Sneek - Spoorwegemplacement en Schuttersveld
Status: | Onherroepelijk |
Idn: | NL.IMRO.1900.2012oostBPspooschv-onhe |
HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS
Artikel 19 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 20 algemene gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen wordt in ieder geval gerekend:
het gebruik van de gronden voor de stalling en opslag van (aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken) voer-, vaar- en/of vliegtuigen, anders dan in het kader van de bedrijfsvoering;
het gebruik van de gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, grond, bodemspecie en puin en voor het storten van vuil, anders dan ten behoeve van de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bedrijfsvoering, bouwactiviteiten, werken en werkzaamheden;
het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting;
het gebruik van de gronden als standplaats voor kampeermiddelen.
Artikel 21 algemene aanduidingsregels
21.1 veiligheidszone - lpg
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' gelden de volgende regels.
21.1.1 bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemming(en) mogen op/in deze gronden geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd
21.1.2 Afwijken van de bouwregels
Er kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in lid 21.1.1 in die zin dat beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd, mits:
hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.
21.1.3 specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
het gebruik van de gronden en bouwwerken als kwetsbaar of beperkt kwetsbaar object.
21.1.3 specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
het gebruik van de gronden en bouwwerken als kwetsbaar of beperkt kwetsbaar object.
21.1.4 Afwijken van de gebruiksregels
Er kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in lid 21.1.3 in die zin dat de gronden en bouwwerken worden gebruikt als beperkt kwetsbaar object, mits:
hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.
21.1.5 wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:
de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - lpg' wordt verwijderd, mits de betreffende risicovolle inrichting ter plaatse is beëindigd;
de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - lpg' voor een risicovolle inrichting wordt gewijzigd (verkleind), mits:
voor de risicovolle inrichting een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is verleend of gewijzigd;
de ligging van de zone is afgestemd op de met deze vergunning corresponderende veiligheidsafstand ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
zich binnen de gewijzigde zone geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten bevinden.
Artikel 22 Algemene afwijkingsregels
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
de bij recht in de regels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages, indien dit om bouwtechnische redenen of om redenen van doelmatigheid van de bouw noodzakelijk is.
het bepaalde ten aanzien van het bouwen van gebouwen binnen het bouw- c.q. het bestemmingsvlak in die zin dat de grenzen van het bouw- c.q. het bestemmingsvlak naar de buitenzijde worden overschreden door:
plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen en schoorstenen;
gevel- en kroonlijsten en overstekende daken;
erkers over maximaal de halve gevelbreedte, ingangspartijen, luifels, balkons en galerijen;
mits: de bouwgrens met niet meer dan 1,50 m overschrijdend.
Artikel 23 algemene wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door:
aan gronden alsnog de medebestemming gebieden van archeologische en cultuurhistorische waarde 'Waarde - Archeologie 1' waarde toe te kennen indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat de begrenzing van de gronden met deze medebestemming, gelet op ter plaatse aanwezige archeologische waarden, aanpassing behoeft;
aan gronden alsnog de medebestemming gebieden van archeologische en cultuurhistorische waarde 'Waarde - Archeologie 2' waarde toe te kennen indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat de begrenzing van de gronden met deze medebestemming, gelet op ter plaatse aanwezige archeologische waarden, aanpassing behoeft.