Bestemmingsplan ‘Vrijstaande woning Schenkeldijk ong. Strijen’
Gemeente Hoeksche Waard
Regels
Planstatus: vaststelling 12
december 2023
Na uitspraak Afdeling bestuursrechtspraak
van de Raad van State d.d. 16 oktober 2024, nr. 202401517/1/R3
Artikel 5 Waarde – Archeologie
Artikel 8 Specifieke gebruiksregels
Artikel 9 Algemene afwijkingsregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
-Kavelpaspoort, Ars Virens d.d. 21 april 2023
-Uitspraak Raad van State ECLI:NL:RVS:2024:4176 - 16-10-2024
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan
het bestemmingsplan ‘Schenkeldijk ong. Strijen’ met identificatienummer NL.IMRO.1963.BPSTRSchdijkong22-VG02 van de gemeente Hoeksche Waard;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels;
1.3 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge dit bestemmingsplan regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.5 aan- en uitbouw
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw of een deel van een gebouw dat door zijn verschijningsvorm een ondergeschikte bouwmassa vormt.
1.6 aan-huis-verbonden beroep
een dienstverlenend beroep, dat in of bij een woning door de bewoner wordt
uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat
een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
1.7 archeologische waarde
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende
overblijfselen uit oude tijden.
1.7 archeologisch deskundige
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke deskundige of
commissie van deskundigen inzake archeologie.
1.9 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
1.10 bed & breakfast
een overnachtingsaccommodatie gericht op het bieden van een mogelijkheid voor toeristisch verblijf met het serveren van ontbijt. Een bed & breakfast is gevestigd in een woonhuis of bijgebouw, wordt gerund door de eigenaren van de betreffende woning en heeft maximaal 10 gasten.
1.11 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.12 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.13 bijbehorend bouwwerk
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
1.14 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
1.15 bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
1.16 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegestaan;
1.17 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten tenzij in de regels anders is bepaald.;
1.18 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.19 bijgebouw
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
1.20 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.21 dienstverlening
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via
een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus,
kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, internetwinkels en bankfilialen, zulks met uitzondering van horecabedrijven en seksinrichtingen;
1.22 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.23 hoofdgebouw
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen als het
belangrijkste gebouw valt aan te merken;
1.24 kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten
het in of bij de woning door de bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van
activiteiten, waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Besluit omgevingsrecht geldt en waarbij de woning in overwegende mate
zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past.
1.25 mantelzorg
intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond.
1.26 peil
1.27 Voorgevel
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of uitstraling als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
1.28 voorgevelrooilijn
1. de evenwijdig aan de as van de weg gelegen lijn, welke, zoveel mogelijk aansluitend aan de ligging van de voorgevels van de bestaande bebouwing, een zoveel mogelijk gelijkmatig beloop van de rooilijn overeenkomstig de richting van de weg geeft;
1. bij een wegbreedte van ten minste 10 meter, de lijn gelegen op 15 meter uit de as van de weg;
2. bij een wegbreedte geringer dan 10 meter, de lijn gelegen op 10 meter uit de as van de weg.
1.29 woning
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de zelfstandige huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
Bij de toepassing van de regels wordt als volgt gemeten:
2.1 afstand
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstand het kleinst zijn.
2.2 bouwhoogte van een antenne-installatie
a. ingeval van een vrijstaande (schotel)antenne-installatie: tussen het peil en het
hoogste punt van de (schotel)antenne-installatie;
b. ingeval van een op of aan een bouwwerk gebouwde (schotel)antenne-installatie:
tussen de voet van de (schotel)antenne-installatie en het hoogste punt van de
(schotel)antenne-installatie.
2.3 bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen
gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals
schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.4 breedte, lengte
en diepte van een bouwwerk
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
2.5 goothoogte van
een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot/de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.6 dakkapel en goothoogte
Bij toepassing van het meten van de goothoogte van een bouwwerk worden dakkapellen buiten beschouwing gelaten. De goothoogte wordt dan gemeten vanaf het peil tot aan de goot van de dakkapel. Deze bepaling geldt niet voor dakkapellen waarvan de gezamenlijke breedte meer bedraagt dan 50% van de breedte van het betreffende dakvlak.
2.7 inhoud van een
bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.8 oppervlakte van
een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
2.9 vloeroppervlakte
de gebruiksvloeroppervlakte volgens NEN 2580.
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Tuin'
aangewezen gronden zijn bestemd voor tuinen, waaronder ook water wordt
verstaan, bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen en voor de
ontsluiting naar de openbare weg.
3.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden
de volgende regels:
3.3 Voorwaardelijke verplichting
De inrichting van het erf moet binnen 12 maanden na het in
gebruik nemen van een woning conform het bepaalde in het Kavelpaspoort d.d. 21
april 2023 (bijlage 1 behorende
bij de regels van dit bestemmingsplan) gerealiseerd zijn en vervolgens in
stand worden gehouden.
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. het wonen al dan niet in combinatie met aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
met daaraan ondergeschikt:
b. bed & breakfast met een maximum van 2 kamers en 5 bedden;
met de daarbij behorende:
c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
d. voorzieningen zoals erven, paden, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, tuinen en water.
4.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
a. op deze gronden mogen woningen met aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen en gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
b. het hoofdgebouw mag alleen in het bouwvlak worden gebouwd;
c. de voorgevel van de woning moet worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding ‘gevellijn’;
d. de hellingshoek van het dak van het hoofdgebouw bedraagt ten minste 400 en ten hoogste 550 graden
e. verder
geldt het volgende:
|
max. aan- tal per bouwvlak |
max. oppervlakte |
max. |
max. bouw- hoogte |
min. afstand |
woningen exclusief aan-, uit- en bijgebouwen |
één |
775 m³ |
3.5 m |
9.0 |
tot zijdelingse perceelsgrens: 5 m |
aan-, uit- en bijgebouwen en overkappingen (exclusief ondergrondse bouwlagen) zonder specifieke bouwaanduiding |
|
75 m² |
3.0 m |
9.5 |
tot zijdelingse perceelsgrens: 1 m |
bouwwerken, geen gebouwen zijnde (met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen) |
|
|
|
2 m |
|
Erf- of terreinafscheidingen: |
|
|
|
1 m
1 m
2 m |
|
4.3 Voorwaardelijke verplichting
a.
Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een woning
en/of bijbehorende bebouwing wordt slechts verleend indien is aangetoond dat
aan de uitgangspunten zoals opgenomen in het Kavelpaspoort d.d. 21 april 2023 (bijlage 1 behorende bij
de regels van dit bestemmingsplan) wordt voldaan.
b. De
inrichting van het erf moet binnen 12 maanden na het in gebruik nemen van een
woning conform het bepaalde in het Kavelpaspoort d.d. 21 april 2023 (bijlage 1 behorende bij de regels van dit bestemmingsplan)
gerealiseerd zijn en vervolgens in stand worden gehouden.
4.4 Specifieke gebruiksregels
a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten bedraagt ten hoogste 30% van het vloeroppervlak van de betrokken woning met een maximum van 80 m² met inachtneming van het volgende:
1. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
2. ten behoeve van de gewijzigde functie geen extra parkeergelegenheden noodzakelijk zijn;
3. het gebruik heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
4. er mag geen horeca of detailhandel plaatsvinden, uitgezonderd een beperkte verkoop ondergeschikt aan de uitoefening van de bedrijfsmatige activiteiten;
5. degene die de activiteiten verricht dient tevens de gebruiker van de eigenlijke woning te zijn;
b. inwoning ten behoeve van mantelzorg is toegestaan;
c. prostitutiebedrijven zijn niet toegestaan.
d. paardenbakken buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
4.5 Afwijking van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 4.1 ten behoeve van het creëren een zelfstandige woonvorm in een bijgebouw of een niet via het hoofdgebouw toegankelijke aanbouw ten behoeve van mantelzorg, met inachtneming van het volgende:
a. er dient aantoonbaar sprake te zijn van een zorgbehoefte, welke van tijdelijke aard is;
b. per perceel blijft er sprake van 1 huishouding;
c. indien de noodzaak van mantelzorg vervalt, dient het gebruik van het bijgebouw of de niet via het hoofdgebouw toegankelijke aanbouw als afhankelijke woonruimte te worden beëindigd;
d. nieuwbouw ten behoeve van mantelzorg is toegestaan, mits het oppervlak aan bijgebouwen binnen de bebouwingsregeling blijft zoals opgenomen in lid 26.2;
e. het bijgebouw of de niet via het hoofdgebouw toegankelijke aanbouw in gebruik voor mantelzorg mag geen extra of nieuwe zelfstandige woning vormen;
f. het gebruik van een bijgebouw of de niet via het hoofdgebouw toegankelijke aanbouw mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
g. het bijgebouw of de niet via het hoofdgebouw toegankelijke aanbouw dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn.
Artikel 5 Waarde - Archeologie
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde – Archeologie' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - tevens bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
5.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
1. de aanvrager van de
omgevingsvergunning een rapport heeft overlegd waarin de archeologische waarde
van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in
voldoende mate is vastgesteld;
2. de betrokken archeologische
waarden, gelet op dit rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of
mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de bouwvergunning regels te
verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het
doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door een
archeologische deskundige;
1. vervanging, vernieuwing of
verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen
op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de
bestaande fundering;
2. een bouwwerk met een
oppervlakte van ten hoogste 100 m²;
3. een bouwwerk dat zonder
graafwerkzaamheden dieper dan 30 cm en zonder heiwerkzaamheden kan worden
geplaatst.
5.3 Omgevingsvergunning aanleg werken
5.3.1 Aanlegverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie' zonder of in afwijking van een schriftelijke omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
a. het uitvoeren van grondbewerkingen op een grotere diepte of hoogte dan 30 cm, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage;
b. het uitvoeren van heiwerkzaamheden en het op een of ander wijze indrijven van voorwerpen;
c. het verlagen of verhogen van het waterpeil;
d. het aanleggen of rooien van bos of boomgaard waarbij stobben worden verwijderd;
e. het aanleggen van ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.
5.3.2 Uitzondering op het aanlegverbod
Het verbod van 5.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 7 Algemene bouwregels
7.1 Toegelaten bouwwerken met afwijkende maten
inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel
gebouwd kan worden en dat in het plan ingevolge de bestemming is toegelaten,
maar waarvan de bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen
afwijken van de maatvoeringbepalingen in de bouwregels van de betreffende
bestemming, geldt dat:
1. bestaande maten, die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden;
2. bestaande maten, die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten minste toelaatbaar worden aangehouden.
b. Ingeval van herbouw is lid a onder 1 en 2 uitsluitend van toepassing, indien de
herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt.
c. Op een bouwwerk zoals bedoeld in sub a, is het Overgangsrecht bouwwerken als opgenomen in dit plan niet van toepassing.
7.2 Overschrijding bouwgrenzen
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van
aanduidingsgrenzen, aanduidingen en bestemmingsregels worden overschreden door:
hellingbanen, funderingen, balkons, entreeportalen, veranda's en afdaken, mits de
overschrijding ten hoogste 2,5 m bedraagt;
bedraagt;
hoogste 1,5 m bedraagt.
7.3 Ondergronds bouwen
In verband met de ligging nabij een waterkering is ondergronds bouwen niet toegestaan.
7.4 Voldoende parkeergelegenheid
Met betrekking tot het parkeren dient voldaan te worden aan de parkeernormen zoals opgenomen in de ‘Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent de parkeernormen’ d.d. 6 juli 2021, dan wel een nadien vastgestelde beleidsregel.
Artikel 8 Specifieke gebruiksregels
1. bed&breakfast is een nevenfunctie bij het wonen, een agrarisch bedrijf of daarmee gelijk te stellen functie;
2. de hoofdfunctie wonen blijft gehandhaafd;
3. bed&breakfast is voor wat betreft activiteit, omvang en schaalgrootte niet te vergelijken met een pension of hotel;
4.
het betreft een logiesaccommodatie voor
maximaal 10 personen en bestaande uit maximaal 7 kamers;
5. de voorziening wordt in de bestaande bebouwing gerealiseerd;
6. de accommodatie mag niet functioneren als zelfstandige wooneenheid.
toegestaan.
Artikel 9 Algemene afwijkingsregels
Burgemeester en wethouders kunnen – tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds kan worden afgeweken – bij omgevingsvergunning afwijken van de planregels voor:
Omgevingsvergunning wordt niet verleend, indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende
gronden en bouwwerken.
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
10.1 Overgangsrecht bouwwerken
1.
gedeeltelijk
worden vernieuwd of veranderd;
2.
na
het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of
veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan
binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
10.2 Overgangsrecht gebruik
a. Het gebruik van grond en
bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het
bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
b. Het is verboden het met het
bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a. te veranderen of te laten
veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze
verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
c. Indien het gebruik, bedoeld onder
a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer
dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten
of te laten hervatten.
d. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan ‘Vrijstaande woning Schenkeldijk ong. Strijen’.