Gemeente:
Helmond
Plannaam:
Varenschut
Status:
Onherroepelijk
IDN naam:
NL.IMRO.0794.2900BP100251-4000

ARTIKEL 10 Wonen

 

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

woningen, met dien verstande dat het bestaande aantal woningen en het bestaande woningtype (vrijstaand) gehandhaafd dient te blijven,

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, tuinen en erven, leidingen, water, waterlopen, wateropvang- en infiltratievoorzieningen, parkeervoorzieningen, paden en overige verhardingen.

 

10.2 Bouwregels

 

10.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van woningen gelden de volgende bepalingen:

  1. woningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', waarbij de voorgevel in een naar de weg gekeerde bouwgrens dient te worden geplaatst;

  2. aantal bouwlagen, maximale goothoogte, maximale bouwhoogte, kapvorm en dakhelling als bestaand;

  3. de onderlinge afstand tussen het hoofdgebouw en een bijgebouw moet 2,50 m bedragen .

 

10.2.2 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende bepalingen:

  1. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduidingen 'bouwvlak' dan wel 'bijgebouwen';

  2. de gezamenlijke oppervlakte - voor zover niet gelegen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' - mag per woning maximaal 60 m² bedragen;

  3. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen minimaal 3 m achter de voorgevellijn te worden gebouwd;

  4. de goothoogte mag maximaal 3 m bedragen;

  5. de bouwhoogte mag maximaal 3 m bedragen, vermeerderd met de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens tot een maximum van 6 m.

 

10.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:

  1. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 1 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen maximaal 2 m mag bedragen, mits de afstand tot de voorgevellijn minimaal 3 m bedraagt;

  2. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag maximaal 5 m bedragen;

  3. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 3 m bedragen.

 

10.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik als bedoeld met deze bestemming wordt ten minste verstaan het gebruik van bouwwerken voor:

  1. de uitoefening van bedrijfsmatige activiteiten, zoals opgenomen in de Staat van Bedrijfsactiviteiten;

  2. permanente of tijdelijke bewoning in bijgebouwen;

  3. het gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting;

  4. aan huis gebonden beroepen, in het geval dat;

    1. de oppervlakte voor de beroepsuitoefening per woning meer bedraagt dan 30% van de begane grondoppervlakte van de woning en de daarbij behorende bijgebouwen dan wel in ieder geval meer bedraagt dan 60 m²;

    2. door de beroepsuitoefening onevenredige overlast of hinder voor de woonomgeving ontstaat;

    3. detailhandel plaatsvindt, niet zijnde detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit in direct verband met de betreffende beroepsuitoefening;

    4. de beroepsuitoefening nadelige invloed heeft op de afwikkeling van het verkeer en/of een onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaakt.

 

10.4 Afwijken van de gebruiksregels

 

10.4.1 Aan huis gebonden bedrijf

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21voor de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf, mits:

  1. de woning als zodanig blijft functioneren, waarbij in ieder geval de bedrijfsvloeroppervlakte (b.v.o.) per woning maximaal 30 % van de begane grondoppervlakte en de bij de woning behorende bijgebouwen mag bedragen, met dien verstande dat het b.v.o. in ieder geval maximaal 60 m² mag bedragen;

  2. het betreft een bedrijf in de milieucategorieën 1 of 2, zoals opgenomen in de Staat van Bedrijfsactiviteiten;

  3. door de bedrijfsuitoefening geen onevenredige overlast of hinder voor de woonomgeving ontstaat;

  4. er geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit in direct verband met de betreffende beroepsuitoefening;

  5. de bedrijfsuitoefening geen nadelige invloed heeft op de afwikkeling van het verkeer en/of een onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaakt.

 

10.4.2 Mantelzorg

a. Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 10.3 onder b voor het toestaan van tijdelijke bewoning in bijgebouwen ten behoeve van mantelzorg, mits:

1. de zorgbehoefte objectief is aangetoond;

2. mantelzorg plaatsvindt op een oppervlakte van maximaal 75 m2;

3. het bijgebouw een ruimtelijke eenheid vormt met de woning;

4. de tijdelijkheid van de situatie is verzekerd.

b. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een verleende omgevingsvergunning voor het gebruik van een bijgebouw voor mantelzorg in te trekken indien niet (meer) wordt voldaan aan bovenstaande voorwaarden.