Artikel 3 Gemengd
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Gemengd aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
bedrijven in de milieucategorieën 1 tot en met 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, dienstverlening, kantoren, maatschappelijke voorzieningen en reguliere horeca, met dien verstande dat het gezamenlijk bruto vloeroppervlak van deze functies niet meer mag zijn dan 750 m2;
-
wonen, met dien verstande dat het aantal wooneenheden niet meer dan 220 mag zijn;
-
aan huis verbonden beroepen, mits de oppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlakte van de woning tot een maximum van 30m2 waarbij geldt dat:
-
geen onevenredige druk op de bestaande parkeermogelijkheden bij de woning en in de omgeving van de woning mag ontstaan;
-
geen detailhandel is toegestaan;
-
wegen en straten, wandel- en fietspaden met een functie gericht op verblijf alsmede de afwikkeling van het doorgaande verkeer;
-
parkeer-, groen- en speelvoorzieningen.
-
water;
-
nutsvoorzieningen;
met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
Gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak;
-
de bouwhoogte mag maximaal de ter plaatse van de aanduiding maximale bouwhoogte aangegeven bouwhoogte bedragen;
-
het oprichten van woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen is slechts toegestaan indien de woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen voorzien zijn van een dove gevel tenzij:
-
de woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben;
-
of de woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde. [deze bepaling is met uitspraak 201109858/1/R1 vernietigd en vervangen door de volgende bepaling:]
-
de woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen dienen te zijn voorzien van een dove gevel tenzij:
-
de woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben;
-
of de woningen en andere geluidgevoelige gebouwen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde.
3.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
-
De bouwhoogte van lichtmasten mag maximaal 6 m bedragen;
-
De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde mogen maximaal 3 m bedragen.
3.3 Afwijking van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:
-
het bepaalde in artikel a voor het toestaan van een groter bruto vloeroppervlak, mits:
-
het maatschappelijke voorzieningen voor zorg- en welzijnsinstellingen betreft;
-
geluidgevoelige gebouwen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en de geluidgevoelige gebouwen niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben, of de geluidgevoelige gebouwen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde;
-
het bepaalde in artikel b voor het toestaan van een groter aantal wooneenheden, mits:
-
er woningen gerealiseerd worden met een bruto vloeroppervlak kleiner dan 70 m2;
-
de woningen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en de woningen niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben, of de woningen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde.
-
het bepaalde in artikel 3.1 voor het toestaan van een aan huis verbonden bedrijf, mits:
-
de oppervlakte maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen bedraagt tot een maximum van 45 m2;
-
er geen sprake is van een duurzame ontwrichting van de bestaande distributieve voorzieningen of een ernstige verstoring van de verzorgingsstructuur;
-
er geen detailhandel plaatsvindt behalve als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf.
Artikel 4 Groen
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
-
paden, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
-
parkeervoorzieningen;
-
nutsvoorzieningen;
-
geluidswerende voorzieningen;
met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde, wegen en verhardingen
en met inachtneming van de keur van het waterschap.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
gebouwen zijn niet toegestaan;
4.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
-
de bouwhoogte van lichtmasten mag maximaal 6 m bedragen;
-
de bouwhoogte van geluidsschermen mag maximaal 2 m bedragen;
-
overige bouwwerken geen gebouwen zijnde mogen maximaal 3 m bedragen.
Artikel 5 Verkeer
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
wegen en straten, wandel- en fietspaden met een functie gericht op verblijf alsmede de afwikkeling van het doorgaande verkeer;
-
parkeer-, groen- en speelvoorzieningen;
-
nutsvoorzieningen;
-
waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
met bijbehorende gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
gebouwen zijn niet toegestaan;
5.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
-
de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde mag, anders dan voor de wegaanduiding, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer maximaal 2 m bedragen.
Artikel 6 Water
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen, met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde waaronder steigers, bruggen, dammen en/of duikers.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
gebouwen zijn niet toegestaan.
6.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, anders dan voor waterwegaanduiding, geleiding of tolheffing, geldt dat:
-
de bouwhoogte voor bruggen en viaducten maximaal 8 m mag bedragen;
-
de bouwhoogte van steigers niet meer mag bedragen dan maximaal 0,5 meter boven het gemiddelde waterpeil;
-
de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouw zijnde mag maximaal 4 bedragen;
Artikel 7 Wonen - 1
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Wonen-1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
wonen
-
aan huis verbonden beroepen, mits de oppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlakte van de woning tot een maximum van 30m2 waarbij geldt dat:
-
geen onevenredige druk op de bestaande parkeermogelijkheden bij de woning en in de omgeving van de woning mag ontstaan;
-
geen detailhandel is toegestaan;
-
parkeer-, groen- en speelvoorzieningen, water;
met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen, paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
7.2 Bouwregels
7.2.1 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
-
Hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
-
de horizontale diepte mag maximaal 10 m bedragen;
-
de bouwhoogte mag maximaal de ter plaatse van de aanduiding maximale bouwhoogte aangegeven bouwhoogte bedragen;
-
het oprichten van woningen is slechts toegestaan indien de woningen voorzien zijn van een dove gevel tenzij:
-
de woningen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en de woningen niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben;
-
of de woningen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde. [deze bepaling is met uitspraak 201109858/1/R1 vernietigd en vervangen door de volgende bepaling:]
-
de woningen dienen te zijn voorzien van een dove gevel tenzij:
-
de woningen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en de woningen niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben;
-
of de woningen en andere geluidgevoelige gebouwen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde.
7.2.2 Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen
Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
-
De gezamenlijk oppervlakte mag maximaal 40 m2 bedragen per hoofdgebouw;
-
Aan- en uitbouwen dienen te voldoen aan de volgende kenmerken:
-
de horizontale diepte gemeten vanuit de voorgevel van het hoofdgebouw mag maximaal 3 m bedragen;
-
de horizontale diepte gemeten vanuit de achtergevel van het hoofdgebouw mag maximaal 3 m bedragen;
-
de horizontale diepte gemeten vanuit de zijgevel van het hoofdgebouw mag maximaal 3 m bedragen;
-
de bouwhoogte mag maximaal 3,5 m bedragen.
-
Bijgebouwen dienen te voldoen aan de volgende kenmerken:
-
de bouwhoogte bedraagt maximaal 3 m;
7.2.3 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
-
De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 3m bedragen;
-
De bouwhoogte van pergola’s mag maximaal 3,5 m bedragen;
-
De bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde mag maximaal 2 m bedragen.
7.3 Afwijking van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.1 voor het toestaan van een aan huis verbonden bedrijf, mits:
-
de oppervlakte maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen bedraagt tot een maximum van 45 m2;
-
er geen sprake is van een duurzame ontwrichting van de bestaande distributieve voorzieningen of een ernstige verstoring van de verzorgingsstructuur;
-
er geen sprake is van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
-
er geen detailhandel plaatsvindt behalve als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf.
Artikel 8 Wonen - 2
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Wonen-2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
wonen
-
aan huis verbonden beroepen, mits de oppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlakte van de woning tot een maximum van 30m2 waarbij geldt dat:
-
geen onevenredige druk op de bestaande parkeermogelijkheden bij de woning en in de omgeving van de woning mag ontstaan;
-
geen detailhandel is toegestaan;
-
parkeer-, groen- en speelvoorzieningen, water;
met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen, paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Gebouwen
Voor gebouwen gelden de volgende regels:
-
gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
-
de bouwhoogte mag maximaal de ter plaatse van de aanduiding maximale bouwhoogte aangegeven bouwhoogte bedragen;
-
het oprichten van woningen is slechts toegestaan indien de woningen voorzien zijn van een dove gevel tenzij:
-
de woningen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en de woningen niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben;
-
of de woningen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde. [deze bepaling is met uitspraak 201109858/1/R1 vernietigd en vervangen door de volgende bepaling:]
-
de woningen dienen te zijn voorzien van een dove gevel tenzij:
-
de woningen voldoen aan de door het bevoegd gezag vastgestelde hogere grenswaarde en de woningen niet meer dan 55 dB(A) aan industrielawaai op de gevel van het hoofdgebouw hebben;
-
of de woningen en andere geluidgevoelige gebouwen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde.
8.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Voor bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
-
de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 3m bedragen;
-
de maximale bouwhoogte van pergola’s mag maximaal 3,5 m bedragen;
-
overige bouwwerken geen gebouwen zijnde mogen maximaal 2 m bedragen.
8.3 Afwijking van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.1 voor het toestaan van een aan huis verbonden bedrijf, mits:
-
de oppervlakte maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen bedraagt tot een maximum van 45 m2;
-
er geen sprake is van een duurzame ontwrichting van de bestaande distributieve voorzieningen of een ernstige verstoring van de verzorgingsstructuur;
-
er geen sprake is van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
-
er geen detailhandel plaatsvindt behalve als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf.
Artikel 9 Waterstaat - Waterkering
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Waterstaat - Waterkering aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming, het onderhoud en de verbetering van de waterkering, met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde zoals duikers, keerwanden en merktekens.
9.2 Bouwregels
9.2.1 Algemeen
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (Artikel 3 tot en met Artikel 8) mag alleen ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd.
9.2.2 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Gebouwen zijn niet toegestaan.
9.2.3 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
De bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde mag maximaal 3 m bedragen.
9.3 Afwijking van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de beheerder van de waterkering.
9.4 Omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden
9.4.1 Omgevingsvergunningplichtige werken
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in artikel 9.1 bedoelde gronden de volgende andere-werken uit te voeren:
-
het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;
-
het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;
-
het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen;
-
het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
-
het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen en aanplanten van gronden en het rooien en/of kappen van bos of andere houtgewassen.
9.4.2 Advies beheerder waterkering
Een omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van de beheerder van de waterkering.
9.4.3 Uitzonderingen
Geen omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is nodig voor:
-
andere-werken die het normale onderhoud, gebruik en beheer betreffen;
-
andere-werken die op het moment van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde dan wel verleende vergunning.
|