet alléén maken. Het gaat over thema's die iedereen raken, bijvoorbeeld gezondheid en veiligheid. En het gaat soms verder dan onze gemeentegrens, denk hierbij aan water, klimaatadaptatie en infrastructuur. Samen met inwoners, bedrijfsleven, experts, buurgemeenten en andere stakeholders (zoals waterschap, veiligheidsregio etc.) is deze visie tot stand gebracht. We hebben vragen aan hen gesteld, informatie opgehaald en onze ideeën voor Westland aan hen voorgelegd.

De belangrijkste opgave voor het college is het verhogen van de leefkwaliteit in Westland. Het sociaal-maatschappelijke en economische belang van het tuinbouwcluster verliezen we daarbij niet uit het oog. Én we willen de oorspronkelijke structuren in het landschap behouden, net als de gemeenschapszin in de dorpen.

In deze Omgevingsvisie heeft het gemeentebestuur, in samenspraak met de samenleving, de koers verder aangescherpt en belangrijke bestuurlijke keuzes gemaakt. Zo ligt er nu een Omgevingsvisie die particuliere initiatieven gericht kan stimuleren en waar nodig reguleren.

En waarin we oplossingen zoeken voor vraagstukken als de ruimtedruk, een passende woningvoorraad, de de bereikbaarheid, klimaat- en energie-opgaven, de arbeidsmarktproblematiek en de leefbaarheid.

De wereld om ons heen verandert razendsnel. Soms snel­ler dan we onze plannen kunnen uitvoeren. De economie, de samenleving, de technologie: alles ontwikkelt in rap tempo. Gedurende het opstellen van dit stuk ontstond ook het corona-virus: een ontwikkeling waarvan de gevolgen nog niet goed te overzien zijn. Het is lastig voorspellen hoe de toekomst er exact uit komt te zien. En toch willen we in deze Omgevingsvisie een routekaart schetsen waar we met elkaar naar toe gaan. Het is een levend document dat zal worden aangepast als grote ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.

Deze visie vervangt de "Structuurvisie Westland 2025" en is daarmee richtinggevend voor nieuwe initiatieven. Het college vertrouwt erop dat we samen met de gemeenteraad en andere betrokkenen kunnen werken aan een mooi en toekomstbestendig Westland.

Wethouder Cobie Gardien

Hoofdstuk 2 Samenvatting     

In deze Omgevingsvisie van gemeente Westland leest u de rode draad voor de ruimtelijke plannen in Westland de komende jaren. Onze focus blijft op het tuinbouwcluster liggen, maar we zoeken daarin een betere balans met de leefomgeving. Westland wil een groenere, gezonde en aantrekkelijke gemeente zijn. Dat realiseren we vanuit een People-Planet-Profit benadering.

People gaat over de sterke samenleving die wij in Westland kennen. De grootste kracht achter de Westlandse identiteit: onze inwoners. Hoe creëren we voor hen een zo'n prettig mogelijke omgeving, zodat we hier nog jaren met plezier kunnen wonen en leven Een leefomgeving waarin men elkaar steunt en zich inzet voor zijn omgeving. Waar ruimte is voor nieuwe ontwikkelingen, met aandacht voor behoud van onze cultuur. Een gemeente waar iedereen gelijke kansen heeft op het gebied van gezondheid en de jeugd zich optimaal kan ontwikkelen en veilig kan opgroeien. Daarvoor is vergroening nodig en nieuwe woningen die toekomstbestendig zijn. We houden groene gebieden groen door zoveel mogelijk in de dorpen uit te breiden en behouden zo kenmerkende historische landschapsstructuren voor onze toekomstige bewoners. Ook koesteren we cultuurhistorische elementen.

We bereiken een betere balans tussen People, Planet en Profit door het toevoegen van extra groen in Westland. Vergroening vindt vooral plaats langs de belangrijke groene verbindingen en in de wijken. In de Omgevingsvisie is aangegeven op welke plaatsen groengebieden aangelegd en groene verbindingen afgemaakt worden. Ook zijn een groennorm voor nieuwbouwwijken en een extra vergroeningsopgave in de dorpen geformuleerd. Tenslotte gaan we initiatiefnemers en ontwikkelaars vragen groeninclusief te ontwerpen en in te richten.

Door een klimaatbestendig beleid te voeren, is het onderdeel Planet verweven in alle plannen van Westland voor de toekomst. Ruimtelijke inrichting, nieuwbouw, verkeersmaatregelen. Allemaal thema's die we duurzaam willen benaderen. We zetten in op het benutten van bodemwarmte en sluiten aan op warmtenetten in de regio. Zo dragen we als Westland ons steentje bij aan het verbeteren van de kwaliteit van onze leefomgeving en gaan zorgvuldig en verantwoord met de grondstoffen van de aarde om.

Profit speelt een belangrijke factor bij al deze ontwikkelingen. Het glastuinbouwcluster blijft hierbij een belangrijke rol spelen. Daar zijn we trots op, want deze bedrijven en hun medewerkers vormen een groot deel van de Westlandse identiteit. We zetten in op bereikbaarheid en willen internationaal een toonaangevende rol spelen op gebied van kennis, innovatie, duurzaamheid en gezondheid in onze Greenport. Onze kennis en logistiek zijn bronnen voor een economie die oplossingen biedt voor wereldproblemen. Daarbij moet ruimte blijven bestaan om te ondernemen, zodat we gezamenlijk kansen kunnen benutten om Westland optimaal op de kaart te zetten.

Natuurlijk staat deze Omgevingsvisie niet op zichzelf. Zoals u in Hoofdstuk 1 kunt lezen, hebben we hier met veel partners binnen de gemeente en uit de omgeving aan gewerkt. Door deze prettige samenwerking is een goede voorbereiding ontstaan op de Omgevingswet. In deze Omgevingsvisie 2.0 hebben we de uitgezette lijn in de visie 1.0 doorvertaald naar de verschillende dorpen en gebieden binnen Westland. Deze Omgevingsvisie is een routekaart, maar tegelijk een levend document, dat zal worden aangepast als grote ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.

Hoofdstuk 3 Inleiding     

De gemeente Westland is volop in ontwikkeling. We willen het glastuinbouwcluster de ruimte geven hier te kunnen blijven bloeien. Volgens verschillende prognoses komen er de komende jaren duizenden nieuwe inwoners bij. Maar hoe blijft een snelgroeiende gemeente aantrekkelijk, leefbaar en gezond voor álle inwoners? Met deze Omgevingsvisie, gericht op 2030 met een doorkijk naar 2040, geeft de gemeente Westland richting aan deze ontwikkelingen. Verhoging van de Westlandse leefkwaliteit is het centrale thema van deze visie.

Vooruitlopend op de Omgevingswet die in werking treedt op een nog te bepalen datum, heeft het college een Omgevingsvisie gemaakt voor de gemeente Westland. Daarin geven we een strategische blik op de toekomst van de fysieke leefomgeving van Westland. Een kapstok om richting te geven aan het omgevingsprogramma en het gebiedsdekkende omgevingsplan, met een optimale kwaliteit van de fysieke leefomgeving als einddoel. Dit doen wij met inachtneming van de beginselen genoemd in artikel 3.3. van de Omgevingswet, te weten: het voorzorgsbeginsel, het preventiebeginsel, het beginsel dat milieu-aantastingen bij voorrang aan de bron bestreden moeten worden en het beginsel dat de vervuiler betaalt.

De nieuwe Omgevingswet biedt kansen voor meer integraliteit en het leggen van dwarsverbanden tussen diverse thema's. In deze visie brengen we verschillende opgaven bij elkaar: groen en de ontwikkeling van woningbouw koppelen we aan sociale en ruimtelijke onderwerpen, zoals gezondheid, klimaatadaptatie en energietransitie. Gezondheid en veiligheid zijn nieuwe thema's in de Omgevingswet en krijgen dus een prominente plek in deze visie.

Nadat de Omgevingsvisie in 2020 is vastgesteld, vervangt deze enkele beleidsstukken. Bijvoorbeeld de Structuurvisie en de Duurzaamheidsagenda. Totdat de Omgevingswet in werking treedt vormen de bestaande wet- en regelgeving het kader. De nieuwe visie bouwt deels voort op bestaand beleid, daarnaast wordt een nieuwe koers ingezet. Ook dat vindt u terug in de Omgevingsvisie. De ambitie in deze visie is groot. Het maken ervan was een intensief proces dat tijd vroeg van de gemeente, inwoners en bedrijven uit Westland en ketenpartners.

De wereld om ons heen kan snel veranderen. Soms sneller dan we onze plannen kunnen uitvoeren. Het is dan ook lastig voorspellen hoe de toekomst er exact uit komt te zien. En toch willen we in deze Omgevingsvisie een routekaart schetsen waar we met elkaar naar toe gaan. Het is een levend document dat zal worden aangepast als grote ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.

Hoofdstuk 4 Bevlogen besturen     

verplicht

Westland is een gemeente met een krachtige economie en een sterke gemeenschapszin. Het is goed toeven aan de kust, op en rond de vele watergangen en in de levendige dorpen. De Westlandse bevolking is ondernemend en altijd op zoek naar mogelijkheden om verder te komen. We maken als gemeente graag gebruik van dat ondernemerschap, zowel op gebied van economie, samenleving als leefomgeving. We bieden binnen duidelijke kaders ruimte aan eigen initiatieven, vanuit de overtuiging dat onze inwoners en ondernemers als geen ander weten wat Westland nodig heeft om welvarender, sterker en leefbaarder te worden. Wij vinden open, betrouwbaar, geloofwaardig en herkenbaar besturen belangrijk.

Een wendbare, deskundige en betrouwbare ambtelijke organisatie is een voorwaarde voor alles waar de gemeente Westland voor staat. Investeren in voldoende bekwame medewerkers is een must, net als investeren in adequate technologische ondersteuning. We zijn gestart met het realiseren van een veranderorganisatie op het terrein van ICT en het ontwikkelen van innovatieve dienstverleningsconcepten.

Onze ambitie is een lerende organisatie neer te zetten, waar ieders talent wordt gestimuleerd en gewaardeerd, waar iedereen gezamenlijk bijdraagt aan het oplossen van veelal complexe problemen en daarbij open staat voor vernieuwende ideeën. Daar waar wij beleid ontwikkelen, gaan wij in dialoog met onze inwoners en partners.

Zo worden we een organisatie waar sensitiviteit voor de maatschappelijke veranderingen en de bestuurlijke en politieke werkelijkheid in de genen zit. En vooral: een organisatie waar met plezier gewerkt wordt.

We streven naar een evenwichtige financiële positie, die ons in staat stelt onze ambities te realiseren en slagkracht biedt om met tegenvallers om te gaan. Zowel nu als in de komende jaren. Geld van de gemeente moet ten gunste komen van de gemeenschap. We willen als gemeente financieel in balans blijven, ondanks alle uitdagingen en vraagstukken die op ons afkomen.

Hoofdstuk 5 Van visie naar uitvoering     

Alle belangrijke ruimtelijke thema's voor Westland zijn terug te vinden in deze Omgevingsvisie. De plannen van de gemeente op het gebied van people, planet en profit staan uitgebreid beschreven. Maar wat gebeurt er hierna? Hoe zorgen we ervoor dat de langetermijnvisie in al onze beleidsplannen wordt opgenomen, zodat we daadwerkelijk stap voor stap naar onze stip op de Westlandse horizon kunnen toewerken?

5.1 De Omgevingsvisie als onderdeel van de beleidscyclus     

De Omgevingsvisie schetst het verhaal van de toekomst van Westland, voor de lange termijn (10 tot 20 jaar). Daarbij kiezen we een juiste mix tussen betrouwbaarheid, continuïteit en flexibiliteit. Leidende ambities en kernopgaven voor Westland 2030 en 2040 vormen het strategisch beleid, dat voor langere termijn wordt vastgelegd. Het is een (wens)beeld voor de toekomst, zonder dat het eindbeeld vastligt. Zo behouden we voldoende ruimte om op externe ontwikkelingen te reageren, initiatieven te ontplooien en afwegingen te maken.

Na de vaststelling in de Raad zal de Omgevingsvisie 2.0, tot de inwerkingtreding van de Omgevingswet, fungeren als gemeentelijke Structuurvisie als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening. De Omgevingsvisie is na vaststelling een juridisch bindend document voor de gemeente Westland.

Een jaar na het vaststellen evalueren we of de Omgevingsvisie in de praktijk voldoende handvatten biedt. Indien nodig zullen we de visie bijstellen. Deze Omgevingsvisie is een routekaart, maar tegelijk een levend document, dat zal worden aangepast als grote ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.

verplicht

5.2 Omgevingsprogramma en Omgevingsplan     

We maken één integraal inhoudelijk Omgevingsprogramma voor de uitwerking van beleid, met concretere doelen, aanpak en fases. Dit schetst op hoofdlijnen het 'hoe' van de visie en kan periodiek, bijvoorbeeld elke vier jaar, geactualiseerd worden, zodat een nieuw college accenten kan aanbrengen in de realisatie van de visie. De verschillende thema's en sectoren blijven wel afzonderlijk zichtbaar, zodat een eventuele herziening op onderdelen zonder al te veel problemen kan plaatsvinden. Het omgevingsprogramma stelt het College pas vast, nadat de Raad daarover is geconsulteerd.

Het Omgevingsplan is een kaderstellend plan. Het bevat regels die juridisch bindend zijn voor inwoners en bedrijven en beschrijft kaders waarbinnen initiatieven kunnen worden ontplooid en afgewogen. Tegelijk is het een dynamisch plan met voldoende ruimte om veranderende wensen en behoeften op te vangen.

5.3 De rol van de gemeente     

Gemeente Westland wil de dienstverlening - alle interactie met burgers, bedrijven en instellingen - zo goed mogelijk vormgeven. We staan open voor de initiatieven die we via veel verschillende kanalen binnen krijgen. Om te voorkomen dat onduidelijk is hoe een initiatief wordt opgepakt, maken we één toegang op de website voor het indienen van initiatieven.

Complexe initiatieven, die tot uiting komen in de fysieke leefomgeving, handelen we af via de Initiatieven Tafel Westland (ITW). De initiatiefnemer mag zijn plan daar toelichten en in gesprek gaan met inhoudelijk specialisten en ketenpartners. Hierdoor is het mogelijk in korte tijd een zo goed mogelijk beeld te krijgen van het initiatief. De tafel doet eerst een uitspraak over de wenselijkheid en vervolgens over de haalbaarheid. Dit alles zal leiden tot een integraal advies, kortere doorlooptijden en betere kwaliteit van het advies.

Op het gebied van directe klantcontacten scoren we goed, maar we zien mogelijkheden tot verbetering. Onder andere bij de samenwerking tussen afdelingen en de digitale dienstverlening. Voor de gemeentelijke dienstverlening hebben we de volgende doelstellingen bepaald, de 5 B's:

  • Betrouwbaarheid;
  • Betrokkenheid;
  • Bereikbaarheid;
  • Brede blik;
  • Burger-, bedrijven- en instellingengerichtheid.

Medewerkers van Westland spelen een cruciale rol bij het realiseren van die doelstellingen. Ons gedrag en handelen wordt gekenmerkt door een houding van samenwerking, oplossingsgerichtheid en alertheid op de belangen van de inwoners, bedrijven en instellingen. Dat betekent een slim georganiseerde dienstverlening, afgestemd op de doelgroepen en procedures die niet belemmeren, maar wel beschermen.

Eind 2019 is de Gemeentewet gewijzigd, zodat we participatie nog veel breder in kunnen zetten. In 2020 komt er een modelverordening over de betrokkenheid van inwoners bij verschillende beleidsfasen. Ook stellen we als gemeente Westland een inspraak- en participatieverordening op, in overleg met de raadswerkgroep Omgevingswet. In deze verordening wordt onder andere aangegeven hoe Westland de omgeving betrekt bij besluitvorming over plannen, hoe zij daarvan op de hoogte wordt gesteld en op welke manier we dit proces verantwoorden.

Door de ambities in deze Omgevingsvisie ontstaat een extra ruimtevraag. Die extra ruimtevraag voor mobiliteit, bedrijventerreinen, groene verbindingen, extra groen in de wijken, wonen en waterberging bedraagt ongeveer 260 hectare.

Voor een gedeelte van deze ontwikkelingen zijn al afspraken gemaakt met de grondeigenaren. Voor het overige deel gaan wij nog in gesprek met de eigenaren van de gronden om deze ontwikkelingen in de komende 20 jaar mogelijk te maken. Deze ontwikkelingen zullen extra ruimte vragen. Wij zullen waar mogelijk slimme combinaties van functies maken om de ruimtevraag zo effectief en efficiënt mogelijk in te passen in het landschap. De ruimtevraag zal ook inbreuk doen op het glastuinbouwareaal. Wij zullen proberen deze ontwikkelingen zoveel mogelijk hand in hand te laten gaan met herstructurering van het glastuinbouwgebied. Daarom gaan wij met Glastuinbouw Nederland in gesprek over de gebieden die zich het beste lenen voor een nieuwe invulling. De ontwikkelingen hebben niet alleen een lokaal belang maar dragen ook bij aan doelstellingen van hogere overheden en wensen uit de markt. De gemeente Westland gaat daarom de samenwerking aan met partijen als het Rijk, de provincie Zuid-Holland, het Hoogheemraadschap van Delfland en het bedrijfsleven om deze ontwikkelingen (ook financieel) mogelijk te maken.

5.4 Kostenverhaal     

In het omgevingsprogramma geeft de gemeente aan wat we doen om de ambities uit de visie te bereiken. De uitvoering van projecten kost geld. In de wet staan een aantal instrumenten om kostenverhaal voor kosten die gemoeid zijn met grondexploitaties mogelijk te maken. Kostenverhaal vindt verplicht plaats als in een nieuw bestemmingsplan nieuwe bouwmogelijkheden voor een aangewezen bouwplan (conform het Bro, artikel 6.2.1) gecreëerd worden.

Kostenverhaal houdt in dat de kosten die verbonden zijn aan de ontwikkeling van een bepaald plangebied zoveel mogelijk worden betaald uit de opbrengsten van deze ontwikkeling. Het gaat dan onder andere om de kosten van grondverwerving, onderzoek, bodemsanering en grondverzet, de aanleg van voorzieningen, ambtelijke kosten en de kosten van planschade. Tegenover deze kosten staan de opbrengsten, in het bijzonder de opbrengsten uit grondverkoop en bijdragen en subsidies van derden.

Bij een gemeentelijke grondexploitatie is de gemeente eigenaar van de gronden en worden de genoemde kosten betaald uit de gemeentelijke grondexploitatie. Als de kosten hoger zijn dan de opbrengsten, moet de gemeente voor een aanvullende dekking zorgen.

Bij een facilitair project zijn de gronden in eigendom bij een bouwonderneming of een particulier. De kosten worden dan verhaald door een anterieure overeenkomst of een exploitatieplan. De regels hiervoor zijn vastgelegd in Afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening.

De uitgangspunten voor het gemeentelijk grondbeleid legt de gemeente vast in een Nota Grondbeleid.

Werken, werkzaamheden en maatregelen

De kosten van werken, werkzaamheden en maatregelen die noodzakelijk zijn voor het in ontwikkeling brengen van een plangebied kunnen verhaald worden bij de initiatiefnemers.

Om aan te geven welke kosten verhaalbaar zijn, wordt meestal verwezen naar de kostensoortenlijst die is opgenomen in landelijke wetgeving (artikel 6.2.3 tot met 6.2.5, een vergelijkbare lijst zal worden opgenomen in het Omgevingsbesluit). Alhoewel deze opsomming alléén dwingend van toepassing is op het publiekrechtelijk kostenverhaal via het exploitatieplan, heeft deze opsomming ook bredere toepassing gevonden bij de actieve, gemeentelijke grondexploitaties en bij het kostenverhaal via de anterieure overeenkomst.

Verhaalbaarheid van de kosten

Kosten kunnen aan een bepaalde ontwikkeling worden toegerekend als voldaan wordt aan drie criteria: profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit.

Profijt

Van profijt is sprake als de ontwikkeling nut ondervindt van de werken, werkzaamheden en maatregelen. Als het werk, de werkzaamheid of de maatregel in zijn geheel, gedeeltelijk of op een bepaalde aangepaste wijze wordt aangelegd of uitgevoerd vanwege één of meerdere nieuwe ontwikkelingen, dan kan gezegd worden dat de ontwikkeling er profijt van heeft. Daarmee is aan het eerste criterium voldaan.

Toerekenbaarheid

De kosten zijn vervolgens alleen toerekenbaar voor zover ze niet al op een andere wijze gefinancierd worden. Zijn de kosten, of een deel ervan, al via een andere weg gedekt? Dan zijn die kosten voor dat deel niet toerekenbaar. Dat doet zich bijvoorbeeld voor bij voorzieningen voor zover die worden gefinancierd door bijdragen of subsidies van derden, en ook bij nutsvoorzieningen voor gas, water en elektra en bij gebouwde parkeervoorzieningen.

De kosten zijn bovendien alleen toerekenbaar als een causaal verband bestaat tussen de ontwikkeling en de gemaakte kosten. Anders gezegd, als de kosten ook gemaakt zouden worden zonder de ontwikkeling, dan is er geen sprake van toerekenbaarheid van de kosten.

Proportionaliteit

De te verhalen kosten voor de bovenwijkse voorzieningen worden verdeeld over de ontwikkelingen naar mate van proportionaliteit. Ze worden, voor zover ze toerekenbaar zijn, naar rato verdeeld over de ontwikkelingen die van deze bovenwijkse voorzieningen profijt hebben. Als ook de bestaande bebouwing profijt heeft van de bovenwijkse voorziening, dan doet deze ook mee in de rato-berekening.

Het samenspel van deze drie criteria bepaalt welke kosten verhaald kunnen worden bij een ontwikkeling, en in welke mate.

Gebiedseigen kosten en gebiedsoverstijgende kosten

Een onderscheid moet vervolgens worden gemaakt tussen gebiedseigen en gebiedsoverstijgende werken, werkzaamheden en maatregelen.

Gebiedseigen werken, werkzaamheden en maatregelen zijn nodig om één bepaald plangebied in ontwikkeling te brengen. Deze hoeven overigens niet binnen de grenzen van het plangebied te liggen cq. te worden uitgevoerd. Het criterium is dat de voorzieningen alléén worden aangelegd cq. uitgevoerd ten behoeve van de nieuwe ontwikkeling.

Van gebiedsoverstijgende werken, werkzaamheden en maatregelen heeft een exploitatiegebied of een gedeelte daarvan profijt. De kosten moeten over meerdere exploitatiegebieden worden verdeeld omdat ook andere gebieden van de voorziening profijt hebben.

Gebiedsoverstijgende werken, werkzaamheden en maatregelen kunnen overigens prima in een exploitatiegebied aangelegd cq. uitgevoerd worden. Het criterium is dat ze profijt leveren voor meer dan het exploitatiegebied alleen.

Voor het verhalen van deze kosten is geen nadere grondslag cq. onderbouwing nodig in de Omgevingsvisie. Het beleid voor het verhalen van de gebiedsoverstijgende kosten heeft de gemeente Westland vastgelegd in de Nota kostenverhaal.

Financiële bijdrage aan een ontwikkeling (in een anterieure overeenkomst)

Naast de wettelijk te verhalen kosten heeft de gemeente ook de mogelijkheid om aan een ontwikkelaar een financiële bijdrage aan ruimtelijke ontwikkelingen te vragen. Dit kan de gemeente doen door daarover afspraken te maken in een anterieure overeenkomst. Voorwaarde om deze bijdrage te kunnen vragen is een vastgestelde structuurvisie.

Met deze regeling worden marktpartijen gestimuleerd om mee te werken aan de ontwikkeling van een gebied. Een financiële bijdrage van een initiatiefnemer kan bijvoorbeeld betrekking hebben op de aanleg van belangrijke maatschappelijke functies, zoals natuur, recreatie, sport, waterberging, infrastructuur, culturele voorzieningen, of op de uitvoering van reconstructies in het gebied. Aangezien het hier om een vrijwillige bijdrage gaat, zijn de criteria profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit hierop niet van toepassing.

Financiële bijdrage aan een ontwikkeling (in het omgevingsplan)

Nieuw in de Omgevingswet ten opzichte van de Wet ruimtelijke ordening is de mogelijkheid om in het omgevingsplan te bepalen, dat een financiële bijdrage, anders dan het wettelijk kostenverhaal, kan worden verhaald op een initiatiefnemer. Als voorbeelden worden daarbij genoemd kwalitatieve verbeteringen aan het landschap, natuur, water of de stikstofbalans, de aanleg of aanpassingen van wegen, de aanleg van een park of een recreatiegebied, de realisatie van compenserende sociale woningbouw buiten het exploitatiegebied, een bijdrage voor sloop van woningen of verouderde stallen.

Voorwaarden daarbij zijn, dat er een functionele samenhang is tussen de activiteit en de ontwikkeling waarvoor de kosten worden verhaald. De kosten van de ontwikkeling zijn niet anderszins verzekerd. De bijdragen mogen bovendien alleen gebruikt worden voor de geoormerkte doelstelling.

Op het moment van schrijven wordt deze regeling door de wetgever nog verder uitgewerkt. De ontwikkelingen waarvoor financiële bijdragen kunnen worden verhaald moeten vooraf zijn vastgelegd in een omgevingsplan. Een nadere grondslag in de omgevingsvisie is niet vereist. We zullen de uitwerking van deze regeling oppakken binnen ons omgevingsplan.

Hoofdstuk 6 Bronnen     

  1. Westlandse Energie Opgave 2019-2022
  2. Sociaal Beleidskader
  3. Berto 2014; Fan et al. 2011; Nielsen and Hansen 2007; Stigsdotter et al. 2010; van den Berg and Custers 2011; van den Berg et al. 2010; Ward Thompson et al. 2016
  4. Fjortoft 2001; Kellert 2005
  5. Hoogspanningslijnen en gezondheid deel I: kanker bij kinderen. Nr. 2018/08
  6. Plan van aanpak eenzaamheid
  7. Duurzaamheidsagenda 2012-2020
  8. Cultuurkoers 2030
  9. Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs Westland; Een visie op de toekomst 2018-2033
  10. Verkenning van de woningbehoefte in de gemeente Westland tot 2040
  11. Deelvisie Wonen, 2019
  12. Klimaatlas Westland
  13. Verslag participatietraject omgevingsvisie
  14. Woonvisie
  15. Weerbaar Westland
  16. Beleef Westland
  17. van den Berg 2015
  18. PZH Visie rijke groenblauwe leefomgeving
  19. Dilemmanotitie Bodem 2019
  20. Waterklimaatplan
  21. Gezondheidsmonitor
  22. Westlands Veiligheidsbeleid 2019-2022
  23. De economische opgave voor Westland 2019-2022
  24. Werkboek Westland
  25. B&Wnota Onderbouwing locaties nieuw bedrijventerrein tot 2030
  26. Duurzaamheidsbenchmark voor Gemeente Westland 2018, Telos
  27. Detailhandelstructuurvisie en MKB Westland Visie retailstructuur
  28. Mobiliteitsplan Westland 2040
  29. Visie op Wateringen
  30. Eindrapportage Pilot Omgevingsplan Participatietraject Poeldijk Centrum
  31. CBS Landbouwtelling 2018
  32. Ruimtelijk Kader Kinderopvang
  33. Geef ze de Ruimte!! Speelruimtebeleidsplan Gemeente Westland
  34. GGD Leefomgeving
  35. Schatting van Glastuinbouw Nederland en Uitzendorganisaties
  36. OCAP Nederland

OMGEVINGSVISIE     

verplicht

Hoofdstuk 1 Een Omgevingsvisie maak je niet alléén     

Sterk in samenwerking

Deze Omgevingsvisie gaat niet alléén over de gemeente Westland. Sommige onderwerpen houden nu eenmaal niet op bij de gemeentegrens. Denk daarbij aan het wegen- en warmtenetwerk en recreatie. Daarom stemmen we onze visie af met die van het Rijk, de provincie, buur- en regiogemeenten en ketenpartners. Via verordeningen werken nationale en provinciale omgevingsvisies uiteindelijk door in de Westlandse visie.

We zien de Westlandse Omgevingsvisie als een kans. We kunnen hiermee de leefkwaliteit in Westland in de nabije en verre toekomst verbeteren. Natuurlijk lossen niet alle knelpunten en problemen op door deze nieuwe visie en we kunnen als gemeente alléén geen ijzer met handen breken. Voor sommige substantiële verbeteringen en oplossingen hebben we de medewerking en inzet nodig van diverse overheden en andere partijen.

verplicht

Participatie

Een omgevingsvisie maak je niet alléén. Het gaat tenslotte over de toekomst van de leefomgeving van inwoners en bedrijfsleven. In 2018 en 2019 hebben we interne en externe betrokkenen bevraagd tijdens een uitgebreid participatietraject. We zijn met een brede groep inwoners, bedrijven en organisaties het gesprek aangegaan over Westland, hun eigen dorp en de dilemma's en keuzes die voortkomen uit onze ambities. De input uit deze gesprekken is meegenomen in deze visie.

Over de gemeentegrenzen heen

Samenwerken en een integrale aanpak staan voorop bij de Omgevingswet. Elke gemeente is op haar eigen wijze bezig met de invoering van die wet. De grensgebieden tussen gemeenten vragen daarbij speciale aandacht:

  • Grote opgaven stoppen niet bij de gemeentegrens. Denk aan warmtenetten, wateropgaven, infrastructuur, verstedelijkingsopgave, groenblauwe verbindingen etc.
  • Ruimtelijk zijn grenzen niet altijd zichtbaar, bijvoorbeeld voor ondernemers. Veel bedrijven hebben een regionale functie, dus is het handig de spelregels regionaal goed af te stemmen.
  • Ruimtelijke plannen van de ene gemeente moeten ontwikkelingen van de andere gemeente niet dwarsbomen.

Met medewerkers van verschillende omliggende gemeenten en ketenpartners hebben we een verdiepingsslag gemaakt voor verschillende thema's. We hebben gezamenlijk bepaald in welke mate en bij welke thema's samenwerking en afstemming zeer gewenst en soms zelfs noodzakelijk is.

Hoofdstuk 2 Hoe komen we tot een Omgevingsvisie?     

2.1 Vernieuwend werken aan de Omgevingswet     

We hebben bij de start van het traject rond de Omgevingswet in 2016 afspraken gemaakt over ons ambitieniveau. Hierbij hanteren we als leidraad:

  • Dingen die al goed gaan, koesteren we. De resultaten van de participatie bij het traject Strategische Agenda en de analyse van het bestaande beleid, waar brede interactieve processen aan vooraf zijn gegaan, hebben we gebruikt als input voor deze visie;
  • We bouwen ruimte in om te experimenteren en te leren op bepaalde onderwerpen. Bijvoorbeeld bij het maken van een afwegingsinstrument en op het gebied van integraal werken, wat bij deze Omgevingsvisie voor het eerst zo nadrukkelijk gebeurt;
  • We kiezen voor omdenken en vernieuwen waar het kan. We gebruiken vernieuwende tools bij participatie, en maken richtinggevende keuzes.

2.2 Van Omgevingsvisie 1.0 naar 2.0     

In de Omgevingsvisie 1.0 heeft Westland een eerste stap gezet richting integrale sturing op kwaliteit van de leefomgeving. We zijn gestart met het formuleren van de visie, ambities en kernopgaven. Bij het opstellen van de visie is de input vanuit enquêtes onder onze inwoners gebruikt, hebben we sessies gehouden met leden van de gemeenteraad en hebben we themasessies georganiseerd met diverse experts en ketenpartners. Alle input is besproken. Vervolgens hebben de belangrijkste onderwerpen een plek gekregen in de visie.

Om ons goed voor te bereiden op de Omgevingswet is de Omgevingsvisie 1.0 in het najaar van 2019 verder ontwikkeld:

  • Er is een ruimtelijke uitwerking gemaakt voor de verschillende dorpen in Westland. Ook zijn de ambities op het gebied van de glastuinbouw, bedrijventerreinen, natuur, water en groen uitgewerkt en op de kaart van Westland ingetekend.
  • We hebben een toets van de bestaande leefomgevingskwaliteit uitgevoerd, met aandacht voor milieukwaliteit en -effecten (MER). De toets van de bestaande leefomgevingskwaliteit geldt als nulmeting voor de monitoring van het omgevingsbeleid en voor toekomstige kwaliteitsverbetering.
  • We zijn met een brede groep inwoners, bedrijven en organisaties het gesprek aangegaan over de dilemma's en keuzes die voortkomen uit de ambities in deze visie. Wat betekenen de ambities uit de visie voor de woon- en werkomgeving van onze inwoners en bedrijven? Wat zijn hun ideeën hierbij? Dit deden we aan de hand van de grote ruimtevragers in Westland: de glastuinbouw, wonen en voorzieningen, mobiliteit, groen en water, energietransitie en klimaatadaptatie. Deze onderwerpen komen in deze visie 2.0 aan de orde, in de hoofdstukken over geheel Westland en veelal nogmaals in de uitwerking per dorp. Daarbij zijn tevens eerdere uitkomsten van participatie, afgenomen enquêtes en kaderstelling van de raad meegenomen.

2.3 Milieueffectrapportage (m.e.r.)     

De nieuwe Omgevingsvisie is kaderstellend voor activiteiten die m.e.r.-plichtig zijn. Dat betreft projecten en activiteiten met grote milieugevolgen, zoals bijvoorbeeld grote woningbouwprojecten. Om alle mogelijke effecten (kansen en risico's) duidelijk in beeld te brengen, hebben we een milieueffectrapport (planMER) laten opstellen. Dit gaf ons de kans gedurende het opstellen van de Omgevingsvisie, om effecten van verschillende onderdelen beter te overzien en, indien nodig, de koers tijdig bij te sturen. Zo verkenden we de verschillende hoeken van het speelveld, wat hielp om tot een goede afweging te komen en de haalbaarheid van onze ambities en effecten daarvan te bepalen.

Als vertrekpunt voor het planMER is een 'Foto van de leefomgeving' opgesteld. In dit document dat onderdeel uitmaakt van de planMER, zie je de huidige situatie van de leefomgeving en de verwachte toekomstige situatie (in 2030 en waar mogelijk 2040). De voorspellingen zijn gebaseerd op bekende autonome ontwikkelingen (trends) zoals klimaatverandering, voortzetting van het vigerende omgevingsbeleid en belangrijke fysiek ruimtelijke ingrepen waarover al een besluit is genomen. De huidige situatie en deze autonome ontwikkelingen vormen tezamen het referentiekader voor het planMER. Daarnaast brengt de foto in beeld waar knelpunten en opgaven liggen. Het verschil tussen de referentiesituatie en de huidige situatie laat zien welke aspecten in de toekomst meer of minder onder druk komen te staan. Hiermee draagt de foto bij aan het maken van keuzes in de Omgevingsvisie.

De huidige situatie en de referentiesituatie zijn weergegeven in het 'Rad van de leefomgeving'. In het 'Rad van de leefomgeving' zie je alle thema's en indicatoren rondom beschreven staan. Het transparante witte vlak geeft de huidige situatie weer, de gele stippellijn de te verwachten toekomstige situatie (referentiesituatie). De meest negatieve waarde die kan voorkomen, vormt het nulpunt (slechter kan niet, het rode gebied). Aan het andere uiterste van de schaallat staat de streefwaarde (het maximum), het buitenste groene gebied). De pijlen geven de kansen (groen) en risico's (rood) weer. Zo is te zien dat er meer kansen op positieve effecten zijn dan risico's op negatieve effecten (ca. twee keer zo veel kansen als risico's).

verplicht

verplicht

In het rad kun je zien dat de volgende onderdelen verslechteren, als we niet ingrijpen en slechts ons huidige vastgestelde beleid uitvoeren:

  • passend woningaanbod;
  • openbaar vervoer;
  • kwaliteit van de openbare ruimte;
  • geluid- en lichthinder;
  • sociale samenhang;
  • bodemdaling;
  • wateroverlast;
  • hitte;
  • droogte;
  • cultuurhistorie;
  • energiebesparing;
  • veiligheid;
  • werkgelegenheid;
  • kennis;
  • innovatie;
  • infrastructuur.

Op basis van het ingezette beleid is een verbetering te verwachten op de onderdelen lucht- en bodemkwaliteit, natuurgebieden, circulariteit, economische zelfredzaamheid, fietsverkeer en duurzame mobiliteit.

Deze Omgevingsvisie biedt ons de kans ons beleid op tijd bij te sturen zodat de negatieve trends zoveel mogelijk worden gekeerd. We gaan de effecten van ons beleid om het jaar monitoren via het Rad van de leefomgeving en stellen op basis daarvan zo nodig het beleid bij.

Naast de beoordeling van de referentiesituatie zijn in het planMER van de Omgevingvisie van Westland de effecten van de Omgevingsvisie op de leefomgeving bekeken aan de hand van alternatieven. De belangrijkste keuzes die gemaakt moesten worden, liggen in de woningbouwopgave in combinatie met maatregelen voor klimaatadaptatie en vergroening. Er zijn drie alternatieven beschouwd:

  1. Alternatief 'Laag': geen woningbouw realiseren (we gaan de harde én zachte plancapaciteit voor woningbouw niet verder invullen);
  2. Alternatief 'Midden': inbreiden (we accommoderen de autonome groei van onze inwoners en maken een kwaliteitssprong voor wat betreft de mismatch in woningen en de groene/blauwe inrichting);
  3. Alternatief 'Hoog': uitbreiden (we maken extra groei van het aantal woningen en inwoners in 2040 mogelijk met extra transformatie van glastuinbouw naar woningbouw).

Keuze voor alternatief 'Midden'

In het planMER hebben we de effecten van de alternatieven in beeld gebracht en gekeken naar de bijdragen van de alternatieven aan de beleidsambities (zie de tabel, doelbereik). Mede op basis van de resultaten uit het planMER hebben we keuzes gemaakt ten aanzien van de ruimtelijke inrichting van de gemeente Westland. Gekozen is voor alternatief 'Midden', met de meeste positieve effecten, waarin de autonome groei van inwoners geaccommodeerd wordt door het invullen van de zachte plannen voor woningbouw (naast de harde plannen die reeds planologisch geregeld zijn). Dit gebeurt in combinatie met inbreiding door bijvoorbeeld hoger te bouwen. Als we tijdig ingrijpen in bestaande plannen kan de mismatch in type beschikbare woningen afnemen. Ook verbeteren we de kwaliteit van de omgeving met de zogenaamde groene/blauwe inrichting, zoals de aanleg van groene daken, beleefbaar groen en waterberging. In dit alternatief voorzien we ook een hoogwaardig openbaar vervoersverbinding tussen Den Haag en de Hoekse Lijn en richting Delft, gesymboliseerd door de pijl. Hoe de verbinding er precies uit komt te zien, is nog niet duidelijk.

In het planMER zijn de effecten van dit (voorkeurs)alternatief op de leefomgeving verder in kaart gebracht en geprojecteerd op het Rad van de Leefomgeving. De pijlen geven de kansen (groen) en risico's (rood) weer. Zo is te zien dat er meer kansen op positieve effecten zijn dan risico's op negatieve effecten (ca. twee keer zo veel kansen als risico's). Aandachtspunten uit de effectbeoordeling zijn meegenomen bij verdere uitwerking van deze Omgevingsvisie of worden meegegeven aan het op te stellen Omgevingsplan en Omgevingsprogramma.

verplicht

Alternatief: 'Midden'

verplicht verplicht

2.4 Omgevingsprogramma     

Wanneer de Omgevingsvisie, inclusief de gebiedsuitwerkingen door de gemeenteraad is vastgesteld, gaan we alle nieuwe ontwikkelingen en maatregelen verder uitwerken in een omgevingsprogramma en een omgevingsplan. Daarin komen duidelijke beschrijvingen hoe en op welke locatie(s) de ambities concreet uitgevoerd worden.

2.5 Beleid dat opgaat in deze Omgevingsvisie     

De nieuwe Omgevingsvisie is breder, omvangrijker en integraler dan elke eerdere beleidsnota of -visie van Westland. We kijken voor alle werkvelden naar de toekomst en beschrijven dat in de Omgevingsvisie. Het beleid dat aangeeft wat de gemeente precies gaat doen om dat toekomstbeeld te bereiken, brengen we onder in het integrale omgevingsprogramma. Na het vaststellen van deze Omgevingsvisie worden verschillende beleidsnota's, waaronder de structuurvisie, ingetrokken. De structuurvisie voor de Driesprong in Kwintsheul blijft wel gelden. Ook moet elk nieuw beleid binnen dit geschetste toekomstbeeld passen en zullen we de inhoud ervan toevoegen aan het omgevingsprogramma.

Hoofdstuk 3 Trends en ontwikkelingen     

De wereld om ons heen verandert razendsnel. Soms sneller dan we onze plannen kunnen uitvoeren. De economie, de samenleving, de technologie: alles ontwikkelt in rap tempo. De verwachting is dat het aantal megasteden de komende tientallen jaren behoorlijk zal groeien. Het belang van gezond en veilig voedsel neemt een steeds prominentere plek in. Sociale media zijn niet meer weg te denken in onze samenleving. Het corona-virus, de Brexit: twee ontwikkelingen waarvan de gevolgen nog niet goed te overzien zijn. Het is lastig voorspellen hoe de toekomst er exact uit komt te zien. En toch willen we in deze Omgevingsvisie een routekaart schetsen waar we met elkaar naar toe gaan. Tegelijk is deze Omgevingsvisie een levend document, dat zal worden aangepast als grote ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.

Trends in Westland

Westland heeft zich de afgelopen eeuwen ontwikkeld tot een wereldwijde hotspot als het gaat om glastuinbouw. We kunnen inspelen op datgene waarvan we weten dat het de komende jaren gaat veranderen, maar moeten ook rekening houden met (nu nog) onbekende veranderingen die eraan (kunnen) komen. Al met al een grote uitdaging om de koers richting de toekomst te bepalen en toch flexibel te blijven om onverwachte ontwikkelingen op te vangen. Met de Westlandse Omgevingsvisie bieden we een perspectief hoe we op die veranderingen kunnen reageren, ze kunnen beïnvloeden of zelfs gebruiken in ons voordeel. Een belangrijke stap daarbij is het Westlandse ruimtelijk-economische domein te verbinden met het sociaal-maatschappelijke domein.

De trends met de grootste impact op Westland zijn:

Toenemende geopolitieke instabiliteit en economische onzekerheid

Nederland is vervlochten met de wereldeconomie en heeft ook financiële belangen in regio's met geopolitieke spanningen. Economische en politieke confrontaties tussen wereldmachten en het uithollen van handelsverdragen brengen grote risico's voor het bedrijfsleven met zich mee. Politieke verdeeldheid zorgt voor geopolitieke instabiliteit, die ook in Nederland zijn uitwerking heeft. Een conflict in het Midden-Oosten kan bijvoorbeeld leiden tot een flink hogere olieprijs. De impact van een daadwerkelijke geopolitieke gebeurtenis kan fors zijn.

Individualisme en nieuwe sociale verbanden

Sinds het begin van deze eeuw heeft de trend dat minder mensen trouwen en de kerk bezoeken zich doorgezet. Op andere terreinen, zoals bij sociale contacten, lijkt sprake van een verandering in vorm. Jongere generaties wonen steeds vaker ongehuwd samen. Ze kiezen voor andere vormen van samenwonen of voor een geregistreerd partnerschap. Het aandeel alleenstaanden is verder gegroeid, net als het aantal scheidingen.

Een eeuw geleden ging bijna iedereen naar de kerk. Dit veranderde met de ontzuiling sinds eind jaren zestig. In 2015 bezocht 16 procent van de mensen maandelijks een kerk of een levensbeschouwelijke bijeenkomst. Het percentage personen dat lid is van een vakbond daalt eveneens. De tijd dat de man de enige kostwinner was van het huishouden, is voorbij. In 2014 was bijna de helft van de vrouwen tussen 15 en 65 jaar economisch zelfstandig, ten opzichte van twee derde van de mannen.

De omvang van sociale contacten van Nederlanders en de maatschappelijke participatie van burgers laten over de afgelopen jaren een stabiel patroon zien. Het zijn signalen dat 'individualistisch' niet automatisch 'ieder voor zich' betekent. De meeste Nederlanders hebben regelmatig contact met familie en vrienden. Wel is er een groei in het aantal sociale contacten via internet. Tussen 2012 en 2017 is het aandeel personen dat via internet communiceert gestegen van 57 naar 84 procent. Ook is internet een belangrijk middel geworden om bijvoorbeeld een partner te vinden of om je maatschappelijke betrokkenheid vorm te geven.

De segmentatie en fragmentatie in de samenleving nemen toe en zorgen voor differentiatie naar factoren zoals leefstijl, waarden, stijl, smaak en symboliek ("soort zoekt soort"). Er ontstaat een behoefte om met gelijkgestemden te kunnen (samen)wonen. Gelijkgestemd qua etniciteit, levensfase (gezinnen die bij elkaar wonen en bijvoorbeeld een binnentuin delen), het delen van hobby's of het hebben van een bepaalde overtuiging (zoals in duurzame woonwijken).

Gezonder en ouder

We leven in het algemeen gezonder en worden ouder dan voorheen. Een mooie winst, omdat veel mensen bewust kiezen voor een gezonde levensstijl. We zien hierdoor wel de vergrijzing toenemen, wat soms leidt tot meer eenzaamheid en isolement.

Bevolkingsgroei

We verwachten een groei van de bevolking in Westland. Diverse prognoses laten een toename van duizenden extra inwoners zien tot 2040. De omvang van het migratiesaldo heeft belangrijke effecten op langere termijn. Westland zal naar verwachting ook vele buitenlandse migranten moeten opnemen. Dit zal ongetwijfeld effecten hebben op het onderwijs en andere voorzieningen.

Het gemeentebestuur maakt in deze Omgevingsvisie de keuze zich te concentreren op het verbeteren van de woon-, werk- en leefomgeving en bepaalt in hoeverre ze de bevolkingsgroei accommodeert.

In tegenstelling tot veel andere gemeenten, verwachten we geen afname van het aantal jongeren in Westland, maar tot 2040 juist een forse groei van de potentiële beroepsbevolking (nu 0-15 jaar). Dit geeft druk op de jongerenvoorzieningen, maar kan tegelijkertijd allerlei kansen bieden voor een welvarend Westland: dynamiek, vernieuwingsgezindheid, innovativiteit en ondernemerschap. Ook voorspelt de provincie een substantiële vergrijzing: het aantal 80-plussers neemt met ruim 100% toe. Aan ons de taak de zorg voor deze groep in de wijk, buurt, dorp en kern goed te regelen.

verplicht

Bron: Provinciale prognose BP2016 voor de provincie ZH, regio 'Delft en Westland'

Digitalisering

De impact van digitalisering op de economie en de samenleving is groot. Er zijn groeikansen voor de hightech sector zelf, maar denk ook aan ontwikkelingen op het gebied van robotica, kunstmatige intelligentie, blockchain, 3D printing en Internet of Things. In het tuinbouwcluster is digitalisering ondersteunend en onmisbaar aan het primaire proces.

De gevolgen van de technologische ontwikkelingen zijn op veel gebieden nog onzeker. In veel sectoren verwachten we in Westland nog groei van werkgelegenheid, zeker voor lager opgeleiden. Aan de andere kant zullen er beroepen verdwijnen en er komen nieuwe beroepen voor terug, waarbij onbekend is hoe het saldo uitpakt. Bij maatschappelijke opgaven, zoals mobiliteit en gezondheidszorg, kan digitalisering uitkomst bieden. Goede digitale bereikbaarheid is dan van groot belang.

Klimaatverandering

De gevolgen van de mondiale klimaatverandering zijn ook voor Westland groot. Boven Westland vallen relatief veel zware buien. We zijn aan het einde van de delta gesitueerd en hebben een intensief grondgebruik. Onze opgaven op dit gebied zijn dan ook groot.

Verduurzaming

Onze regio kent een bovengemiddeld hoge uitstoot van CO2. Een snelle verduurzaming van onze economie is essentieel, onder andere voor het behoud van een goede concurrentiepositie. Het gaat vooral om de transitie naar schone energie en een circulaire economie, met slimme energiesystemen, schone technologieën en plantaardige materialen.

Schonere en slimmere mobiliteit

De manier waarop we omgaan met mobiliteit is aan het veranderen. Auto's krijgen steeds schonere motoren en het aantal elektrische auto's en e-bikes groeit explosief.

We verwachten dat onze inwoners en bezoekers een combinatie van mobiliteitsvormen zullen blijven gebruiken, bijvoorbeeld met de fiets naar een OV-halte of -station om daar een bus of trein te nemen. Goed openbaar vervoer blijft van belang, met name voor de groepen die hiervan afhankelijk zijn, zoals ouderen studenten en werkenden. Betrouwbare en overzichtelijke (digitale) informatie helpt mensen bij het maken van een keuze tussen vervoersmiddelen. Met een e-bike kunnen mensen grotere afstanden per fiets blijven afleggen. Maar door versnelling van het 'langzame verkeer', neemt het risico op meer ongevallen met letsel toe.

Functiemenging en gemengde woonwerkmilieus

'Quality of living', de kwaliteit van de woningen en de variatie in woonmilieus worden steeds belangrijker. De woning is in toenemende mate de plek om te werken, te recreëren of om zorg te ontvangen. Deze toenemende menging van functies maakt dat woning en woonomgeving meer dan vroeger als een twee-eenheid worden gezien en dat allerlei nieuwe vormen van dienstverlening de woning en de woonomgeving binnenkomen. Daarbij kan worden gedacht aan zorgdiensten en recreatieve mogelijkheden. Door functiemenging mogelijk te maken kan op deze ontwikkeling ingespeeld worden.

Hoofdstuk 4 Missie en ambities     

Missie

Door de ingezette bevolkingsgroei in Westland komt de kwaliteit van de fysieke leefomgeving steeds meer onder druk te staan. Westlanders laten hun ontevredenheid over de kwaliteit van de leefomgeving horen in enquêtes en bij participatiebijeenkomsten. De onderzoeksgegevens uit de Duurzaamheidsmonitor onderbouwen dit. De gemeente brengt al vijf jaar de balans tussen economie, sociaal en leefomgeving in kaart op basis van meer dan 100 indicatoren. Economie (profit) scoort zeer hoog, de sociale indicatoren (people) vrij goed en leefomgevingsfactoren (planet) ondergemiddeld. In onze missie hebben wij de keuze gemaakt voor duurzame ontwikkeling, zodat planet meer in balans komt met people en profit. Deze missie is in december 2018 door de gemeenteraad vastgesteld.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De missie

Westland is een gemeente waar het welzijn en de welvaart van onze inwoners voorop staan. We zorgen daarbij goed voor onze leefomgeving en duurzaamheid heeft een prominente plek. We werken samen met onze inwoners en ondernemers aan een optimale balans tussen de ecologische, economische en de sociale belangen binnen onze gemeente.

Het streven is om in 2030 een ideaal Westlands evenwicht bereikt te hebben tussen deze belangen. De Omgevingsvisie moet ervoor zorgen dat toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen ons dichter bij dit geschetste perspectief brengen. En zorgen voor een goede mix tussen betrouwbaarheid, continuïteit en flexibiliteit.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Ambities

Bij het uitvoeren van deze missie blijven we ons uiteraard bewust van onze belangrijkste dragers:

de kracht van ons DNA/de Westlandse mentaliteit (het menselijk kapitaal, van origine verbonden aan het tuinbouwcluster) én de Westlandse leefomgeving (de kwaliteiten van de bestaande ruimte en haar natuurlijke omgeving). Dat is ons fundament.

Menselijk kapitaal gaat over de mensen die in Westland wonen, werken of verblijven. Westland is de plek waar mensen elkaar graag ontmoeten, waar iets te beleven valt en waar je je verbonden voelt met de mensen om je heen. Samen creëren we een gemeente met sterke verbindingen, fysiek en sociaal. Zodat de gemeenschap een echt netwerk wordt. Voor het Westland van morgen hebben we alle creativiteit en innovatiekracht nodig die in de maatschappij aanwezig is. Zowel bij inwoners als bedrijven.

De fysieke Westlandse leefomgeving is onze basis. Historische elementen zorgen voor een sterke identiteit en een gezamenlijke trots. Dat is van onschatbare waarde voor onze toekomst. Die kwaliteiten willen we behouden en versterken.

verplicht

We hebben dit visueel gemaakt in het 'Westland van Morgen'. Elk onderdeel leidt tot een ambitie. Zo wordt helder wat ons de komende jaren te doen staat. Deze gedeelde waarden worden richtinggevend voor ons handelen en gelden als basis voor integraal werken.

De ambities in de omgevingsvisie zijn:

  1. Westland werkt samen aan vitale, sociaal krachtige, gezonde en duurzame dorpen;
  2. Westland versterkt haar economie en bestendigt haar (economische) toppositie als regio;
  3. Westland versterkt en benut het menselijk kapitaal van de gemeente;
  4. Westland behoudt en versterkt haar ruimtelijke, cultuurhistorische en landschappelijke kwaliteiten;
  5. Westland is in 2040 klimaatbestendig.

Onze missie en de ambities gaan de kern vormen van de Omgevingsvisie.

Hoofdstuk 5 Ruimtelijke, sociale en economische belangen in evenwicht     

In deze visie hebben we keuzes gemaakt om tot een ideale Westlandse balans te komen tussen de vele ambities die de gemeente heeft. De Westlandse identiteit is start- en uitgangspunt van alle ontwikkelingen. Op de vraag wat onze inwoners kenmerkend vinden voor Westland, kwamen de antwoorden die hierboven in de figuur staan als meest prominent aan de orde.

De vele ambities op het gebied van wonen, werken en leefomgeving staan hier en daar met elkaar op gespannen voet, waardoor het moeilijk is alle beleidsdoelen te realiseren. Door de hoeveelheid en diversiteit van ambities zijn wij gedwongen concretere langetermijnkeuzes te maken.

verplicht

De focus ligt in Westland vooral op:

  • Een ruimtelijke inrichting, waarbij aandacht is voor het karakter van het gebied. Dat kunnen historische landschapsstructuren zijn (zoals de oude zandgronden of grote watergangen) maar ook cultuurhistorische elementen;
  • Een betere balans tussen people, planet en profit door het toevoegen van extra groen. Vergroening vindt plaats langs de belangrijke groene verbindingen en in de wijken.In de Omgevingsvisie is aangegeven op welke plaatsen groengebieden aangelegd en groene verbindingen afgemaakt worden. Ook zijn een groennorm voor nieuwbouwwijken en een extra vergroeningsopgave in de dorpen geformuleerd. Tenslotte gaan we initiatiefnemers en ontwikkelaars vragen groeninclusief te ontwerpen en in te richten;
  • Voldoende plek voor de grote ruimtevragers, de kleinere ruimtevragers liften mee;
  • Regie vanuit de gemeente bij de inrichting van de beperkte ruimte in Westland;
  • Het tuinbouwcluster, met meer aandacht voor verbetering van de leefomgeving;
  • Nieuwe initiatieven die bijdragen aan een gezonde en aantrekkelijke leefomgeving;
  • Groei op economisch en woningbouwgebied, zoveel mogelijk binnen bestaande locaties. We houden groene gebieden groen;
  • Groeninclusief bouwen, bijvoorbeeld bestaand groen inpassen in nieuwe bouwprojecten, nieuwe groengebieden aanleggen, groene daken en gevels toepassen of gebruik maken van technische maatregelen om hittestress en wateroverlast tegen te gaan;
  • Inpassen van ruimtelijke opgaven bij het draagvermogen, het profiel van het betreffende dorp en de plek in Westland;
  • Het enthousiasmeren van niet-werkenden in Westland en de regio om kansen in de tuinbouwsector te pakken.
  • Een goede bereikbaarheid en goed openbaar vervoer. Het realiseren van een goede HOV-verbinding met Rotterdam en Den Haag krijgt hoge prioriteit. En we zien kansen voor een goede HOV-verbinding met Delft.

Hoofdstuk 6 Sterke Samenleving     

verplicht

Iedereen in Westland doet mee, participeert en draagt bij aan een sterke Westlandse samenleving. Dit doel heeft de gemeente zich gesteld en is vastgesteld in het Sociaal Beleidskader. Het uitgangspunt daarbij is dat mensen zelf de regie voeren over hun leven. En als dit niet lukt of wanneer iemand in de problemen raakt, staan zij er niet alléén voor. We beschikken over goede voorzieningen, inwoners steunen elkaar en zetten zich in voor hun omgeving. Alle inwoners hebben gelijke kansen op gebied van gezondheid en de jeugd kan zich optimaal ontwikkelen. In Westland kun je veilig en gezond opgroeien.

Westland is een gemeente met internationale betekenis en uitstraling en heeft daaraan gekoppelde stedelijke opgaven. Voor de inwoners heeft Westland tegelijkertijd het dorpsgevoel behorend bij de diverse woonkernen weten te behouden. De dorpskernen hebben een eigen dorpse structuur en cultuur.

Net als bij andere thema's willen we dit vertalen naar een Ruimtelijke visie op 2030. Maar het sociale beleid van onze gemeente kent geen pauze, blijft continu in ontwikkeling en het werk is nooit af. Een meetbaar punt in de toekomst blijkt lastig vast te stellen. Omdat we weten dat de bevolking de komende jaren gaat toenemen, blijft het een uitdaging onze doelen te behalen. We beschrijven in deze Omgevingsvisie alle onderdelen binnen het sociale beleid die betrekking hebben op de leefomgeving.

De decentralisaties in de zorg hebben het sociaal domein veranderd. De gemeente staat aan het roer. We zijn van uitvoeringsorganisatie een ontwikkelorganisatie geworden. Dit biedt kansen om zorg en ondersteuning dicht(er)bij te organiseren2.

6.1 Kansen op goede gezondheid     

verplicht

6.1.1 Visie     

Om gezond en gelukkig te kunnen leven, is een aantal primaire levensbehoeften onontbeerlijk, zoals water, voedsel, onderdak, kleding en medische hulp. Daarnaast ervaren mensen een gezonde leefomgeving als prettig, wat uitnodigt tot gezond gedrag, sporten, spelen en elkaar ontmoeten. De gezonde fysieke leefomgeving die we in Westland kennen, houden we in stand. We gaan kijken waar verbeteringen door te voeren zijn voor een nog betere omgevingskwaliteit. Voldoende groen speelt daarbij een sleutelrol. Ook het stimuleren van fietsen en wandelen hoort daarbij. We kijken niet alleen naar de algemene behoefte van onze inwoners, maar ook naar specifieke bevolkingsgroepen, zoals kinderen en ouderen.

6.1.2 Analyse     

Een gezonde leefomgeving heeft in elk geval de volgende kenmerken:

  • Een schoon en veilig milieu, zoals toegang tot schoon en veilig drinkwater, goede luchtkwaliteit en een woonomgeving zonder hinder van geluid of stank;
  • Voldoende groen, natuur en water op wandel- en fietsafstand van de woning;
  • Aandacht voor de (mogelijke) gevolgen van klimaatverandering. Denk daarbij aan het voorkomen van hitte-eilanden;
  • Gezonde en duurzame woningen;
  • Aantrekkelijke, toegankelijke en gevarieerde openbare ruimten met ruimte voor spelen en ontmoeten voor alle leeftijden;
  • Een gevarieerd voorzieningenaanbod, dat goed en veilig bereikbaar is;
  • Goede bereikbaarheid, waarbij de mogelijkheden voor gezonde mobiliteit voorop staan.

Voldoende groen speelt een sleutelrol bij een gezonde fysieke leefomgeving, zo blijkt uit wetenschappelijk onderzoek. Contact met groen heeft een gunstige invloed op de gezondheid van mensen en wel om twee redenen:

Groen reduceert stress

Contact met groen kan helpen bij het herstel van stress en het tegengaan van (chronische) stress. Meer groen in de nabijheid gaat gepaard met een betere gezondheid en een lagere overlijdenskans. De gezondheid van onze inwoners heeft dus baat bij uitbreiding van de mogelijkheden voor vrijetijdsbesteding in de natuur. Alléén al het uitzicht op groen bevordert de gezondheid aanzienlijk. Vergroening van de leefomgeving leidt tot 10% afname van het gebruik van antidepressiva en ADHD-medicijnen. Ook huisartsbezoek daalt in groenere gebieden, vooral bij kinderen. Tot slot neemt ook het aantal ontmoetingen, en daarmee de sociale contacten, toe3.

Groen zet aan tot bewegen

Een tweede belangrijk punt is dat nabije natuur een actieve levensstijl en buitenspelen stimuleert. De motoriek bij kinderen verbetert, doordat ze buiten kunnen spelen in het groen. Groen zorgt voor 15% afname van overgewicht en obesitas, evenals hiermee samenhangende ziekten als diabetes en hart- en vaatziekten.

In Nederland sport 39% van de inwoners op wekelijkse basis. We zien een verandering in sportbeleving; men sport minder in verenigingsverband en maakt meer gebruik van de openbare ruimte om te bewegen. Denk daarbij aan o.a. wielrennen, hardlopen en bootcamp.

Deze trend kan invloed hebben op de manier waarop we de ruimte vormgeven. Aanwezigheid van hardloop- en fietsroutes, fitnesspleinen en groene schoolpleinen wordt steeds belangrijker. Ook de toepassing van kleine uitdagende oefeningen in de woonomgeving (ook wel 'sneaky fitness' genoemd) kan de drempel om te gaan bewegen verlagen4.

6.1.3 Huidige situatie     

In de Duurzaamheidsbalans 2018 wordt op Gezondheid wisselend gescoord. Het aantal zware rokers is afgenomen, ten opzichte van de vorige GGD gezondheidsmonitor. Overmatig alcoholgebruik is iets toegenomen en aan de hoge kant. Ook het aantal mensen met obesitas is licht toegenomen; daarmee volgt Westland de landelijke trend. Andere opvallende punten zijn de toename van verwarde personen (passend in een landelijke trend), de afname in het medicijngebruik en de uitstekende scores voor levensverwachting, afstand tot ziekenhuis en afstand tot huisarts.

Toelichting taartdiagram

In de volgende paragrafen staan taartdiagrammen die gebruikt zijn in de Duurzaamheidsmonitor. Elk diagram geeft per indicator aan hoe dicht het duurzaamheidsdoel benaderd wordt. Hoe dichter bij het doel, hoe meer de kleur verandert van rood, naar oranje, naar groen, naar goud.

De mate waarin de taartpunt gevuld is (de straal), geeft de feitelijke waarde aan. Hoe groter de straal, hoe beter de score. De pijltjes in de taartpunt geven de ontwikkeling aan tussen 2014 en nu. Een pijltje naar binnen betekent een achteruitgang, een pijltje naar buiten betekent een positieve ontwikkeling.

verplicht

verplicht

Telos 2018, Figuur gezondheid

Alle informatie in de taartdiagrammen is afkomstig uit de Nationale Monitor Duurzaamheid 2018. De gebruikte indicatoren zijn afkomstig van diverse bronnen, zijnde het CBS, POLS,WoON, Nationale zorgatlas, UWV, Rijksdienst cultureel erfgoed, erfgoed databank, GGD, politie.nl, Elsevier, DUO, inspectie voor het onderwijs, Vektis, Verwey Jonker Instituut -Kinderen in Tel, Corpodata DVI, European Environmental Agency, KRW portaal, Emissieregistratie, Inspectie voor de Leefomgeving, RIVM, NOAA/NGDC, Risicokaart.nl, KNMI, Nationale Databank Flora en Fauna, Rijkswaterstaat, RVO bewerking door ABF Research, Informatiehuis Water, BlueLabel, Windstats.nl, Bosch & Van Rijn, EP-Online, Kamer van Koophandel, Stichting LISA, IBIS, BAK, bewerking PBL (www.clo.nl), Locatus bewerking PBL (www.clo.nl), CROW, Compendium van de Leefomgeving, gtfs.ovapi en de klimaatmonitor

6.1.4 Blik op de toekomst     

Een gezondere leefomgeving creëren, begint met bewustwording. Bij kinderen die enthousiast zijn over groene schoolpleinen, wilde bijen en vogels of over natuurexpedities. Bij ouders die via kinderen in aanraking komen met duurzame oplossingen. Wanneer jongeren zich verbonden voelen met hun leefomgeving, koesteren zij die omgeving en het bijbehorende natuurlijk kapitaal. De gemeente blijft om die reden natuur- en milieu-educatie ondersteunen, zodat kinderen meer in het groen komen en in contact treden met hun directe omgeving. Daarnaast stimuleren we het vergroenen van tuinen en gezonde voeding, wat bijdraagt aan die bewustwording.

Milieufactoren en gezondheid

Een gezonde samenleving vraagt om een gezonde leefomgeving. Diverse factoren kunnen inwoners overlast bezorgen. Denk aan geluid, geur, elektromagnetische straling, etc. Te veel overlast leidt tot gezondheidsklachten. Als gemeente zijn we verantwoordelijk hier goed mee om te gaan en richtlijnen te bepalen die klachten tegengaan of zelfs wegnemen. Daarmee geven we invulling aan het preventie- en voorzorgsbeginsel van artikel 3.3. van de Omgevingswet. Ook 'de vervuiler betaalt' is een belangrijk uitgangspunt.

Geluidsoverlast

Geluiden in de omgeving kunnen een grote bijdrage leveren aan de beleving van de leefomgeving. Te veel geluid is onwenselijk of zelfs schadelijk. Gezondheidseffecten als slaapverstoring, gehoorschade, risico op hart- en vaatziekten of verminderd prestatievermogen en leerproblemen bij kinderen willen we uiteraard zoveel mogelijk voorkomen.

In de Gezondheidsenquête 2016 gaf 37% van onze inwoners aan matige tot ernstige geluidhinder te ervaren. Overlast wordt met name rond de dorpen gemeld, vooral veroorzaakt door horeca en laad- en los-activiteiten. Westland zal samen met de ondernemers tot een goede balans moeten komen, waarbij bedrijven hun werkzaamheden kunnen blijven uitvoeren, zonder te veel overlast te veroorzaken voor omwonenden.

Harde muziek

Gehoorschade onder jongeren is een groeiend probleem. Ieder jaar komen er landelijk meer dan 20.000 jongeren bij met gehoorschade door vrijetijdslawaai. Voor ongeveer de helft wordt dit opgelopen tijdens het uitgaan. Ook het beluisteren van muziek via koptelefoons met een te hoog volume is een belangrijke oorzaak van gehoorschade. Vaak is de gehoorschade onomkeerbaar; het kan zelfs leiden tot levenslange arbeidsongeschiktheid. Ook hier ligt een uitdaging om samen met de horeca in Westland en organisatoren van evenementen tot goede afspraken te komen.

We zien als trend ook de 'geluiddeken' toenemen, door meer verkeer, meer woningen en de vele evenementen. Langs wegen nemen we maatregelen om het wegverkeerslawaai te verminderen. Daarnaast wil Westland zorgen dat stille plekken, waar mensen tot rust kunnen komen, blijven bestaan. Ook zouden alle woningen minimaal één aangename, geluidsluwe zijde moeten hebben.

De Omgevingswet maakt onderscheid tussen regels voor de emissie (wat een geluidsbron uitstoot) en de immissie (geluid dat de ontvanger op een bepaalde plaats bereikt) van geluid. De emissieregels zijn vastgesteld in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) van het Rijk. Nieuw in de Omgevingswet is dat er ruimte is voor lokale afwegingsruimte op gebied van immissie. Binnen de gemeente zullen we op bepaalde plekken meer ruimte willen bieden aan bedrijvigheid, terwijl op andere locaties de kwaliteit van de leefomgeving zwaarder weegt. Voor bedrijven is dit een belangrijke verandering. Om te beoordelen hoeveel geluid zij op een bepaalde locatie mogen produceren, kunnen zij straks het gemeentelijke omgevingsplan raadplegen.

Luchtkwaliteit

Bij luchtkwaliteit gaat het om de mate waarin luchtverontreiniging voorkomt. Luchtverontreiniging is het in de lucht voorkomen van stoffen die daar van nature niet - of in mindere mate - thuis horen. Dit kan het gevolg zijn van natuurlijke oorzaken (bijvoorbeeld opwaaiend stof) of menselijke oorzaken. Luchtverontreiniging beïnvloedt de gezondheid. De meest relevante componenten zijn hierbij stikstofdioxide (NO2), fijnstof (PM10, PM2,5, ultrafijnstof, roet) en ozon. Ook relatief lage concentraties blijken bij langdurige blootstelling ernstige effecten te kunnen veroorzaken, zoals longfunctie- vermindering, ontstaan of verergering van luchtwegklachten/-infecties en astma, hart- en vaatziekten en longkanker. Ook al worden de Europese luchtkwaliteitsnormen voor NO2 en fijnstof in Westland overal behaald, het blijft belangrijk om te werken aan verbetering van de luchtkwaliteit. Ook binnen deze normen zijn er namelijk nog belangrijke gezondheidseffecten. Voor de lokale luchtkwaliteit is houtstook een toenemend probleem; naast de emissie van fijnstof leidt dit ook tot hinder bij een deel van de omwonenden.

De gemiddelde concentratie van NO2 en fijnstof vertoont in de regio Haaglanden een langzaam dalende trend. Een gezamenlijke aanpak van de bronnen van luchtverontreiniging op alle schaalniveaus blijft echter nodig voor een verdere verbetering van de luchtkwaliteit, bijvoorbeeld door versneld toe te werken naar WHO-advieswaarden voor fijnstof.

We gaan extra aandacht besteden aan de (lucht)kwaliteit van de directe woonomgeving en locaties van scholen en kinderopvang. Maar ook het verduurzamen van het verkeer staat op het programma, door het stimuleren van een schonere transportsector en het plaatsen van oplaadpalen. Hierbij wordt als voorwaarde opgenomen dat alleen groene stroom mag worden geleverd. De uitstoot van onze glastuinbouw wordt geregeld via wettelijke bepalingen (Activiteitenbesluit). Hier verwachten we op korte termijn sterke reducties in uitstoot.

Geur

Ook geur (stankoverlast) kan bijdragen aan gezondheidsproblemen bij inwoners. Het provinciaal geurbeleid stelt dat ernstige geurhinder nooit is toegestaan. In de Gezondheidsenquête 2016 gaf 23% van onze inwoners aan de afgelopen 12 maanden matige tot ernstige geurhinder te hebben ervaren van met name (hout)stook. In Westland willen we geurhinder in de woonomgeving zoveel mogelijk beperken. Indien nodig moeten technische maatregelen worden genomen voor verdergaande beperking van geuremissie.

Elektromagnetische velden

Nederland gebruikt hoogspanning van 380 kilovolt (kV), 220 kV, 150 kV, 110 kV en 50 kV. De spanning op de draden van een hoogspanningslijn veroorzaakt een elektrisch veld. Als er stroom door de draden loopt, is er ook een magnetisch veld. De afgelopen jaren zijn verscheidene onderzoeken uitgevoerd naar mogelijke risico's van het wonen rond hoogspanningslijnen. Uit die onderzoeken blijkt dat kinderen die in de buurt van hoogspanningslijnen wonen mogelijk een verhoogde kans hebben op leukemie5. Dit is de basis van het huidige voorzorgbeleid, waarin geadviseerd wordt om te voorkomen dat er nieuwe situaties ontstaan waarbij kinderen langdurig verblijven in het gebied rond bovengrondse hoogspanningslijnen. De Gezondheidsraad wil het bestaande voorzorgbeleid uitbreiden naar ondergrondse hoogspanningskabels en andere bronnen van langdurige blootstelling aan magnetische velden uit het elektriciteitsnetwerk, zoals transformatorstations en transformatorhuisjes.

Voor nieuwe tracés is de magneetveldzone vaak veel kleiner dan van traditionele masten. Als gevolg van de energietransitie, gasloos bouwen en elektrisch rijden zal de vraag naar elektriciteit sterk toenemen en daarmee ook de behoefte aan transportleidingen en de bijbehorende infrastructuur. Tenslotte is het nodig, door de vervanging van het huidige mobiele 4G netwerk door 5G, om meer kleinere antennes te plaatsen.

Lichtuitstoot

Assimilatielampen in kassen, en in mindere mate ook lampen op sportvelden, verlichten onze gemeente in donkere periodes. Deze belichting beperkt zich niet tot de directe omgeving van de kas, maar is op grote afstand merkbaar. Dit kan invloed hebben op de menselijke gezondheid, door verstoring van het bioritme. Ook kan het negatieve effecten hebben op de natuur. Regelgeving ten aanzien van lichtuitstoot is momenteel vastgelegd met het Activiteitenbesluit. Er zijn standaardregels die onder alle omstandigheden gelden, maar het Activiteitenbesluit biedt ook mogelijkheden voor maatwerk om hiervan af te wijken. Met name de rozenteelt heeft behoefte aan maatwerk: met de standaardregels is de teelt van kwaliteitsrozen niet mogelijk.

Steeds meer teelten worden belicht. Mogelijk neemt de lichtuitstoot toe, hoewel er ook innovaties gaande zijn op het gebied van LED verlichting. LED verlichting vergt niet alleen minder energie, er ontstaat ook veel minder warmte zodat schermen langer dicht kunnen blijven, waardoor de lichtuitstoot beperkt kan worden. De gemeente Westland wil lichtuitstoot voor mens en natuur acceptabel houden. Daarbij houden we rekening met de tijd van de dag, de tijd in het jaar, de wijze waarop uitstraling plaats vindt en met het gewenste leefklimaat. De regels hiervoor nemen we op in het Omgevingsplan.

PFAS

De afkorting PFAS staat voor poly- en perfluoralkylstoffen. Dit zijn door de mens gemaakte stoffen die van nature niet in het milieu voorkomen. PFAS kunnen schadelijke effecten geven aan mens en milieu (de stof is toxisch), ze verspreiden zich gemakkelijk en snel in het milieu (de stof is mobiel) en ze hopen zich op in het menselijk lichaam, dieren en planten (de stof is bioaccumulerend).

Het Rijk verwacht in de loop van 2020 definitieve normen voor PFAS te bepalen. Vooruitlopend daarop is de gemeente bezig de situatie omtrent PFAS in Westland in kaart te brengen.

Andere schadelijke stoffen

In Westland zijn nog vele asbesthoudende daken aanwezig. Ook is inmiddels duidelijk dat in met name oude woningen de kans bestaat dat er nog stukken loden waterleiding aanwezig zijn. Een actieve aanpak van asbest en de laatste stukken loden leiding is gewenst om de kans op blootstelling aan deze schadelijke stoffen te minimaliseren.

6.2 Betrokken inwoners zetten zich in voor hun omgeving     

verplicht

6.2.1 Visie     

Wij zijn als gemeente trots op onze inwoners en willen de sociaal-maatschappelijke betrokkenheid behouden en stimuleren waar mogelijk. Onze wens voor de toekomst is dat de inwoners van Westland met plezier in de dorpen blijven wonen, werken en recreëren. Om dat te bereiken, gaan we voor een levendige detailhandel en vrijetijdsbesteding (sporten, spelen, cultuur en ontspanning) en voor goede sociale voorzieningen (zorg en ontmoeting).

6.2.2 Analyse     

Onze dorpen zijn van groot belang voor de leefbaarheid van Westland: daar woont het grootste deel van de inwoners, zijn de voorzieningen geconcentreerd en is uiteenlopende vrijetijdsbesteding te vinden. De elf Westlandse dorpen hebben elk hun eigen identiteit, maar kennen ook veel overeenkomsten, zoals de sociale verbondenheid en betrokkenheid. Zo is er een sterk verenigingsleven, zijn er veel buurtpreventen en zijn overal veel vrijwilligers actief. Omdat mensen steeds langer leven, verwachten we een toename in de behoefte aan zorg. Er is in Westland relatief veel sprake van mantelzorg, waardoor de mogelijkheid om te blijven meedoen in de samenleving toeneemt.

6.2.3 Huidige situatie     

Voor wat betreft maatschappelijke participatie vertoont Westland een wisselend beeld. Hoewel het aantal sociale contacten goed scoort en veel mensen actief zijn binnen verenigingen neemt eenzaamheid in Westland toe. Matige en ernstige eenzaamheid kwam in 2016 in Westland voor bij 38% van de volwassenen. In 2009 was dit nog 30%. Daarnaast is te zien dat het aantal personen dat mantelzorg verleent erg hoog is. Het percentage respondenten dat aangeeft vertrouwen te hebben in andere mensen scoort laag.

verplicht

Telos 2018, Figuur maatschappelijke participatie

6.2.4 Blik op de toekomst     

We hebben aandacht voor alle verschillende leeftijdsgroepen: van kleine kinderen die in de buurt moeten kunnen spelen tot ouderen die de mogelijkheid moeten hebben om zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen wonen en anderen te kunnen ontmoeten. Hiervoor is een goed voorzieningenniveau nodig. In Westland zijn accommodaties en voorzieningen afgestemd per dorp. Dat betekent een dekkend pakket dat toekomstbestendig, bereikbaar, gevarieerd en van goede kwaliteit is. Zo blijven de dorpskernen elk op hun eigen niveau vitaal. In 2016 is een Motie kleine kernen aangenomen door de gemeenteraad. Deze is inmiddels volop in uitvoering: zo worden er nieuwe woningen in Kwintsheul voorbereid (locaties Wittebrug en Driesprong), evenals in Heenweg. Uit het participatietraject bleek dat onze inwoners met name zorgvoorzieningen missen in hun dorp.

Om de centra van de dorpen levendig te houden, bundelen we de voorzieningen zo veel mogelijk met detailhandel. Bovenkernse voorzieningen moeten voor alle inwoners van Westland bereikbaar zijn, dus een goed bereikbare locatie heeft de voorkeur. Dit sluit aan bij de provinciale Omgevingsvisie, waarin de provincie Zuid-Holland inzet op het zoveel mogelijk concentreren van bovenregionale en regionale (centrum)voorzieningen in kernen. Wijkcentra zetten we effectief in om ontmoetingen tussen verschillende doelgroepen te stimuleren. De gemeente wil scholen, bibliotheken, sportcomplexen en buurthuizen multifunctioneel en voor verschillende gebruikers inzetten. Ook stimuleren we woonzorgcombinaties.

Huurders van corporatiewoningen worden betrokken in de toekomstplannen (huurdersparticipatie), wat niet alleen bijdraagt aan een betere woonomgeving maar ook aan het meedoen in de samenleving en zelfredzaamheid.

Het voorkomen en tegengaan van eenzaamheid is een actueel en urgent onderwerp geworden in Westland. Eenzaamheid kan nooit helemaal opgelost worden, maar in de komende jaren willen we eenzaamheid wél zoveel mogelijk tegengaan. We pakken dit samen met betrokken partijen aan; de gemeente neemt de regierol op zich en faciliteert het netwerk. Op de korte termijn ondersteunt de gemeente bewustwording en agendeert het onderwerp. Voor de lange termijn zet de gemeente in op een effectief netwerk van mensen en organisaties uit alle domeinen, dat samen keuzes maakt om eenzaamheid te voorkomen en tegen te gaan6.

6.3 Iedereen doet mee     

6.3.1 Visie     

Als gemeente geloven we in de eigen kracht van het individu, samen met het sociale netwerk. Wanneer dit niet voldoende is, biedt de gemeente aanvullende ondersteuning. Zo zijn er in alle dorpen mogelijkheden tot ontmoeting, zorgen we voor goede en toegankelijke sport- en zorgvoorzieningen en is er een sterk ontwikkeld verenigingsleven. We ontwikkelen geschikte woningen om zelfstandig te kunnen wonen. Voor kwetsbare inwoners moeten deze geschikt en betaalbaar zijn. Dit is een gezamenlijke inspanning van onze partners op het gebied van zorg, wonen en bouwen.

Inwoners zijn in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor het vinden en behouden van een betaalde baan. Wanneer zij hier niet op eigen kracht in slagen, biedt de gemeente ondersteuning bij het vinden van werk, door begeleiding naar werk en activering tot maatschappelijke participatie. We kijken niet naar de beperkingen van mensen, maar liever naar talenten en kansen2.

6.3.2 Analyse     

Zelfredzaamheid is de mate waarin iemand in staat is voor zichzelf en eventuele gezinsleden te zorgen. Inwoners die minder zelfredzaam zijn, bijvoorbeeld door verminderde mentale gezondheid, kunnen minder welzijn ervaren, fysieke aandoeningen krijgen of minder participeren in de samenleving.

Het arbeidsethos

Werk heeft een positieve uitwerking op het welbevinden van inwoners. Betaald werk bevordert het meedoen in de samenleving en vermindert het beroep op zorg en ondersteuning. Gezonde mensen zijn productiever en nemen vaker en langer deel aan het arbeidsproces. In Westland zit een gezond arbeidsethos in onze genen. De werkloosheid ligt dan ook onder het landelijk gemiddelde.

Cultuur verrijkt

Westland kent vele culturele stichtingen, verenigingen en particuliere initiatieven. Bijna elk dorp heeft van oudsher zijn eigen harmonie, koor of theatervereniging. Daarnaast zijn verschillende historische werkgroepen actief. 'Iets cultureels doen' gaat samen met het ontmoeten van andere mensen met eenzelfde passie en leidt tot sociale samenhang. Cultuur verrijkt het leven en geeft de ruimte om ongekende talenten te ontdekken.

Huizen van de buurt

Vitis Welzijn en Bibliotheek Westland hebben de ambitie uitgesproken te gaan samenwerken in 'Huizen van de Buurt', van waaruit ze beide hun programma aanbieden. Deze 'Huizen van de Buurt' worden multifunctionele plekken die zo ingericht zijn dat ontmoeting tussen kwetsbare en zelfredzame doelgroepen op een natuurlijke manier plaatsvindt, wat de stap om binnen te lopen bij één van de organisaties vergemakkelijkt. We zien kansen om in meerdere Westlandse dorpen dit concept bij bestaande ontwikkelingen te realiseren.

6.3.3 Huidige situatie     

Op economische participatie is de score achteruit gegaan ten opzichte van voorgaande jaren. Met name het vermogen van huishoudens is flink gedaald; dit is een landelijke trend. Het gaat daarbij om het aantal huishoudens met een vermogen boven de 5.000 euro. Het aantal arme huishoudens is iets toegenomen maar is nog steeds relatief laag. Dit geldt ook voor het aantal gezinnen met een bijstandsuitkering, ook die trend is landelijk zichtbaar. Het aantal werklozen is iets toegenomen.

verplicht

Telos 2018, Figuur economische participatie

6.3.4 Blik op de toekomst     

In de gesprekken die de gemeente voert met zorgpartners wordt de wens van zorg dichtbij continu benadrukt. We zetten in op voldoende plaatsen in Westlandse verpleeghuizen en zoeken naar innovatieve oplossingen2.

Het tuinbouwcluster in Westland is met haar internationale karakter een belangrijke economische motor. Wie wil werken, is welkom in Westland. Arbeidsmigranten leveren een belangrijke bijdrage aan de Westlandse tuinbouweconomie en maken korte of langere tijd deel uit van onze samenleving. De gemeente Westland neemt haar verantwoordelijkheid om te zorgen dat arbeidsmigranten hun plek in de Westlandse samenleving vinden en degelijke huisvesting beschikbaar is7. Daarnaast benutten we graag het beschikbare arbeidspotentieel in de regio, om deze mensen in Westland te laten werken.

Wij hebben de ambitie cultuur een vast onderdeel te maken van maatschappelijke uitdagingen in de gemeente, met als doel zoveel mogelijk Westlanders in aanraking te laten komen met cultuur.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Cultuur levert een meerwaarde op diverse domeinen

  • Binnen het onderwijs kan cultuur als basis dienen voor een leven lang leren. Ons doel is jonge inwoners vanaf de voorschoolse opvang tot aan het mbo met cultuur in aanraking te laten komen: van taalontwikkeling tot leesplezier en van culturele hoogtepunten in je woonomgeving tot zang en dans. De aansluiting naar cultuur in de vrije tijd komt zo makkelijker tot stand.
  • In relatie tot zorg en welzijn draagt cultuur bij aan sociale verbondenheid en aan een zinvolle dagbesteding voor (kwetsbare) groepen, bijvoorbeeld bij eenzaamheid, ouderdom en leven met een beperking. Wij hebben de ambitie om het aanbod te verbreden en zichtbaar te maken, waarbij wij uiteraard graag aansluiten bij het netwerk dat er al is.
  • In de openbare ruimte raakt erfgoed aan ruimtelijke opgaven, zoals de energietransitie en woningbouw. Dit moet goed worden afgestemd bij het maken van nieuwe ruimtelijke plannen. Een omgeving van cultuurhistorische elementen in combinatie met de hypermoderne glastuinbouw kan het toerisme bevorderen, wat bijdraagt aan de economie8.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

6.4 Jeugd kan zich optimaal ontwikkelen     

6.4.1 Visie     

De leefstijl van jonge inwoners is een belangrijke voorspeller van hun verdere ontwikkeling en gezondheid. In Westland zien we in dat verband uitdagingen als overgewicht, onvoldoende bewegen en alcohol- en drugsgebruik. We willen ervoor zorgen dat meer Westlandse jongeren gezond gaan leven.

Westland streeft naar goed onderwijs: divers en verspreid over de gemeente. Goede onderwijshuisvesting is daarvoor een onmisbare voorwaarde. Gemeente en schoolbesturen werken samen aan toekomstbestendige onderwijsgebouwen: functionele, duurzame, gezonde en flexibele huisvesting. We gaan voor een gezond binnenmilieu in de scholen, wat bijdraagt aan de gezondheid van de kinderen en leerkrachten9. Ook een uitdagende buitenruimte is een belangrijk onderdeel van de onderwijshuisvesting. Naast een groene uitstraling biedt de buitenruimte mogelijkheden tot fysieke beweging voor kinderen. Ook bewegend leren past hier goed bij.

Ook de kinderopvang is een belangrijke maatschappelijke voorziening. Kinderopvang is in de eerste plaats de plek waar kinderen gelijke kansen krijgen om zich in een veilige en geborgen omgeving cognitief, sociaal en fysiek te kunnen ontwikkelen. De taalontwikkeling in het kader van de voorschoolse educatie voor de 0 tot 4-jarigen is hierbij erg belangrijk. In de tweede plaats maakt de opvang het ouders mogelijk hun zorgtaken te combineren met werk. Westland wil de kinderopvang actief steunen in het realiseren van opvanglocaties en het effectief gebruiken van schoolaccommodaties, zodat het aanbod en de vraag beter in evenwicht gebracht worden.32

6.4.2 Analyse     

Een goed onderwijsaanbod verschaft een gemeenschappelijke basis voor optimale talentontwikkeling, vervolgonderwijs en participatie in de maatschappij. Het bereidt jongeren voor op een succesvolle loopbaan en levert een bijdrage aan het versterken van de saamhorigheid. Dit doet het onderwijs door een rijke sociale context te vormen voor kinderen: ze leren deel uit te maken van een gemeenschap, omgaan met verwachtingen van de samenleving en daarbinnen een eigen identiteit te vormen. Ook is er aandacht voor burgerschap. Kinderen doen kennis op over gemeenschappelijke normen en waarden en ontdekken hoe die een rol spelen in de omgang met anderen, ook wanneer opvattingen botsen9.

De economie ontwikkelt zich van een kenniseconomie naar 'een lerende economie'; een economie die niet alleen kennis produceert, maar ook optimaal toepast. Meer technologie, IT-toepassingen en digitalisering zorgen voor veranderingen op de arbeidsmarkt. Het aantal banen met routinematig productiewerk neemt af, terwijl er steeds meer vraag is naar banen waar flexibiliteit en probleemoplossend vermogen nodig is (21st century skills).

6.4.3 Huidige situatie     

Voor wat betreft onderwijs worden in de Duurzaamheidsbalans 2018 vooral positieve resultaten gescoord. Er zijn minder voortijdige schoolverlaters en de jeugdwerkloosheid is sterk afgenomen. De afstanden tot onderwijsinstellingen zijn relatief kort. Het gemiddelde opleidingsniveau blijft aan de lage kant.

verplicht

Telos 2018, Figuur Onderwijs

6.4.4 Blik op de toekomst     

De gemeente Westland draagt bij aan een gedegen fundament van algemene voorzieningen, zoals de jeugdgezondheidszorg (consultatiebureaus) en toegankelijkheid van culturele en sportvoorzieningen. Ook willen wij de buitenruimte zo inrichten dat deze verleidt tot gezond gedrag, beweging en sporten2.

Gemeente en schoolbesturen werken samen aan toekomstbestendige onderwijsgebouwen. Schoolbesturen willen het onderwijsaanbod zodanig inrichten dat er kind-nabij-onderwijs wordt gegeven. Het onderwijs stelt alle kinderen, ongeacht afkomst, capaciteit en begaafdheid, in staat zich optimaal te ontwikkelen. Scholen zijn toegerust om kinderen met lichamelijke handicap te ontvangen en voor leerlingen met speciale ondersteuningsbehoeften is gespecialiseerd onderwijs beschikbaar. Passende onderwijshuisvesting is een voorwaarde voor een vitale onderwijsstructuur die de economische, culturele en maatschappelijke structuur versterkt.

Op de scholen in Westland doen kinderen kennis op die hen voorbereidt op de economie en arbeidsmarkt van de 21e eeuw. Schoolbesturen stellen kinderen daarnaast in staat vroeg kennis te maken met de praktijk, bijvoorbeeld met technologie en de Greenport. De economische en maatschappelijke structuur van het Westland is een belangrijk referentiekader voor het leren van vaardigheden. In samenwerking met onze partners in het onderwijs, de kinderopvang, Westland Natuur en Techniek Web, Westland Cultuurweb en Bibliotheek Westland maken we in een Lokaal Educatieve Agenda afspraken om gezamenlijk te zorgen dat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen. Dit moet zorgen voor een betere aansluiting tussen onderwijszorg en jeugdzorg, een betere taalstimulering voor jonge kinderen en anderstaligen, brede (talent)ontwikkeling van kinderen en jongeren en sterke verbindingen en doorgaande lijnen tot aan de arbeidsmarkt.

Hoofdstuk 7 Goed toeven     

verplicht

Het is in 2040 goed wonen, werken en recreëren in Westland. Kwaliteit van de openbare ruimte en een schone, veilige leefomgeving staan hierbij voorop. We gaan voor een gezonde en aantrekkelijke leefomgeving, met kwalitatief goed groen, erfgoed en water. Een klimaatbestendige leefomgeving waar aandacht is voor lichamelijke en mentale gezondheid. In 2040 zijn bestaande en nieuw te ontwikkelen gebieden hier goed op ingericht.

7.1 Wonen     

7.1.1 Visie     

Om te zorgen dat het nu en in de toekomst goed blijft gaan met Westland moeten we blijven investeren in onze leefomgeving. Nieuwe plekken creëren, bestaande gebieden herontwikkelen of bestaande buurten toekomstbestendig aanpassen. In de toekomst ligt de drijfveer bij bouwen in het creëren van maatschappelijke meerwaarde. Westland werkt aan een beheersbare groei van het aantal woningen, zodat het aanbod aansluit bij de behoeften van de Westlandse bevolking en mensen die economisch verbonden zijn met de gemeente.

Het woonmilieu in Westland is onderscheidend ten opzichte van de omliggende steden en sluit aan bij het dorpse leefklimaat. De woningen in Westland zijn in 2040 zoveel mogelijk energieneutraal: goed geïsoleerd en indien mogelijk aangesloten op duurzame warmte. We streven naar een compact, samenhangend en kwalitatief hoogwaardig bebouwd gebied. Leefkwaliteit staat voorop en is belangrijker dan de groei van het aantal woningen of inwoners.

7.1.2 Analyse     

Vanaf 2008 heeft de woningbouw zeven jaar vrijwel stilgelegen door de financiële crisis. Ondanks dat er in deze periode wel betaalbare woningen zijn gebouwd, blijft er een grote vraag naar betaalbare woningen.

De afgelopen jaren is de woningmarkt sterk aangetrokken, waardoor prijzen van particuliere koop- en huurwoningen een enorme vlucht omhoog hebben genomen en de betaalbaarheid van woningen onder druk is komen te staan.

De afgelopen jaren is het aantal inwoners van de gemeente Westland fors gegroeid. Westland kent relatief veel huishoudens met een leeftijd tussen 45 en 65 jaar, veel 75-plussers en relatief veel huishoudens met een hoog inkomen. Met name voor jonge starters op de woningmarkt, ouderen die langer zelfstandig willen wonen en nieuwkomers is het lastig aan een betaalbare woning te komen. De opgaven op het gebied van wonen worden in regionaal verband afgestemd.

Huurwoningen vormen slechts een derde deel van de totale woningvoorraad in Westland. Driekwart hiervan behoort tot de sociale huursector. De meeste woningen in Westland zijn eengezins-koopwoningen. De koopvoorraad is bovendien naar verhouding duur. De vraag naar koopwoningen is al jaren groter dan het beschikbare aanbod, met als gevolg stijgende woningprijzen. Dit zorgt ervoor dat ook de vraag naar huurwoningen enorm is, met lange wachtlijsten als resultaat. Nieuwe woningen zijn broodnodig, maar door nieuwe regels, bijvoorbeeld ten aanzien van stikstof, zijn projecten vertraagd. Dus de druk op de woningmarkt zal voorlopig wel aanhouden10.

De groei doet zich onder alle typen huishoudens voor, met het aantal oudere huishoudens, alleenstaand of samenwonend, voorop. Deze oudere huishoudens richten zich vooral op woningen die gemakkelijk toegankelijk zijn en waarbij voorzien wordt in sociale omgeving, dienstverlening en eventueel zorg. Daarom zien we een grote uitbreidingsbehoefte aan geclusterde ouderenwoningen, nultredenwoningen, waarbij de basisvoorzieningen gelijkvloers zijn, en aangepaste woningen in Westland. Voor een deel kunnen we bestaande woningen aanpassen om hieraan tegemoet te komen. Daarnaast is nieuwbouw mogelijk om de opgave van geschikte woningen te realiseren10.

verplicht

infographic Groei woningvoorraad Westland

Bron: Woonvisie Westland 2020 - 2030

De gemeente heeft in haar woningbouwprogramma veel meer eengezinswoningen gepland dan volgens de woningbouwbehoefte gewenst is. Vooral bij de dure grondgebonden koopwoningen is de afwijking tussen de gemeentelijke plannen en de volgens het woningmarktmodel gewenste nieuwbouw zeer groot. Bij de nieuwbouw van appartementen zijn meer sociale huurwoningen gewenst dan nu opgenomen zijn in het programma van de gemeente10.

Er werken dagelijks 12.000 tot 13.000 arbeidsmigranten binnen de gemeente Westland, het aantal geregistreerde arbeidsmigranten ligt rond de 450035. Er is dus een groot verschil tussen aantallen werkzame arbeidsmigranten en overnachtingsruimte binnen de gemeente. Vooral arbeidsmigranten met een kort verblijfsperspectief zoeken tijdelijke woonruimte.

We verwachten dat ook steeds meer arbeidsmigranten permanente inwoners worden. Zij zoeken reguliere woningen in gewone woonwijken10.

In de periode 2015-2018 heeft de gemeente Westland in totaal 708 statushouders gehuisvest. Bijna 60% hiervan was afkomstig uit Syrië. Voor de toekomst verwacht het CBS een verdere stijging van de immigratie. Dat hoeft niet per definitie een toename van statushouders te betekenen. In hoeverre deze ontwikkelingen in de wereld van invloed zijn op de huisvesting van asielzoekers en statushouders in Westland is op dit moment niet in te schatten10.

We hebben in het glastuinbouwgebied circa 1200 bedrijfswoningen die, als de kans zich voordoet, verplaatst moeten worden, omdat ze modernisering van de glastuinbouw in de weg staan. Het verplaatsen van deze woningen -voornamelijk richting de woonkernen- kan voor zowel het glastuinbouwgebied als de woonkernen positieve effecten hebben.

Door de nieuwe woningen die gebouwd moeten worden, en de beperkt beschikbare ruimte daarvoor, lijkt het woonklimaat in het gedrang te komen. Door alleen binnen de dorpskernen te bouwen kan dat ten koste gaan van groen. Een ongewenste situatie, als we kijken naar onze ambities op gebied van klimaat, leefbaarheid en veiligheid. Er zal dus hoger gebouwd moeten gaan worden.

In de gebouwde omgeving hebben woningen in Westland het grootste aandeel in het energieverbruik1. Van slechts een derde deel van de woningen is een definitief energielabel bekend. Circa 70% heeft een label C of lager. De uitstoot vanuit de gebouwde omgeving is vergelijkbaar met andere gemeenten van dezelfde omvang. Ook het draagvlak bij woningeigenaren voor energietransitie is in Westland gelijk aan het gemiddelde in Nederland: circa 70% vindt maatregelen tegen klimaatverandering belangrijk. Zij geven aan een regierol van de gemeente te verwachten en willen investeren in betaalbare duurzame opties11.

Er liggen kansen voor energie- en klimaataanpassingen. Bijvoorbeeld wanneer de gemeente haar plannen voor de buitenruimte afstemt met plannen voor nieuwbouw, renovatie en groot onderhoud bij woningcorporaties of verenigingen van eigenaren. Een natuurlijk 'koppelmoment' is nieuwbouw en de aanwezigheid van een alternatieve warmtebron. In Westland is dankzij de aardwarmtebronnen een warmtenet waarschijnlijk voor veel woningen financieel het voordeligste alternatief voor aardgas12. Daarom biedt de warmterotonde, die wordt ontwikkeld om de steden Den Haag, Leiden en Rotterdam met warmte uit het Rotterdamse havencluster te voorzien, ook kansen voor Westland. De eerste leidingen zijn naar verwachting in 2023 in gebruik.

We vroegen inwoners hoe we het beste woningen kunnen bijbouwen in Westland. 22% van de respondenten antwoordt dat er geen ruimte is voor meer woningen, 16% wil meer woningen in het centrum mogelijk maken bovenop winkels of bedrijven, 15% wil bestaande winkels en bedrijven in het centrum vervangen door woningen en 14% wil grotere parkeerterreinen bebouwen en ondergronds parkeren realiseren. De meest gemiste woningtypen zijn appartementen, sociale huurwoningen, mantelzorg- en rijtjeswoningen. Jongeren hebben wat andere voorkeuren. Zij geven aan vooral woonboten, rijtjeswoningen, appartementen en tinyhouses te missen. Ook zouden zij meer studentenwoningen willen13.

verplicht

Telos 2018, Figuur Woonomgeving

7.1.3 Huidige situatie     

De woonomgeving laat een positief beeld zien: er staan minder woningen leeg, er zijn meer nieuwbouwwoningen en er is een positief migratiesaldo. Dit houdt in dat er meer mensen in de gemeente Westland komen wonen dan dat er mensen vanuit Westland naar een andere gemeente verhuizen. Maar we zien ook dat inwoners minder tevreden zijn over woningen en dat het aantal betaalbare huurwoningen is gedaald. De tevredenheid over de woonomgeving is gestegen, terwijl de tevredenheid over winkels is afgenomen. Positief is dat vrijwel alle indicatoren een relatief hoge score laten zien.

7.1.4 Blik op de toekomst     

Passend wonen

Om met het woningbouwprogramma beter aan te sluiten bij de behoefte van onze inwoners, passen we het huidige programma tot 2030, waar mogelijk, aan. Zorgwoningen, betaalbare woningen, huisvesting voor arbeidsmigranten, en flexwoningen maken onderdeel uit van de programmering.

Er gelden randvoorwaarden voor de ontwikkeling van woningbouwlocaties: bijvoorbeeld de verhouding tussen huur en koopwoningen. Daarmee zorgen we voor meer levensloopbestendige woningen, gelijkvloerse appartementen en betaalbare woningen. Ook hopen we op deze manier flexwoningen en creatieve woonvormen voor starters en kleine huishoudens te stimuleren11. Flexwoningen worden bijvoorbeeld verhuurd met tijdelijke contracten en zijn bestemd voor mensen die nu tussen wal en schip vallen op de woningmarkt: zij staan te kort ingeschreven om snel voor een sociale huurwoning in aanmerking te komen en verdienen te weinig om een woning te kunnen kopen. Tenslotte reserveren we vierkante meters tegen een maatschappelijk tarief voor de ontwikkeling van de opgave voor woningen en woonconcepten voor zorg- en ondersteuningsgroepen (V&V, GZ, GGZ, Wmo en Jeugdzorg). Vooral de opgave rondom verpleeghuisbedden is fors te noemen. Zo wordt de opgave voor 2025 en 2030 geschat op ongeveer 1138 en 1323 benodigde plaatsen. Dat vergt t.o.v. de huidige capaciteit een geschatte ontwikkelopgave van ongeveer 400 tot 600 extra te realiseren intramurale verpleeghuisplaatsen in 2030.

Nieuw te bouwen woningen zullen we vooral realiseren in en aansluitend aan de bestaande woonkernen. Dat betekent verdichting en hoger bouwen en de druk op de rest van het gebied beperken omdat bouwgrond en bouwlocaties steeds schaarser worden. Deze manier van bouwen zorgt er wel voor dat we het voorzieningenniveau in de dorpen op peil kunnen houden en we beperken de druk op de rest van het gebied, wat zorgt voor een goede kwaliteit van de leefomgeving. Het is belangrijk dat hoogte en diepte passen in de leefomgeving. We houden daarbij o.a. rekening met bijzondere dorpsgezichten en karakteristieke gebieden en gaan vroegtijdig in gesprek met historische verenigingen over ontwikkelingen die een mogelijke erfgoedcomponent hebben.

Veiligheid is een belangrijke factor bij dit intensievere ruimtegebruik. De invloed van de woningbouwlocatie op de omgeving, zoals extra druk op het verkeersysteem of het rioolstelsel, wordt in de planontwikkeling meegenomen.

Bij deze opgave letten we op voldoende differentiatie en levensloopbestendig (ver)bouwen. Er is door de vergrijzing een toenemende behoefte aan goede en veilige huisvesting van ouderen (uitbreidingsbehoefte van bijna 2500 woningen tot 2040). Voor senioren onderzoeken we vooral hoe we de huidige woningvoorraad kunnen aanpassen aan hun wensen. Daarnaast willen we nieuw- of verbouw in de centra van de dorpskernen levensloopbestendig maken, bij voorkeur in combinatie met een passend (zorg)voorzieningenaanbod. Maar ook nieuwe woonvormen zijn mogelijk, waardoor mensen langer zelfstandig kunnen blijven wonen14. De gemeente wil niet alleen senioren, maar ook mensen met een beperking en zorgbehoevenden in staat stellen zo lang mogelijk zelfstandig te wonen. Daarvoor werken we actief samen met bewoners, omliggende gemeenten en andere partijen die een rol kunnen spelen. Bij de bouw van woningen en andere gebouwen moet te allen tijde rekening gehouden worden met fysieke toegankelijkheid voor mensen met een beperking of die moeilijk ter been zijn. We streven naar bereikbare, toegankelijke en bruikbare gebouwen voor iedereen.

Betaalbaar wonen

Westland wil meer dan 8000 woningen voor verschillende groepen gebruikers realiseren. Met daarin een grote opgave betaalbaar wonen met meer dan 20% sociale huurwoningen. Maar ook aandacht voor goedkope koopwoningen en middenhuur. Onze ambitie bij nieuwbouw is om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de toekomstige vraag en behoeften van de inwoners van Westland. Dit betekent een divers woningaanbod, zowel koop als huur, in verschillende vormen. Zo kunnen ouderen, starters en kleine huishoudens passende woningen en appartementen vinden, bij voorkeur in hun eigen dorp en anders elders binnen Westland.

Groen-inclusief bouwen

Nieuwbouw geeft kansen voor groen en water, die te combineren zijn met slimme inrichtingen, om gezond te kunnen leven. Westland stelt randvoorwaarden voor groen-inclusief bouwen: innovatief, met meer ruimte voor groen, water en natuur. Als we dit op een slimme manier doen, kan er hoger gebouwd worden en kan toch een bijdrage worden geleverd aan een aantrekkelijke leefomgeving. Wijken worden zo ingericht dat deze aangepast zijn aan de verwachte weersveranderingen. Meer groen en water ter afkoeling en minder 'steen', zodat regenwater beter opgenomen wordt tijdens regendagen.

Bij projectontwikkelingen hanteren we zoveel mogelijk de minimale eisen uit het Convenant Klimaatadaptief Bouwen15.

Duurzaam wonen

In Westland kiezen we voor een goed, veilig en gezond woon- en leefklimaat. Daarom bouwen we duurzame woningen met een gezond binnenklimaat, stemmen we de omvang en inrichting (verblijfskwaliteit) van de openbare ruimte af op het aantal huishoudens en bieden we voldoende mogelijkheden voor buurtbewoners om te bewegen, ontspannen en elkaar te ontmoeten.

Er liggen kansen als we kijken naar het potentieel aan aardwarmte in Westland en de mogelijkheid om aan te sluiten op de restwarmte van de Rotterdamse haven. We kunnen zo een groot deel van de woningen aansluiten op het warmtenet. Westland werkt aan een Warmtevisie. Wanneer we alle informatie op een rijtje hebben gezet, volgen gesprekken met inwoners om ze te informeren over alternatieven voor aardgas1.

Aardgasvrij wonen

Uitgangspunt in de wet is bij nieuwbouw niet langer gebruik te maken van fossiele brandstoffen. Daarmee dringen we het energiegebruik in de gebouwde omgeving drastisch terug. Bij bestaande bebouwing kijken we, naast goed isoleren, naar de mogelijkheden voor het aardgasvrij maken en aansluiten op duurzame warmtebronnen. Zo willen we bijdragen aan de landelijke ambitie. Gemeenten hebben echter nu nog geen bevoegdheden of middelen om wijken af te sluiten van aardgas en geen middelen om betaalbare alternatieven te ontwikkelen. Draagvlak onder inwoners en 'woonlasten-neutraliteit' zijn voorwaarden om de transitie in de woonwijken mogelijk te maken. Daarom ligt de focus van gemeente Westland op draagvlak creëren en initiatieven van bewoners of bedrijven mogelijk maken1. We onderzoeken of het mogelijk is om in uitbreidingswijken, waar al een aardgasleiding aanwezig is, het gasnetwerk te behouden voor de nieuwbouwwoningen aldaar, om bewoners een extra keuze-alternatief te bieden.

Het streven is zo snel mogelijk meetbare energietransitie-afspraken met woningcorporaties vast te leggen in gemeentelijke prestatieafspraken. Iets minder dan 10 procent van de Westlandse woningvoorraad is onderdeel van een vereniging van eigenaren. VvE's moeten gestimuleerd worden door de gemeente, met maatwerk en faciliteiten, te bewegen richting aardgasvrije complexen1.

7.2 Beleven en genieten van de leefomgeving     

verplicht

7.2.1 Visie     

Als we vooruitblikken naar 2040, is duidelijk zichtbaar dat we hebben gekozen voor een optimale balans tussen economische belangen en ruimtelijke kwaliteit van de omgeving als het gaat om inrichting van onze gemeente. Het leefklimaat is in evenwicht met de ontwikkeling van de Greenport. De groenblauwe hoofdstructuur neemt een prominente plek in, als het gaat om natuur en recreatie. Deze hoofdstructuren zijn in 2040 uitgegroeid tot gebieden waar je ruimte ervaart en voelt dat je in het groen bent. Daarvoor hebben de huidige groengebieden en de geplande ecologische verbindingszones een kwalitatieve impuls en meer ruimte nodig.

Ook de dorpen zijn in 2040 groener geworden, zichtbaar en beleefbaar. Westland heeft de ambitie om daarvoor meer verblijfsgroen te realiseren in bestaand gebied én in nieuwbouwwijken. Hierbij gaan we niet alleen voor kwantiteit, maar voor de kwaliteit van het groen. We zetten in op innovatieve manieren van groen en groen-inclusief bouwen. Het toevoegen van beleefbaar groen mag ten koste gaan van glastuinbouwareaal. Maar het blijft van belang om voldoende kritische massa aan duurzaam bestemd glas ofwel productie-areaal te behouden zodat Westland een innovatieve glastuinbouwgemeente blijft.

In 2030 treffen we langs de kust een strand dat uitblinkt in rust en ruimte. Mensen die willen wandelen, zwemmen, watersporten of uitwaaien vinden er hun plek. Er is een goede balans tussen natuur en recreatie16.

Het verhaal van het verleden en de fysieke overblijfselen hiervan zijn onderdeel van het DNA van Westland. Veel inwoners willen het oude 'streekgevoel' behouden, een cultuurhistorisch verleden waar men trots op is. Historische structuren of elementen dienen dan ook zoveel mogelijk als vertrekpunt voor grote ruimtelijke opgaven.

7.2.2 Analyse     

Het beoordelingskader Groen in de stad gaat ervanuit dat binnen de bebouwde kom gemiddeld 75m2 openbaar groen (in de vorm van parken en plantsoenen) per woning aanwezig moet zijn. Uitgangspunt bij deze norm is groen in de vorm van parken en plantsoenen, dat toegankelijk is om er te kunnen recreëren, omdat daar door het verstedelijken van de omgeving steeds meer behoefte aan is. Het gemiddelde in Westland ligt substantieel lager. Als we elk stukje groen (behalve het strand) binnen én buiten de bebouwde kom meenemen, komen we op een oppervlak van 79 m2 per huishouden in Westland (waarvan 43 m2 binnen de bebouwde kom). Hoewel we een prachtige kust hebben en groengebieden binnen onze eigen gemeentegrenzen en net daarbuiten, blijft de hoeveelheid toegankelijk openbaar groen in Westland relatief laag, met name binnen de dorpen. Een gemiddelde nieuwbouwwijk in Westland heeft ongeveer 15% groen. Dat bestaat overwegend uit sloot-en wegbermen, smalle taluds, kleine plantvakken, boomplantgaten, haagjes en reststrookjes. Het overige verblijfsgroen is vooral speelvoorziening.

Inwoners waarderen groen in hun directe woonomgeving als zeer positief. Ook de waarde van woningen in de buurt van water en groen ligt hoger. Beplanting, groenstroken en parken maken het aantrekkelijk om naar buiten te gaan. Het samen onderhouden van groen of moestuinen is bevorderlijk voor de sociale cohesie. Goed voor ontspanning, stressreductie en beweging. En een groenblauwe buitenruimte maakt kinderen van jongs af aan vertrouwd met de natuur17. Onze inwoners geven aan vooral groen in de straat en het centrum te missen en groen om in te fietsen en te wandelen. De jongeren missen vooral groen in het centrum, groen om in te sporten, groen om naar te kijken of een park13.

Recreatie zorgt voor ontspanning en bevordert bewegen en ontmoeten. Door de verwachte bevolkingsgroei zal ook meer behoefte ontstaan aan ruimte voor recreatie en sport. Naast de kustlijn met het strand zijn er twee zwemplassen, een ecologische water- en groenhoofdstructuur en een fijnmazig netwerk van sloten en vaarten.

Onder cultureel erfgoed scharen we archeologie, gebouwd erfgoed en cultuurlandschap. De land- en tuinbouw heeft een enorme invloed gehad op de vorming van het Westlandse landschap. Schaalvergroting en de industrialisering van agrarische bedrijven domineren inmiddels grote delen van het buitengebied.

7.2.3 Blik op de toekomst     

Groener Westland

We willen in onze gemeente substantieel meer groen aanleggen, hoewel we ons realiseren dat dit flinke kosten met zich meebrengt. Westland gaat voor de haalbare ambitie om voor 2040 één extra vierkante meter verblijfsgroen per huishouden te realiseren (groen binnen een bebouwde kom en/of binnen 500 meter van een bebouwde kom. Groenblauwe verbindingen binnen deze afstandsmaat worden hierbij meegenomen). In nieuwbouwwijken geven we een norm mee van 50 m2 verblijfsgroen per woning. Hierbij houden we rekening met voldoende ruimte voor bomen in het straatprofiel en gaan we vooral voor kwalitatief goed groen. Omdat op sommige plekken niet voldoende ruimte is voor meer bomen en groen op straatniveau, zetten we ook in op innovatieve manieren van groen, zoals groene daken en gevels. Voor nieuwbouwwijken waarvoor al afspraken gemaakt zijn, zal het niet altijd mogelijk zijn al deze ambities nog in te passen.

Ook bedrijven op bedrijventerreinen en in glastuinbouwgebieden willen bijdragen aan een groener Westland.

verplicht

Recreëren in Westland

Westland wil, samen met de buurgemeenten, sluitende recreatieve netwerken creëren voor verschillende gebruikersgroepen (wandelaars, fietsers, skaters, ruiters en waterrecreanten). We denken daarbij aan robuuste groen-blauwe aders (met voldoende omvang zodat ze een functie voor zowel flora, fauna als recreatie kunnen vervullen) door het gebied en langs cultuurhistorisch erfgoed, horeca en natuur- en/of recreatiegebieden. Deze verbindingen dienen zowel de recreant als de flora en fauna. De Westlandse stranden blijven rustig en maken deel uit van het Natuur Netwerk Nederland. Met forse investeringen van met name Rijk, Provincie en Hoogheemraadschap blijft de kust veilig en nemen de bereikbaarheid, natuurlijkheid en aantrekkelijkheid toe. De gemeente en het waterschap werken samen aan het verbeteren van voorzieningen om de water- en groenstructuur te optimaliseren. De kunst is de balans tussen ecologie, recreatie en een robuust watersysteem goed in de gaten te houden16.

Erfgoed in ruimtelijke opgaven

Het integrale karakter van de Omgevingsvisie biedt kansen om vanuit dit cultureel erfgoed opgaven uit andere sectoren met elkaar te verbinden. Erfgoed is geen aparte opgave, maar een identiteitsdrager van het gebied. Historische structuren of elementen dienen waar mogelijk als vertrekpunt voor grote ruimtelijke opgaven. Ook kan erfgoed, zoals bunkers, een thuis bieden aan bijzondere flora en fauna.

Westland heeft twee archeologische Rijksmonumenten op haar grondgebied (nabij het Hofpark in Wateringen en nabij de Wateringseweg in Poeldijk) en 23 terreinen van hoge tot zeer hoge archeologische waarde. We beperken bij deze gebieden bodemingrepen, zodat de aanwezige archeologische waarden behouden blijven. We hebben een overzicht waar bekende en verwachte archeologisch waardevolle gebieden zijn. Nieuwe omgevingsplannen zullen altijd hieraan getoetst worden, zodat dit erfgoed behouden blijft.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

verplicht

Erfgoed in Westland

ATLANTIKWALL

Tijdens de Tweede Wereldoorlog bouwde nazi-Duitsland de 6200 kilometer lange Atlantikwall, bedoeld om een geallieerde invasie te kunnen verijdelen. De linie liep langs de kust van Noorwegen tot de grens met Spanje en bestond uit bunkers, batterijen met luchtafweergeschut, radarinstallaties, versperringen en (natuurlijke) hindernissen. Deze linie loopt ook door Westland. Een 11 kilometer lange tankgracht met 13 stellingen loopt dwars door ons gebied en is nog goed zichtbaar in het landschap. Hoewel de gracht na de oorlog grotendeels is gedempt, zijn er van 11 stellingen bunkers bewaard gebleven. De resterende delen van de gracht zijn een belangrijk onderdeel van de Westlandse waterrecreatie geworden. Toch zijn niet veel Westlanders zich bewust van de geschiedenis waar ze op en langs varen, fietsen, wandelen of rijden.

Bij ontwikkelingen gebruiken we de tankgracht en bunkercomplexen van de voormalige Atlantikwall als uitgangspunt, om de zichtbaarheid van de Atlantikwall in het Westland te vergroten, zodat de verschillende verhalen erachter beter verteld kunnen worden.

MOLENS

Westland heeft enkele historische windmolens, die echte blikvangers zijn in het landschap. De provincie stelt regels, de zogenaamde 'molenbiotoopregels', die het monumentale object en de omgeving van de molen beschermen. Onder andere door het behouden van vrij zicht en voldoende windvang. Molenbelang kan echter niet alle ruimtelijke ontwikkelingen tegenhouden, bestuurlijke afweging is mogelijk.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

7.3 Duurzaam     

verplicht

7.3.1 Visie     

Energie is van cruciaal belang voor het functioneren van onze samenleving. De behoefte aan grondstoffen en energie neemt de komende jaren verder toe. Door klimaatverandering en de afnemende beschikbaarheid van fossiele brandstoffen, zullen we zuiniger om moeten gaan met energie en op zoek gaan naar alternatieve en hernieuwbare bronnen. In Westland, waar onze bedrijven veel energie gebruiken, is dit van groot belang.

In 2040 gebruiken we de ondergrond voor water- en energiekringlopen en energietransitie. Westland is dan koploper op het gebied van warmtenetten en smart grids. Ook gaan we efficiënt om met grondstoffen en materialen, door deze hoogwaardig te benutten en te hergebruiken. Onze goed geïsoleerde toekomstige woningen maken in de toekomst gebruik van verschillende bronnen, zoals restwarmte en energie van glastuinbouw, afvalverwerkers en het havengebied. Deze ontwikkelingen zorgen voor een betere luchtkwaliteit en daarmee een gezondere leefomgeving.

7.3.2 Analyse     

Energietransitie is een van de grote, strategische opgaven voor een toekomstbestendig Nederland. De doelstellingen uit het Klimaatakkoord van Parijs, het Energieakkoord en de Energieagenda zijn duidelijk: de regering wil de CO2-uitstoot in 2030 met 49% verminderen ten opzichte van 1990. In 2050 moet de CO2 -uitstoot minimaal 95% minder zijn1. Alle woningen zijn dan aardgasvrij en dus aangesloten op een alternatieve, duurzame bron.

Zuid-Holland kent een unieke bestaande infrastructuur voor warmte en CO2 . Ook beschikt de regio over een overschot aan (rest)warmte en andere warmtebronnen. En in de nabije toekomst komt, door de snelle ontwikkeling op het gebied van offshore wind, meer duurzame elektriciteit beschikbaar. Dit zijn belangrijke ingrediënten die de energietransitie versnellen. We verwachten een groot deel van Westland te voorzien van duurzame warmte uit geothermie of restwarmte. Er zijn al zes geothermiebronnen in Westland gerealiseerd en er staan de komende vijf jaar zeker acht nieuwe doubletten op stapel. Een geothermisch doublet is een combinatie van twee naast elkaar liggende diepe boringen. Warm water wordt opgepompt en het afgekoelde water wordt via het tweede boorgat in dezelfde watervoerende laag teruggevoerd op enkele kilometers afstand van de inlaat.

Inzet van rest- en aardwarmte kan in belangrijke mate bijdragen aan de CO2 -besparingsdoelstellingen. Een slimme en schone economie waar fossiele bronnen zijn vervangen door hernieuwbare bronnen, brengt ook nieuwe verdienmodellen, exportproducten en banen met zich mee. Bovendien maakt het ons minder kwetsbaar voor geopolitieke ontwikkelingen. Ook draagt de kentering bij aan een gezondere leefomgeving. Westland heeft de eerste stappen gezet: de gemeente is koploper in aardwarmte en de eerste woningen zijn aardgasvrij opgeleverd. En de totale productie van zonnestroom is gestegen van 1 TJ in 2010 naar 25 TJ in 20151.

Nieuwbouwlocaties bieden de grootste kans voor energie-efficiency. In het participatietraject gaven onze inwoners aan dat betaalbaarheid de belangrijkste voorwaarde is om aan te sluiten op een warmtenet. Daarnaast geven zij aan het meest open te staan voor zonnepanelen, gevolgd door extra isolatie en groene daken.

Westland staat nog aan het begin van de transitie naar een circulaire economie. We ondersteunen enkele pilots met tuinbouw-restafvalstromen en zijn betrokken bij een Europees programma om circulariteit te bevorderen.

Huishoudelijk afval bevat veel waardevolle grondstoffen die goed benut kunnen worden. Zo sparen we grondstoffen en energie uit en er wordt minder afval verbrand of gestort. Scheiding van afvalstoffen bij de bron, die daarna een nuttige toepassing krijgen, heeft kostenvoordelen. Niet gescheiden huishoudelijk afval is nu eenmaal duurder om te verwerken.

verplicht

Telos 2018, Figuur energie Telos 2018, Figuur afval

7.3.3 Huidige situatie     

Ondanks de matige tot zeer ongunstige score van energie-indicatoren in de Duurzaamheidsbalans 2018, is deze de afgelopen jaren al wel verbeterd. Het energiegebruik binnen gemeente Westland bedroeg in 2015 ruim 39.000 TJ. De duurzame energieproductie bedroeg in hetzelfde jaar 2%. Door toepassing van aardwarmte en energiebesparing in de tuinbouwsector en gebouwde omgeving zal in 2020 de duurzame energieproductie ongeveer 11% van het totale energiegebruik bedragen. Het energiegebruik is tussen 2010 en 2015 met ongeveer 16% gedaald, met name in de tuinbouwsector. Ook het energiegebruik in woningen is gedaald ten opzichte van 20101. Windenergie speelt in Westland een beperkte rol, omdat het gebied een hoge bebouwingsdichtheid heeft en er weinig geschikte locaties voor windturbines overblijven.

Het afvalscheidingspercentage in Westland is 54%. Daarmee halen we het doel uit de Duurzaamheidsagenda niet: 75% afvalscheiding in 2020. De hoeveelheid huishoudelijk restafval is de afgelopen jaren gelijk gebleven en is vergeleken met andere gemeenten iets boven gemiddeld. Vooral op de gescheiden inzameling van GFT en Plastic, Blik en Drinkpakken (PBD) scoort Westland nog erg ongunstig. Westland wil op dit gebied dan ook grote stappen gaan maken.

7.3.4 Blik op de toekomst     

De gemeente neemt maatregelen om energie te besparen en het gebruik van aardgas drastisch te verminderen. Onder andere door de warmtenetten uit te breiden. De Warmterotonde is de verbinding tussen aanbieders en gebruikers van warmte; prima geschikt om kassen, dorpen en steden te verwarmen. De gemeente pakt voor het realiseren van duurzame warmte voor de glastuinbouw een regierol, om problemen in de drukke ondergrond te voorkomen. De koppelkansen worden benut, waardoor een Westlanddekkend warmtesysteem (WSW), waar alle Westlandse dorpen op aan kunnen sluiten, betaalbaar wordt.

De belangrijkste punten voor de gemeente zijn:

  • Ruimtelijk mogelijk maken van het warmtesysteem en geothermieboringen;
  • Faciliteren van het gebruik van restwarmte (inclusief infrastructuur);
  • Stimuleren van initiatieven;
  • WSW actief onder de aandacht brengen bij regio en nationale politiek;
  • Voorbereiden op toekomstige wettelijke taken, zoals het aardgasvrij maken van wijken.

De gemeente Westland werkt daarvoor samen met haar partners. De glastuinbouwsector, met 83% van het energieverbruik de grootverbruiker in Westland, heeft de ambitie uitgesproken in 2040 klimaatneutraal te willen zijn. De gemeente is blij met de ambities van de glastuinbouwsector en kijkt waar zij kan faciliteren om dit waar te maken. De rol van de gemeente is echter beperkt: de gemeente is geen speler op de energiemarkt en investeringen gaan gepaard met grote bedragen, terwijl de risico's vooralsnog hoog zijn. De gemeente zal daarom niet actief investeren in de verduurzaming zelf, maar met name informatie-partner voor de inwoners zijn1. Indirect speelt de gemeente wel degelijk een rol bij de verduurzaming van Westland, vanwege bijvoorbeeld haar aandelenpositie in een partij als N.V. Juva, die forse investeringen in aardwarmte doet.

Alle nieuwe woningen worden energiezuinig of energieneutraal gebouwd. Westland heeft de plicht om in 2021 een warmtetransitievisie gereed te hebben voor de bebouwde omgeving. Daarin staat in welke volgorde wijken aardgasvrij worden en welke techniek de beste oplossing lijkt per wijk. We maken afspraken met woningbouwcorporaties over het verduurzamen van woningen tijdens renovatierondes. Het gemeentelijk vastgoed is in 2040 volledig energieneutraal.

De gemeente Westland wil voorsorteren op de extra verplichtingen die zij krijgt om de energietransitie vorm te geven. Intensieve samenwerking met maatschappelijke partners, inwoners en marktpartijen is essentieel voor een versnelling van de lokale energietransitie. Ook letten we op kansen om de uitvoering slim en integraal te koppelen aan gemeentelijke projecten in de openbare ruimte. Een energieneutrale regio (waarbij de gebruikte energie ook duurzaam wordt opgewekt in de regio) is voorlopig niet haalbaar, althans niet op basis van reeds bewezen technieken1. We houden de nieuwe ontwikkelingen voor energieopwekking en -opslag uiteraard nauwlettend in de gaten.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Windenergie

In de provincie Zuid-Holland moet in 2020 735,5 MW opgesteld vermogen gerealiseerd zijn aan windenergie. Hiervoor zijn 'locaties windenergie' aangewezen en vastgelegd in de provinciale omgevingsverordening. In Westland ligt een van deze locaties op bedrijventerrein Leehove en een andere bij de aangrenzende strook langs de A20, in het grensgebied met Midden-Delfland. De provincie verwacht van de betrokken gemeenten dat zij het plaatsen van windturbines binnen deze locaties mogelijk maken, en zal indien nodig haar bevoegdheden daarvoor gebruiken. Dat is tot op heden nog niet gebeurd voor de locatie A20.

Er is ruimte voor kleinere windturbines. Turbines met een ashoogte tot 15 meter mogen binnen en buiten bestaand stads- en dorpsgebied worden geplaatst en turbines tot 45 meter binnen bestaand stads- en dorpsgebied of binnen het glastuinbouwgebied, voor zover dat past bij de lokale situatie. Dit is te beoordelen door de gemeente. In het bestemmingsplan Glastuinbouwgebied is de bouw van windturbines beperkt tot een maximale bouwhoogte van 15 meter. In het Westland Programma is opgenomen dat er geen plaats is voor grootschalige windenergie in Westland.

Zonne-Energie

De provincie wil het gebruik van zonne-energie actief faciliteren en ondersteunen, omdat zonne-energie een groeiende bijdrage levert aan de productie van hernieuwbare energie. Het liefst benutten we hiervoor de daken. Omdat onbebouwde ruimte een schaars en waardevol goed is, zijn we terughoudend met zonnevelden in die open ruimte.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Westland staat nog aan het begin van de transitie naar een circulaire economie. De grondstoffen in bestaande ketens benutten we efficiënt en hoogwaardig. Waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, worden deze zo veel mogelijk duurzaam geproduceerd, en gebruiken we hernieuwbare en algemeen beschikbare grondstoffen. We kijken naar nieuwe productiemethodes, circulair ontwerpen, anders ingerichte gebieden en nieuwe manieren van consumeren.

De gemeente Westland stelt bij aanbestedingen steeds vaker eisen op het gebied van circulariteit. Ook maakt de gemeente gebruik van afvalverwerkers die veel aandacht hebben voor een circulaire economie. Gescheiden afvalinzameling wordt het uitgangspunt. Het gescheiden ingezamelde "afval" is dan grondstof voor de productie van andere materialen. Ook het glastuinbouwcluster benut biomassastromen steeds beter. Nu nog wordt biomassa gecomposteerd, maar in de toekomst worden de plantenresten hoogwaardiger gebruikt. Bijvoorbeeld voor bouwmaterialen, papier, natuurlijke gewasbescherming, kleurstoffen, cosmetica en bio-plastics.

7.4 Beheren en beschermen van Natuur, Waterkwaliteit en Ondergrond     

7.4.1 Natuur     

7.4.1.1 Visie     

Westland wil - samen met andere partners - natuurgebieden robuust, veerkrachtig, aaneengesloten en beleefbaar maken. Dat geldt voor Natura 2000 gebied, het Natuur Netwerk Nederland en het Nationaal Park Hollandse Duinen, een plan dat momenteel wordt uitgewerkt. Westland wil voor 2030 de ontbrekende zones en schakels in de ecologisch verbindingen invullen. Zo bevorderen we de biodiversiteit en tegelijk kan de natuur een bijzondere recreatieve functie vervullen, mits deze voldoende robuust worden aangelegd. Uiteraard moet daarbij een goede balans tussen natuurbescherming en -beleving zijn. We zorgen dat kwetsbare natuur wordt ontzien, terwijl fiets-, wandel- en ruiterroutes het mogelijk maken van het landschap te genieten.

7.4.1.2 Analyse     

Aaneengesloten natuurgebieden zijn belangrijk voor biodiversiteit, helpen wateroverlast en -tekorten te voorkomen en hittestress te verminderen. Behoud, herstel en verdere ontwikkeling van het netwerk leveren een grote bijdrage aan de biodiversiteit van ons gebied. De potentie van een grote biodiversiteit is in Westland zeer hoog, door de verschillen in grondsoort, hoogteverschillen, overgangen van zout naar zoet water, grondwaterstanden, etc. Door het gebrek aan ruimte en doorlopende verbindingen is het momenteel echter moeilijk om deze potentie tot zijn recht te laten komen.

De beschermde natuurgebieden zijn in drie categorieën in te delen: Natura 2000-gebieden, het Natuur Netwerk Nederland en beschermde gebieden die in gemeentelijke bestemmingsplannen benoemd worden.

Het Natura 2000 gebied Solleveld en Kapittelduinen omvat de duinstrook tussen Den Haag en Hoek van Holland, inclusief het Staelduinse Bos. In dit bos liggen veel bunkers uit de Tweede Wereldoorlog, die nu in gebruik zijn genomen door vele soorten dieren, waaronder vleermuizen om in te overwinteren. Het Solleveld bestaat uit een keten van duinen tussen Ter Heijde en Kijkduin, en een gebied van oude, kalkarme duinen. Dit is bijzonder, want de meeste andere Zuid-Hollandse duingebieden zijn juist kalkrijk. De regen heeft de kalk in het Solleveld, afkomstig van schelpen, in de loop der eeuwen uit de bodem gespoeld. De Kapittelduinen sluiten aan op Solleveld: beide liggen tussen Kijkduin en Hoek van Holland. Het gebied ligt op de overgang tussen kust en rivierengebied, ofwel tussen zout en zoet. De Kapittelduinen zijn belangrijk voor veel dier- en plantsoorten. Het Natura 2000-gebied heeft te maken met een overschot aan stikstof (ammoniak en stikstofoxiden), wat heel schadelijk is voor de natuur.

Het Natuur Netwerk Nederland (NNN, voorheen Ecologische Hoofdstructuur) bestaat uit een robuust, kwalitatief hoogwaardig en samenhangend netwerk van bestaande bos- en natuurgebieden, landgoederen, nieuwe natuurgebieden, ecologische verbindingen, de grote Rijkswateren en de Noordzee. Het Staelduinse Bos, Poelzone en de Nieuwe Watering vormen belangrijke stepping stones tussen de Westlandse kust en Hof van Delfland. Het realiseren van de NNN is de verantwoordelijkheid van de provincie Zuid-Holland.

7.4.1.3 Huidige situatie     

Uit de Duurzaamheidsbalans 2018 blijkt dat de voortgang bij natuur en landschap nog beperkt is. Er kunnen verdere verbeteringen bij de ecologische verbindingszones worden aangebracht en de afstand tot openbaar groen scoort nog erg ongunstig in Westland. Positief scoren de afstand tot recreatief binnenwater en de soortenrijkdom in de gemeente.

verplicht

Telos 2018 Figuur natuurgebieden en ecologische verbindingen

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

In mei 2019 oordeelde de Raad van State, de hoogste bestuursrechter van Nederland, dat het Programma Aanpak Stikstof (PAS) - een overheidsprogramma om de schadelijke effecten van stikstof te beperken - niet voldoet.

Stikstof (N) is de belangrijkste voedingsstof voor planten. In Nederland is echter sprake van een zeer hoge toediening van stikstof via dierlijke mest. Een deel van de stikstof komt in de vorm van ammoniak (NH3) in de lucht terecht. Daarnaast worden vanuit andere sectoren stikstofoxiden (NOx) uitgestoten, met name door verkeer en industrie. Ammoniak en stikstofoxiden komen neer op natuurterreinen waar ze bijdragen aan de bodemverzuring. Ze zorgen voor een tekort aan calcium, kalium en magnesium en een overschot aan stikstof. Daardoor neemt de diversiteit aan plantensoorten af en treden negatieve effecten op voor de vogelstand en andere fauna. Stikstofoxiden in de atmosfeer zijn ook schadelijk voor de menselijke gezondheid, via de vorming van ozon (smog) en via een bijdrage aan de vorming van fijnstof.

De stikstofproblematiek speelt al sinds het begin van 1980, toen er politiek zeer veel aandacht was voor zure depositie (zure regen). Naast zwavel, wat sinds 1980 met circa 90% is gedaald, ging het toen al om hetzelfde stikstofprobleem. Sindsdien heeft de Nederlandse overheid dan ook getracht de stikstofuitstoot te verminderen, bijvoorbeeld door in te zetten op emissiebeperkende maatregelen als het verwijderen van stikstof uit de bodem door maaien of plaggen, het laten stuiven van duinen etc. Toch komt op ongeveer driekwart van het Nederlandse natuuroppervlak nog steeds teveel stikstof terecht. De stikstofneerslag moet afnemen tot de zogenoemde kritische waarde (de hoeveelheid stikstofdepositie waarbij er geen effecten op de natuur optreden). Die waarde is verschillend voor de diverse typen natuur.

Overal de kritische depositiewaarde halen, lijkt een zeer ambitieuze opgave. Door minister Schouten is een 'Adviescollege stikstof' ingesteld om tot een afgewogen advies te komen. Daaruit komt regelgeving voort, die ons als gemeente verantwoordelijkheden geeft en regels waaraan wij ons moeten houden.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

7.4.1.4 Blik op de toekomst     

De Wet natuurbescherming regelt o.a. de bescherming van de natuur en de natuurgebieden, bijvoorbeeld voor Natura 2000-gebieden. De provincie is bevoegd gezag als het gaat om uitvoering van die regels. Zij houdt toezicht op de naleving van de voorschriften. De provincie focust op het afronden van het Natuur Netwerk Nederland (NNN), inclusief de ecologische verbindingen in 2027. En ze geeft prioriteit aan het realiseren van de Natura 2000-doelen. Per saldo moet de oppervlakte, de kwaliteit en de samenhang van beschermde natuur- en recreatiewaarden minimaal gelijk blijven in Zuid-Holland. De ruimtelijke bescherming van deze gebieden gaat uit van het 'nee, tenzij-principe'. Aantasting is in beginsel niet toegestaan. Is een wijziging noodzakelijk? Dan zal deze gecompenseerd moeten worden.

verplicht

Natuur- en waternetwerk

In het Solleveld en Kapittelduinen-gebied moet de stikstofdepositie teruggedrongen worden, zodat de natuur zich kan herstellen. De provincie verkent met de belangrijkste economische sectoren waar de knelpunten liggen voor verbetering van de Natura2000-gebieden en maakt voorstellen om die op te lossen. Ook wil ze de samenhang van Natura 2000-gebieden met de omgeving versterken18.

De groenblauwe hoofdstructuur van het Natuur Netwerk Nederland moet in Westland grotendeels nog gerealiseerd worden. Voor NNN-gebieden is het niet toegestaan ruimtelijke ingrepen te verrichten die de wezenlijke kenmerken van het netwerk aantasten. De provincie wil het NNN in Zuid-Holland in 2027 afgerond hebben. Daarbij horen ruim 37 hectare aan te leggen ecologische verbindingen binnen Westland: de Wenzone, Poelzone, Zwethzone en Gantelzone. De gemeente wil dit netwerk versterken en ondersteunen door een lokaal natuurnetwerk te realiseren, van groenblauwe recreatieve verbindingen. Dit doen wij door gemeentelijk grondgebied zoveel mogelijk natuurlijk in te richten en te beheren.

De gemeente is wettelijk verplicht de natuurwaarden te beschermen die binnen haar grenzen aanwezig zijn. Dat zijn beschermde gebieden en beschermde dier- en plantsoorten. Ook heeft de gemeente een zorgplicht voor flora en fauna, in haar rollen van opdrachtgever en toezichthouder. De gemeente neemt een actieve rol in door de natuur- ontwikkelingsgebieden en ecologische verbindingen buiten de (bouw)projecten te houden en deze zelf ter hand te nemen. Westland verwacht dat ontwikkelaars en initiatiefnemers een bijdrage leveren in de kosten als er een directe relatie is tussen het project en de natuurontwikkeling en geeft als kader mee om klimaatadaptatief, duurzaam en groeninclusief te ontwerpen en in te richten. Tenslotte benoemen we een aantal groene parels: waardevolle groene gebieden of parken van minimaal 1 hectare binnen de bebouwde kom of groene plekken die een bijzondere waarde hebben voor de inwoners.

7.4.2 Waterkwaliteit     

7.4.2.1 Visie     

De gemeente streeft naar een betere waterkwaliteit van het oppervlaktewater, omdat schoon water een belangrijke randvoorwaarde is voor een gezonde en aantrekkelijke woon- en leefomgeving. We willen een meer natuurlijke inrichting van watergangen. Samen met onze partners beschermen wij drinkwaterbronnen, combineren we drinkwatergebieden met natuur en zorgen we voor voldoende aanbod van zoetwater.

7.4.2.2 Analyse     

De afgelopen dertig jaar is de waterkwaliteit sterk verbeterd, maar we zijn nog niet op het gewenste (Europees bepaalde) niveau. De waterzekerheid staat onder druk door klimaatverandering, bevolkingsgroei en de toename van watergebruik. Vergroting van de zoetwatervoorziening is dan ook onvermijdelijk in de toekomst. Door klimaatverandering is er een grotere kans op stijgende peilen. Omdat we ook vaker langere droge perioden verwachten en de zeespiegel stijgt, neemt de verzilting van het grondwater in de kuststreek toe. Door het dalen van de bodem zal ook de (zoute) kwel toenemen.

7.4.2.3 Huidige situatie     



In de duurzaamheidsbalans 2018 scoort Westland over het algemeen ongunstig op waterkwaliteit. Dit is met name te wijten aan de emissies van fosfor- en stikstofhoudende afvalstoffen. Hoewel de kwaliteiten van de visstand, waterflora en -fauna goed lijken, schetst de waterkwaliteitsrapportage 2019 van Het Hoogheemraadschap van Delfland een minder positief beeld. De chemische waterkwaliteit is beter geworden: er zijn minder meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater. De chemische waterkwaliteit voldoet echter nog niet aan de normen. De komende jaren moeten wij en onze partners hard blijven werken aan het terugdringen van emissies, erfafspoeling en riooloverstorten. Ook voor het behalen van de ecologische doelen is nog werk aan de winkel. Er is vooral een gebrek aan ruimte voor waterplanten. Omdat veel organismen juist tussen de waterplanten leven, komen deze nog onvoldoende tot ontwikkeling. Daarom blijft uitbreiding en verbetering van een samenhangend netwerk van waternatuur nodig.

verplicht

Telos 2018 Figuur water

7.4.2.4 Blik op de toekomst     

Om de waterkwaliteit te bevorderen, creëren de gemeente en het Hoogheemraadschap van Delfland natte ecologische zones (natuurvriendelijke oevers, vispaaiplaatsen en waterplantenzones). Voor gezonde flora en fauna is het belangrijk dat deze gebieden groot genoeg zijn en verspreid in het gebied liggen, maar niet te ver uit elkaar. Zo kan een samenhangend ecologisch netwerk van kerngebieden, corridors en 'stepping stones' ontstaan, wat gunstig is voor de waterkwaliteit en de zoetwatervoorziening.

verplicht

Ecologisch waternetwerk (uit Verkenning Water, kaarten Haaglanden van het Hoogheemraadschap van Delfland).

Ten aanzien van de chemische waterkwaliteit nemen we emissiemaatregelen en zorgt het Hoogheemraadschap van Delfland voor voldoende doorstroming en doorspoeling. Illegale lozingen, bewust of door nalatige bedrijfsvoering, proberen we tot nagenoeg nul te brengen. Hierover zijn regiobreed afspraken gemaakt, omdat (grond)water niet stopt bij de gemeentegrens.

De Kaderrichtlijn Water is een Europese richtlijn die voorschrijft aan welke eisen de waterkwaliteit van de Europese wateren moet voldoen. Om in 2027 aan al deze eisen te voldoen is in Westland nog een grote inspanning nodig.

Afvalwater

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de inzameling van afvalwater en transport naar de gemeentegrenzen. Waterschappen zorgen voor het transport en de zuivering van stedelijk afvalwater. Tuinders hebben hun eigen verantwoordelijkheid het afvalwater te zuiveren van gewasbeschermingsmiddelen.

Ongezuiverde lozingen op oppervlaktewater moeten zoveel mogelijk worden beperkt. Samen met het Hoogheemraadschap van Delfland en de tuinbouwsector maken we daarom afspraken over het benutten en vasthouden van hemelwater, bevorderen van circulariteit en beschermen van cruciale infrastructuur.

In het Netwerk Afvalwaterketen Delfland werkt Westland met andere overheden en drinkwaterbedrijven samen aan een circulaire watercyclus die in 2050 schoon water, energie en grondstoffen oplevert. Op de afvalwaterzuiveringsinstallatie Harnaschpolder doen verschillende partners onderzoek naar de mogelijkheden op een duurzame manier zuiver water te produceren. In het Afsprakenkader Emissieloze kas is afgesproken dat emissies vanuit de glastuinbouw in 2027 teruggebracht moeten zijn tot bijna nul voor nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen.

Grondwater

Onder grondwater verstaan we al het water dat zich onder het bodemoppervlak in de verzadigde zone bevindt en dat in direct contact met bodem of ondergrond staat. Op ons grondgebied ligt een beschermingsgebied voor grondwater. Westland heeft de taak verontreinigingen van het grondwater zo goed mogelijk te voorkomen. We willen niet dat ontwikkelingen het beheer en gebruik van grondwater in de toekomst bemoeilijken of de leefbaarheid van een gebied negatief beïnvloeden. Daarom zorgen we met onze partners voor actief grondwaterpeilbeheer bij overlast en tekorten en wegen we bodem en grondwater mee als het gaat om de ontwikkelingen in de leefomgeving.

7.4.3 Ondergrond     

7.4.3.1 Visie     

In 2040 wordt de ondergrond optimaal, duurzaam en veilig ingezet voor wateropvang en -afvoer, energietransitie, kabels en leidingen. Maar ook voor functies als ondergronds parkeren en breedband-Internet. We streven naar een gezonde leefomgeving door een bodem te creëren van een goede kwaliteit. We anticiperen op de gevolgen van bodemdaling om te voorkomen dat de gebruiksfunctie op lange termijn in gevaar komt.

7.4.3.2 Analyse     

verplicht

De energietransitie en ondergrondse opslag van water zorgen voor steeds intensiever gebruik van de ondergrond. De bodem is opgebouwd uit verschillende lagen, met elk zijn eigen kenmerken en geschiktheid voor bepaalde functies. In de diepere lagen van de ondergrond wordt steeds meer warmte gewonnen, maar er wordt bijvoorbeeld ook gas opgepompt door de NAM. Op dit moment zien we met name het eerste watervoerende pakket onder druk staan, vanwege haar beoogde functie voor (hemel)wateropslag in relatie tot het plaatsen van WKO's in ditzelfde pakket. In februari 2020 is de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur vastgesteld door de Westlandse gemeenteraad, waardoor de gemeente meer grip krijgt op de ondergrondse infrastructuur, omdat we meer mogelijkheden hebben om vergunningen en ontheffingen te verlenen voor kabels, leidingen en andere netwerken.

Archeologische en aardkundige waarden van de ondergrond, een strategische drinkwaterreserve op ons grondgebied, maar ook de mogelijke aanwezigheid van explosieven kunnen van invloed zijn op de beschikbaarheid van de ondergrond. Westland wil graag een groenere leefomgeving, maar door de concurrentie om ruimte in de ondergrond is er lang niet altijd voldoende plaats om groen van een goede kwaliteit aan te kunnen planten. De aanleg van warmtenetten leidt mogelijk tot nadelige effecten op archeologie, bodem, grond- en oppervlaktewater. Het is voor netbeheerders steeds een flinke uitdaging om geschikte tracés te vinden voor de aanleg van kabels en leidingen. De risico's op bodem en water hangen samen met veranderingen in grondwaterstromingen, temperatuurveranderingen en mogelijke lekkage. Bij 'open systemen' kan grondwateronttrekking nodig zijn. Dit kan leiden tot grondwaterstandsdaling. Het is daarom steeds belangrijker om vroegtijdig rekening te houden met alle functies die een beroep doen op de ruimte in de bodem19.

Biologische, fysische en chemische eigenschappen van de grond dragen allemaal bij aan de bodemkwaliteit. Verontreiniging daarvan kan gezondheidsrisico's veroorzaken en de biodiversiteit nadelig beïnvloeden. De grootste risico's zijn vluchtige stoffen (zoals bij benzinestations), immobiele stoffen (bijvoorbeeld lood en asbest) en verontreinigingen op gevoelige locaties (natuur, woningen, kinderspeelplekken, drinkwaterwinning e.d.). Nieuwe bedreigingen kunnen komen van stoffen als PFAS, pesticiden, medicijnresten etc. Ook verzilting van grondwater en bodem kan de kwaliteit bedreigen.

In Westland hebben we, net als in grote delen van Nederland, te maken met bodemdaling. Wateroverlast, verzilting, scheefzakken van bebouwing, scheuren van kabels en leidingen en verdroging van natuur kunnen hier het gevolg van zijn.

Door de eeuwen heen is er in heel Nederland veel lood gebruikt in huis en in industrie. Dit is in de bodem terug te vinden. De verontreiniging zit in de bovenste grondlaag, met name in vooroorlogse wijken en dorpskernen, maar ook in het landelijk gebied is bij ophogingen gebruik gemaakt van grond en slib waar lood in zat. Hierdoor is in veel gebieden lood in de bodem aanwezig. Vooral jonge kinderen zijn gevoelig voor lood. Dat komt doordat lood effect heeft op de hersenen, die bij jonge kinderen nog in ontwikkeling zijn34. Om de blootstelling aan lood vanuit de bodem te minimaliseren is gerichte aanpak noodzakelijk van verontreinigingen bij gevoelige functies, zoals plaatsen waar kinderen spelen en moestuinen.

verplicht

Kaartbeeld van voorspelde bodemdaling in Westland tussen 2016 en 2050 (indien er geen beperkende maatregelen getroffen worden) door lage grondwaterstanden en gaswinning, uitgaande van een gelijkblijvend klimaat. Uit: Klimaateffectenatlas

7.4.3.3 Huidige situatie     

Wanneer we kijken naar de kwaliteit van de bodem zien we een wisselend beeld. Het aantal locaties met gezondheidsrisico's voor mensen is sterk afgenomen en scoort net zoals het aantal locaties met risico's voor dieren en planten goed. Het percentage verhard oppervlakte is daarentegen erg hoog in Westland: 58% van het gemeentelijk oppervlak is verhard, terwijl het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten 11% is.

verplicht

Telos 2018 Figuur bodem

7.4.3.4 Blik op de toekomst     

De provincie zoekt voor de gietwatervoorziening in de Greenports naar duurzame oplossingen, zoals het sluiten van kringlopen en berging van hemelwater in de ondergrond, in plaats van het onttrekken en ontzilten van zout grondwater in combinatie met het lozen van brijn (zout afvalwater) in de ondergrond. Ondergrondse opslag van zoetwater heeft daarom in het eerste watervoerend pakket prioriteit boven andere gebruiksvormen in de ondergrond. De gemeente is zich bewust van de opgave voor voldoende gietwater en faciliteert het bedrijfsleven in het vinden van oplossingen.

In de aanloop naar 2021 worden sommige verantwoordelijkheden met betrekking tot de ondergrond overgeheveld van provinciaal gezag naar de gemeente. Westland anticipeert zo goed mogelijk op toekomstige ontwikkelingen in de bodem, beoordeelt onttrekkingen van grondwater en gaswinning op het aspect bodemdaling en stelt randvoorwaarden aan nieuwe ontwikkelingen in gebieden die gevoelig zijn voor bodemdaling. Met name in De Lier is dit een aandachtspunt. Zo benutten we de kansen voor ondergronds ruimtegebruik optimaal en voorkomen we schade door onbewust bodemgebruik. Dat vereist inzicht in het regionale bodem- en watersysteem en de ondergrondse situatie en omstandigheden (grondwaterpeil, bodemdaling, verontreinigingen, archeologie). We gaan boven- en ondergrond integraal benaderen bij beleidsontwikkeling, ruimtelijk planvorming en gebiedsontwikkelingen en doen dat in afstemming met het Hoogheemraadschap van Delfland.

7.5 Klimaatbestendig     

verplicht

7.5.1 Visie     

Met burgers en bedrijven werkt de gemeente Westland samen om in 2040 op zoveel mogelijk plekken wateroverlast te voorkomen bij intensieve regenbuien. In 2040 komt in Westland slechts bij extreme regenval wateroverlast voor. Dat betekent droge voeten, meer zichtbaar water en levend water, ofwel een verbetering van de chemische en ecologische waterkwaliteit. Westland staat in 2040 bekend als proeftuin voor inpassingen van tuinbouw- en watertechnologie in de Greenport. Er is voldoende ruimte voor het vasthouden van water: door technische innovaties is een evenwichtige situatie ontstaan tussen wateraanbod (door piekbuien) enerzijds en watervraag en -kwaliteit anderzijds. Met ingang van 2020 wordt bij elke nieuwe gebiedsontwikkeling (of het nu gaat om bedrijven, woningen of de openbare ruimte) gezorgd dat deze 'klimaatadaptief' is. Samen met inwoners, ondernemers en andere overheden werken we aan een 100% klimaatbestendige gemeente.

Ook werken we toe naar een circulaire afvalwaterketen: eindproducten worden nuttig toegepast, hergebruikt of zo gemaakt dat ze waarde toevoegen aan het systeem. Dit geldt voor het water (afvalwater, hemelwater en grondwater), de grondstoffen die uit zuiveringsprocessen komen en de op te wekken energie20.

7.5.2 Analyse     

Ook in Westland moeten we rekening houden met de gevolgen van klimaatverandering. Naast de zeespiegelstijging krijgen we te maken met hogere temperaturen, nattere winters, hevigere stormen en regenbuien en drogere zomers. Dit brengt risico's met zich mee, denk aan het verwerken van hemelwater, toename van temperatuur in de woonomgeving, bodemdaling en de zoetwatervoorziening. We moeten ons blijven afvragen of we door het dichtbebouwde karakter van de gemeente de verwachte weersextremen kunnen blijven opvangen of dat er aanpassingen nodig zijn. Zelfs als men wereldwijd de afspraken nakomt uit het Parijsakkoord, blijven er nog steeds klimaateffecten waar we ons op moeten voorbereiden. Westland zet daarom in op CO2-reductie, nieuwe energie en een circulaire economie. Het voorkomen van en aanpassen aan klimaatverandering zijn beide nodig om te zorgen voor een klimaatbestendig Westland.

Door een goed functionerende waterhuishouding kunnen we hier veilig wonen en werken. In de afgelopen 60 jaar is de bebouwing in het Westland enorm toegenomen. We zetten daarom in op het ontharden van de omgeving en het infiltreren van regenwater op de plek waar het valt, mits de grondwatersituatie dit toelaat. Het oppervlaktewater- en rioolwatersysteem moeten meegroeien om de pieken in watertoevoer voldoende op te vangen. We verwachten dat het watersysteem in de toekomst om aanpassingen blijft vragen, in het licht van de veranderingen in het klimaat.

In een bebouwde omgeving is de temperatuur vaak enkele graden hoger dan in het omliggende landelijk gebied. Dit noemen we het hitte-eilandeffect. Tijdens langdurige en zeer warme periodes kan dit effect oplopen tot een verschil van 8 graden Celsius. Uitgevoerde stresstesten tonen aan dat temperaturen in de Westlandse kernen, op bedrijventerreinen, in nieuwbouwwijken en zelfs in de ondergrond hoog kunnen oplopen15. In de zomer moeten we meer rekening gaan houden met hitteperiodes. 13% van onze inwoners kan bij aanhoudende hitte onvoldoende verkoeling vinden buiten, in de tuin of de buurt21. Hitte kan serieuze gezondheidsklachten geven. Ouderen (vooral 75-plussers) vormen de grootste risicogroep, maar ook mensen met een chronische aandoening, jonge kinderen, sporters en mensen met overgewicht lopen een verhoogd gezondheidsrisico. Te veel warmte kan leiden tot vermoeidheid, concentratieproblemen, duizeligheid en hoofdpijn. Daarnaast kunnen huidproblemen optreden en uitdrogingsverschijnselen, met mogelijk levensbedreigende gevolgen. Aanhoudend warm weer leidt tot verslechtering van de waterkwaliteit en toename van infectierisico's door legionella, blauwalg in zwemwater, teken en muggen.

Klimaatverandering zorgt vooral in de zomers vaker voor langdurige periodes van droogte. Zoetwater wordt dan schaarser door een grotere watervraag en zoute kwel. Het grondwater verzilt door infiltratie van het zeewater en brijnlozingen. Als in droogteperiodes veel grondwater onttrokken wordt, kan dit leiden tot bodemdaling, (nog) zouter grondwater, branden en/of scheurvorming in gebouwen. Om dat te voorkomen, pompt het Hoogheemraadschap van Delfland in droge periodes water vanuit het Brielse Meer naar haar eigen watersysteem. Daarnaast kan het Hoogheemraadschap extra water aan het systeem toevoegen vanuit het Hoogheemraadschap van Rijnland, maar dat gebeurt alléén wanneer de inlaat vanuit het Brielse Meer ontoereikend is. Ook kunnen we de kleinschalige wateraanvoer in werking te stellen. Maar de belangrijkste bron voor gietwater is hemelwater. Dit wordt voornamelijk opgeslagen in bassins en op kleine schaal op het kasdek, in ondergrondse bassins en in het grondwater.

Door opwarming van de aarde krijgen we te maken met een stijgende zeespiegel, meer stormen en een meer variabele wateraanvoer vanuit de rivieren. Dit vergroot de druk op onze dijken, die bij hogere waterstanden verzadigd kunnen raken en bij droge perioden kunnen verzwakken. Om de kust te versterken, is een nieuwe duinenrij aangelegd langs de hele kust van Westland. Als pilot is een Zandmotor aangelegd voor de kust, waarmee de waterveiligheid de komende decennia, en in ieder geval tot 2050, gegarandeerd moet zijn. De zandige kust groeit zo mee met de zeespiegel. Deze natuurlijke dynamiek is belangrijk voor de karakteristieke natuurwaarden in dit gebied, zowel qua beleving als voor behoud en ontwikkeling. Op langere termijn biedt een aangroeiende kust wellicht kansen om de 'zoetwaterbel' te vergroten, ten behoeve van de drinkwaterwinning18.

7.5.3 Huidige situatie     

De openbare ruimte van de gemeente Westland is nog niet overal ingericht op grote hoeveelheden neerslag. Hoewel de kans op een overstroming voorlopig nog klein is, is het aantal getroffen inwoners bij een overstroming zeer groot. Hittestress is een punt van aandacht voor de gemeente omdat deze indicator slecht scoort. Dit hangt ook samen met het hoge percentage verhard oppervlak in de gemeente waardoor warmte langer wordt vastgehouden.

Onze inwoners vinden vooral meer groen en water in straten en op pleinen, waterdoorlatende bestrating, groene daken en de aanleg van nieuwe groengebieden belangrijk als klimaatbestendige maatregelen13.

verplicht

Telos 2018, voorraad hinder en calamiteiten

7.5.4 Blik op de toekomst     

Een robuust watersysteem

Een belangrijke pijler van het waterbeleid is het principe: eerst vasthouden, dan bergen en als laatste optie afvoeren. Daarmee creëren we een watersysteem dat voldoende veerkracht heeft om met de veranderingen van het klimaat mee te buigen. Dit doen we in Westland gebiedsgericht, innovatief, met elkaar en met ruimte voor maatwerkoplossingen. Tenslotte is ook een goede waterstructuur van belang voor een robuust watersysteem.

verplicht

Deze kaart geeft het stedelijk hitte-eilandeffect (UHI) weer in °C in het huidige klimaat. Dit is het gemiddelde luchttemperatuurverschil tussen de stedelijke en omliggende landelijke gebieden. De kaart geeft een voorspelling van het stedelijk hitte-eilandeffect weer op basis van verschillende onderliggende kaartgegevens: de bevolkingsdichtheid, windsnelheid, hoeveelheid groen, blauw en verharding.15

verplicht

Deze kaart toont het percentage groen per buurt. Bomen, struiken en lage vegetatie worden gezien als groen. Groen, met name bomen, heeft een verkoelend effect op het klimaat in de stad. 15

De gemeente accepteert dat er soms tijdelijk waterhinder kan ontstaan. Bijvoorbeeld wanneer de straat blank staat, maar het water niet boven de stoeprand uitkomt. Wateroverlast daarentegen, wanneer hulpdiensten wegen niet meer kunnen gebruiken of wanneer water de huizen inloopt, wil de gemeente (met partners) zoveel mogelijk voorkomen. Bij nieuwe ontwikkelingen, waarbij sprake is van een functieverandering, moet het beschermingsniveau tegen wateroverlast gehandhaafd worden. Uiteraard blijven we de normen voor klimaatadaptatie actualiseren aan de hand van de meest recente klimaatscenario's.

Ruimtelijke plannen krijgen als kader mee om klimaat- adaptief te ontwerpen en in te richten. Om wateroverlast te voorkomen, maken we nieuwe ontwikkelingen en uitbreidingslocaties regenwaterbestendig en richten deze klimaatrobuust in. Allereerst moet hemelwater zoveel mogelijk worden vastgehouden op de plek waar het valt (mits de grondwatersituatie dit toelaat), dus water wordt opgevangen en geborgen in bassins, onder kassen en in de ondergrond. Ook leggen we voor waterbuffering meer voorzieningen, bij voorkeur oppervlaktewater, aan en kwalitatief goed groen in de wijken en op daken.

Daarnaast zorgen we ervoor dat bij extreme buien het regenwater snel over het oppervlaktewatersysteem verspreid wordt, zodat lokale piekbelasting voorkomen wordt.

Om negatieve gevolgen voor de waterkwaliteit en wateroverlast te voorkomen, koppelen we hemelwater zoveel mogelijk af.

Zwemwater van voldoende kwaliteit is belangrijk voor onze recreanten. De Provincie wijst de zwemwaterlocaties aan: dat zijn in Westland de Wollebrand en het Prinsenbos. Het Hoogheemraadschap van Delfland meet de kwaliteit van het zwemwater. Tussen het Hoogheemraadschap en gemeente Westland zijn afspraken gemaakt over het beheer van de omgeving van het zwemwater.

Hittebestendig

Door het verkoelend effect van wind, stromend water en groen beter te benutten en door te kiezen voor bepaalde materialen en kleuren, kunnen we de kans op extreme hitte verkleinen. Door toepassing van meer groen, groene daken en meer water creëren we meer schaduw en koelte bij extreme warmte. Westland neemt het initiatief voor een klimaatadaptatievisie, een lokaal hitteplan, samenwerkingsafspraken, tijdige waarschuwingen en het ter beschikking stellen van informatie(middelen). Bij elk nieuwbouwproject houden we rekening met hittestress. We kunnen de ondergrondse infrastructuur zodanig inzetten dat woningen zowel gekoeld als verwarmd kunnen worden. Ook zullen we in samenwerking met maatschappelijke organisaties en zorginstellingen onderzoeken hoe deze beter kunnen functioneren tijdens een periode van hitte.

Droogtebestendig

Lange perioden van droogte kunnen leiden tot schade aan kwetsbare flora en fauna en de kans op (natuur)brand vergroten. Zeker als er een tekort is aan oppervlakte- en drinkwater om openbaar groen goed te onderhouden, loopt dit groen het risico uit te drogen. Met de verwachte klimaatveranderingen zijn de huidige maatregelen op lange termijn niet voldoende. We gaan, samen met Delfland, zoetwater beter vasthouden en benutten, zodat de regio zelfvoorzienend wordt. Om de komen tot een circulaire waterketen in 2050 wordt onderzocht of het mogelijk is om effluent uit de afvalwaterzuiveringen om te zetten in gietwater voor de glastuinbouw. Dit gaat ook negatieve effecten van droogte tegen. Net als het creëren van gietwaterbergingen. Dit vraagt inspanningen van de tuinbouw om meer circulair te worden, minder grondwater te onttrekken en water te bergen. We zoeken samen met kennisinstellingen en bedrijfsleven naar innovatieve oplossingen hiervoor20.

Omdat droogte kan leiden tot versnelde bodemdaling, doen we onderzoek naar bodemdaling en ontwikkelen we kaders voor bodembeheer. In samenwerking met partners stimuleren we maatregelen om schadelijke gevolgen van droogte tegen te gaan.

Overstromingsbestendig

Rijkswaterstaat en het Hoogheemraadschap van Delfland zorgen voor de aanleg en het beheer van waterkeringen. De gemeente, provincie, Hoogheemraadschap van Delfland en veiligheidsregio moeten zorgen voor een duurzame ruimtelijke ordening en rampenbeheersing. Een groot deel van Westland is laaggelegen gebied, dat kwetsbaar is voor doorbraak van primaire en regionale waterkeringen. In geval van overstroming kunnen gevaarlijke (afval)stoffen in het water terecht komen met mogelijke gevolgen voor de volksgezondheid. Daarnaast zorgen we ervoor dat bij extreme buien het regenwater snel over het oppervlaktewatersysteem verspreid wordt, zodat lokale piekbelasting voorkomen wordt. Er wordt gezocht naar een aantal locaties voor calamiteitenbergingen (waarvan er twee zijn aangegeven op de toekomstkaart). Bij de doorbraak van een primaire kering zijn de mogelijkheden om Westland te verlaten zeer beperkt.

verplicht

Het gebied dat mogelijk overstroomt en de maximale waterdieptes die kunnen optreden na een doorbraak van primaire waterkeringen. (risico eenmaal per 10.000 jaar). Ook zijn de ligging en klasse van de primaire keringen aangegeven. Bron: Klimaatatlas Zuid-Holland

De grootste knelpunten bij overstromingen door een regionale waterkering zijn de begaanbaarheid van de wegen voor hulpdiensten en woningen en bedrijven in kwetsbare gebieden. Evacuatie is niet overal in de regio mogelijk. Ook crisisfaciliteiten (brandweer, politie, ziekenhuis) zijn bij overstromingen niet goed bereikbaar. Onderstations voor elektriciteit en overige vitale infrastructuur liggen nu veelal in lage polders. Nieuwbouwprojecten liggen vaak in laaggelegen gebieden. Westland gaat onderzoeken of de hoofdinfrastructuur verhoogd aangelegd kan worden, als extra veiligheidsmaatregel bij mogelijke overstromingen in de toekomst. Ook onderzoeken we hoe mensen naar hoger gelegen gebieden geëvacueerd kunnen worden, zonder dat zij het gebied hoeven te verlaten. Uiteraard communiceren we met onze inwoners over evacuatiemogelijkheden in geval van een overstroming. We bouwen niet meer op de laagst gelegen locaties en stimuleren het meer waterbestendig maken van vastgoed en terreinen door (glastuinbouw)bedrijven, particulieren en woningbouwcorporaties15.

verplicht

Deze begaanbaarheidskaart laat zien welke wegen begaanbaar zijn bij een bui van 100mm in 2 uur. Wegen met waterdieptes van 30 cm of meer zijn 'onbegaanbaar' (rood)12

Voor een aantal gebieden, buurten of wijken, met een hoog risico op schade of overlast, ontwikkelen we een gerichte aanpak. We richten een klimaatadaptatiemonitor in waarmee we op alle aspecten op tijd kunnen bijsturen om doelen te behalen. De gemeente neemt hierbij het voortouw, maar ook inwoners, bedrijven en andere partijen, zoals woningbouwcorporaties, zijn nodig om Westland klimaatbestendig te maken. Zo nemen we in lokaal woon- en zorgbeleid en bij prestatieafspraken voorwaarden voor klimaatadaptatie mee. Zo zetten we aan tot bewustwording en samenwerking15.

7.6 Veilig in Westland     

verplicht

7.6.1 Visie     

Veiligheid vormt de basis van prettig wonen. Westland heeft deze basis heel behoorlijk op orde. Dit geldt zowel voor de 'meetbare' veiligheid als het veiligheidsgevoel. Toch vraagt veiligheid onze voortdurende aandacht. We willen onze basis verder verstevigen en nieuwe stappen zetten rond complexe opgaven, zoals ondermijning22.

7.6.2 Analyse     

We hebben geen reden om ongerust te zijn over de veiligheid in Westland. De criminaliteitscijfers laten een doorlopende daling zien: minder woninginbraken, minder fietsendiefstallen en minder auto-inbraken. De gemeenschapszin van de Westlanders is groot en dit manifesteert zich in stevig verankerde buurtpreventie-verenigingen en andere vormen van participatie22.

De inrichting van de openbare ruimte is medebepalend voor de veiligheid van die ruimte. Door de woonomgeving veilig in te richten, verbeteren de verkeersveiligheid en de sociale veiligheid. De kwaliteit van de woonomgeving werkt zo rechtstreeks door in het veiligheidsgevoel van inwoners.

Op jaarbasis vinden er honderden evenementen plaats in Westland, variërend van kleinschalige braderieën, feestweken tot bijvoorbeeld het Varend Corso. Deze evenementen leveren een grote bijdrage aan de levendigheid van onze dorpen. Dit heeft vanzelfsprekend grote meerwaarde voor onze gemeente, zowel sociaal als economisch. Tegelijkertijd brengen deze evenementen veiligheidsrisico's met zich mee, op het vlak van openbare orde, fysieke veiligheid zoals brand- en waterveiligheid en overlast.

Zowel de meetbare als de ervaren jeugdoverlast in Westland is aan de hoge kant in vergelijking met omliggende gemeenten. Een ander zorgelijk aspect is alcoholgebruik - dit is hoog onder Westlandse jeugd. Dit brengt flinke gezondheidsrisico's met zich mee en kan ook doorwerken in de openbare orde.

Drugsproductie en -handel, mensenhandel en arbeidsuitbuiting gaan helaas ook aan Westland niet voorbij. De precieze aard en omvang zijn niet goed vast te stellen. Bij ondermijnende criminaliteit maken criminelen gebruik van legale structuren om de onderwereld te faciliteren. Hierdoor ontstaat de vermenging van boven- en onderwereld.

7.6.3 Huidige situatie     

De veiligheid is in algemene zin sterk verbeterd ten opzichte van voorgaande jaren. Zowel de geweldsdelicten als vermogensdelicten zijn afgenomen. De jeugdcriminaliteit is sterk gedaald, net als het onveiligheidsgevoel. De verkeersonveiligheid is iets verslechterd, al ligt dit wel onder het Nederlands gemiddelde. Vandalisme is afgenomen. Deze score laat dan ook, samen met de score van jeugdcriminaliteit, de grootste verbetering zien. Een negatieve ontwikkeling is het percentage kindermishandeling, deze is aan de hoge kant en zelfs iets toegenomen.

7.6.4 Blik op de toekomst     

verplicht

De Omgevingswet is gericht op het in onderlinge samenhang bereiken en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving. Bij de veiligheid van de fysieke leefomgeving zijn veel partijen betrokken: de Veiligheidsregio Haaglanden, het Hoogheemraadschap van Delfland, de Omgevingsdienst Haaglanden, de politie etc. Samenwerking is dan ook van groot belang. Door veiligheid vroeg in het ontwerpproces mee te nemen, bij de ruimtelijke inrichting van het gebied, wordt een transparante en brede afweging mogelijk gemaakt.

Veilige woon- en leefomgeving

In een compacte en dichtbevolkte regio als Westland is het inrichten van de omgeving niet makkelijk. Functies zoals wonen, werken en recreëren raken elkaar en dat brengt risico's met zich mee. Bij de inrichting van de leefomgeving staat veiligheid voorop en de gemeente trekt hierbij samen op met inwoners.

verplicht

Telos 2018, Figuur Veiligheid

Winkel- en bedrijfscriminaliteit komen in Westland weinig voor en ook het aantal vernielingen is verhoudingsgewijs laag. Westland past strenge handhaving toe en gebruikt slimme inrichtings- en beheerconcepten, waaronder verlichting. We treffen waar nodig aanvullende maatregelen voor het schoonhouden van de dorpen en werken integraal aan verkeersveiligheid.

Bewuste keuzes maken bij bouwprojecten draagt bij aan de veiligheid. Denk aan gebiedsindeling, locatiekeuze, manier van bouwen, type bebouwing en de inrichting van en rond een gebouw. Goede en duidelijke vluchtwegen helpen mensen snel en veilig naar een veilige omgeving te vluchten indien nodig. Hulpverleners kunnen sneller optreden als de bereikbaarheid van gebieden, bouwwerken en bedrijven doordacht is. Een goede bluswatervoorziening en goede opstelplaatsen voor de hulpdiensten zijn erg belangrijk. De veiligheid wordt ook bevorderd als inwoners en bezoekers voldoende bekend zijn met de mogelijke risico's en weten hoe te handelen in geval van een calamiteit. Zeer kwetsbare groepen die niet of beperkt zelfredzaam zijn, zoals zieken, kleine kinderen, hoogbejaarden en mensen met een geestelijke of lichamelijke beperking, genieten extra bescherming.

Evenementen, bedrijvigheid en veiligheid

Door een combinatie van procedures en veiligheidschecks enerzijds en samenwerking met ondernemers anderzijds zorgen we dat de veiligheid rond evenementen goed beheersbaar is. Zo moet de locatie waar het evenement plaatsvindt op een veilige plek liggen en goed bereikbaar zijn voor hulpdiensten.

In Westland bevindt zich een groot aantal bedrijven. Een aantal van deze bedrijven slaat gevaarlijke stoffen op of heeft een installatie die gevaarlijke stoffen gebruikt (bijvoorbeeld een ammoniak-koelinstallatie). Binnen en rondom dergelijke bedrijven moeten we rekening houden met de veiligheid van de mensen die er wonen, werken en recreëren, en de risico's voor de leefomgeving. Verder is het transport van gevaarlijke stoffen over de wegen in onze gemeente een belangrijk punt van aandacht.

Om de veiligheid te verbeteren pakken we het liefst de bron van de risico's aan. Dat kan helaas niet altijd. In dat geval is het belangrijk om de omgeving zo in te richten dat risico's beperkt worden. Dit betekent dat de afstand tot een risico moet worden vergroot om slachtoffers en schade te beperken. Dit is extra belangrijk wanneer er in de omgeving kwetsbare groepen of vitale infrastructuren zijn.

Jeugd en veiligheid

Westland werkt aan bewuster alcoholgebruik onder jongeren. Jeugd is enerzijds oorzaak, 'dader' van onveiligheid, anderzijds slachtoffer. We zien overlast door de jeugd en soms ook criminaliteit, en tegelijkertijd zien we jongeren die kwetsbaar zijn door problematische omstandigheden thuis en op school. Er is altijd een integrale groeps- en persoonsgerichte aanpak nodig, met zowel preventieve als repressieve, strafrechtelijke én zorgcomponenten. Een aanpak die zich richt op de jongere in de groep, maar ook op de jongere thuis, op school en werk, bij sport en bij het uitgaan.

Voor jeugdgroepen moet voldoende plaats zijn in de openbare ruimte. Westland zal bij de inrichting van de openbare ruimte ook speel- en verblijfsruimte voor de oudere jeugdgroepen realiseren, op locaties die weinig overlast voor de omgeving zullen geven, waardoor (hang)overlast op willekeurige plaatsen in de openbare ruimte voor een deel wordt voorkomen.33

Fysieke veiligheid

Fysieke veiligheid gaat over de thema's brandveiligheid, externe veiligheid, crisisbeheersing en conventionele explosieven. Als gemeente hebben wij een regierol. Trekkers zijn de veiligheidsregio Haaglanden en de Omgevingsdienst Haaglanden.

Door de komst van nieuwe risicobronnen (zoals bijvoorbeeld waterstoftankstations, geothermie, grootschalig gebruik van zonnepanelen en buurtbatterijen) is het vergroten van kennis en expertise van deze nieuwe risicobronnen essentieel. Energie Opslag Systemen (EOS) en geothermiecentrales plaatsen we op voldoende afstand van kwetsbare functies. De Veiligheidsregio Haaglanden adviseert ons hierbij, dus we zullen hen dan ook in een vroeg stadium bij deze nieuwe ontwikkelingen betrekken.

Ondermijning

Ons doel is om ondermijnende criminaliteit zo veel als mogelijk te voorkomen, tegen te gaan en misstanden aan te pakken. We zorgen dat criminele organisaties of personen geen voet aan de grond krijgen en geen gebruik kunnen maken van legale structuren voor criminele activiteiten. Het is een ongrijpbaar, grijs gebied, dat wel effect heeft op de samenleving en economie. De onderwereld vindt zijn weg naar de bovenwereld via onduidelijke structuren. Wij moeten ervoor zorgen dat de gemeente niet onbedoeld ondermijnende criminaliteit faciliteert. Daarvoor hebben we in afgelopen jaren al belangrijke stappen gezet om de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit terug te dringen en hen de speelruimte te ontnemen. Door consequente inzet van bestuurlijke instrumenten, willen we in samenwerking met onze partners die speelruimte verder verkleinen.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Brandveiligheid

De doelstelling is minder branden, minder slachtoffers en minder schade. Belangrijke activiteiten zijn voorlichting en communicatie, advisering over brandveiligheid bij ruimtelijke aspecten en vergunningverlening, het houden van brandveiligheidstoezicht en ondersteuning bij de handhaving. De focus ligt op risicogroepen, zoals ouderen, schoolkinderen en verminderd zelfredzame huishoudens. Risicobeheersing en incidentbestrijding zijn beide goed op peil in Westland. De hoge bereidheid van Westlanders voor een rol bij de vrijwillige brandweer is opvallend, mogelijk gevoed door de sterke gemeenschapszin die we hier kennen.

Externe veiligheid

De risicobronnen bij ruimtelijke ontwikkelingen zijn te vinden op de provinciale en regionale risicokaart (die in verband met terrorismegevaar beperkt openbaar is). Denk aan LPG-tankstations, opslagplaatsen, routes voor gevaarlijke stoffen en buisleidingen. Ondanks alle genomen veiligheidsmaatregelen kan er altijd een ongeval met gevaarlijke stoffen plaatsvinden. Voor Westland staat consequente handhaving bij overschrijding van toegestane risico's voorop. We richten ons, samen met de ODH en de veiligheidsregio op bewustwording en zelfredzaamheid door goede voorlichting en communicatie. We vertalen risico's naar de ruimtelijke ordening door onder andere fysiek afstand te creëren tussen nieuwe ontwikkelingen en risicobronnen en vlucht- en schuilmogelijkheden te creëren.

Crisisbeheersing

We werken voor Crisisbeheersing/bevolkingszorg nauw samen met de Veiligheidsregio Haaglanden. Lokale sleutelfuncties, faciliteiten en voorzieningen zijn effectief ingevuld. De crisisorganisatie 'staat klaar' en kan adequaat optreden bij incidenten. We focussen op niet-zelfredzame inwoners, bezoekers en medewerkers en werken risicogericht.

Explosieven

In de gemeente Westland zijn na de Tweede Wereldoorlog conventionele explosieven achtergebleven in de grond. We hebben de mogelijke risicogebieden in kaart gebracht en bepaald hoe om te gaan met deze explosieven. Dit betekent onder meer het op peil houden van het werkprotocol, de explosievenkaart en weten hoe te handelen bij incidenten.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Hoofdstuk 8 Welvarend Westland     

In 2040 is Westland economisch en sociaal maatschappelijk bijzonder sterk. Ons tuinbouwcluster, het geheel aan primaire, toeleverende, verwerkende en distribuerende bedrijven ten dienste van de (glas)tuinbouw, is uniek. We koesteren de kennis en innovaties binnen het Westlandse tuinbouwcluster en faciliteren de ontwikkelingen: lokaal, regionaal, nationaal en internationaal. Met onderwijs spelen we in op die ontwikkelingen: daar zitten immers de werknemers van de toekomst. Het arbeidspotentieel is groot en onze ondernemers zijn van regionale betekenis. We enthousiasmeren niet-werkenden in de hele regio om hun kansen in de sector te pakken. Ook zorgen we voor een goede bereikbaarheid en goed openbaar vervoer voor forenzen.

De economische dynamiek gaat hand in hand met een maatschappelijke dynamiek. Het bruist van de initiatieven op maatschappelijk, cultureel en sportief gebied. Westlanders zijn trots op de ondernemende mentaliteit en we voelen ons verbonden met elkaar, met het Westland en met de tuinbouw. Deze 'P' van People moet goed in balans blijven met de 'P' van Profit, zodat welvaart en welzijn in balans blijven. Ditzelfde geldt voor de 'P' van Planet.

De overkoepelende ambitie is om de economie van Westland, met een focus op het tuinbouwcluster, door te ontwikkelen naar een toekomstgerichte en -bestendige economie. Dat wil zeggen een levendige, gastvrije, inclusieve en innovatieve economie met een regionale uitstraling. Het tuinbouwcluster is echter ook van nationale, Europese en internationale betekenis.

8.1 Innovatieve tuinbouwgemeente     

8.1.1 Visie     

In 2040 is Westland economisch bijzonder sterk. Het Westlandse tuinbouwcluster draagt bij aan een innovatieve en duurzame voedselvoorziening, gezondheid en geluk. De tuinbouw is van grote waarde voor werelduitdagingen op het gebied van voedselveiligheid en -zekerheid, duurzaamheid, gezondheid en een groene leefomgeving. Als tuinbouwgemeente richten we ons vooral op de unieke clusterkracht en ontwikkelingen die dit profiel verder versterken23. Het buitengebied van Westland blijft ook in de toekomst in het teken staan van de Greenport, maar met meer aandacht voor de leefbaarheid en ruimtelijke kwaliteit dan voorheen.

8.1.2 Analyse     

Innovatief

Innovatie is diep verankerd in het DNA van Westland. In de geschiedenis van de regio heeft Westland zich steeds weer vernieuwd en opnieuw uitgevonden, altijd met het oog op vooruitgang en economische versterking. De internationaal leidende positie van het tuinbouwcluster is ontstaan door op tal van vlakken vooruitstrevende technieken en concepten toe te passen. Denk aan hoogwaardige kassen, energie- en watersystemen, vergroening van gewasbescherming, precisielandbouw en alternatieve teeltsystemen. Hierdoor zijn Nederlandse telers in staat een bijzonder hoge toegevoegde waarde (opbrengst per m²) te realiseren met relatief beperkt gebruik van grondstoffen.

Procesoptimalisatie, zoals gebruik van LED-verlichting, meerlaags telen, robotisering en klimaatbeheersing, zal in de toekomst verder doorzetten, net als productinnovaties. Kunstmatige intelligentie, Big Data en blockchain zijn voor de tuinbouw steeds belangrijker. Dit kan uiteindelijk leiden tot 'de autonome kas', die op afstand aangestuurd kan worden. Vertical Farming kan onderdeel zijn van toekomstige teeltmethoden.

Voedselproductie

Steden worden groter en er moeten meer monden worden gevoed. Gezondheid en goede voeding spelen een steeds grotere rol. De consument zoekt naar gepersonaliseerde oplossingen: vers, veilig, gezond, goed voor het welzijn en lokaal geteeld. De glastuinbouw kan mensen steeds beter laten ervaren hoe groente en fruit bijdragen aan een betere volksgezondheid. En alles moet steeds duurzamer worden ontwikkeld, geproduceerd en vervoerd. Onder de noemer 'Feeding & Greening Megacities' is ontwikkeling van glastuinbouw overal ter wereld een grote uitdaging. Dit biedt enorme economische kansen voor Westland en de Greenport West-Holland. Niet alleen via de export van producten, maar ook van kennis. De Greenport Horti Campus speelt daar een belangrijke rol. Maar daar is ook ondersteuning van lokale overheden en clusters in het buitenland voor nodig. Dus zullen we internationaal moeten samenwerken, zowel binnen als buiten Europa23.

Modern teelt- en handelsgebied

De afgelopen jaren nam het aantal bedrijven in de glastuinbouwsector af. Waar Westland in 2010 nog 924 tuinbouwbedrijven kende, waren dit er in 2018 nog 583. Toch is het glastuinbouwoppervlak in absolute vierkante meters nauwelijks veranderd. Minder tuinbouwbedrijven dus, maar wel grotere. In Westland is momenteel bruto 4.400 hectare beschikbaar voor de primaire glastuinbouwproductie, waarbinnen in 2018 op netto 2.253 hectare echt geteeld werd31. De overige hectares worden gebruikt als bedrijfsgebouwen, buitenterrein, waterbassins, toegangswegen, watergangen, bedrijfswoningen etc. Ze hebben wel de bestemming agrarisch-glastuinbouw.

Om nu én in de toekomst een bloeiende economie te behouden, moeten we blijven investeren in de omgeving waarin we leven. De tijd van verdere gebiedsuitbreiding lijkt voorbij. Fysieke ruimte is steeds beperkter en tal van ontwikkelingen claimen de laatste open plekken. Toch is het behoud van productie van groot belang om de versketens, veredeling, vermeerdering, logistiek, handel en tuinbouwtoelevering met Westland verbonden te houden. Om de modernisering en herstructurering op gang te brengen moet er letterlijk ruimte worden gemaakt. Hiervoor zoeken we naar reconstructiekansen en benutten de mogelijkheden als deze zich aandienen, voor het uitplaatsen van ruim duizend (bedrijfs)woningen naar de dorpen.

Internationaal

De wereld verstedelijkt en bij die steden zijn voedsel, water en energie broodnodig. Westlandse bedrijven hebben jarenlange opgebouwde expertise op het gebied van kennis over plantenveredeling, teeltsystemen, waterhuishouding, klimaatbeheersing en ketenlogistiek. We kunnen agrarische innovaties uitrollen over andere sectoren en regio's wereldwijd. Dit bevordert een wereldwijd duurzame verdeling van voedsel, water en energie.

Opvallend voor de gemeente Westland is het grote aantal exporterende bedrijven; maar liefst 9% van alle bedrijven. Landelijk en in de regio ligt dit aandeel op 5%. De Nederlandse tuinbouwsector heeft met een totale exportwaarde van ongeveer 23 miljard euro een vooraanstaande positie op de wereldmarkt.

8.1.3 Huidige situatie     

Het concurrentievermogen in de gemeente Westland is positief. Er zijn meer ondernemingen gestart dan gestopt en het aantal snelgroeiende bedrijven is fors gestegen. Ook het aandeel van werkzame personen in de topsectoren scoort goed. Investeringen in bedrijven blijven echter wat achter. Het bruto regionaal product is toegenomen.

Op de vraag hoe onze inwoners de glastuinbouw in hun woonomgeving ervaren, geeft het grootste deel aan trots te zijn op de economische impact en de knowhow van de glastuinbouw in de gemeente. Helaas wordt er ook een keerzijde ervaren.

verplicht

Telos 2018 Taartdiagram Concurrentievermogen

Zo vinden sommige inwoners de roze/oranje verlichting storend, heeft men zorgen over toekomstige werkgelegenheid en ontstaat er krapte op de woningmarkt door de vele arbeidsmigranten. Wanneer we groen en water tussen de kassen behouden, innovatief omgaan met energiegebruik en de openheid van het landschap behouden, wordt men nog trotser op de glastuinbouw13.

8.1.4 Blik op de toekomst     

De provincie Zuid-Holland wil dat de agrarische sector zich duurzaam en natuurinclusief ontwikkelt, onder andere op gebied van energie. Op basis van nieuwe verdienmodellen en het afzetten van producten in een hoger marktsegment, produceert de sector in de toekomst circulair, wordt ze energieneutraal, klimaatadaptief en gezond voor mens, dier en omgeving18.

Het is de ambitie van Westland om de Greenport te moderniseren. Modernisering is dus meer dan alléén ruimtelijke herstructurering. Modernisering draagt bij aan toepassing van de meest recente kennis en technieken, zodat een hogere toegevoegde waarde voor producten per vierkante meter gerealiseerd wordt. In 2050 moet de Greenport volledig duurzaam functioneren, zonder gebruik van fossiele brandstoffen met zuinig en verantwoord gebruik van water, zonder verontreiniging. Om economisch weerbaar te blijven is meer diversificatie in de productie nodig en blijft het belangrijk waarde toe te voegen aan lokale en geïmporteerde producten. Kennis gaat een belangrijkere rol spelen en vraagt om een sterkere kennisinfrastructuur en ruimte voor voorzieningen die de kennisontwikkeling stimuleren24.

De gemeente zet hierbij de lijnen uit en geeft sturing aan de voorkant van het proces, met oog voor de inbreng van participanten.

De innovaties in de glastuinbouw vragen, naast schaalvergroting, om maatwerkoplossingen bij ruimtelijke inrichting. Denk aan slimme kasconstructies, hogere kassen, dichte kassen, laboratoria en opslagruimten, die een andere verhouding hebben dan de glastuinbouw van nu. Verbreding van activiteiten in het glastuinbouwcluster is daarom mogelijk, zolang de nadruk blijft liggen op primaire teelt. Voor verdergaande (neven)activiteiten, die niet gerelateerd zijn aan het glastuinbouwcluster, zullen we het nee-tenzij-principe hanteren: alleen mogelijk indien hiervoor zwaarwegende argumenten zijn.

Om concurrerend te blijven, moeten moderne bedrijven in gebieden kunnen ondernemen met een optimaal vestigingsklimaat. Van belang is dat er in Westland zowel kwalitatief als kwantitatief voldoende teeltareaal geborgd blijft. De gemeente geeft sturing aan herstructurering en stelt de juiste randvoorwaarden als het gaat om ontsluiting en ruimtelijke ordening. Met herstructurering, mobiliteit, vergroening en verduurzaming als belangrijke thema's komen we tot integrale gebiedsplannen die betaalbaar en met voldoende draagvlak gerealiseerd kunnen worden. We kijken daarbij met name naar de grote aaneengesloten gebieden, waar duurzame en moderne (glas)tuinbouw mogelijk is23. Maar ook kleine initiatieven, die bijdragen aan herstructurering, mobiliteit, vergroening en verduurzaming kunnen op steun van de gemeente rekenen.

Westland is groot voorstander van (cross-sectorale) samenwerkingsverbanden tussen innovatieve ondernemers, kennisinstellingen en overheden: waar over grenzen van de eigen sector of bedrijf wordt gekeken, ontstaan innovaties. We gaan op zoek naar raakvlakken met andere economische sectoren, bijvoorbeeld ICT, farmacie of de creatieve sector. De crossovers met de Rotterdamse haven richten zich met name op de verslogistiek, uitwisseling van CO2 en energie en biobased economy.

Op het gebied van Externe Betrekkingen zijn we gericht op regionaal, nationaal, Europees en internationaal niveau. Wanneer beleid en/of wet- en regelgeving knellen, vraagt de gemeente Westland daar actief aandacht voor.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Warmte

Door de productie van groente, fruit, planten en bloemen is de vraag naar warmte in Westland groot. We streven ernaar het grote aardwarmtepotentieel optimaal te benutten en stimuleren initiatieven die hieraan bijdragen. De ambitie is om van de huidige zes aardwarmtedoubletten te groeien naar 15 tot 20 aardwarmtedoubletten (ofwel circa 289 MW) in 203019. Zo dringen we de CO2-uitstoot terug. Ook staan we open voor duurzame warmte uit het Rotterdamse havencomplex. Via een aftakking van de leiding waarmee warmte uit het Rotterdamse havencomplex naar Den Haag wordt getransporteerd, kan in 2025 ca. 100 MW warmte geleverd worden aan Westlandse tuinders. Wanneer de gemeente haar energievoorziening volledig wil verduurzamen, zullen we elke bron nodig hebben. Randvoorwaarden daarbij zijn:

  • alle tuinbouwondernemingen moeten de kans krijgen om aan te sluiten;
  • geen verdringing (door warmte uit Rotterdam) van lokale initiatieven als geothermie en biomassa;
  • de levering van CO2 is geborgd.

Via het aanleggen van een warmte-infrastructuur, die de geothermiedoubletten met elkaar verbindt en waarop de aftakking van de warmteleiding uit Rotterdam kan aansluiten, ontstaat een Westland-dekkend warmtenetwerk. Het geheel van bronnen en warmte-infrastructuur noemen we Warmte Systeem Westland (WSW). Met de realisatie van WSW kan jaarlijks 650 miljoen kuub aardgas en 1,2 Mton CO2 uitstoot worden bespaard.

Elektriciteit

Omdat energienetten niet hun maximale capaciteit gebruiken, blijft er ruimte in het netwerk beschikbaar. Met een Smart Grid kunnen we de diverse energiebronnen en netwerken zodanig op elkaar afstemmen dat dit leidt tot energie efficiency. Zo kunnen alle elektriciteitsgebruikers ook elektriciteit leveren aan het net. Met dit 'slimme netwerk' wordt de capaciteit geoptimaliseerd, waardoor we het net efficiënter benutten. Een belangrijke eerste stap in het optimaliseren van energiegebruik, maar uiteindelijk willen we toe naar een koppeling van de totale energie-infrastructuur (elektriciteit, warmte, biogas e.d.).

Naast het opwekken van elektriciteit en het gebruik van duurzame warmtebronnen zet het glastuinbouwcluster in op besparingsopties. In het programma Kas als Energiebron worden nieuwe energie-arme teelttechnieken en fossielvrije demokassen getest.

CO2

Voldoende beschikbaarheid van CO2 is essentieel om de energietransitie te laten slagen. CO2 wordt nu nog met wkk's opgewekt. Duurzame warmte kan pas echt een alternatief voor aardgas zijn als externe CO2 ruim beschikbaar en betaalbaar is1. OCAP levert al ruim 10 jaar CO2 aan de tuinbouw in Westland, zodat tuinders niet langer aardgas hoeven stoken om CO2 te produceren. Deze CO2 is afkomstig van Shell in Pernis. Via een pijpleiding en een distributienet wordt de CO2 , die anders via de schoorsteen de lucht in gaat, naar de kassen geleid. Tuinders gebruiken zo goedkope en zuivere CO2 voor hun planten en bloemen. Zo ontstaat de mogelijkheid voor tuinders om over te stappen naar duurzame energie, zoals geothermie en restwarmte. Continue beschikbaarheid van CO2 en uitbreiding van de huidige capaciteit om te blijven voorzien in de stijgende vraag is voor de tuinders essentieel. Aandacht voor de veiligheid is hierbij van belang. Bij het vrijkomen van grote hoeveelheden koolzuurgas via een buisleidingbreuk kan namelijk plaatselijk verstikkingsgevaar optreden36.

Water

Het glastuinbouwcluster, onze inwoners en de natuur in Westland hebben een goede zoetwatervoorziening nodig. In droge tijden bieden grondwater en oppervlakte- water een noodzakelijke aanvulling op het hemelwater. Westland streeft naar een robuuste zoetwatervoorziening. De tuinbouwsector werkt dan ook hard aan waterkringloopsluiting. De teelttechniek én de kennis over efficiënt omgaan met waterkringlopen kunnen mondiaal geëxporteerd worden.

We onderzoeken waar langs de kust in onze gemeente zoetwatervoorraden zouden kunnen worden opgeslagen. Onder de naam COASTAR kan ondergrondse waterber ging voorzien in een overbrugging tussen watervraag- en aanbod. Zo moet voldoende zoetwater beschikbaar komen voor zowel de drinkwatervoorziening als de gietwatervraag. Door infiltratie van de ondergrond met zoetwater ontstaat een grotere zoetwaterbel die het zoute grondwater terugdringt en zo verzilting tegengaat19. Dat geeft tuinders een additionele 'bron' voor gietwater. Ook kan het zorgen voor wateropslag bij piekbuien en beschikbaarheid van zoet water in tijden van droogte. Westland omarmt dergelijke innovaties.

De gemeente maakt, samen met de bedrijven, een ruimtelijk ontwikkel- en investeringsplan om de glastuin- bouw voor 2030 klimaatbestendig te maken. Daarnaast stuurt de gemeente op het klimaatadaptief inrichten van glastuinbouwbedrijven, door gebruik te maken van gedifferentieerde tarieven voor belastingen, heffingen, leges en vergunningen.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

verplicht

8.2 Toekomstbestendige bedrijventerreinen     

verplicht

Locaties bedrijventerrein

8.2.1 Visie     

Westland wil toekomstbestendige bedrijventerreinen, met voldoende bedrijvenlocaties en evenwicht in vraag en aanbod van bedrijfskavels en -locaties. We zien dat er behoefte is aan duurzame (nieuwe) bedrijvenlocaties en investeren waar nodig in bestaande werklocaties om deze beter te laten aansluiten bij wensen zoals multifunctionaliteit en duurzaamheid23.

8.2.2 Analyse     

Bedrijventerreinen zijn een belangrijke schakel in het glastuinbouwcluster en met ruim 20.000 arbeidsplaatsen zeer waardevol voor de Westlandse economie. Westland heeft relatief veel goed gefaciliteerde bedrijventerreinen, verspreid over de gemeente. De groei, die de afgelopen jaren vooral plaatsvond op agrologistieke bedrijventerreinen, was drie- tot viermaal hoger dan in andere gemeenten in de regio Haaglanden.

Er worden globaal twee typen bedrijventerreinen onderscheiden. Lokale bedrijventerreinen liggen dicht tegen de dorpen aan en hebben vooral kleinere bedrijven met een lage milieucategorie. Op regionale en agrologisitieke terreinen komen we grotere bedrijven tegen met een zwaardere milieucategorie. Bedrijven op agrologistieke terreinen zijn vooral gericht op de logistieke processen van tuinbouwproducten.

Het Westlands economisch cluster draait op volle toeren. Er worden meer en meer bedrijfskavels in gebruik genomen en die groei lijkt zich voort te blijven zetten. Tot 2030 verwachten we dan ook een tekort hieraan van 28 tot 33 hectare25. De opgaven op het gebied van bedrijventerreinen worden in regionaal verband afgestemd.

Het bedrijfsleven, exclusief de glastuinbouw, verbruikt ongeveer 4% van de energie in Westland. Bedrijventerreinen zijn verder gevorderd in duurzame energie dan andere stakeholders: ze hebben gezamenlijk ruim 60.000 zonnepanelen op bedrijfsdaken en circa 200 warmtepompen in bedrijfsgebouwen. Daarnaast investeren de ondernemers in biomassa, zonneboilers en gebruik van restwarmte. Het gasverbruik is in de periode 2010-2016 met 10 procent afgenomen. Daartegenover staat een toename van het elektriciteitsverbruik, waardoor in totaal de CO2-uitstoot is toegenomen. Het Westlandse bedrijfsleven is zich ervan bewust dat de energietransitie onontkoombaar is en lijkt bezorgd over het afnemende draagvlak voor bedrijvigheid in de samenleving1.

8.2.3 Huidige situatie     

De ruimtelijke vestigingsvoorwaarden vertonen over het algemeen een positief beeld. We hebben weinig oude bedrijventerreinen en weinig leegstand van kantoren. Daarnaast is de netto-bruto verhouding van bedrijventerreinen (verhouding bedrijfsoppervlak en het uitgegeven grondoppervlak van bedrijventerreinen) en het aantal werklocaties positief. De voorraad bedrijventerreinen vertoont echter een minder rooskleurig beeld. Door de voorziene uitbreidingen op verschillende bedrijventerreinen zal dit de komende jaren sterk verbeteren.

De leegstand in winkelruimte is toegenomen26.

verplicht

Telos 2018 Figuur Ruimtelijke vestigingsvoorwaarden

8.2.4 Blik op de toekomst     

Bedrijventerreinen zijn bedoeld voor bedrijfsfuncties en ondernemers die zich niet direct op de eindconsument richten (B2B). Bij de locatiekeuze voor 30 hectare extra bedrijventerrein hebben grootschalige locaties en grote bedrijfskavels de voorkeur. Deze vraag van circa 30 hectare kan worden opgevangen op twee of drie grootschalige locaties:

  • Bovendijk (4,5 ha)
  • Loswal de Bonnen (Hoek van Holland, circa 18 ha)
  • Uitbreiding van ABC Westland (12 netto en 17 ha bruto)

De ontwikkeling van ABC Westland combineren we met de realisatie van een gedeelte van de ecologische verbinding uit het Natuur Netwerk Nederland, die van Madestein tot aan de Zweth loopt. Langs de Wennetjessloot houden we daar rekening met een groenstrook van 50 meter breed.

De uitbreidingsvraag van kleinschalige bedrijfshuisvesting is op 3 hectare geraamd. Westland verwacht dat deze ruimte beschikbaar komt als (grotere) bedrijven van lokale bedrijventerreinen verhuizen naar grootschalige bedrijventerreinen25. De gemeente houdt in de gaten dat hier geen extra hinder van komt, omdat deze lokale bedrijventerreinen dicht tegen woongebieden aan liggen, ze maken vaak onderdeel uit van de dorpsstructuur. Mocht er meer geluidsruimte nodig zijn voor de bedrijven, dan zullen die moeten verplaatsen naar andere locaties, verder weg van de woongebieden.

In Westland worden op de bedrijventerreinen Honderdland, Zwethove en Elsenbos arbeidsmigranten gehuisvest. Een voordeel daarvan is dat veel arbeidsmigranten op hetzelfde bedrijventerrein werken. Voor de locatie ABC Westland is een aanbod gedaan om ook huisvesting voor arbeidsmigranten te realiseren. De gemeente faciliteert een adequate inpassing hiervan25 .

De gemeente maakt samen met de bedrijventerreinen een plan van aanpak om deze gebieden klimaatadaptief in te richten. Ook ondersteunt de gemeente bedrijventerreinen om energie-ambities te realiseren, door:

  • Voorlichting over rendabele maatregelen;
  • Kansrijke maatregelen te onderzoeken;
  • Eenvoudige subsidies aan te vragen;
  • Samen met actieve bedrijventerreinen onderzoek te doen;
  • De samenwerking van ondernemers te bevorderen bij de ontwikkeling van lokale energiecollectiviteiten1.

Westland beschikt over verschillende locaties waar veel Westlanders, maar ook veel arbeidskrachten van buiten de gemeente, werkzaam zijn. Het is belangrijk dat deze werklocaties optimaal aansluiten bij de wensen van de hedendaagse en toekomstige ondernemers. Daarom richt Westland zich op:

  • Passend omgaan met de behoefte aan nieuwe bedrijvenlocaties en kantorenlocaties;
  • Up-to-date houden en brengen van bestaande bedrijvenlocaties, revitalisering;
  • Kwaliteit en onderscheidend vermogen (profilering) van bedrijventerreinen, waarbij er nadrukkelijk aandacht is voor verduurzaming, de energietransitie en een goede (digitale) bereikbaarheid;
  • Veiligheid van bedrijventerreinen (Keurmerk Veilig Ondernemen).
  • Er liggen goede mogelijkheden voor dubbel ruimtegebruik op bedrijventerreinen, bijvoorbeeld voor parkeren of zonnepanelen op daken.

8.3 Detailhandel     

De consument vergelijkt en koopt steeds vaker producten via internet. We verwachten daarom een lagere en andere behoefte aan winkelruimte. Bewoners en bezoekers hechten bijvoorbeeld steeds meer waarde aan 'beleving'. Daarom wijst de gemeente kernwinkelgebieden toe, die tevens positief bijdragen aan de leefbaarheid. Er komt steeds meer aandacht voor een meer multifunctioneel ruimtegebruik, wat leidt tot meer levendigheid. Dit biedt consumenten de kans om activiteiten te combineren, bijvoorbeeld een koffiebar in de bibliotheek of een afhaalpunt voor pakketten bij een kantoorboekhandel1.

Op basis van het huidige aanbod zijn de ontwikkelingskansen voor detailhandel in Westland beperkt: er is een overaanbod. We zien de afgelopen tien jaar een groei van 25% op locaties buiten de centra, met niet-dagelijks winkelaanbod, horeca en dienstverlening, terwijl het aantal winkels in de centra juist is afgenomen. We streven naar het behoud van een adequaat en aantrekkelijk winkelaanbod in de verschillende dorpen. Compacte, aantrekkelijke centra in Westland kunnen hun bestaansrecht houden, mits ze voldoende divers aanbod hebben en goed bereikbaar zijn. Horeca kan daarbij een drijvende kracht zijn. Een compact kernwinkelgebied betekent strakke regels voor detailhandel buiten die aangewezen gebieden en meer ruimte voor activiteiten binnen deze kerngebieden.

8.4 Recreatie en toerisme     

8.4.1 Visie     

Westland heeft kans de vrijetijdseconomie, (kust- en vaar)recreatie en toerisme, in de komende jaren verder te versterken. Natuurlijk letten we er daarbij op dat, waar mogelijk, het aansluit bij het tuinbouwcluster en dit niet leidt tot massatoerisme. In 2030 blinken de kust en het strand uit in rust en ruimte. Mensen die willen wandelen, zwemmen of uitwaaien vinden er hun plek16. Er is ook ruimte voor diverse (water)sportactiviteiten, mits er een goede balans is tussen natuur en recreatie.

8.4.2 Analyse     

In onze regio is veel te beleven voor de toerist en de recreant. We hebben een uniek Varend Corso, een prachtig strand van acht kilometer lengte, een Zandmotor en een fijnmazig water-, fiets- en natuurnetwerk. Westland heeft een bijzonder karakter door de glastuinbouw met daartussen de verschillende dorpskernen.

Westland kan - met haar ligging tussen Den Haag en Rotterdam -profiteren van de sterk stijgende stroom aan buitenlandse toeristen. Er is ruimte voor een verbreding van het toeristisch en recreatief aanbod. Bij vrijetijdsbesteding neemt het belang van belevingswaarde toe.

8.4.3 Blik op de toekomst     

In Westland zien wij ruimte voor verbreding van het toeristisch en recreatief aanbod, met een nadrukkelijke link met het tuinbouwcluster. Wij zijn trots op de mooie producten die hier worden geproduceerd en de innovatiekracht van de glastuinbouwsector. Dat laten we graag zien. Naast evenementen als het Varend Corso en Kom in de Kas is er ruimte voor activiteiten, gelinkt aan de glastuinbouw, om dit verhaal te vertellen en bezoekers te inspireren. Denk hierbij aan een mooie fiets- of vaartocht langs de kassen, een rondleiding bij een glastuinbouwbedrijf of een proeverij van Westlandse producten.

Natuurlijk moet de schaal van recreatievoorzieningen wel passen bij de aard van de gemeente. Westland richt zich niet op massatoerisme, maar wel op de beleving van Westland bij bezoekers23.

Westland gaat, samen met de buurgemeenten, sluitende recreatieve netwerken creëren voor verschillende gebruikersgroepen (wandelaars, fietsers, skaters, ruiters en waterrecreanten). We denken daarbij aan groenblauwe aders door het gebied en langs cultuurhistorisch erfgoed, horeca en natuur- en recreatiegebieden.

De rustige Westlandse stranden - met uitzondering van het strand recht voor Ter Heijde - maken onderdeel uit van het Natuur Netwerk Nederland. Bestaande permanente en seizoensgebonden bebouwing mag daar blijven staan of kan elk jaar worden teruggebouwd. Nieuwe bebouwing op het strand is slechts beperkt mogelijk, mits de natuurbelangen niet onevenredig geschaad worden en getoetst wordt aan water(veiligheids)belangen.

De gemeente en het waterschap werken samen aan betere voorzieningen voor vaarrecreatie. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het verhogen van bruggen. De kunst hierbij is de balans tussen ecologie, recreatie en een robuust watersysteem goed in de gaten te houden. Kleinschalige initiatieven die het recreatief potentieel verbeteren, bijvoorbeeld een B&B of minicamping, zijn mogelijk in aansluiting op groene verbindingen, waterlijnen en dorpscentra. Een grootschaliger campingvoorziening is wellicht ook mogelijk, maar dat wordt nog onderzocht.

Er is van alles te doen in Westland als het mooi weer is, vooral buiten. Het is wenselijk meer dagactiviteiten te ontplooien die minder weersgevoelig zijn. Dit legt een duurzame basis voor verblijfstoerisme. Daarom willen we in Westland een divers, herkenbaar Westlands aanbod aan dagrecreatie en 'slecht weer' recreatie ontwikkelen16.

8.5 Kansen voor ondernemerschap     

8.5.1 Visie     

Westland wil een functioneel en gevarieerd cluster van bedrijven behouden, die elkaar kunnen gebruiken en versterken. Een goed vestigingsklimaat, waarbij de kracht van het tuinbouwcluster en daarmee de gehele economische keten nadrukkelijk wordt benut, plaveit de weg naar een duurzame en circulaire economie23.

8.5.2 Analyse     

De verdere mondialisering zal in de komende jaren tot meer concurrentie leiden. Tuinbouwbedrijven moeten zich onderscheiden in kwaliteit en niches. De diversiteit van teelten en bedrijven maakt de glastuinbouw in Westland sterk en weerbaar. Innovatie is daarbij onmisbaar.

We zullen de komende jaren steeds meer technologische vernieuwing zien in het dagelijks leven. De generatie die van jongs af aan is opgegroeid met internet, e-mail en andere multimedia, versterkt dit in de toekomst alléén maar meer. Dit leidt tot andere mogelijkheden voor werken en communiceren en beïnvloedt het gedrag en de behoeften van inwoners, consumenten, werknemers en bedrijven. En heeft dus impact op de ruimtelijk-economische inrichting van Westland. Nieuwe marktkansen voor productontwikkeling, procesinnovaties, systeemontwikkeling, vormgeving en design dienen zich aan. Deze ontwikkelingen leiden niet alleen tot nieuwe concepten in het bedrijfsleven, maar ook tot andere huisvestingswensen. Bedrijven en met name zzp'ers zoeken levendige multifunctionele locaties en flexibele vormen van huisvesting.

8.5.3 Blik op de toekomst     

Als gemeente geven we ruimte aan nieuw, innovatief en creatief ondernemerschap. Zo willen we de service en dienstverlening aan (startende) ondernemers versterken. Deze ondernemers hebben behoefte aan flexibiliteit, experimenteerruimte, snelheid en maatwerk.

Westland stimuleert de ontwikkeling van nieuwe bedrijvenlocaties en investeert waar nodig in bestaande werklocaties, zodat deze aansluiten bij moderne locatiewensen, zoals multifunctionaliteit en duurzaamheid. De Greenport Horti Campus biedt voldoende ruimte aan kleine bedrijven, zzp'ers en start-ups om nieuw talent en ondernemerschap te laten bloeien en doorgroeien. De gemeente gaat de ontwikkeling van de campus ruimtelijk faciliteren23.

8.6 Goed ondernemerschap en kansen op de arbeidsmarkt     

verplicht

8.6.1 Visie     

Onze inwoners zijn in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor het vinden en behouden van betaald werk. Wanneer zij er niet op eigen kracht in slagen betaald werk te vinden, biedt Westland ondersteuning bij het vinden van werk, door begeleiding naar werk en activering tot maatschappelijke participatie. We willen dat zoveel mogelijk inwoners meedoen in de samenleving en op de arbeidsmarkt2.

Goed gekwalificeerde studenten en toekomstige medewerkers zijn cruciaal voor een succesvolle ontwikkeling van de tuinbouwsector. De sterke verbondenheid tussen bedrijfsleven, overheid en het onderwijs in Westland helpt hierbij. We leren onze leerlingen om mee te bewegen met de snelle maatschappelijke en economische ontwikkelingen. Daarvoor werken onderwijsinstellingen en het regionale bedrijfsleven structureel samen.

World Horti Center is hét kennis- en innovatiecentrum van de internationale tuinbouw: de plek waar onderzoek, onderwijs en ondernemers samenkomen. De Greenport Horti Campus Westland wordt in de komende jaren verder uitgebouwd tot een professionele omgeving waar innovaties sneller op gang kunnen komen en crossovers ontstaan. Een plek met hoogwaardige vestigingsmogelijkheden en onderwijs- en onderzoeksfaciliteiten. Deze moet uitstekend bereikbaar zijn voor studenten en professionals met een directe verbinding met de steden om ons heen. Goed openbaar vervoer en studenten zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Een plek waar de hele internationale tuinbouw graag komt, omdat er hard wordt gewerkt aan de toekomst van de tuinbouw, ontwikkelingen zichtbaar zijn en waar met ondersteuning van de overheid aan toekomstgerichte projecten wordt gewerkt.

8.6.2 Analyse     

Westland heeft 61.000 banen. Dit komt neer op 906 banen per 1000 personen van de beroepsbevolking. De arbeidsparticipatie ligt met 69.9% boven het landelijke gemiddelde en is hoog ten opzichte van de buurgemeenten. Het Planbureau voor de Leefomgeving (2016) verwacht voor Westland een banengroei van ruim 10% tot 2030. En ook daarna wordt groei voorzien. Vergeleken met de regio en het landelijk gemiddelde kent Westland meer laag- en middelbaaropgeleide arbeidskrachten en minder hoogopgeleiden.

De arbeidsmarkt kent een hoge mate van innovatie en snelle ontwikkelingen. Waar men zes jaar geleden in Nederland nog geen elektrische auto op de weg zag, rijden er nu, in 2019, 200.000 rond in ons land. Door dit soort snelle ontwikkelingen moeten we leerlingen opleiden voor nieuwe beroepen. Het toekomstige technische werkveld vraagt van medewerkers een multidisciplinaire aanpak van vraagstukken, digitale vaardigheden en digitale geletterdheid. Mensen die niet goed kunnen omgaan met een computer vinden minder makkelijk een baan en hebben een verhoogd risico op een sociale achterstand.

Ondernemers zijn belangrijk voor Westland. Ze creëren banen en investeren niet alleen in hun bedrijf, maar ook in 'hun mensen' en de omgeving. Betaald werk zorgt ervoor dat mensen meedoen in de samenleving en minder zorg en ondersteuning nodig hebben. Een goede volksgezondheid is ook van belang voor de economie: gezonde mensen zijn productiever en nemen vaker en langer deel aan het arbeidsproces. Het heeft een positief effect op het welbevinden.

De roep om verduurzaming van de economie neemt toe. Consumenten, werknemers, politici en intermediaire organisaties eisen steeds vaker dat bedrijven hun verantwoordelijkheid nemen en op een duurzame manier produceren. Toekomstgerichte ondernemers en vastgoedpartijen spelen hierop in met hun producten, bedrijfsvoering en bouwplannen. In een duurzame economie is investeren in de leefomgeving geen kostenpost, maar brengt het concurrentievoordeel met zich mee. We herkennen die interesse in verduurzaming en een groene werkomgeving. Denk aan het gebruik van duurzame materialen en groene buitenruimtes, een groen gebouw tot groene binnenruimtes. Bedrijfskosten bestaan voor maar liefst 90% uit personeelskosten. De rest is gemiddeld 1% voor energie en 9% huur. Door groen toe te passen, en zo bijvoorbeeld ontspannen werk- en vergaderplekken te creëren, valt veel winst te behalen. De productiviteit en het welbevinden van het personeel verbeteren. Maar groen zorgt ook voor vermindering van geluidsoverlast en verkoeling tijdens hete zomers.

8.6.3 Huidige situatie     

Het onderwerp kennis in de Duurzaamheidsbalans 2018 vertoont een wisselend beeld. Alhoewel er een aantal relatief slechte scores te zien zijn, zijn bijna alle indicatoren verbeterd. De investeringen in (duurzame) innovatie zijn flink toegenomen. Ook het aandeel kenniswerkers is flink gestegen. Binnen de werkvelden high- en medium-tech- en creatieve industrie is weinig werkgelegenheid in de gemeente Westland. Het aandeel hoogopgeleiden is relatief laag, maar het aantal ingeschreven studenten op HBO en WO opleidingen is toegenomen.

verplicht

Telos 2018, Figuur kennis

8.6.4 Blik op de toekomst     

De uitdaging voor onderwijsinstellingen is leerlingen zo goed mogelijk op te leiden voor een beroep dat misschien nog niet bestaat. We noemen dat 21st century skills, zoals samenwerken en aanpassingsvermogen. Onderwijsinstellingen moeten structureel samenwerken met het regionale bedrijfsleven om die snelle ontwikkelingen bij te blijven. De gemeente faciliteert dit graag.

Bedrijven zitten te springen om jonge werknemers en willen samenwerken met scholen in de regio, om het onderwijs beter aan te laten sluiten bij de arbeidsmarkt. In World Horti Center gebeurt dit al. Bedrijven, onderwijs-, onderzoek- en kennisinstellingen kunnen optimaal gebruik maken van de uitstekende faciliteiten daar. Zo ontstaat een kennisklimaat met een doe-mentaliteit. Waar studenten kunnen doorstromen naar een hoger onderwijsniveau en de brug wordt geslagen tussen baanbrekend onderzoek en de toepassing hiervan voor onze tuinbouw. Denk hierbij aan circulaire tuinbouw en aan vertical farming systemen. De gemeente gaat de ontwikkeling van de Greenport Horti Campus ruimtelijk faciliteren23.

Gemeente, MKB Nederland en Westlandse ondernemers werken samen om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in Westland aan een baan te helpen. Deze afstand kan ontstaan door een arbeidsbeperking, maar ook door langdurige werkloosheid. Wie gemotiveerd is om de handen uit de mouwen te steken en een goede werkmentaliteit laat zien, is welkom in de Westlandse tuinbouw. Dat vergt een omslag in denken bij zowel ondernemers als uitkeringsgerechtigden. Mensen die langdurig thuis hebben gezeten, moeten opeens weer productief worden. Dat lukt alléén met goede begeleiding. De focus ligt daarom niet op het snel plaatsen van zoveel mogelijk mensen, maar op duurzame inzetbaarheid7. We willen bedrijven en instellingen stimuleren om mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan te nemen, bijvoorbeeld door een betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt en het ontzorgen van werkgevers bij het aannemen van deze groep medewerkers23.

We zetten in op een goede combinatie van werken en scholing, onder andere om arbeidsmobiliteit te vergroten. Het onderwijs zoekt voldoende aansluiting bij de tuinbouwsector en elke Westlandse leerling komt in aanraking met de tuinbouw. We investeren in een leerlijn: van jongs af aan groeien kinderen op met tuinbouw en ze blijven hierover leren tijdens alle levensfases daarna. Westland Natuur en Techniek Web en World Horti Center spelen hierin een belangrijke rol.

We zorgen dat arbeidsmigranten hun plek in de Westlandse samenleving vinden en dat passende huisvesting beschikbaar is.

8.7 Bereikbaar Westland     

8.7.1 Visie     

Westland is in 2040 een verkeersveilige gemeente, waarbij de CO2-uitstoot van het verkeer 70% lager is dan in 1990. Het openbaar vervoer en de fiets zijn een volwaardige alternatief voor de auto. Voor de economische ontwikkeling van Westland en de Greenport Horti Campus is de ontwikkeling van hoogwaardig openbaar vervoer een absolute voorwaarde. Dankzij hoogwaardig openbaar vervoer zijn vanuit Naaldwijk Den Haag CS, Rotterdam CS, Station Rijswijk en Delft binnen 30 minuten met het openbaar vervoer bereikbaar. Per fiets mag dit maximaal 45 minuten duren. Reizigers zijn hierdoor voor onder andere woon-werk verkeer en het bereiken van voorzieningen en sociale activiteiten niet meer afhankelijk van de auto. Het logistieke vrachtverkeer wordt in 2040 via het hoofdwegennet geleid, gescheiden van het overig verkeer. Op het onderliggende wegennet wordt met kleinere, uitstootvrije (op termijn zelfrijdende) vrachtvoertuigen gereden. Dit heeft een positief effect op de bereikbaarheid, leefbaarheid, duurzaamheid en verkeersveiligheid in Westland28.

In 2030 is de CO2-uitstoot van het verkeer met 50% gereduceerd t.o.v. 1990. De auto is in alle centra van de dorpen te gast en heeft een minder dominante positie in de openbare ruimte. Door goede fiets- en OV-routes zijn de fiets en het openbaar vervoer goede alternatieven voor de auto. Ook biedt het netwerk van wandel-, fiets-, ruiter- en vaarroutes mogelijkheden voor snelle, aantrekkelijke en verkeersveilige verplaatsing binnen en tussen de dorpen.

8.7.2 Analyse     

Mobiliteit en bereikbaarheid zijn van cruciaal belang voor Westland; dit geldt zowel voor vervoer van personen als goederen. Onze welvaart danken we grotendeels aan de tuinbouwproducten die ons gebied in en uit gaan. Er zijn ook veel dagelijkse verplaatsingen tussen woon- en werklocaties. Landelijk wordt tot 2040 een toename van 17% tot 44% van het aantal afgelegde kilometers per auto voorspeld. In Westland valt de groei van de mobiliteit, als gevolg van de bevolkingsgroei en de economische ontwikkelingen, hoogstwaarschijnlijk hoger uit dan het landelijk gemiddelde. Ondanks de in de komende jaren te realiseren projecten blijven de verkeersnetwerken in en rondom Westland door bovenstaande ontwikkelingen - vooral in de spits - zwaar belast. De bereikbaarheid, verkeersveiligheid en leefbaarheid blijven de komende jaren onder druk staan. We willen hiervoor op korte termijn maatregelen treffen voor zowel het vrachtverkeer, de auto, het openbaar vervoer als de fiets. Op de wat langere termijn zijn er vanaf 2030 stevige ingrepen in het verkeersnetwerk noodzakelijk.

De verwachting is dat geleidelijk omgeschakeld gaat worden naar elektrisch vervoer, mogelijk gecombineerd met waterstof. Bij het gebruik van elektriciteit wordt de CO2-uitstoot met circa 50% verminderd. Door het gebruik van duurzaam opgewekte stroom kan deze de komende decennia geleidelijk richting 100% gaan.

Diverse grote partijen in de automotive industrie en internet-giganten zoals Google en Apple zijn druk bezig met de ontwikkeling van zelfrijdende voertuigen. In Nederland wordt uitvoerig getest met zelfrijdende auto's en vrachtwagens. De verwachting is dat zelfrijdend vervoer uiteindelijk een drastische impact zal hebben op het gebruik en ontwerp van stedelijke gebieden. Ze maken efficiënter gebruik van infrastructuur en zoeken bijvoorbeeld zelf een parkeerplek op. Deze voertuigen leggen daardoor een minder grote claim op de schaarse ruimte.

Het agrologistieke cluster heeft aangegeven dat voor de korte (2022) en middellange termijn (2030) behoefte is aan goede en snelle verbindingen met de Rotterdamse haven, Schiphol en het achterland en goed functionerende interne verbindingen. Voor de lange termijn (vanaf 2030) zijn multimodale oplossingen (waarbij goederen met meerdere vervoermiddelen worden getransporteerd) en inzet van technologische innovaties in beeld, waaronder (deels) zelfrijdend vrachtverkeer. Een mogelijkheid om het aantal vrachtbewegingen, overlast en uitstoot binnen de gemeente te verminderen, is de aan- en afvoer van producten te concentreren in zogenaamde hubs aan de rand van de gemeente. Het vervoer vanuit deze hubs kan vervolgens door kleinere voertuigen en/of zelfrijdende voertuigen worden afgewikkeld28.

Uit het participatietraject blijkt dat de inwoners van Westland de bereikbaarheid van hun dorp per fiets als goed beoordelen, maar per auto of bus slechts matig. Om de doorstroming op onze wegen te verbeteren, noemde 32% het verbeteren van het openbaar vervoer, 16% betere of meer fietspaden tussen de dorpen en 14% het aanleggen van snelfietspaden naar omliggende steden13.

8.7.3 Huidige situatie     

In de Duurzaamheidsbalans 2018 is te zien dat er op het gebied van laadpalen en schone voertuigen grote sprongen zijn gemaakt. Treinstations zijn in Westland niet aanwezig. De ontsluiting op hoofdwegen na de vele investeringen van de afgelopen jaren goed.

verplicht

Telos 2018, Figuur infrastructuur en bereikbaarheid

8.7.4 Blik op de toekomst     

Rond 2030 zijn grote ingrepen nodig in Westland, die we alléén samen met landelijke en regionale overheden en belanghebbenden kunnen realiseren. Denk daarbij aan het aansluiten van de gemeente op snelle en hoogwaardige OV-verbindingen en het spoor, het realiseren van een vrijliggend logistiek netwerk, ongelijkvloerse kruispunten en een netwerk van vrijliggende snelle fietspaden naar bestemmingen binnen en buiten de gemeente. De gemeente Westland zet in op sneller, frequenter en comfortabeler openbaar vervoer om een goed alternatief voor de auto te bieden. Voor de economische ontwikkeling van Westland en de Greenport Horti Campus is de realisatie van hoogwaardig openbaar vervoer een absolute voorwaarde. Wij voeren een verkenning uit naar de mogelijkheden voor lightrail. Met deze verkenning en vervolgens de gesprekken met rijk, provincie en overige betrokken partijen zetten wij stappen om de noodzakelijke openbaar vervoersverbindingen te (doen) realiseren. De invulling hiervan gebeurt in nauwe samenwerking met de opdrachtgever voor het openbaar vervoer (de MRDH) en met de vervoerder. De benodigde aanpassingen van wegen, kruispunten en bushalten worden door de gemeente Westland en door de Provincie Zuid-Holland gerealiseerd. Met de verwachte groei van het verkeer richting 2030 zal de verkeersdruk waarschijnlijk niet voldoende afnemen. Verbetering van de doorstroming voor vrachtverkeer naar de A4/A20 blijft de komende jaren daarom een belangrijk aandachtspunt waarvoor aanvullende maatregelen nodig zijn28.

Gemeente Westland kiest er bij de inrichting van de openbare ruimte voor om vanuit de langzame verkeersdeelnemer te redeneren. Het fietsgebruik zal toenemen door het fietsnetwerk binnen en van/naar Westland sterk te verbeteren en uit te breiden. Ook realiseren we, samen met onze partners, vijf metropolitane fietspaden van Westland naar o.a. Den Haag, Rijswijk, Delft en Rotterdam. Door de dorpen onderling met snelle, verkeersveilige en comfortabele fietspaden en voetpaden te verbinden, stimuleert Westland lopen en fietsen binnen de gemeente. Daarbij nemen we ook de glastuinbouwgebieden in het buitengebied mee, zodat ook daar veilig gefietst kan worden. We inventariseren daarom waar comfort en veiligheid de komende jaren moeten worden verbeterd. De zonering van verkeersstromen, met bijbehorende voorzieningen en gebruiksregels, is een belangrijke voorwaarde voor verkeersveiligheid.

De nieuwe openbaar vervoer bussen in Westland rijden op groen gas, zodat de luchtkwaliteit verbetert. Vanaf 2025 moeten alle nieuw aan te schaffen bussen volledig uitstootvrij zijn. Het doelgroepenvervoer in de gemeente is per 2030 100% uitstootvrij. De gemeente neemt deze eis op in de eerstvolgende aanbesteding van concessies.

Om de reistijd tussen de Rotterdamse haven en Westland te verkorten, is ook vervoer over water een optie. Bijvoorbeeld door containers per binnenvaartschip van de Tweede Maasvlakte naar Vlaardingen / Hoek van Holland te transporteren, waarna deze per vrachtwagen naar Westland worden vervoerd. Een verkenning naar de haalbaarheid van een containerterminal in Hoek van Holland loopt (Coolport Westland). Deze moet het wegennet rond Rotterdam en in de regio ontlasten en resulteren in het verbeteren van de luchtkwaliteit door een reductie van de CO2-uitstoot. Mogelijkheden hiertoe en andere mogelijke initiatieven brengen we samen met het Havenbedrijf Rotterdam, de provincie, het Rijk en ondernemers in beeld.

Het Klimaatakkoord beschrijft de invoering van milieuzones in de 30 grootste gemeenten Nederland, waaronder Westland. Omdat de mogelijkheden van duurzame aandrijvingen bij internationaal vrachtvervoer nu nog beperkt inzetbaar zijn, is het in Westland vooralsnog lastig milieuzones in te stellen. Invoering van milieuzones of uitstootvrije gebieden zonder het bieden van een goed alternatief ligt, gezien de bedrijfsvoering in Westland, niet voor de hand.

De aanleg van een laad- en waterstofinfrastructuur voor het logistieke verkeer helpt om de transitie naar schoner vervoer mogelijk te maken. Dit kan voor een belangrijk deel op de bedrijventerreinen, dan wel bij de bedrijven zelf worden gerealiseerd. Westland verwacht dat de markt de komende jaren een 'tankstation van de toekomst' binnen de gemeente realiseert, met onder meer snelladers, waterstof- en groengas vulpunten. Ook faciliteert Westland het schoner worden van voertuigen zoveel mogelijk door een goede laadpalen-infrastructuur aan te leggen.

In Westland wordt medio 2020 gestart met een pilot met (deels) zelfrijdende vrachtwagens28.

Bij parkeermaatregelen gaat Westland uit van het principe 'beïnvloeden-benutten-beprijzen-bouwen'. We kunnen parkeerproblemen verlichten door te kijken naar autobezit en autogebruik in een vroege ontwerpfase bij nieuwbouwsituaties. Denk aan gebouwde parkeervoorzieningen (garage, oprit, carport etc.), waardoor er op straat minder parkeerplaatsen nodig zijn. Dit verbetert direct de ruimtelijke kwaliteit van de straat. Maar we kunnen ook goede alternatieven bieden voor de eigen auto (deelauto, fiets of OV) om de parkeervraag in een woonwijk te temperen. Wanneer er toch meer parkeercapaciteit nodig is, mag dit niet ten koste gaan van de kwaliteit van de openbare ruimte. Speelplaatsen zullen niet wijken voor parkeervoorzieningen. Dit geldt ook voor groenvoorzieningen in gebieden met weinig openbaar groen28.

Fietsers moeten hun fiets eenvoudig kunnen parkeren bij de belangrijkste bestemmingen in de kernen.

Hoofdstuk 9 Ruimtevraag van de ambities uit de visie     

De Omgevingsvisie geeft een beeld van het huidige gebruik van de fysieke ruimte in de gemeente. Ook voor de nieuwe ambities is fysieke ruimte nodig. Dat kan knellen met de ruimte die er is. Ruimte is schaars, en er moeten afwegingen gemaakt worden tussen ruimteclaims. Daarom hebben we in kaart gebracht wat het huidige ruimtegebruik is in de gemeente en wat de ruimtevraag is van de nieuwe, concrete ambities.

In de omgevingsvisie zijn drie concrete, ruimte-vragende ambities benoemd:

  • Woningbouw: Dit betreft de ‘harde plannen’, waarvoor al een bestemmingsplan gereed is, dan wel afspraken met ontwikkelende partijen zijn gemaakt. Daarnaast bestaan er ‘zachte plannen’, voor ongeveer 3700 woningen in uitleglocaties. De woningen in deze beide categorieën zijn voorzien op plekken van verouderd glastuinbouwgebied en in sommige gevallen op braakliggende terreinen, die voorheen als tuinbouwgrond in gebruik zijn geweest;
  • Uitbreiding van bedrijventerreinen met ca. 21,5 hectare binnen de gemeentegrens. Deze uitbreidingen zijn eveneens voorzien op verouderd glastuinbouwgebied en braakliggende terreinen die voorheen als tuinbouwgrond in gebruik zijn geweest;
  • Groenambities: Voor 2040 één extra vierkante meter verblijfsgroen per huishouden (binnen een bebouwde kom en/of binnen 500 meter van een bebouwde kom) en een norm van 50 m2 verblijfsgroen per woning in nieuwbouwwijken. Bij de extra vierkante meter groen per huishouden, waar in totaal 23 hectare extra groen voor nodig is, worden groenblauwe verbindingen meegenomen die binnen 500 meter van een bebouwde kom liggen. De extra benodigde 23 hectare wordt voor een deel in nieuwe groenblauwe verbindingen gerealiseerd (zoals op de aangegeven tekening), onderdeel van het Natuur Netwerk Nederland. Hier kunnen we een groot deel van de vergroening nabij de woonkernen realiseren, waardoor we kunnen stellen dat de ambitie haalbaar is. Uiteraard zoeken we ook plekken binnen de bebouwde kom waar we extra groen gaan realiseren. Tenslotte willen we door het voorschrijven van groeninclusief bouwen zorgen dat bouwwerken een veel groenere uitstraling krijgen.

verplicht

Hoofdstuk 10 Toekomstkaart Westland     

verplicht

verplicht

Hoofdstuk 11 De dorpen in Westland     

11.1 Naaldwijk     

In het hart van Westland ligt Naaldwijk, een van onze grote kernen. Dit dorp vervult in verschillende opzichten een centrumfunctie binnen de gemeente. Naaldwijk is van oudsher een gemoedelijk dorp. Door de stijging van het aantal inwoners staat het dorpse gevoel echter onder druk.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend Hoe ervaren inwoners Naaldwijk (1=slecht; 5=goed)

voor Naaldwijk?

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat Naaldwijk er in 2040 uitziet?

Wonen

Naaldwijk is ontstaan op een zandplaat en bestond in eerste instantie uit een kruispunt van vijf wegen rond de Oude Kerk op het Wilhelminaplein. Deze structuur is nog steeds herkenbaar in het centrum, met ringen van nieuwere bebouwing daar omheen. Naaldwijk heeft in absolute zin de meeste woningen van Westland en de meeste nieuwbouwwoningen van na 2012. Van de woningen in Naaldwijk is 32,8% huur en 67,2% koop. In Naaldwijk is er een tekort aan starterswoningen waardoor jongeren (tijdelijk) vertrekken uit het Westland. Er is weinig differentiatie in het woningaanbod en de sociale woningvoorraad staat onder druk doordat Vestia huurwoningen verkoopt.

Naaldwijkse respondenten geven aan dat zij vooral behoefte hebben aan appartementen en sociale huurwoningen in het dorp. Bijzondere woonvormen zoals woonboten, zelfbouw- en kluswoningen vallen niet in de smaak. Wel geven jongeren (tot 18 jaar) aan behoefte te hebben aan tinyhouses. Inwoners noemen de doorstroming als een van de oorzaken van het woningtekort. Vooral in het centrum zien zij ruimte om woningen te bouwen, bijvoorbeeld bovenop bestaande winkels en bij vervangen van leegstaande winkel- en kantoorpanden. Het winkelaanbod mag daarbij best wat meer worden geconcentreerd. Daarnaast zien ze mogelijkheden parkeerterreinen te transformeren tot woningbouwlocaties (met ondergronds parkeren). Ook kan er bijgebouwd worden richting 's-Gravenzande. Maar dan zijn daar ook voldoende voorzieningen nodig13.

In Naaldwijk staat veel nieuwbouw op het programma, waarvan de helft in het eengezins-koopsegment. Ondanks de vele nieuwbouw bestaat er een sterke mismatch met de woningbehoefte in Naaldwijk. Er zijn meer levensloopbestendige woningen en woonzorgconcepten nodig, omdat het aantal 75-plussers stijgt. Deze worden geconcentreerd in en nabij het centrum, bijvoorbeeld in de Naaldhorst. Bij starters is vooral vraag naar huur(appartementen). In de Pijletuinen, de Componistenbuurt en bij het Emmaplein zijn kansen om bepaalde type woningen, die grotendeels corporatie-eigendom zijn, te transformeren om beter bij de vraag aan te sluiten.

Er is in Naaldwijk ruimte voor verdichting en hoogbouw in het centrum. Verdichting moet daarbij wel ten goede komen aan de woningbehoefte en meer groen. Dubbel ruimtegebruik en groeninclusief bouwen is hierbij cruciaal.

83% van de Naaldwijkers geeft aan dat ze het eens zijn met de stelling dat er prettig met elkaar wordt omgegaan in de buurt; dit is net boven het Westlands gemiddelde. 79% voelt zich thuis in de buurt. Naaldwijk kent een aantal initiatieven om het welzijn van de bewoners te bevorderen, zoals buurtverenigingen. Er zijn echter nog maar weinig wijkverenigingen en dat zou een reden kunnen zijn waarom de betrokkenheid van de inwoners bij hun leefomgeving afneemt. Met name in de nieuwe wijken Hoogeland en Woerdblok ontbreekt de sociale cohesie.

verplicht verplicht

Figuur: Naaldwijk, analyse van de kern

Voorzieningen

Voor wat betreft voorzieningen heeft Naaldwijk een groter en meer gedifferentieerd voorzieningenaanbod dan de andere Westlandse dorpen. Naaldwijk heeft veel voorzieningen die voor alle Westlanders zijn, zoals het theater, winkels met een recreatief (niet dagelijks) aanbod en horeca. De meeste respondenten zijn positief over het voorzieningenaanbod (zorg, onderwijs, sport en het centrum) in het dorp.

Het centrum is aantrekkelijk. Dat is de laatste jaren vergroot door een toenemend aantal terrassen en winkels. Wel is er aandacht nodig voor de toenemende leegstand. Het opgeknapte plein valt in de smaak. Jongeren zouden graag een moderner centrum zien13. In Theater de Naald wordt momenteel onderhoud uitgevoerd. De wens bestaat om het theater in 2025 te vernieuwen.

31,5% van de inwoners van Naaldwijk is lid van een sportvereniging. In Naaldwijk ligt sportpark De Hoge Bomen met veel verschillende sportverenigingen. Inwoners zijn tevreden over het sportaanbod. Naaldwijk kent een beperkt sportaanbod voor gehandicapten.

Zorg- en welzijnsvoorzieningen zijn in Naaldwijk geconcentreerd op een aantal plekken: aan de oostkant van het centrum (Stokdijkkade-Dijkweg), op het Woerdblokeiland in het noorden, de Rozenhof aan de westkant, het Atriumhof en De Naaldhorst in het zuiden. Die laatste is de belangrijkste transformatielocatie voor zorg en woon/zorg combinaties.

Er vinden in Naaldwijk diverse evenementen plaats en er zijn verschillende culturele centra en maatschappelijke organisaties. De inwoners zijn tevreden over het culturele aanbod. 49% van de inwoners van Naaldwijk is betrokken bij een club of vereniging, ofwel door lidmaatschap of door vrijwilligerswerk.

Groen en water

De respondenten geven aan dat er behoefte is aan meer groen in Naaldwijk. Dit met name in het centrum en in de straten van de nieuwbouwwijken (Woerdblok en Hoogeland). Men geeft aan dat de gemeente bij de herinrichting van gebieden te weinig kansen pakt voor meer groen. Men mist vooral groen om naar te kijken en om in te wandelen. Jongeren noemen hier vooral 'een park'. Ook denken de aanwezigen aan meer grote bomen die ook iets doen voor het milieu13.

Naaldwijk is ontstaan op het zand, met het nattere veen eromheen en als gevolg daarvan is het oude gedeelte nogal versteend. Er zijn niet veel groene grote plekken van formaat in het centrum. Er ligt een kans voor groenontwikkeling in het centrum tegenover het gemeentehuis en het Theater, hoewel er ook andere functies denkbaar zijn op deze centraal gelegen plek.

De naoorlogse woonwijken zijn relatief groen. Zo zijn de woonerven in bijvoorbeeld de Opstal de meer groene buurten, hoewel deze een beperkte gebruikskwaliteit en gebrek aan overzicht hebben. De buurten die tussen de jaren '90 en 2010 gebouwd zijn, zijn gestructureerder, maar hebben veel minder groen. Het Dreespark in de Wijk Pijletuinen is de belangrijkste te beschermen grotere groene ruimte in Naaldwijk.

Westland wil de vergroening zoveel mogelijk vormgeven binnen de bestaande wijken. Daarvoor proberen we dubbel ruimtegebruik te realiseren, hoger en natuurinclusief te gaan bouwen en verharding te verminderen.

Er is behoefte aan een lokaal groennetwerk dat de grotere groengebieden en -verbindingen buiten Naaldwijk met de kern verbindt, denk aan de Plas van Alle Winden, de Poelzone in Waelpark en de toekomstige piekwaterberging nabij de Galgeweg. De Naaldwijkse Vaart is een belangrijke vaarroute die kansen biedt om groen, water en verblijfskwaliteit te combineren.

Glastuinbouw

In Naaldwijk zijn de inwoners trots op de glastuinbouw. Om trots te blijven, zijn volgens de participanten groen en water tussen de kassen, innovatie op het gebied van energieverbruik én goede huizen voor de werknemers van belang. Er moeten genoeg huizen zijn en deze moeten ook netjes onderhouden worden. Daarnaast geven de deelnemers aan dat Westland zich meer mag profileren met de tuinbouw13.

Naaldwijk wordt omringd drie typen glastuinbouw.

  • Aan de zuidwest liggen grootschalige kassen van meer dan 10 hectare, waarin vooral groenten geteeld worden. De kansen voor glastuinbouwontwikkeling zijn hier herstructurering, schaalvergroting en het toevoegen van waarde aan tuinbouwproducten.
  • Aan de oostkant liggen kassen tot 6 hectare met sierteelt en groenteteelt. Daar is ook relatief veel bebouwing (bedrijfsruimtes en laboratoria), met veel verkeersbewegingen. Kansen liggen hier voor energietransitie en herstructurering.
  • Aan de noordwestkant liggen veel kleine kassen en komt onregelmatige verkaveling en veel vermenging van functies voor. Hier worden vaak bloemen en nicheproducten geteeld. Ook is de grond er geschikt voor vollegrondteelt. Kansen zijn er voor pioniers, startups en hightech bedrijven.

Bedrijvigheid

Er zijn drie bedrijventerrein in Naaldwijk; de Woerd, bloemenveiling FloraHolland en Trade Parc.

De Woerd is een lokaal bedrijventerrein, met allerlei typen bedrijven, van bouw en agrarisch tot adviesbureaus, autobedrijven, doe-het-zelf en meubelwinkels.

Het gebied rond FloraHolland en het Trade Parc is gericht op veiling en agrologistiek. De Greenport Horticampus (die op Trade Parc ligt) is daar de belangrijkste ontwikkelingslocatie voor onderwijs en arbeidsmarkt.

De Laan van de Glazen Stad / de Tiendweg is de enige Westlandse kantorenlocatie.

De bedrijven die van oudsher nog verspreid in de kern liggen bieden kansen voor (kleinschalige) transformatie naar woningen.

Mobiliteit

Naaldwijk is goed te bereiken. Voor wat betreft openbaar vervoer zelfs de best bereikbare kern van Westland. Toch is er behoefte aan snellere verbindingen met grotere dorpen en steden. Over het algemeen zijn inwoners positief over de bereikbaarheid van en naar hun dorp. Al vinden jongeren dat het beter moet. Die verbetering zien Naaldwijkers vooral graag voor de fietspaden tussen de dorpen13.

De Burgemeester Elsenweg is de belangrijkste weg vanuit Naaldwijk richting Den Haag en Rotterdam. Hier zijn grote ingrepen nodig tot 2030. Ook doen we een studie naar hoogwaardig openbaar vervoer richting Den Haag en Delft.

We zien een hoge parkeerbehoefte in Naaldwijk. In het centrum van Naaldwijk ontstaat op bepaalde tijdstippen een tekort aan parkeerplaatsen. Oplossingsmogelijkheden hiervoor worden in de centrumvisie voor Naaldwijk onderzocht.

Ontwerpprincipes

In Naaldwijk kiezen we voor verdichting, hoogbouw en waar mogelijk transformatie binnen de centrumring, om meer woningen en voorzieningen te realiseren. Passend bij de vraag en met aandacht voor het tekort aan parkeerplaatsen. We gaan voor dubbel ruimtegebruik om verharding terug te brengen en groen toe te kunnen voegen.

Op overige plekken koesteren we de groene steppingstones en ambiëren we een lokale groenstructuur richting de Plas van Alle Winden en de Poelzone.

11.2 ’s-Gravenzande / Heenweg     

Wonen

's-Gravenzande is qua inwoneraantal de grootste kern van Westland. Van oudsher een rijke kern, met karakteristieke gebouwen en rijksmonumenten in het centrum en langs de entreewegen. In 's-Gravenzande/Heenweg behoort 69,6% van de woningen tot de koopsector en 30,4% tot de sociale huursector. In deze kern is de afgelopen jaren behoorlijk veel nieuw gebouwd.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend voor Hoe ervaren inwoners 's-Gravenzande (1=slecht; ’s-Gravenzande/Heenweg? 5=goed)

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat ’s-Gravenzande/Heenweg

eruit ziet in 2040?

Respondenten geven aan vooral behoefte te hebben aan appartementen en sociale huurwoningen. De jongeren noemen daarbij nog specifiek tiny houses. De plekken die men ziet als optie om woningen te bouwen, zijn met name parkeerterreinen en boven winkels. Maar het grootste deel van de deelnemers geeft aan dat er in 's-Gravenzande weinig ruimte is voor meer woningen. Wat betreft hoogbouw verschilt men van mening: sommige mensen vinden dat er in het dorp hoger gebouwd kan en moet worden, anderen vinden dat dit eventueel langs de randen zou kunnen. Uitbreiding naar de kust ziet men liever niet. Wel zou de kern wellicht kunnen uitbreiden richting Heenweg13.

In 's-Gravenzande is een groot deel van de Westlandse nieuwbouw gepland. Deze woningbouwontwikkeling bestaat uit een- en meergezinswoningen in de koop- en huursector. Het grootste deel wordt gerealiseerd bij Waelpark, ten oosten van de kern 's-Gravenzande.

Minimaal 19% van de woningen die hier worden gerealiseerd vallen in het betaalbare segment (sociaal en bereikbaar). Waelpark bestaat uit verschillende deelgebieden: Waelplas, Rijnvaart, Waelpolder en Dijckerwaal. Binnen het deelgebied Waelpolder zijn kansen voor hoogbouw tot tien lagen hoog. Hierbij moeten uiteraard de randvoorwaarden voor een kwalitatieve openbare ruimte (o.a buiten de ecozone 35 m2 groen per huishouden realiseren en een klimaatadaptieve inrichting) goed geborgd worden. Als dit lukt, bestaat de mogelijkheid om hoger dan tien lagen te bouwen.

Het aantal 75-plussers gaat sterk stijgen in deze kern. Dit zorgt voor een groei in de vraag naar meer levensloopbestendige woningen en woonzorgconcepten. Deze worden geconcentreerd in en nabij het centrum. Ook huisvesting voor starters blijft een aandachtspunt.

In het centrum zijn meerdere kantoren- en bedrijvenlocaties omgevormd tot woningbouw en voorzieningen. De gemeente ziet nog een aantal kansen in en bij het centrum. Ook zouden er nieuwe woningen kunnen komen op de plek van verspreid liggende bedrijven in de Sand Ambachtstraat, Kreeklaan en Hagemanstraat. Het eigendom van wooncorporaties ligt versnipperd door de kern. Een deel hiervan is recent getransformeerd en gemoderniseerd. Hoogbouw van vijf of zes lagen ligt in 's-Gravenzande verspreid, maar wel in clusters.

Heenweg ligt langs de Maasdijk in het glastuinbouwgebied en telt net geen 700 inwoners. De kern wordt beperkt uitgebreid aan de westkant om aan de woonvraag te voldoen. Heenweg heeft vrijwel alléén laagbouw. Meer dan drie bouwlagen is een uitzondering en dat houden we ook bij nieuwbouwplannen zo.



verplicht verplicht

Figuur: 's-Gravenzande, analyse van de kern

Voorzieningen

's-Gravenzande heeft een compleet centrum met economische voorzieningen voor dagelijkse boodschappen, horeca en aanvullend winkelaanbod. In 2017 is het nieuwe winkelgebied Hart van 's-Gravenzande officieel geopend. Met het brede winkelaanbod en terrassen op het Marktplein is er een modern en levendig stadshart ontstaan. Het Marktplein is in 2017/2018 opnieuw ingericht. Net zoals in andere kernen van Westland blijft de leegstand van winkelpanden een aandachtspunt.

Het Juliana Sportpark is een groot sportcomplex waar diverse sportverenigingen gehuisvest zijn. 's-Gravenzande kent een beperkt sportaanbod voor mensen met een beperking. 28,7% van de inwoners is er lid van een sportbond. Er is geen noodzaak voor uitbreiding van de sportfaciliteiten.

's-Gravenzande/Heenweg heeft een divers aanbod van voorzieningen op het gebied van zorg, welzijn en onderwijs (zowel basis-, voorgezet-, beroepsonderwijs en volwassenenonderwijs (VU). De respondenten uit 's-Gravenzande zijn over het algemeen tevreden over het voorzieningenaanbod in het dorp (sport, onderwijs en zorg). De meningen verschillen wel over de kwaliteit van het centrum: het is mooi opgeknapt, maar hier en daar 'rommelig' en 'slecht onderhouden'13.

In diverse wijken is een buurtvereniging actief. De aanwezigheid van een bloeiend verenigingsleven heeft een positief effect op de sociale samenhang. De verenigingen fungeren als ontmoetingspunt.

Heenweg heeft een dorps karakter. Het is er rustig en veilig wonen in de buurt van het Staelduinse Bos en het strand. De inwoners vormen een hechte gemeenschap. Het hart van de kern is Brede Buurtschool De Kameleon. Heenweg heeft een snackbar en een kerk (de Heilige Lambertuskerk, net buiten het dorp). Het aantal sociale huurwoningen is er groter dan het aantal koopwoningen en er is een gering aanbod voor starters. Heenweg kenmerkt zich door de dorpse (culturele) activiteiten. Met de komst van de Brede Buurtschool wordt onder leiding van verschillende samenwerkingspartners en de inzet van buurtbewoners een uitgebreid en gevarieerd programma voor verschillende doelgroepen georganiseerd. De gymzaal behorende bij de school is aan vervanging toe. hiervoor zijn ideeën om de gymzaal te verplaatsen en uit te voeren als een beweegbox. Inwoners zijn tevreden over het culturele aanbod, sportaanbod en de buurtactiviteiten.

Groen en water

's-Gravenzande/Heenweg ligt dichtbij het strand. Maar ook het Staalduinsebos en de Plas van alle Winden liggen dichtbij. Ten opzichte van de andere dorpen is men in 's-Gravenzande redelijk tevreden over het groenaanbod in het dorp. De groene plekken rondom het dorp worden zeer gewaardeerd, deze willen we koesteren. De routes naar de kust kunnen beter, volgens de inwoners. De kust draagt namelijk erg bij aan de waardering van 'het groen'. Men zou vooral meer groen willen om te wandelen en te fietsen. De jongeren vinden dat ook het centrum groener mag 13.

's-Gravenzande is weliswaar de groenste kern van Westland, maar voor een samenhangende groenstructuur is meer nodig. Zo moeten er bij nieuwe ontwikkelingen groene plekken gemaakt worden. Ook moet de lokale groenstructuur vanuit de kust, via de kern naar de Poelzone en het Waelpark verbeterd worden. Voor de Poelzone betekent dit dat er nog 12 hectare natuur gerealiseerd wordt, die hand in hand gaat met de reconstructie van de glastuinbouw in het omliggende gebied. Tenslotte gaan we ontbrekende schakels in de bestaande lanenstructuur aanvullen.

Glastuinbouw

In 's-Gravenzande zijn de meeste inwoners trots op de glastuinbouw. Wel zouden de aanwezigen tijdens het Denk Mee Café graag zien dat er innovatiever wordt omgegaan met energie. Ook meer evenementen rondom de glastuinbouw zou leuk zijn. Of meer of beter zichtbaar maken wat er allemaal wordt verbouwd. Daarnaast zien zij kansen om de kennis beter te delen door gerichte opleidingen aan te bieden. Zo integreert de glastuinbouw beter in de samenleving13.

Aan de noord- en oostkant van 's-Gravenzande ligt glastuinbouw met kleine kassen en een onregelmatige verkaveling en veel vermenging van functies. Hier worden bloemen en nicheproducten geteeld. De grond is er geschikt voor vollegrondteelt. Hier liggen kansen voor pioniers, startups en hightechbedrijven.

Aan de west- en zuidkant ligt een gebied met kassen tot 6 hectare groot. Hier vindt sierteelt en groenteteelt plaats met relatief veel stenen bebouwing (bedrijfsruimtes en laboratoria) en met redelijk veel verkeersbewegingen. Kansen liggen hier voor energietransitie en herstructurering.

Bedrijvigheid

Er zijn twee lokale bedrijventerreinen in 's-Gravenzande: Teylingen en Woutersweg. Hier zijn diverse bedrijven te vinden uit de bouw- en agrarische sector, maar ook advies- en onderzoeksbureaus. Teylingen heeft nog beperkte uitbreidingsmogelijkheden langs de Buys Ballotstraat. Woutersweg heeft een onduidelijke structuur en geen duidelijke entree. Door de aanwezigheid van een bouwmarkt heeft het ook een publieksfunctie.

Mobiliteit

's-Gravenzande heeft een heldere structuur, op basis van een raster. Kenmerkend in het centrum is dat de auto-ontsluitingen van noord naar zuid lopen en informele verbindingen, als steegjes en fietspaden, van oost naar west. De ontsluitende structuren vormen een ruit om het centrum, zodat het kernwinkelgebied verkeersluw is. In 's-Gravenzande zijn de mensen redelijk tevreden over de bereikbaarheid van en naar het dorp. Wel wordt het openbaar vervoer het minst goed gewaardeerd, vooral ook door de jongeren. Over het parkeren is men in 's-Gravenzande ook redelijk tevreden 13.

Vanuit het dorp 's-Gravenzande is de aansluiting met de kust voor wandelaars en fietsen niet optimaal. Wanneer de kans zich voordoet, zou dit moeten worden verbeterd.

Ontwerpprincipes

In 's-Gravenzande gaan we voor verdichting en transformatie in het centrum, voor met name doorstromers en senioren. Hoogbouw van vijf tot zes lagen hoog kan gerealiseerd worden in clusters langs gebiedsontsluitingswegen. Binnen het deelgebied Waelpolder zijn kansen voor hoogbouw tot tien lagen hoog. Als aan de randvoorwaarden voor een kwalitatieve openbare ruimte wordt voldaan, bestaat de mogelijkheid om hoger dan tien lagen te bouwen. Verspreid liggende bedrijven worden de komende jaren zoveel mogelijk getransformeerd tot woningen. We gaan voor dubbel ruimtegebruik, om verharding terug te brengen en groen toe te voegen. Ook ambiëren we een lokale groenstructuur en recreatieve routes van de kust naar de Poelzone en het Waelpark.

In Heenweg gaan we voor uitbreiding van laagbouwwoningen. Drie of vier lagen komen slechts incidenteel voor in Heenweg.

11.3 Wateringen     

Wonen en voorzieningen

Wateringen wordt enorm gewaardeerd om haar dorpse en historische karakter en de gemeenschapszin.

Voor 2030 wordt voor Westland en de direct aan Wateringen grenzende wijken van Den Haag een demografische groei verwacht. Er is met name behoefte aan meer betaalbare woningen, woningen voor starters en senioren. Met het oog op duurzame verstedelijking gaat dorpsinbreiding voor uitbreiding. Er kan nog hoogbouw gerealiseerd worden in Wateringen, waarbij het een voorwaarde is dat de verdichting ten goede komt aan groen, landschap, het watersysteem en het weren van geluid. Ook moeten er levensloopbestendige woningen en woonzorgconcepten gerealiseerd worden. De gemeente wil het zorgaanbod centraal in Wateringen (in en direct rond de Ark) verder bundelen ten behoeve van (met name) ouderen29.

Westland blijft het actieve en bloeiende verenigingsleven in Wateringen ondersteunen en verder stimuleren door welzijnsvoorzieningen of 'huiskamers' in het dorp. De sportinfrastructuur is hoogwaardig en gevarieerd. De participatiegraad is hoog. Voor 2030 moeten sportvoorzieningen adequaat en toegankelijk zijn voor elke doelgroep. Speciale aandacht voor het beweegvriendelijker inrichten van de openbare ruimte is zeer gewenst.

verplicht verplicht

Figuur: Wateringen, analyse van kern

Het Waterings erfgoed staat onder druk. Kenmerkende historische en landschappelijke structuren zijn niet langer zichtbaar en plaatsen van betekenis verliezen soms hun openbare functie. Toekomstige ontwikkelingen moeten boven- en ondergrondse cultuurhistorische waarden minimaal in stand houden en het liefst versterken.

De Hofboerderij en de bibliotheek willen we multifunctioneel inrichten, zodat diverse culturele organisaties en de kinderopvang daarvan gebruik kunnen maken.

Het bestaande winkelcentrum in Wateringen functioneert goed. Met name speciaalzaken worden gewaardeerd, net als de gratis parkeervoorzieningen en gemoedelijke dorpse sfeer. Door de dichte bebouwing zit het centrum ruimtelijk gezien vrijwel op slot. Toch is er voor 2030 wel behoefte aan uitbreiding van het supermarktaanbod en daghoreca. Om in de Wateringse behoeften te kunnen voorzien, maakt de gemeente planologisch uitbreidingsruimte mogelijk, grenzend aan het bestaande winkelcentrum. Deze groei moet de motor zijn voor kwaliteitsverbetering. Denk aan extra parkeervoorzieningen, woningbouw, herinrichting van de openbare ruimte, vergroening en een betere verblijfskwaliteit. Uitgangspunt is de huidige parkeervoorziening aan het Plein daar onder te brengen, waardoor het Plein een promenade kan worden29.

Groen en water

De inwoners van Wateringen willen meer groen in het centrum van Wateringen, om aangenaam in te verblijven. Afhankelijk van de bouwperiode is het aandeel groen in woonwijken en particuliere tuinen

minimaal en (nog) van weinig betekenis. Wateringen kent een hoge verhardingsgraad in de openbare ruimte, wat zorgt voor een grotere kans op waterhinder bij hoosbuien en hittestress.

Door milieudruk, versnippering van het ecologisch netwerk en ruimtelijke ontwikkelingen staat de biodiversiteit in Wateringen onder druk. Momenteel heeft Wateringen geen wezenlijke groenstructuur. Richting 2030 verbeteren we de groenstructuur en creëren ontmoetingsplaatsen voor de hele gemeenschap. De Waterman wordt gewaardeerd om het groene karakter en recreatieve functie. Er ligt een kans voor het gehele dorp, als het groen openbaar toegankelijk kan worden. Onze ambitie is het Wateringse groene hart uit zijn isolement te halen door haar aan alle zijden te verbinden met omliggende ecologische structuren. Bij nieuwe plannen gebruiken we water als uitgangspunt voor de inrichting, om negatieve effecten op het watersysteem te voorkomen. De waterkwaliteit in Wateringen is een punt van zorg; met name van de voormalige loop van de Gantel, in Wateringen bekend als de Vliet. en de Hofpark-vijvers. We gaan daarom natuur creëren bij de oevers, zodat het zelfreinigend vermogen van het water vergroot wordt. Ook kijkt Westland bij nieuwe ontwikkelingen hoe ze bestaande knelpunten op kan lossen29.

Glastuinbouw

Ten westen van Wateringen ligt de Broekpolder. In de Broekpolder hebben inwoners en ondernemers zich verenigd om zelf richting te geven aan de toekomst van de polder en de tuinbouw. We denken hierin mee als gemeente en we staan open voor eventuele andere dergelijke initiatieven. Het gebied wordt gekenmerkt door grootschalige kassen van meer dan 10 hectare, waarin vooral groenten geteeld worden. De kansen voor glastuinbouwontwikkeling zijn hier herstructurering, schaalvergroting en het toevoegen van waarde aan tuinbouwproducten.

Aan de noordwestkant tussen Wateringen en Kwintsheul ten noorden van de Heulweg liggen kassen tot 6 hectare met sierteelt en groenteteelt. Daar is ook relatief veel bebouwing (bedrijfsruimtes en laboratoria), met veel verkeersbewegingen. Kansen liggen hier voor energietransitie en herstructurering.

Mobiliteit

Vanuit het participatietraject kwam sterk naar voren dat inwoners het autoverkeer in Wateringen te druk vinden. Ook het Wateringse openbaar vervoer kent verbeterpunten.

We dringen het autoverkeer in Wateringen in de toekomst terug, ten gunste van fietsers, voetgangers en het openbaar vervoer. Spreiding van verkeer is belangrijk, zowel rond Wateringen als in het centrum. De parkeervoorzieningen worden zodanig over de beschikbare ruimte verdeeld, dat de verkeersdruk in het centrum niet verder concentreert29.

Bedrijvigheid

De vier Wateringse bedrijventerreinen doen het goed: er is weinig veroudering, geen problemen rondom herstructurering, leegstand of overaanbod in een bepaald segment. Langs de Dorpskade en Ambachtsweg bevinden zich nog bedrijfsmatige functies die niet in de dorpskern thuishoren en meer toekomst hebben op de daarvoor aangewezen bedrijfsterreinen. De gemeente speelt echter geen actieve rol in bedrijfsverplaatsing29.

Ontwerpprincipes

In het centrum van Wateringen gaan we voor een kwaliteitsverbetering voor het groen, voor ondergronds parkeren en het verhogen van de verblijfskwaliteit. Water wordt een ordenend principe bij nieuwbouw. Het centrum wordt autoluwer, met verkeersspreiding en parkeerspreiding.

Tenslotte ambiëren we een lokaal groennetwerk om het geïsoleerde Hofpark ecologisch te verbeteren en de biodiversiteit te vergroten.

11.4 De Lier     

Wonen

Het dorp De Lier is ontstaan langs de zuidkant van De Lee. De kern is in de naoorlogse jaren gestaag gegroeid en kent redelijk wat nieuwbouw. Kijkend naar het huidige woningaanbod zien we dat er vraag is naar meer appartementen, aanleunwoningen en mantelzorgwoningen. Dat zal voor betere doorstroming zorgen. Inwoners denken dat deze woningen vooral bijgebouwd kunnen worden door parkeerterreinen te transformeren, boven winkels te bouwen en op enkele specifieke plekken hogere woontorens. De Lier is echter al vrij dichtbebouwd. Jongeren geven voorkeur aan rijtjeshuizen13.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend voor Hoe ervaren inwoners De Lier (1=slecht; 5=goed)

De Lier?

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat De Lier er in

2040 uitziet?

De Lier heeft veel herkenbare kleine buurten van ca. 200 woningen, die naar binnen gericht zijn. De herkenbaarheid en oriëntatie van die buurten kunnen we versterken met beeldbepalende bebouwing. Herstructurering of verpaupering van woonbuurten is in De Lier niet aan de orde. Aan de oostzijde van de Lier komt de nieuwbouwwijk Liermolensloot.

Ook in De Lier verwachten we dat het aantal 75-plussers gaat stijgen, maar niet zo sterk als in de andere dorpen. De beoogde nieuwbouw en de verwachte woningbouwbehoefte komen dan ook redelijk overeen. Er bestaat een beperkt tekort aan seniorenwoningen en aangepaste of geclusterde woonzorgeenheden.

Hoogbouw ligt in De Lier langs de ontsluitende structuur, de Sportlaan, Bleijenburg en in Molensloot.

Voorzieningen

Voor wat betreft onderwijs en zorg zou er volgens sommige inwoners van De Lier meer aanwezig mogen zijn. Het liefst dicht bij huis. Er zijn voldoende sportvoorzieningen in het dorp en het centrum wordt positief beoordeeld.

Er zijn leuke winkels en alles is dicht bij elkaar. Maar een aantal inwoners gaf aan dat het jammer is dat veel historische bebouwing is verdwenen. Ook hebben ze zorgen over de toenemende leegstand13.

Uit de verhuisbewegingen blijkt dat Lierenaren verbonden zijn met De Lier. Het percentage inwoners dat binnen het eigen dorp verhuist, is in De Lier het hoogste van alle dorpen in Westland. Ook heeft De Lier een actief verenigingsleven, waar mensen elkaar ontmoeten. Er zijn in De Lier diverse buurtfeesten en evenementen, zoals de Bradelier en de gondelvaart. Daarnaast zijn er culturele centra en maatschappelijke accommodaties, een bibliotheek, muziekgezelschappen, sportcomplexen en -verenigingen en kerken. In het dorp wordt de sociale samenhang dan ook als zeer positief beoordeeld. De Lier beschikt over een buurtpreventieteam voor de woonkern en een voor het buitengebied (Westerlee).

Het winkelcentrum is divers, heeft een compleet winkelaanbod en kent beperkte leegstand. De horeca is geconcentreerd in het oostelijke deel van het centrum, in het aanloopgebied en het kernwinkelgebied. Op de Dom na is in het centrum weinig historische bebouwing te vinden. Detailhandel, horeca, cultuur- en welzijnsvoorzieningen blijven geconcentreerd in het centrum en aan de Van Rijnstraat (welzijn, zorg en bibliotheek).

Sportvoorzieningen zijn geconcentreerd op de Veilingweg. In de huidige vorm is het sportpark onvoldoende. Het is toe aan verbetering en mogelijk uitbreiding de komende jaren.

Groen en water

Er zijn in De Lier enkele plekken waar inwoners graag meer groen zouden zien, bijvoorbeeld aan de Lierweg. Ook de sportvelden langs de Veilingweg zouden groener mogen zijn. Het gewenste groen heeft vooral een verblijfs- en recreatiefunctie. Maar ook in de straten is meer groen gewenst. Jongeren zouden ook graag wat meer groen in het centrum terugvinden.

De inwoners geven aan dat de aanpak van wateroverlast van belang is in De Lier, bijvoorbeeld dat het regenwater gemakkelijk door de bodem opgenomen kan worden. Ze hopen dat Westland iets doet tegen de bodemdaling13.

In De Lier is weinig groen aanwezig. De Lierhout is eigenlijk de enige grotere groene verblijfsruimte. De Lee is bepalend voor de ruimtelijke structuur in het dorp. We willen langs dit water toegankelijke groene ruimte maken om de groenbeleving te versterken. Het bestaande groen langs de Lee beschermen we. De ligging van De Lier, nabij groene gebieden als de Zwethzone, Blakervaart en het Kraaijennest zorgt ervoor dat er niet zozeer behoefte is aan grote groenplekken in het dorp, maar vooral aan een lokaal groennetwerk naar deze omliggende gebieden. Om de groenverbinding naar Blakervaart te kunnen realiseren, is het nodig om Westland tot 2040 12 hectare grond te verwerven en in te richten.

Glastuinbouw

Het dorp is omringd door glastuinbouw met vooral een grootschalig karakter (kassen van meer dan 10 hectare), waarin voornamelijk groenteteelt voorkomt. Het glastuinbouwgebied ligt dichtbij het open landschap van Midden-Delfland. De kansen voor de glastuinbouw in de directe omgeving van De Lier liggen in herstructurering en schaalvergroting.

De aanwezigen van het Denk Mee Café zien graag verbetering bij de doorstroming van vrachtwagens in het gebied. Met de komst van de Oostelijke randweg wordt dit probleem naar verwachting minder.

Bedrijvigheid

De Lier heeft twee lokale bedrijventerreinen: Lierweg aan de oostkant en Hondert Margen aan de westkant. Je vindt hier vooral kleinschalig bedrijvigheid, zoals bouwbedrijven, advies- en onderzoeksbureaus met een binding met de Lier. Het terrein aan de Lierweg komt in aanmerking voor transformatie naar woon-werkcombinaties.

Verder naar het Westen liggen de bedrijventerreinen Westerlee en Leehove, die een regionale en agrologistieke functie hebben.

verplicht

Figuur De Lier: analyse van de kern

verplicht

Mobiliteit

Inwoners zijn redelijk tevreden over de bereikbaarheid van hun dorp. Met de fiets en de auto is het goed te bereiken, over het openbaar vervoer zijn de meningen verdeeld. Een verbinding naar Den Haag en Maassluis zou fijn zijn en de bus mag vaker rijden. Ook de jongeren, die veel gebruik maken van openbaar vervoer voor de reis naar school, vinden dat dit beter kan13.

De Veilingweg en de Sportlaan zijn de belangrijkste ontsluitende structuren. Aan de zuidkant van De Lier ligt de provinciale weg N223, die in de periode 2010-2020 volledig is heringericht. Aan de oostkant komt de Oostelijke randweg om De Lier beter te ontsluiten. We werken aan hoogwaardig openbaar vervoer, waarmee Naaldwijk binnen 30 minuten met Delft is verbonden. Hiervan profiteert De Lier ook.

Ontwerpprincipes De Lier

Wanneer de geplande nieuwbouw is afgerond, verwachten we dat verdere uitbreiding niet nodig is. Bij herontwikkeling en inbreiding zullen we aansluiten op het karakter van de betreffende buurt. Verdichting zal met name in het centrum plaatsvinden. De mismatch tussen de vraag naar woningen en het aanbod brengen we verder in balans; er komen meer seniorenwoningen, sociale voorraad en middenhuur. Hoogbouw van meer dan vijf lagen kan een plek krijgen in het groen langs de gebiedsontsluitingswegen (Veilingweg- Sportlaan-Oostelijke Randweg-N223).

Iedere ontwikkeling in De Lier moet klimaatadaptief zijn, met in het bijzonder aandacht voor bodemdaling en wateroverlast.

We werken aan het verbinden van de lokale groenstructuur met de hoofdgroenstructuur die uniek is in de Lier, door de ligging nabij diverse groengebieden.

11.5 Monster     

Wonen

Monster is ontstaan op een strandwal. De eerste bebouwing was langs de huidige Molenstraat en ontwikkelde zich parallel aan de strandwal, evenwijdig aan de kust en rond de kerk. Die structuur is nog herkenbaar, maar er is weinig authentieke bebouwing over. De inwoners van Monster geven aan dat ze behoefte hebben aan appartementen, rijtjeswoningen, sociale huurwoningen en tiny houses, maar ze zien dat er weinig ruimte is voor woningen. Kansen die er zijn, liggen vooral bij het transformeren van winkel- en bedrijfspanden binnen de kern naar woningen. Ouderen zoeken kleine seniorenwoningen, deze zouden wat hen betreft ook hoger gestapeld mogen worden gebouwd. Meer verschillende type woningen zouden de doorstroming kunnen bevorderen13.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend voor Hoe ervaren inwoners Monster (1=slecht; 5=goed)

Monster?

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat Monster er in 2040 uitziet?

In Monster is een groot deel van de Westlandse nieuwbouw gepland. Voor een groot deel (circa 40%) zal de nieuwbouw volgens het programma hier moeten bestaan uit eengezinskoopwoningen, gevolgd door meergezinskoopwoningen (30%) en meergezinshuurwoningen (30%). De grootste beoogde woningbouwuitbreiding moet plaatsvinden aan de noordoostzijde in de Westlandse zoom. De nabijheid van Natura 2000-gebied en de stikstofdepositie die de woonwijk met zich meebrengt zorgen voor onzekerheid van de geplande wijk. We werken er hard aan om deze woningbouwlocatie toch mogelijk te maken.

De vraag naar seniorenwoningen in Monster is erg hoog en de huidige voorraad daarvan is vrij klein. Als extra seniorenwoningen in de Westlandse Zoom gerealiseerd worden, liggen deze relatief ver van het centrum met de voorzieningen. Wel zijn sport en zorg dichtbij aanwezig.

Hoogbouw van vijf lagen vinden we in Monster langs de randen van het dorp en verspreid in het centrum. In de toekomst zal hoogbouw slechts op beperkte schaal worden ingezet.

Voorzieningen

De inwoners van Monster die mee hebben gedacht, zijn over het algemeen tevreden over de voorzieningen. Echter geven veel mensen aan dat zij het centrum niet gezellig vinden: er is te veel leegstand, het is niet sfeervol en er is weinig horeca. Als aandachtspunt komt naar boven dat het plein rondom de kerk potentie heeft. Er zijn voldoende sportgelegenheden; het verplaatsen van de tennisvelden zou nog voor extra ruimte kunnen zorgen13.

Monster kent geen bruisend centrum. Een klein gedeelte van het Kerkplein is gemeentelijk eigendom. Dit is te klein voor de weekmarkt. Westland ondersteunt initiatieven waar mogelijk. De winkels en voorzieningen volstaan, maar er is geen ruimtelijke samenhang en uitgebreid winkelen is niet mogelijk. Monster heeft aanbod voor dagelijkse boodschappen, met een goede structuur: de winkels liggen in een kruis langs het Kerkplein. Er is een overschot aan commercieel vastgoed, met leegstand tot gevolg. Het kernwinkelgebied wordt daarom compacter gemaakt.

In Duingeest zijn de afgelopen jaren bijna 300 woningen gebouwd. De Westlandse Zoom zorgt voor instroom van buitenaf. Dit zet de dorpse cultuur onder druk. Aan de andere kant zorgt de komst van koopkrachtige inwoners voor meer draagkracht voor het winkelaanbod en andere voorzieningen.

Monster heeft een 'ons-kent-ons' sfeer en de sociale betrokkenheid is groot. Er is een rijk verenigingsleven. De kerken met hun nevenzaaltjes vervullen een belangrijke rol in het huisvesten van clubs en verenigingen. Kinderen kunnen in Monster veilig en onbezorgd opgroeien. Monster beschikt sinds 2007 over een buurtpreventieteam, waardoor overlast flink terug is gedrongen. Vrijwilligers houden hierin samen met de politie en de gemeente toezicht in de buurt.

De zorgvoorzieningen in Monster zijn geconcentreerd in het centrum, en bij de Opmaat in Zwartenhoek en op het Westerhonk. De gemeente beziet hoe een ontmoetingsfunctie (bijv. een huis van de buurt) gerealiseerd kan worden in Monster

Groen en water

Monster grenst aan het strand. Toch mag er meer oog zijn voor groen in het dorp. Met name in de straten en het centrum. Maar ook groen om in te recreëren (fietsen, wandelen, spelen) is nodig. Het onderhoud van het groen kan beter. Inwoners zien ruimte voor meer groen op de plek van het oude gemeentekantoor. Ook kunnen oude bedrijven gesloopt worden, om hier meer groene plekken te realiseren. Net als het gebied bij het gemaal: door de sloop van glastuinbouw op deze plek kan meer groen voor recreatie gerealiseerd worden13.

De realisatie van de Poelzone wordt zeer gewaardeerd door de inwoners van Monster. Binnen de bebouwde kom is de oude uitloper van de Boomawatering een belangrijke groenstructuur, net als het groen op en rond het Westerhonk. Bij vergroening houden we bij de keuze van het type groen rekening met de ligging aan de kust. Er komt een groenstructuur vanuit de woonkern richting Madestein, door de nog te realiseren woonwijk.

Glastuinbouw

Tijdens het Denk Mee Café werd duidelijk dat de inwoners van Monster trots zijn op de glastuinbouw. Op de vraag: "Wat kan er beter, zodat u nog trotser wordt?" benoemen de aanwezigen dat het groen en water in het gebied behouden moeten blijven, werkgelegenheid voor de bevolking van belang is en er innovatief moet worden omgegaan met energieverbruik: verduurzaming van de sector. Ook mag er meer PR zijn voor de glastuinbouw13.

Aan de zuidkant van Monster liggen kleine kassen in een onregelmatig verkaveld gebied met veel functiemenging.

Hier worden bloemen en nicheproducten geteeld. De grond is geschikt voor vollegrondteelt. We zien hier vooral kansen voor pioniers, startups en hightech bedrijven.

verplicht verplicht

Figuur Monster: analyse van de kern

Bedrijvigheid

De meeste werkgelegenheid in Monster vinden we in de agrarische sector, bouwnijverheid, groot- en detailhandel en advies en onderzoek. De Vlotlaan is het lokale bedrijventerrein bij Monster. Er is geen uitbreidingsvraag en het terrein is op orde.

Mobiliteit

Inwoners zijn over het algemeen het meest positief over de fietspaden en -verbindingen. Het reizen met de auto en het openbaar vervoer wordt wisselend beoordeeld. Ze zien problemen bij parkeren en de doorstroming van het verkeer en de ontsluiting met het openbaar vervoer kan beter. Voor de jongeren is dit een belangrijk aandachtspunt13.

Ontwerpprincipes

Bij verdichting of transformatie van bedrijven naar woningen in het centrum kan tot vijf bouwlagen worden gebouwd.

Bij dubbel ruimtegebruik wordt rekening gehouden met de parkeersituatie in de omgeving en kan verharding verminderd worden. Hoogbouw ligt in Monster aan de randen van de kern en heeft maximaal vijf bouwlagen.

Initiatieven die het centrum van Monster aantrekkelijker maken worden gefaciliteerd op een goede plek in het centrum. We koesteren groene plekken in het dorp.

11.6 Honselersdijk     

Wonen

De Heren van Naaldwijk hebben in de 15e eeuw een kasteel in Honselersdijk gebouwd. Dat is door Frederik Hendrik uitgebouwd tot 'Slot Honselersdijk'. De Nederhof is het enige overblijfsel hiervan en is samen met de Prinsengracht beeldbepalend voor het dorp. De belangrijkste monumentale en waardevolle gebouwen in het dorp vinden we langs de Dijkstraat. Verder is een gedeelte van de Van Reenenbuurt en de Burgemeestersbuurt waardevol, vanwege de architectuur van de karakteristieke bebouwing en de stedenbouwkundige opzet. Elke buurt in Honselersdijk heeft zijn eigen karakter, dat vooral wordt gevormd door de bouwperiode van de betreffende buurt.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend voor Hoe ervaren inwoners Honselersdijk (1=slecht; 5=goed

Honselersdijk?

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat Honselersdijk er in

2040 uitziet?

Van de woningen in Honselersdijk is 38% huur en 62% koop. Vestia is de enige woningcorporatie in Honselersdijk en heeft 700 huurwoningen. Bewoners hebben aangegeven dat het onderhoud van de (sociale) huurwoningen te wensen over laat. De doorstroming naar een andere woning is beperkt, vanwege hoge huren bij andere woningen. In de nieuwbouwwijk Buitenplaets zijn de afgelopen jaren woningen voor mensen in verschillende levensfasen gebouwd.

Inwoners hebben vooral behoefte aan rijtjeswoningen, appartementen (onder andere voor starters, die nu het dorp verlaten) en mantelzorgwoningen. Ze zien kansen bij het transformeren van oude winkel- en bedrijfspanden. Deze gebouwen mogen ook hoger worden dan de bestaande bouw. Er zijn zorgen om de ouderen in Honselersdijk die, wanneer zij meer zorg behoeven, niet in het dorp kunnen blijven wonen. De jongeren geven aan behoefte aan studentenwoningen te hebben13.

De bestaande hoogbouw in Honselersdijk heeft zes tot acht bouwlagen en staat in de Vogelwijk en in de Tuinen-Noord. Bij transformatie in Honselersdijk kan Westland hogere bebouwing passend inzetten, bij voorkeur op locaties langs de wegen die uitkomen op de rotonde midden in het dorp of langs het water.

Voorzieningen

De respondenten vinden het belangrijk dat voorzieningen zoals sport, zorg en onderwijs in het eigen dorp aanwezig zijn. Er zijn twee huisartsenpraktijken in Honselersdijk, maar er zouden wel meer zorgvoorzieningen mogen zijn. Het centrum van Honselersdijk wordt door de deelnemende inwoners niet erg gezellig gevonden. Men mist vooral 'gezelligheid', ontmoetingsplekken en evenementen. De muziektent gaf wat sfeer, maar deze is er helaas niet meer. Voor jongeren is er behoefte aan een georganiseerde hangplek. De speeltuintjes zijn slecht onderhouden en worden als saai bestempeld. De jongeren die we spraken, benoemen juist dat iedereen elkaar kent - en dat dat het centrum leuk maakt 13.

De Dijkstraat heeft de meeste historische bebouwing en economische voorzieningen. Het winkelaanbod is vooral gericht op Honselersdijk zelf. Omdat het winkelaanbod nogal versnipperd in het dorp ligt, willen we het winkelgebied compacter maken.

Direct achter de Dijkstraat ligt de Hunselaer: een verouderd complex met de belangrijkste welzijnsvoorzieningen van Honselersdijk. In de nabijheid wordt door gemeente Westland, Vitis Welzijn en Bibliotheek Westland een Huis van de Buurt vormgegeven in een Brede school, als onderdeel van het centrumplan. Hiermee krijgt het centrum een centrale welzijnsvoorziening. De locatie Hunselaer biedt een kans voor transformatie naar zorg en wonen, met veel water en groen.

De inwoners zijn tevreden over de sportvoorzieningen in het dorp. 28,5% van de inwoners is lid bij een sportbond. In de overdekte Sosefhal kan handbal, volleybal, zaalvoetbal en badminton gespeeld worden. Voetbalvereniging SVH kent een groot aanbod voor mensen met een beperking. De tennisclub Honselersdijk is een gezonde vereniging met 800 leden.

De drie kerkgebouwen van verschillende kerkelijke richtingen vervullen een belangrijke rol in het sociale leven van Honselersdijk. Er zijn drie buurtverenigingen: Van Reenenplein, De Tuinen en Vogelwijk. 81% van de inwoners vindt dat ze prettig met elkaar omgaan in de buurt. De veiligheid in het dorp wordt ervaren als beter dan voorheen, onder andere door de aanwezigheid van buurtpreventie.

verplicht

Figuur Honselersdijk: analyse van de kern

Groen en water

De deelnemers aan het participatietraject hebben behoefte aan meer groen in het dorp. Met name in de straten en het centrum. Daarnaast zou men ook graag meer groen zien om in te recreëren, zoals fietsen en wandelen. Jongeren zoeken juist groen om in te bewegen: sporten, fietsen, wandelen13.

Hoewel Honselersdijk behoorlijk dicht bebouwd is, is er in de meeste wijken toch een centrale groenvoorziening. In het verleden is de Strijp omgelegd voor uitbreiding van de veiling. Dit heeft een groengebied opgeleverd dat voor recreatie en ecologische doelstellingen van waarde is en door de inwoners wordt gewaardeerd.

Glastuinbouw

De inwoners van Honselersdijk geven aan dat glastuinbouw voor hen echt onderdeel is van het Westland. Om trots te blijven op de glastuinbouw zou de sector zich nog meer kunnen innoveren op het gebied van duurzame energie. Daarnaast is het voor hen belangrijk genoeg werkgelegenheid in de sector te behouden13.

Het dorp Honselersdijk grenst in het westen aan de veiling en aan de oostkant aan een kassengebied met kassen tot zes hectare. Daarin vindt vooral sierteelt en groenteteelt plaats. Er is relatief veel stenen bebouwing in de vorm van bedrijfsruimtes en laboratoria en er vinden vrij veel verkeersbewegingen plaats. Kansen liggen hier voor energietransitie en herstructurering.

Aan de zuidwestkant van Honselersdijk liggen kassen met een grootschalig karakter (meer dan 10 hectare) waarin vooral groenteteelt voorkomt. Daar zien we kansen voor herstructurering, schaalvergroting en het toevoegen van waarde aan tuinbouwproducten.

Bedrijvigheid

In Honselersdijk staat de grootste vestiging van de bloemenveiling ter wereld: FloraHolland. Daarnaast liggen er twee bedrijventerreinen: Honsel Noord en Honsel Zuid. Honsel Noord ligt direct tegen de kern aan en kent een functionele opbouw, met een bloksgewijze verkaveling. Bedrijven met een hoge(re) milieubelasting liggen verder van de kern af. Grootste uitdaging voor dit terrein is verduurzaming en klimaatadaptatie, vanwege de hoge verhardingsgraad. Honsel Zuid ligt op enige afstand, aan de andere kant van de Dijkweg. Hier zijn bedrijven van een nog hogere milieucategorie aanwezig.

Mobiliteit

Inwoners kunnen het niet eens worden over de bereikbaarheid van het dorp: over de bereikbaarheid per fiets is men zeer positief, over reizen met de auto heel negatief en over het openbaar vervoer erg verdeeld. Het zou fijn zijn als de bus weer zou stoppen in het centrum13.

Honselersdijk heeft een 'assenkruis' verkeersstructuur, waarbij de Molenlaan/Poeldijksepad (van noord naar zuid) de belangrijkste ontsluiting is naar de rotonde op het Moddermanplein. De Molenlaan werkt als een barrière binnen de kern: oversteken is moeilijk en er wordt hard gereden. De bushaltes liggen aan de rand van het dorp.

Met name rond de supermarkt zijn er problemen met parkeren. Met de uitvoering van het centrumplan hopen we die te verlichten.

Ontwerpprincipes

Hogere bebouwing is vooral te vinden langs het assenkruis. Bij transformatie van locaties moet voldoende aandacht worden besteed aan vergroening. De lokale groenstructuur moet aansluiten op de groengebieden rond het dorp, de Strijp en de Wollebrand.

11.7 Maasdijk     

Wonen

Maasdijk, ontstaan op zeeklei, ligt 'buitendijks' aan de Maaszijde van de Maasdijk, ingeklemd tussen glastuinbouw en het agrologistieke terrein Honderdland. Maasdijk is een kern met grote sociale cohesie en harmonie. Veel Maasdijkers kennen elkaar van jongs af aan, 'spreken dezelfde taal' en staan voor elkaar klaar. Het Spektakelfeest, gecombineerd met de wielerronde, en de VTM marathon zijn typisch Maasdijkse evenementen. Veel bewoners ervaren het wonen in Maasdijk als prettig.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend Hoe ervaren inwoners Maasdijk (1=slecht; 5=goed)

voor Maasdijk?

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat Maasdijk er in 2040 uitziet?

In Maasdijk is 38% van de woningen een huurwoning. Het aandeel koopwoningen is 62%. Vestia verhuurt 385 woningen, waarvan 283 eengezinswoningen. Er zijn buurten uit verschillende bouwperioden. De kern is van veel latere datum dan de andere Westlandse dorpen en heeft een bloksgewijze verkaveling.

Volgens de respondenten is er in Maasdijk vooral behoefte aan appartementen en mantelzorgwoningen, met name in het goedkopere segment. Ook tiny houses worden genoemd. Er is ruimte in het dorp om te bouwen, wat de leefbaarheid ten goede komt. Men denkt aan mooie woontorens langs de Oranjedijk en seniorenwoningen in het centrum. Bijvoorbeeld onderin de gebouwen in het centrum zoals op het Cornelis Houtmanplein (leegstaande winkels). Tiny houses zouden mogelijk zijn op het oude korfbalveld bij het Nollaantje, volgens de inwoners13.

verplicht

Figuur Maasdijk: analyse van de kern

Voorzieningen

Er zijn verschillende culturele centra en maatschappelijke accommodaties, een muziekvereniging, sportcomplexen en -verenigingen en kerken. Daarnaast heeft Maasdijk een bibliotheek met een beperkte collectie. Het voorzieningenaanbod wordt redelijk goed gewaardeerd. De respondenten vinden het centrum van Maasdijk echter niet gezellig: de winkels mogen wel wat meer geconcentreerd worden en meer winkels en horeca zouden welkom zijn13. Er is draagvlak in Maasdijk voor de supermarkt, bakker en slager, die compact bij elkaar liggen centraal in de kern. Het aantal winkels in Maasdijk is hoog, in vergelijking tot kernen van dezelfde omvang.

De Maasdijkse buurtpreventie bestaat sinds 1996 en zet zich in voor de leefbaarheid en veiligheid. Ook beschikt Maasdijk over belcirkels in de buitengebieden. Deze zijn onderdeel van de buurtpreventie om ook de buitengebieden leefbaar en veilig te houden.

Groen en water

In Maasdijk geeft men aan dat er behoefte is aan meer groen. Met name in de straten en in het centrum. Specifieke plekken die groener zouden mogen, zijn bijvoorbeeld de Oranjesluisweg, de Maasdijk en de ontsluiting met de nieuwe woonwijken. Daarnaast geven de deelnemers aan dat het dierenweitje in het centrum vooral groen moet blijven13.

Maasdijk heeft een paar groene plekken in het dorp. De begraafplaats en gebieden hier omheen zijn de belangrijkste. De groene tuin van de kerk aan de Nassaustraat draagt bij aan de groenbeleving. Voorheen stonden er vooral iepen in het dorp, die geveld zijn door de iepziekte. De nieuwe beplanting is daarom op veel plekken nog jong en moet de tijd krijgen te groeien.

Glastuinbouw

Net als in de meeste dorpen vinden ook de inwoners van Maasdijk dat het behoud van groen en water tussen de kassen van belang is om trots te blijven op de glastuinbouw. Evenals innovatie op het gebied van energieverbruik. De uitstraling van de glastuinbouw is door enkele aanwezigen als aandachtspunt benoemd13.

Maasdijk ligt omsloten door glastuinbouw met een grootschalig karakter (kassen van meer dan 10 hectare), waarin vooral groenteteelt voorkomt. De kansen voor glastuinbouwontwikkeling zijn herstructurering, schaalvergroting en het toevoegen van waarde aan tuinbouwproducten.

Bedrijvigheid

Aan de noordkant van Maasdijk ligt het lokale bedrijventerrein Maasambacht. Op dit bedrijventerrein is aan de Prins Mauritsstraat wat leegstand. Op deze plek is transformatie mogelijk naar wonen of andere voorzieningen. Buiten het dorp liggen twee grote en belangrijke bedrijventerreinen, Honderdland en Coldenhove.

Mobiliteit

De bereikbaarheid van het dorp wordt per fiets zeer positief gewaardeerd. De Maasdijkers voelen zich nu afgesloten van Westland. Met de komst van "Het pootje van Bram" zal hier verbetering in komen. Dat geldt niet voor het openbaar vervoer. Inwoners zouden graag zien dat de bus niet zo vroeg stopt met rijden. De ligging van de bushalte op de dijk is vooral voor mensen die minder mobiel zijn een hindernis. In z'n algemeenheid wordt het verkeer als gevaarlijk ervaren: er rijden te veel vrachtauto's door het centrum, er wordt te hard gereden en op de stoep geparkeerd13. Maasdijk is een echt dorp, alles is op loopafstand.

Ontwerpprincipes

In Maasdijk komt extra woningbouw in de laatste fase van de Watertuinen. Daarna zijn er slechts beperkte verdichtingsmogelijkheden.

Als er initiatieven komen voor detailhandel of horeca concentreren we deze rond het Oranjeplein.

We koesteren initiatieven die de sociale samenhang versterken.

11.8 Kwintsheul     

Wonen

Kwintsheul is ontstaan op de zuidelijke oeverwal van de Gantel en dankt zijn naam aan de oversteekplek (heul) door het water, ter hoogte van de brug over de Lange Watering. De Kerkstraat-Heulweg is de belangrijkste historische lijn, met beperkte historische bebouwing en de kerk als beeldbepalend element. Verder is langs de randen van de bebouwde kom historische bebouwing te vinden, die ingepast is of wordt in de nieuwbouw. Een voorbeeld hiervan is de watertoren aan het Slimpad en de tuinderswoningen bij de Driesprong.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend Hoe ervaren inwoners Kwintsheul (1=slecht; 5=goed)

voor Kwintsheul?

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat Kwintsheul er in

2040 uitziet?

Kwintsheul wordt als een veilige kern ervaren. Er is goede sociale controle en iedereen kent elkaar. In Kwintsheul is 30% van de woningen een huurwoning, de rest is koopwoning. Het huuraanbod is in handen van de Woningcorporatie Wonen Wateringen.

Het woningaanbod in Kwintsheul wordt door de inwoners niet goed beoordeeld: er is behoefte aan woningen voor starters, jonge gezinnen en voor ouderen gecombineerd met zorg. De grootste behoefte bestaat aan appartementen. Omdat deze er nu te weinig zijn, trekken veel jongeren weg. Dit heeft effect op de leefbaarheid van het dorp. Om appartementen te kunnen bouwen, geeft men aan dat leegstaande winkel- en bedrijfspanden getransformeerd kunnen worden. Een voorbeeld hiervan is het woningbouwplan op de plek van de voormalige garage aan de Kerkstraat. Daarnaast mag ook de glastuinbouw en het buitengebied meer gebruikt worden voor het realiseren van woningbouw13.

Er is in Kwintsheul recent gebouwd langs de Gouwlaan en het Groenepad. Ook wordt binnenkort gestart met woningbouw op de Driesprong. Hiermee maken we een start voor betere aansluiting op de lokale vraag, zodat doorstroming op gang kan komen. We willen met name kleine en betaalbare woningen aanbieden voor senioren en/of jongeren uit het dorp zelf. In Kwintsheul zijn ook kansen om op de Wilgenlei verouderd corporatiebezit te transformeren. De hoogbouw in Kwintsheul concentreert zich rond de kerk en is over het algemeen niet hoger dan vier lagen.

Voorzieningen

Inwoners geven aan dat meer woningen ook bijdragen aan meer voorzieningen in het dorp. Het centrum van Kwintsheul heeft door de heropening van de supermarkt een boost gekregen: "Men komt elkaar weer tegen". Het plein rondom deze supermarkt kan wel beter benut worden, bijvoorbeeld met een weekmarkt of horeca concentreren die zich nu buiten het centrum bevindt13.

Er is een bloeiend verenigingsleven en er zijn voldoende vrijwilligers. Sportvereniging Quintus is van groot belang voor de identiteit van Kwintsheul met een groot aanbod van verschillende sporten. De inwoners, waarvan 30,4% lid is bij een sportbond, zijn bovengemiddeld tevreden over het sportaanbod. Kwintsheul heeft twee culturele centra en maatschappelijke organisaties. Het culturele aanbod in Kwintsheul is gevarieerd, er zijn diverse muziekgezelschappen in Kwintsheul. De inwoners van Kwintsheul zijn echter minder dan gemiddeld tevreden over het culturele aanbod.

Voor de behartiging van hun belangen hebben maatschappelijke organisaties zich verenigd in de 'Heulse Aanpak', een platform van verenigingen en organisaties in Kwintsheul. Zij bespreken lopende zaken rondom bijvoorbeeld leefbaarheid, cultuur, en veiligheid. Zij zijn gesprekspartner van de gemeente en kunnen advies uitbrengen. Er is een huisartsenpraktijk in Kwintsheul en behoud van deze functie is van belang voor een dorp van deze omvang.

Groen en water

"Meer groen' vinden veel mensen voor de toekomst van het dorp van groot belang. In Kwintsheul mag volgens de respondenten met name het centrum groener worden. Daarnaast heeft men behoefte aan meer groen om te fietsen en te wandelen13.

De groenstructuur is in Kwintsheul duidelijk gekoppeld aan de waterstructuur. Langs de Lange Watering en rondom de Van Luijklaan zijn groengebieden te vinden. In de kern zijn er slechts enkele groene plekken te vinden bij de Kievit en de Berestein en de gemeente ziet niet veel ruimte om in de kern zelf te vergroenen. Wel zijn er kansen voor verbetering door bijvoorbeeld het plaatsen van bomen in de straten. Ook willen we een lokaal groennetwerk realiseren, met aansluiting vanuit de kern op de Zwethzone en de Uithof. Tenslotte wordt De Driesprong een stepping stone in de groene verbinding tussen Solleveld en de Zwethzone. Voor het groengebied Zwethzone moeten we tot 2040 15 hectare grond verwerven en inrichten.

verplicht verplicht

Figuur Kwintsheul: analyse van de kern

Glastuinbouw

In Kwintsheul vinden de deelnemers het belangrijk dat er voldoende groen en water rondom de kassen blijft. Ook het innovatief omgaan met energieverbruik is voor hen belangrijk13.

Aan de zuidkant van Kwintsheul ligt een glastuinbouwgebied (de Broekpolder) met grootschalig karakter (met kassen meer dan 10 hectare) waarin vooral groenteteelt voorkomt. De kansen voor glastuinbouwontwikkeling zijn herstructurering, schaalvergroting en toevoegen van waarde aan tuinbouwproducten. In de Broekpolder hebben inwoners en ondernemers zich verenigd om zelf richting te geven aan de toekomst van de polder en de tuinbouw. We denken hierin mee als gemeente en we staan open voor dit soort initiatieven.

Aan de noordkant liggen kassen tot 6 hectare met sierteelt en groenteteelt. Er is relatief veel stenen bebouwing (bedrijfsruimtes en laboratoria), met redelijk veel verkeersbewegingen. Hier ziet Westland kansen voor energietransitie en herstructurering. Vanwege de ligging van deze gebieden en de waarde voor het tuinbouwcluster in zijn geheel, zijn er geen uitbreidingsmogelijkheden voor Kwintsheul tot 2040.

Bedrijvigheid

In Kwintsheul is veel bedrijvigheid en werkgelegenheid. Kwintsheul heeft een lokaal bedrijventerrein De Bovendijk aan de oostkant van de kern. De bedrijven op De Bovendijk zijn divers: agro-gerelateerd, adviesbureaus, bouw- en logistieke bedrijven. We breiden dit bedrijventerrein uit om de Westlandse vraag naar kleinschalige bedrijfsruimte grotendeels op te lossen.

Mobiliteit

Wanneer het gaat om de bereikbaarheid van het dorp zijn de deelnemers vooral zeer tevreden over de fietsverbindingen. Het openbaar vervoer wordt gemiddeld beoordeeld, wel geeft men aan dat de verbinding met het treinnetwerk beter kan. Wat opvalt is dat men in Kwintsheul de bereikbaarheid met de auto negatief beoordeelt13.

Met de realisatie van een aantal infrastructurele projecten in Westland is een gedeelte van de problematiek van het vrachtverkeer opgelost. We zijn alert op vrachtverkeer door de kern, want dat is verboden.

Ontwerpprincipes

De woningen die op de Driesprong gebouwd worden, zijn met name gericht op doorstroming, starters en senioren. Er is ruimte voor hogere of gestapelde bebouwing tot maximaal vier bouwlagen, mits dit goed wordt ingepast. Initiatieven voor detailhandel en horeca concentreren die zich bij voorkeur rond het Kerkplein.

Bij transformaties van bijvoorbeeld oude bedrijven naar woningbouw hebben we oog voor meer groen en aandacht voor de parkeersituatie.

De bedrijfsuitbreidingen die op de Bovendijk gaan plaatsvinden, moeten specifiek gericht zijn op de lokale behoefte in Westland.

11.9 Poeldijk     

verplicht

verplicht

Figuur Poeldijk: analyse van de kern

Wonen

Onder de inwoners van Poeldijk heerst een groot saamhorigheidsgevoel. Als er iets moet gebeuren, zet men gezamenlijk de schouders eronder. Dat blijkt uit de vele evenementen die de kern rijk is. Er is een sterk verenigingsleven en er zijn goede sport-, onderwijs- en speelvoorzieningen en voorzieningen voor ouderen. Veel bewoners ervaren het wonen in Poeldijk als prettig en koesteren het dorpse karakter.

De structuur van Poeldijk wordt bepaald door twee kronkelende lijnen, de Gantel en de Voorstraat. Het pleintje in de Voorstraat heeft een besloten karakter en geldt vooral als parkeerplek. Langs de Gantel is een jaagpad en aan de noordkant staat nieuwe bebouwing. De Gantel, met zijn natuurlijke oorsprong als ingedamde zeearm, heeft een authentiek karakter met tuinderswoningen uit het begin van de 20e eeuw langs het water, dijksloten en bruggetjes.

In Poeldijk is ruwweg 40% van de woningen een huurwoning. De overige woningen zijn koopwoningen. Arcade Wonen heeft zo'n 949 huurwoningen. We zien een tekort aan betaalbare woningen voor starters en ouderen. Als ideeën opperen de inwoners dat het fijn zou zijn als er meer verschillende woningtypes door elkaar gebouwd worden en als er groepswonen voor ouderen en/of eenzamen komt. De afgelopen jaren is het aantal nieuwbouwwoningen in Poeldijk uitgebreid.

Poeldijk heeft in de afgelopen jaren een transformatie ondergaan: er is veel nieuwbouw gerealiseerd ten noorden van de kern en in het centrum. De bloemenbuurt is volledig getransformeerd en de kern zal in de komende jaren groeien tot aan de Arckelweg.

In Poeldijk stijgt het aandeel 75-plussers hard. Er is al een redelijk aantal geschikte woningen voor deze doelgroep in de kern, maar nog niet voldoende om aan de vraag te voldoen. In het dorp gaan we langs de Gantel (Wittebruglocatie) wonen en zorg combineren. Ook kunnen verspreid liggende bedrijfslocaties getransformeerd worden naar woningen.

Voorzieningen

Poeldijk kent diverse evenementen. Jaarlijks terugkerende evenementen, zoals 'Rondje Poeldijk' en het carnaval worden goed bezocht. Verschillende Poeldijkse verenigingen werken hierbij onderling samen. Er zijn verschillende culturele centra, maatschappelijke organisaties en een sterk verenigingsleven. Ook zijn er diverse muziek- en toneelgezelschappen. Toch zijn de Poeldijkers minder dan gemiddeld in Westland tevreden over het culturele aanbod.

Op de vraag hoe inwoners het centrum op dit moment beleven, komen grotendeels negatieve antwoorden: het is er troosteloos en leeg. Het gemis van winkels, maar vooral de behoefte aan een ontmoetingsplek wordt vaak genoemd. Het doorgaande verkeer op de Voorstraat verhindert een levendig centrum. Toch vinden anderen parkeren en directe toegang (met de auto) tot de winkels in de Voorstraat erg belangrijk.

De winkels hebben vooral een functie voor de dagelijkse boodschappen, aangevuld met een aantal speciaalzaken. Het winkelaanbod is verspreid over twee plekken in de Jan Barendselaan en de Voorstraat. Deze gebieden liggen te ver uit elkaar om van een samenhangend geheel te spreken. We zoeken naar manieren om het centrum voor winkels compacter te maken.

Diverse culturele organisaties, kinderopvang en een evenementenorganisator maken gebruik van De Veiling (voormalige Leuningjes). Er wordt naar gestreefd om de ontmoeting meer in en nabij de Voorstraat te concentreren. Dit moet een combinatie van maatschappelijke functies zoals zorg en bibliotheek en de economische functies winkels zijn.

Het slechte onderhoud van bestrating en leegstaande panden is veel inwoners een doorn in het oog. Er is veel draagvlak voor het behoud van de historische panden. De in 1926 gebouwde Bartholomeuskerk is een beeldbepalend gebouw. Er is een stichting opgericht die zich inzet om de kerk in stand te houden. Op termijn kan het Bartholomeusgebouw naast de religieuze functie ook andere functies gaan vervullen, zoals voor ontmoeting, wonen of zorg. De gemeente wil de stichting hierbij faciliteren.

In vrijwel alle onderdelen van het participatietraject kwam het voormalig Dario Fo pand (Voorstraat 88) ter sprake. Er bestaan veel emoties bij inwoners ten aanzien van dit pand en verdriet over de huidige ongebruikte staat. Men wil het pand niet verder zien verloederen. Ze willen graag meedenken over een al dan niet tijdelijke invulling van het pand als centrale, sociale ontmoetingsruimte30.

De buurtpreventie speelt een belangrijke maatschappelijke rol in Poeldijk. Wekelijks lopen vrijwilligers rond en spreken mensen eventueel op hun gedrag aan of geven tips om inbraakschade te voorkomen.

Groen en water

Poeldijkers zien extra groen in de Voorstraat als een verbetering voor de uitstraling van de dorpskern. Al moeten de stoepen wel toegankelijk en goed te onderhouden blijven. Ze missen een parkje, vooral in verband met de vele ouderen in Poeldijk die niet meer dicht bij huis ergens in het groen kunnen zitten. Er is veel animo om een natuurpark voor jong en oud aan te leggen30.

In de kern van Poeldijk zijn nu nog geen grotere groengebieden. De ligging aan de Gantel zal beter benut gaan worden. Er komen in de woonwijk aan de noordkant een aantal grotere groengebieden bij. Het lokale groen- en waternetwerk willen we, als de kans zich voordoet, verbeteren om de Gantelzone en een gebied als Madestein beter bereikbaar te maken. Voor de Gantelzone betekent dit dat we nog 16 hectare natuur realiseren, hand in hand met de reconstructie van de glastuinbouw in het omliggende gebied. Het centrum van Poeldijk is erg verhard en versteend, maar kunnen we met beperkte ingrepen vergroenen. De oude Boomawatering biedt eveneens een kans voor vergroening.

Glastuinbouw

Aan de noordwestkant van Poeldijk liggen kleine kassen op een onregelmatig verkaveld gebied. Er komt veel functiemening voor. Hier worden bloemen en nicheproducten geteeld en de bodem is geschikt voor vollegrondteelt. In de Boomawatering zijn kansen voor hightechbedrijven en innovatie.

Aan de zuidkant ligt tuinbouw met kassen tot 6 hectare groot met sierteelt en groenteteelt. Er is relatief veel stenen bebouwing (bedrijfsruimtes en laboratoria) en vrij veel verkeersbewegingen. Door bij herstructurering ruimte te maken langs de Gantel voor groen, water en recreatie wordt het Natuur Netwerk Nederland afgerond en de omgeving van Poeldijk verder vergroend.

Bedrijvigheid

ABC Westland ten noorden van de kern is een belangrijk agrologistiek bedrijventerrein dat uitgebreid wordt. Op het terrein zijn agrogerelateerde en agrologistieke bedrijven te vinden. Er is al veel aan duurzaamheid gedaan, maar vooral de klimaatbestendigheid (hitte, water) is voor de toekomst het belangrijkste vraagstuk. In de uitbreiding van het ABC-terrein worden klimaatadaptieve maatregelen genomen en wordt rekening gehouden met de ecologische verbinding uit het Natuur Netwerk Nederland, die van Madestein tot aan de Zweth loopt. Langs de Wennetjessloot houden we daar rekening met een groenstrook van 50 meter breed.

Mobiliteit

Als voornaamste bedreiging van het dorps karakter noemen inwoners het zware vrachtverkeer. Ook de verkeersveiligheid laat te wensen over. Met name voor fietsers en voetgangers is er sprake van een onoverzichtelijke en gevaarlijke verkeerssituatie. Bij Poeldijk ligt het ABC Westland terrein, met veel vrachtverkeer dat gericht is op de A4 en de A20. Opvallend is dat het vrachtverkeer geen vaste route volgt. Het noordelijke deel van de Lozerlaan (N211) is de logische keuze, maar wordt vanwege de verkeerslichten en drukte vaak vermeden. In de toekomst willen we het logistieke verkeer en het personenverkeer rond ABC Westland scheiden.

In Poeldijk is men niet tevreden met het openbaar vervoer. Er is behoefte aan meer bushaltes in de dorpskern. Senioren maken doordeweeks gebruik van de 'Plusbus'. Het zou prettig zijn als deze voorziening ook in het weekend beschikbaar is en dat de leeftijdsgrens naar beneden gaat30.

Ontwerpprincipes

In het centrum van Poeldijk brengen we kwaliteitsverbeteringen aan door meer groen toe te voegen en het autogebruik te verminderen.

Hoogbouw mag in Poeldijk een plek krijgen langs de Gantel en de Verburghlaan.

Transformatie kan plaatsvinden langs de Gantel voor zorgconcepten, gericht op senioren met inbegrip van groenontwikkeling.

We ambiëren een lokaal groennetwerk waar vooral de inwoners van Poeldijk gebruik van kunnen maken tijdens bijvoorbeeld een wandeling.

11.10 Ter Heijde     

Wonen

Ter Heijde is verbonden met de duinen, het strand, de zee en het vissersverleden. Het is een rustig, knus dorp waar de inwoners zich thuis voelen. De sociale samenhang en sociale controle is groot. Het ademt nog altijd de sfeer van een (voormalig) vissersdorp. Het is al meerdere keren verzwolgen door het water van de zee en telkens weer verder landinwaarts, dichter naar Monster toe, opnieuw opgebouwd. In de Tweede Wereldoorlog is Ter Heijde afgebroken voor de aanleg van de Atlantikwall.

verplicht verplicht

Wat vinden inwoners kenmerkend Hoe ervaren inwoners Ter Heijde (1=slecht; 5=goed)

voor Ter Heijde?

verplicht verplicht

Hoe zou u willen dat Ter Heijde er in 2040 uitziet?

De inwoners uit Ter Heijde beoordelen het woningaanbod in het dorp niet positief, maar zien ook geen ruimte voor meer woningen. Er zijn vooral veel goedkope huurwoningen. Ook over het type woningen waar behoefte aan is, zijn ze verdeeld. Wel is duidelijk dat er geen behoefte is aan hoogbouw in het dorp13.

De naoorlogse wederopbouw gebeurde in een sobere stijl. Bijna het hele dorp heeft smalle straten. Het gebouw Irene is recent vervangen door een appartementengebouw. De hoogste bebouwing wordt gevormd door hotel Elzenduin en de kerk. Er is geen ruimte om Ter Heijde uit te breiden. Er liggen kansen bij herstructurering van het corporatiebezit, om beter in te spelen op de vraag naar specifieke woningen. Hier zijn echter geen concrete plannen voor.

Voorzieningen

Er zijn weinig voorzieningen in Ter Heijde. Dit wordt door de deelnemende inwoners niet als een probleem ervaren: mensen wonen hier juist voor de rust. Men vindt het dan ook geen probleem om naar de omliggende dorpen te reizen voor voorzieningen en winkels. De dorpsvereniging is zeer actief en telt meer leden dan Ter Heijde inwoners heeft. Ook de ouderen zijn nauw betrokken bij het dorpsleven. Het centrale Kerkplein wordt samen met de inwoners heringericht, zodat er meer groen komt en ruimte voor een terras en gezelligheid ontstaat13.

verplicht verplicht

Figuur Ter Heijde: analyse van de kern

Groen en water

In Ter Heijde worden het strand en de duinen zeer gewaardeerd. Dit speelt mee in de groenbeleving van de inwoners. Daarom is het belangrijk de paden richting het strand toegankelijk te houden en goed te onderhouden. Inwoners zouden graag meer groen in de straten willen, bijvoorbeeld door bomen en bloembakken in de brede stoepen. Ook het plein voor de kerk kan een stuk groener13.

Ter Heijde ligt zo dicht aan de kust dat er met de invloed van de zoute zeewind moeilijk groen groeit. Er is in de kern beperkte ruimte voor groen. Vanwege de ligging in Natura 2000-gebied en naast de kust is de vraag naar recreatieve ruimte dan ook beperkt. Met kleine ingrepen is er wel wat vergroening te realiseren op het dorpsplein en in de straten.

Glastuinbouw

De deelnemers uit Ter Heijde zijn trots op de glastuinbouw. Het groen en water tussen de kassen is voor hen wel een belangrijk punt dat behouden moet blijven of zelfs verbeteren. Daarnaast zouden ze leuk vinden als er meer producten te koop zouden zijn bij de telers. Wel maken enkele deelnemers zich zorgen over de luchtvervuiling13.

Er is nabij Ter Heijde maar een beperkt glastuinbouwgebied, rond de Westerduinlaan. Dit gebied heeft nauwelijks toekomstwaarde. Als dit glasgebied wordt getransformeerd, ontstaat er beperkt ruimte voor woningbouw. De nadruk zal meer op groen en recreatie moeten liggen.

Bedrijvigheid

Ter Heijde heeft door zijn geringe omvang maar weinig bedrijven. Op het strand worden commerciële activiteiten georganiseerd, met name door de strandtenten en Dreams Events. De inwoners vinden de strandrecreatie belangrijk voor de levendigheid van de kern. Maar de strandrecreatie zorgt ook voor overlast, namelijk het parkeren van auto's, het stallen van fietsen, het bevoorraden van horecagelegenheden en de feestgangers die 's nachts huiswaarts keren.

Mobiliteit

De bereikbaarheid van het dorp met de fiets is positief. Over de bereikbaarheid per auto is men minder tevreden, dit heeft name te maken met het parkeeraanbod. Het openbaar vervoer wordt slecht beoordeeld: het ontbreekt aan een busverbinding in het dorp13.

Ontwerpprincipes

Initiatieven moeten bijdragen aan vergroening.

Transformatie moet bijdragen aan diversiteit in het woningaanbod.

Bebouwing hoger dan drie lagen is ongewenst.

Uitgangspunt blijft dat woningen in Ter Heijde een oranje dak hebben.