direct naar inhoud van Artikel 12 Recreatie
Plan: Buitengebied De Zandleij 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2010020-d001

Artikel 12 Recreatie

12.1 Bestemmingsomschrijving
12.1.1 Functie

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. dagrecreatieve voorzieningen;
  • b. bijbehorende en ondergeschikte tuinen en erven;
  • c. bijbehorende en ondergeschikte verharde en onverharde paden en wegen;
  • d. bijbehorende en ondergeschikte groenvoorzieningen;
  • e. bijbehorende en ondergeschikte speelvoorzieningen;
  • f. bijbehorende en ondergeschikte objecten voor beeldende kunst;
  • g. recreatief medegebruik en evenementen;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • i. bouwwerken van algemeen nut.
12.1.2 Functie-aanduidingen
  • a. Ter plaatse van de aanduiding 'speelvoorziening' zijn de voor 'Recreatie' aangewezen gronden uitsluitend bestemd voor speelvoorzieningen met bijbehorende (groen)voorzieningen, verharde en onverharde paden.
  • b. Ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' zijn de voor 'Recreatie' aangewezen gronden mede bestemd voor een camping met bijbehorende voorzieningen.
  • c. Ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie' zijn de voor 'Recreatie' aangewezen gronden uitsluitend bestemd voor dagrecreatieve voorzieningen ten behoeve van de camping.
  • d. Ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsgebied' zijn de voor 'Recreatie' aangewezen gronden mede bestemd voor verblijfsrecreatieve voorzieningen ten behoeve van de camping, zulks in de vorm van staanplaatsen voor kampeermiddelen (zoals tenten, kampeerauto's en toercaravans).
  • e. Ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' zijn de voor 'Recreatie' aangewezen gronden mede bestemd voor verblijfsrecreatieve voorzieningen ten behoeve van de camping, zulks in de vorm van:
    • 1. stacaravans;
    • 2. staanplaatsen voor kampeermiddelen (zoals tenten, kampeerauto's en toercaravans);
    • 3. bijbehorende (gemeenschappelijke) voorzieningen, zoals (een) winkel(s), kantine(s), restaurant(s), wasserette(s), parkeerterrein(en) en sanitaire voorzieningen.
  • f. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' zijn de voor 'Recreatie' aangewezen gronden mede bestemd voor een bedrijfswoning (één bedrijfswoning per functie-aanduidingsvlak).
  • g. Ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' zijn de voor 'Recreatie' aangewezen gronden uitsluitend bestemd voor een parkeerterrein ten behoeve van de camping.
12.2 Bouwregels
12.2.1 Algemeen

Bestaande bebouwing welke krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk is opgericht en in overeenstemming is met de bestemming volgens dit plan, maar afwijkend van één of meer bebouwingsregels, wordt geacht aan het plan te voldoen. Hieronder wordt tevens vergunde bebouwing verstaan, die nog moet worden opgericht.

12.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd. Indien geen bouwvlak is aangegeven, geldt het bestemmingsvlak als zodanig. Indien tussen bestemmingsvlakken de figuuraanduiding 'relatie' is aangegeven, worden deze bestemmingsvlakken aangemerkt als één bestemmingsvlak.
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'speelvoorziening' mogen geen gebouwen worden gebouwd, uitgezonderd ingevolge de regels toegelaten, als gebouwen aan te merken bouwwerken van algemeen nut.
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie' mogen geen gebouwen worden gebouwd, uitgezonderd ingevolge de regels toegelaten, als gebouwen aan te merken bouwwerken van algemeen nut.
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsgebied' mogen geen gebouwen worden gebouwd, uitgezonderd ingevolge de regels toegelaten, als gebouwen aan te merken bouwwerken van algemeen nut.
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' mogen gebouwen worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met dien verstande dat:
    • 1. gebouwen mogen worden gebouwd op een afstand van ten minste 5 m van de (zijdelingse) bouwperceelsgrenzen;
    • 2. een standplaats voor een stacaravan niet minder dan 150 m² groot mag zijn;
    • 3. een standplaats voor maximaal 35% mag worden bebouwd, zulks met een maximum van 60 m²;
    • 4. voor stacaravans en bijgebouwen een maximale bouwhoogte geldt van 3,5 m;
    • 5. voor overige gebouwen een maximale bouwhoogte geldt van 5 m;
    • 6. de gezamenlijke oppervlakte van de ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' toegelaten gebouwen, niet zijnde bedrijfswoningen, maximaal 4.000 m² mag bedragen.
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' mag een bedrijfswoning worden gebouwd (één bedrijfswoning per functie-aanduidingsvlak), met dien verstande dat:
    • 1. een bedrijfswoning mag worden gebouwd op een afstand van ten minste 5 m van de (zijdelingse) bouwperceelsgrenzen;
    • 2. de inhoud van een bedrijfswoning niet meer mag bedragen dan 750 m³;
    • 3. de bouwhoogte van een bedrijfswoning niet meer mag bedragen dan 7 m;
    • 4. de goothoogte van een bedrijfswoning niet meer mag bedragen dan 3,5 m;
    • 5. per bedrijfswoning maximaal 75 m² aan bijgebouwen is toegestaan, waarbij geldt dat de goothoogte van een bijgebouw niet meer dan 3 m en de bouwhoogte van een bijgebouw niet meer dan 4,5 m mag bedragen.
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' mogen geen gebouwen worden gebouwd, uitgezonderd ingevolge de regels toegelaten, als gebouwen aan te merken bouwwerken van algemeen nut.
12.2.3 Bouwwerken van algemeen nut

Voor het bouwen van bouwwerken van algemeen nut gelden de volgende regels:

  • a. bouwwerken van algemeen nut mogen binnen het gehele bestemmingsvlak worden opgericht.
  • b. de maximale hoogte van bouwwerken van algemeen nut bedraagt 3,5 m.
  • c. de maximale oppervlakte van bouwwerken van algemeen nut bedraagt 50 m².
12.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. op of in deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden opgericht ten behoeve van de op grond van 12.1.1 en 12.1.2 toegelaten functies.
  • b. de toegelaten bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen binnen het gehele bestemmingsvlak worden gebouwd.
  • c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m.
  • d. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 5 m.
12.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:

  • a. de situering en afmeting van gebouwen, bouwwerken van algemeen nut en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van:
    • 1. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de verkeersveiligheid;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de brandveiligheid;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
  • b. werken ten behoeve van nutsvoorzieningen (waaronder kabels en leidingen), verkeers- en vervoersvoorzieningen en groenvoorzieningen.
12.4 Afwijken van de bouwregels
12.4.1 Binnenplans afwijken

Het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen voor het binnenplans afwijken van:

  • a. het bepaalde in 12.2.2 voor het bouwen van gebouwen op een afstand tot de (zijdelingse) bouwperceelsgrenzen, kleiner dan 5 m;
  • b. het bepaalde in 12.2.2 met betrekking tot de maximale goot- en bouwhoogte, zulks tot een hoogte van maximaal 10 m;
  • c. het bepaalde in 12.2.4 voor de hoogte van erfafscheidingen, zulks tot een hoogte van maximaal 3 m;
  • d. het bepaalde in 12.2.4 voor de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zulks tot een hoogte van maximaal 15 m.
12.5 Specifieke gebruiksregels
12.5.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik van gronden en bouwwerken strijdig met de bestemming wordt in elk geval gerekend:

  • a. het storten van puin en afvalstoffen, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
  • b. opslag van gerede of ongerede goederen, zoals vaten, kisten bouwmaterialen, werktuigen, machines en onderdelen hiervan, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
  • c. opslag van gebruiksklare of onklare voer- en vaartuigen of onderdelen daarvan, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
  • d. het ter plaatse van de aanduidingen 'verblijfsgebied' en 'verblijfsrecreatie' in totaal (opgeteld) aanbieden van meer dan 80 staanplaatsen voor kampeermiddelen (zoals tenten, kampeerauto's en toercaravans).