Hieslum en Gaast
Status: | Onherroepelijk |
Idn: | NL.IMRO.1900.2012WestBPhiegaas-onhe |
Artikel 5 Bedrijf
5.1 bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
de uitoefening van bedrijven die zijn genoemd in Bijlage 1 Bedrijvenlijst onder de categorieën 1 en 2;
met de daarbijbehorende:
bedrijfsgebouwen;
bedrijfswoningen, ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning";
bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen;
parkeervoorzieningen;
met daaraan ondergeschikt:
groenvoorzieningen;
water;
nutsvoorzieningen;
tuinen, erven en terreinen;
andere bouwwerken.
5.2 bouwregels
5.2.1 Bedrijfsgebouwen
Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:
een gebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd;
per bouwvlak zullen gebouwen ten behoeve van één bedrijf worden gebouwd;
de goot- en bouwhoogte van een gebouw zal ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte (m)" aangegeven hoogte bedragen;
de dakhelling van een gebouw zal ten minste 20° bedragen.
5.2.2 Bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
een bedrijfswoning mag uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning" te worden gebouwd;
er zal ten hoogste één bedrijfswoning per bedrijf worden gebouwd;
de goot- en bouwhoogte van een bedrijfswoning zal ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte (m)" aangegeven hoogte bedragen;
de dakhelling van een bedrijfswoning zal ten minste 20° en ten hoogste 60° bedragen.
5.2.3 Bijbehorende bouwwerken en overkappingen bij een bedrijfswoning
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken en overkappingen bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken en overkappingen bij bedrijfswoningen zal ten hoogste 75 m² bedragen, met dien verstande dat ten hoogste 50% van het erf buiten het bouwvlak mag worden bebouwd, dan wel ten hoogste het bestaande percentage indien dit meer is;
de goothoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk of aangebouwde overkapping zal ten hoogste de hoogte van de vloer van de eerste verdieping van de bedrijfswoning vermeerderd met 0,25 m bedragen;
de bouwhoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk of aangebouwde overkapping zal ten hoogste de bouwhoogte van de bedrijfswoning verminderd met 1,00 m bedragen;
de goothoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk of overkapping zal ten hoogste 3,00 m bedragen;
de bouwhoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk of overkapping zal ten hoogste 6,00 m bdragen;
de dakhelling van een bijbehorend bouwwerk of overkapping zal ten minste 15° bedragen.
5.2.4 Andere bouwwerken
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende regels:
de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 1,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het (hoofd)gebouw of het verlengde daarvan ten hoogste 2,00 m zal bedragen;
de bouwhoogte van vlaggenmasten zal ten hoogste 8,00 m bedragen;
de bouwhoogte van overige andere bouwwerken zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
5.3 nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:
een goede woonsituatie;
de sociale veiligheid;
de milieusituatie;
de verkeersveiligheid; en
de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
5.4 specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
het gebruik van de gronden voor geluidszoneringsplichtige inrichtingen, risicovolle inrichtingen en/of vuurwerkbedrijven;
het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor bewoning;
het gebruik van gronden en bouwwerken voor horeca;
het gebruik van de gronden en bouwwerken voor bedrijven die niet zijn genoemd in Bijlage 1 Bedrijvenlijst onder de categorieën 1 en 2;
het gebruik van gronden en bouwwerken voor detailhandel, met uitzondering van productiegebonden detailhandel.
5.5 Afwijken van de gebruiksregels
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, kan met omgevingsvergunning worden afgeweken van:
het bepaalde in lid 5.4 sub d in die zin dat tevens bedrijven worden gevestigd die naar de aard en de invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven die zijn genoemd in Bijlage 1 Bedrijvenlijst onder de categorieën 1 en 2, op de voorwaarde dat:
het geen geluidszoneringsplichtige inrichtingen, risicovolle inrichtingen en/of vuurwerkbedrijven betreft;
het gaat om bedrijven die niet zijn genoemd in Bijlage 1 Bedrijvenlijst, maar die qua milieubelasting gelijkwaardig zijn aan de bedrijven die wel worden genoemd of bedrijven die wel zijn genoemd in Bijlage 1 Bedrijvenlijst onder een hogere categorie dan 2, maar in een individueel geval feitelijk een lagere milieubelasting hebben.