4.3 Cultuurhistorische hoofdstructuur (CHS)
De bestaande ruimtelijke kwaliteit van onze provincie geeft richting aan de mogelijkheden en onmogelijkheden van ontwikkelingen. Dit speelt vooral in het landelijk gebied, maar heeft ook zijn weerslag op ontwikkelingen in het stedelijk gebied. Cultuurhistorische structuren lopen ook door stedelijk gebied en kernen liggen in landschappen wat op ontwikkelingen, zeker aan de rand van de kern, invloed heeft. De cultuurhistorische en archeologische waarden geven samen een beeld van de ontstaansgeschiedenis van onze provincie. Deze waarden dragen in hoge mate bij aan ruimtelijke kwaliteit en versterken het historisch besef van mensen. We willen eraan bijdragen dat deze waarden zoveel mogelijk behouden blijven en beleefd kunnen worden dankzij informatievoorziening en mogelijkheden voor gebruik en ontwikkeling.

Beleid
Met ons ruimtelijk erfgoedbeleid willen we bijdragen aan het behouden, versterken en beleefbaar maken van cultuurhistorie in de provincie Utrecht. Dit resulteert in een strategie van enerzijds het veiligstellen van cultuurhistorische waarden en anderzijds het sturen van ruimtelijke ontwikkelingen vanuit de samenhangende cultuurhistorische kwaliteiten ter plaatse. Daarbij is ‘behoud door ontwikkeling’ het uitgangspunt.
De Cultuurhistorische Hoofdstructuur (CHS) vormt de basis van dit beleid. Voor het borgen van het gehele palet aan cultuurhistorische waarden binnen de CHS maken wij gebruik van het overleg met gemeenten. Hierin zullen wij ons vooral richten op gemeentelijke plannen voor grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen.
Binnen de CHS hebben we vier prioritaire thema’s geselecteerd waarop we actief beleid voeren en die we borgen in de Provinciale Ruimtelijke Verordening:
  • Historische buitenplaatsen;
  • Militair erfgoed;
  • Agrarisch cultuurlandschap;
  • Archeologie.
Toelichting
De provincie Utrecht kent een grote cultuurhistorische variatie. Dit is mede het gevolg van de diversiteit in de bodemgesteldheid, in combinatie met een lange bewoningsgeschiedenis. De verschillende landschapstypen zijn daarvan het resultaat. De CHS bestaat uit samenhangende, historisch waardevolle structuren van bovenlokaal belang. Het zijn ruimtelijk herkenbare, dan wel in de ondergrond aanwezige structuren die kenmerkend zijn voor een bepaalde periode of ontwikkeling. De Cultuurhistorische Atlas van de provincie Utrecht geeft een overzicht van de aanwezige cultuurhistorische waarden.
In ons ruimtelijk beleid schenken wij aandacht aan cultuurhistorie vanuit de volgende waarden:
  • Maatschappelijke waarde: erfgoed is pas erfgoed als mensen er die betekenis aan toekennen. De waarde van erfgoed wordt dus mede bepaald door wat in de beleving van overheden, maatschappelijke middenveld en burgers als relevant wordt gezien.
  • Economische waarde: erfgoed draagt bij aan het waardebehoud en de waardevermeerdering van omliggend vastgoed. Erfgoed versterkt de aantrekkingskracht van een gebied en is een belangrijke drager voor de verdienmogelijkheden in de recreatieve en toeristische sector.
  • Wetenschappelijke waarde: kennis over cultuurhistorische waarden vormt een belangrijke basis van ons ruimtelijk beleid. De wetenschappelijke waarde van het Utrechtse cultureel erfgoed is vastgelegd in de Cultuurhistorische Atlas van de provincie Utrecht.
Met de keuze voor vier prioritaire thema’s brengen we meer focus aan in het provinciaal erfgoedbeleid. Daarmee bieden we ook meer duidelijkheid voor gemeenten.

Realisatie

Provinciaal belang
Behouden en versterken van de kwaliteit van de cultuurhistorische hoofdstructuur.
Provinciale rol
Reguleren, stimuleren

Reguleren (PRV)

Gemeenten houden in bestemmingsplannen en bij planontwikkeling rekening met de aanwezige cultuurhistorische waarden van historische buitenplaatszones, militair erfgoed, agrarisch cultuurlandschap en archeologisch erfgoed (artikel 2.8).

Stimuleren

Achtergrondinformatie staat in de Cultuurhistorische Atlas van de provincie Utrecht (beschikbaar als digitale kaart).


4.3.1 CHS-Historische buitenplaatszones
Beleid
Voor de historische buitenplaatsen is ons beleid van enerzijds veiligstellen en anderzijds ruimte bieden voor ontwikkeling een bijzondere opgave. De buitenplaatszones staan onder hoge druk, zowel door ruimtelijke ontwikkelingen in de omgeving, als door ontwikkelingen op de buitenplaatsen zelf. Wij willen, voor zover dit past binnen ons overige ruimtelijk beleid, ruimte bieden voor ontwikkeling, gericht op het creëren van economische dragers voor het behoud van de cultuurhistorische waarden van buitenplaatsen. Daarbij is behoud van de specifieke kenmerken van de zone waarin de buitenplaats ligt het uitgangspunt.

Toelichting
De provincie Utrecht kent een relatief hoog aantal historische buitenplaatsen (270), vaak bij elkaar gelegen in zones met specifieke kenmerken. Het meest bekend zijn de gordels langs de Vecht en de Stichtse Lustwarande, maar ook bij Paleis Soestdijk (Laagte van Pijnenburg), in de stadsrand van Utrecht (Amelisweerd, De Haar), in het landelijk gebied (Valleilandgoederen, Langbroekerwetering) en langs infrastructuur (Amersfoortseweg) komen dergelijke concentraties voor.
De ontstaansgeschiedenis van deze buitenplaatszones is uitermate divers. Ook de huidige ruimtelijke dynamiek en bijbehorende opgaven verschillen sterk qua karakter en qua intensiteit. Het aantal en de rijke schakering aan buitenplaatsen en landgoederen is beeldbepalend voor de provincie Utrecht. De buitenplaatsen zijn belangrijke kwaliteitsdragers in hun gebied en hebben een economische waarde in de vrijetijdseconomie.
De bijlage Cultuurhistorie van de Provinciale Ruimtelijke Verordening bevat een beschrijving van de specifieke kenmerken van de verschillende buitenplaatszones. Het beleid is verwoord in de ‘Uitvoeringsagenda Historische Buitenplaatsen provincie Utrecht 2012-2015’.

Realisatie
Provinciaal belang
Behouden en versterken van de kwaliteit van de cultuurhistorische hoofdstructuur.
Provinciale rol
Reguleren, participeren

Reguleren (PRV)

Gemeenten stellen bij planontwikkeling voorwaarden op basis van de cultuurhistorische samenhang in de buitenplaatszone, gericht op het in stand houden en versterken van de cultuurhistorische waarden (artikel 2.8).

Participeren en stimuleren

- Businesscases gebiedsontwikkeling Stichtse Lustwarande (in samenwerking met een aantal nader te selecteren historische buitenplaatsen en gemeenten).

- Investeren in kennis over cultuurhistorische waarden van historische buitenplaatsen door middel van onderzoek (samen met gemeenten). Doel: beschrijving ‘buitenplaatsbiotopen’;

- Handreiking ‘behoud door ontwikkeling’ buitenplaatsen;

- Bijdragen aan restauratie van parkelementen van historische buitenplaatsen (via Fonds Erfgoedparels);

- Stimuleren publieksbereik historische buitenplaatsen, met name door inzet van digitale middelen (E-cultuur).


4.3.2 CHS-Militair erfgoed
Beleid
Voor het militair erfgoed van de voormalige waterlinies ligt de opgave vooral op het via gebiedsontwikkelingen versterken en beleefbaar maken van de linies in het landschap. Voor het modernere militaire erfgoed op en rond de voormalige Vliegbasis Soesterberg ligt de opgave in het behouden en versterken van diverse uiteenlopende defensiestructuren.

Toelichting
De provincie Utrecht kent een aantal grotere gebiedsgerichte ontwikkelingstrajecten rond de voormalige waterlinies: de Nieuwe Hollandse Waterlinie, de Grebbelinie en de Stelling van Amsterdam. Deze programma’s zijn voor een belangrijk deel in uitvoering en de inzet is om deze uitvoering verder te ondersteunen. Het accent ligt op het versterken van de linies in het landschap. Ook liggen er kansen op het gebied van publieksbereik.

Relatief nieuw in dit spectrum is het militaire erfgoed op de Utrechtse Heuvelrug, op en rond de voormalige Vliegbasis Soesterberg. Voor de gebiedsontwikkeling ter plekke is een belangrijke opgave het behouden en waar mogelijk beter publiekstoegankelijk en beleefbaar maken van de uiteenlopende cultuurhistorische waardevolle defensiestructuren die in dit gebied aanwezig zijn (van de Franse Tijd tot en met de Koude Oorlog). Deze vormen tevens een belangrijke inspiratiebron voor de transformatieopgave waar dit gebied voor staat.

De bijlage Cultuurhistorie van de Provinciale Ruimtelijke Verordening bevat een beschrijving van de specifieke kenmerken van de verschillende zones militair erfgoed. In de gebiedsvisie De Grebbelinie boven water zijn tien gezichten benoemd die de essentiële waarden van de linie in het huidige landschap naar voren brengen. De nationale visie voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie staat geformuleerd in Panorama Krayenhoff.

Realisatie
Provinciaal belang
Behouden en versterken van de kwaliteit van de cultuurhistorische hoofdstructuur.
Provinciale rol
Reguleren, participeren

Reguleren (PRV)

Gemeenten stellen bij planontwikkeling voorwaarden gericht op aansluiten bij of versterken van de karakteristieke waarden van het militair erfgoed (artikel 2.8).

Participeren 

- Voortzetting van programma’s voor Grebbelinie en Nieuwe Hollandse Waterlinie via de Agenda Vitaal Platteland.

- Visieontwikkeling voor het zichtbaar en beleefbaar maken van de defensiestructuren rond Soesterberg.

- Voorbereiden nominatie Nieuwe Hollandse Waterlinie als UNESCO Werelderfgoed.


4.3.3 CHS-Agrarisch cultuurlandschap
Beleid
Het agrarisch cultuurlandschap waarop wij onze focus leggen ligt in het Groene Hart. Vanwege de historisch kenmerkende gebouwen, structuren, bebouwingslinten, landschappen en verkavelingspatronen, vinden wij het belangrijk dat cultuurhistorische waarden bij de planontwikkeling een rol spelen.

Toelichting
Op basis van gaafheid en representativiteit van de verkavelingsstructuur en op basis van de samenhang van de agrarische patronen en de bebouwingslinten zijn vijf gebieden geselecteerd waar wij specifieke aandacht vragen voor de cultuurhistorische waarden. Het gaat om de Lopikerwaard, de Ronde Venen en om gebieden rond Kockengen-Kamerik-Zegveld, Linschoten en Westbroek.
Deze gebieden maken door diverse kleinschalige ontwikkelingen een geleidelijke transformatie door, die uiteindelijk grote gevolgen kan hebben voor het aanzien. Daarom verdienen de cultuurhistorische waarden van deze agrarische cultuurlandschappen aandacht in ruimtelijke plannen. Het gaat bijvoorbeeld om natuurontwikkeling, veranderende kernranden, functieverandering van vrijkomende agrarische gebouwen en percelen, en agrarische schaalvergroting.

De bijlage Cultuurhistorie van de Provinciale Ruimtelijke Verordening bevat een beschrijving van de specifieke kenmerken van de verschillende zones agrarisch cultuurlandschap.

Realisatie
Provinciaal belang
Behouden en versterken van de kwaliteit van de cultuurhistorische hoofdstructuur.
Provinciale rol
Reguleren

Reguleren (PRV)

Gemeenten stellen bij planontwikkeling voorwaarden gericht op instandhouding van karakteristieke structuren van het agrarisch cultuurlandschap (artikel 2.8).


4.3.4 CHS-Archeologie
Beleid
Ons beleid richt zich op het bevorderen van duurzaam behoud en beheer van de archeologische resten in de bodem (‘in situ’). Wij werken dit beleid uit, bij voorkeur in de Structuurvisie voor de Ondergrond die wij overwegen op te stellen. Hierin zullen wij aangeven welk beschermingsregime geldt voor welke gebieden. Als ruimtelijke ingrepen onvermijdelijk zijn vragen wij aandacht voor het op goede wijze uitvoeren van archeologisch onderzoek. Ten slotte richten wij ons op het versterken van de zichtbaarheid en de beleefbaarheid van archeologisch erfgoed, ook als inspiratiebron voor ruimtelijke ontwikkeling.

Toelichting
Het archeologisch erfgoed is een belangrijke bron van informatie over de bewoningsgeschiedenis van onze provincie. Het merendeel van dit erfgoed ligt onder de grond, is dus onzichtbaar en kwetsbaar voor ruimtelijke ontwikkelingen waarbij ingrepen in de bodem worden gedaan. Moderne ingrepen als diepploegen, overbemesting en verlaging van het grondwaterpeil hebben een negatieve invloed op de kwaliteit van de archeologische resten.

Onze focus voor archeologie ligt op drie gebieden: de Romeinse Limes, de Utrechtse Heuvelrug en Dorestad (Wijk bij Duurstede). De Limes staat voor het verhaal van de Romeinse soldaten in hun forten, én voor het verhaal van de inheemse bevolking en de wisselwerking tussen beide groepen (periode 12 BC – AD 450 ). Voor de Limes werken we nauw samen met de andere Limesprovincies en met het Rijk. Gezamenlijk zetten we ons ook in voor nominatie van het Nederlandse deel van de Limes als UNESCO-werelderfgoed.
Het stuwwallenlandschap van de Utrechtse Heuvelrug kent een stapeling van cultuurhistorische kwaliteiten uit verschillende perioden, lopend van de Steentijd (Kwintelooyen) tot de Tweede Wereldoorlog, en beschermen wij juist vanwege deze variatie en rijkdom.
Dorestad is van groot archeologische belang, omdat hier in de 7e tot 9e eeuw AD een internationale handelsnederzetting lag.

De bijlage Cultuurhistorie van de Provinciale Ruimtelijke Verordening bevat een nadere beschrijving van de specifieke kenmerken van de genoemde archeologische zones.

Realisatie
Provinciaal belang
Behouden en versterken van de kwaliteit van de cultuurhistorische hoofdstructuur.
Provinciale rol
Reguleren, participeren

Reguleren (PRV)

Gemeenten nemen in bestemmingsplannen regels op die het behoud van de aanwezige archeologische waarden waarborgen (artikel 2.8).

Participeren

- voorbereiden nominatie van de Limes als UNESCO Werelderfgoed;

- gebiedsontwikkeling voormalig castellum Fectio (Bunnik) tot archeologisch park via de Agenda Vitaal Platteland.