Artikel 22 Algemene wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen om de volgende activiteiten toe te staan:
ambachtelijke bedrijven tot een maximale oppervlakte van 400 m²;
agrarisch technische hulpbedrijven tot een maximale oppervlakte van 400 m²;
agrarisch verwante bedrijven tot een maximale oppervlakte van 400 m²;
paardenhouderijen in de vorm van agrarische paardenhouderij of houderij gericht op transport en stalling van paarden;
kleinschalige inpandige recreatieve activiteiten, zowel dag- als verblijfsrecreatie;
maatschappelijke voorzieningen tot een maximale oppervlakte van 400 m²;
opslagactiviteiten tot een maximale oppervlakte van 400 m².
Wijziging is uitsluitend toegestaan indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
(Gedeeltelijke) sloop gaat voor (volledig) hergebruik.
De activiteiten in bijgebouwen mogen uitsluitend plaats vinden aan de achterzijde van het hoofdgebouw.
De activiteiten mogen geen uitstraling hebben en dienen inpandig plaats te vinden.
De beeldkwaliteit van gebouwen en gronden mag niet onevenredig aangetast worden.
De aanwezige groenvoorzieningen mogen niet onevenredig worden aangetast.
Er mag geen buitenopslag plaats vinden.
Parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden.
De ontwikkeling mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer.
Er mag geen sprake zijn van milieuhygiënische belemmeringen.
De ontwikkeling dient inpasbaar te zijn vanuit stedenbouwkundig-ruimtelijk oogpunt.
De economische haalbaarheid dient te zijn gegarandeerd.
Er dient rekening te worden gehouden met de gevolgen voor de waterhuishouding (waterkwaliteit en -kwantiteit).
Er dient te worden aangetoond dat geen archeologische belemmeringen aanwezig zijn, dan wel dat bescherming van de aanwezige archeologische waarden voldoende is gewaarborgd.