10.1 bestemmingsomschrijving
10.1.1 algemeen
De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
woningen ter plaatse van de aanduidingen:
-
aaneengebouwd; aaneengebouwde woningen
-
gestapeld; gestapelde woningen
-
twee-aan-een; twee-aan-een gebouwde woningen
-
vrijstaand; vrijstaande woningen
-
het aantal woningen binnen de bestemming mag niet meer bedragen dan het aantal, ten tijde van de tervisielegging van het ontwerp van het plan, aanwezige woningen, met dien verstande dat voor zover op gronden ten tijde van de tervisielegging van dit plan nog geen woningen aanwezig zijn, het ter plaatse aangegeven maximaal aantal woningen als maximum geldt;
-
aan huis verbonden beroepen, mits de oppervlakte maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen bedraagt tot een maximum van 60 m2;
-
dienstverlenende bedrijven tot een maximale oppervlakte van 60 m², met dien verstande dat in voldoende mate verzekerd is dat geen onevenredige verkeers- en/of parkeeroverlast zal optreden;
alsmede voor bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tuinen en erven;
10.1.2 alsmede voor:
-
detailhandel, ter plaatse van de aanduiding ‘zone gemengde functies’ is opgenomen, met dien verstande dat:
-
het betreft een detailhandelsvestiging van plaatselijke verzorgende aard;
-
er geen onevenredige verstoring plaatsvindt van de structuur van het plaatselijk distributie-apparaat noch een onevenredige vergroting van een reeds bestaande verstoring;
-
in voldoende mate verzekerd is dat er geen onevenredige verkeers- en parkeeroverlast zal optreden voor het omringende woongebied;
-
bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, ter plaatse van de aanduiding ‘zone gemengde functies’ is opgenomen, met dien verstande dat de milieuhygiënische toelaatbaarheid van bedrijven wordt getoetst aan de verenigbaarheid met de woonfunctie;
-
maatschappelijke voorzieningen als ondergeschikte functie, ter plaatse van de aanduiding ‘zone gemengde functies’ is opgenomen, met dien verstande dat de schaal en omvang stedenbouwkundig inpasbaar is in de omgeving;
-
horeca voor zover afgestemd op het plaatselijke verzorgingsniveau, ter plaatse van de aanduiding ‘zone gemengde functies’ is opgenomen, met dien verstande dat:
-
er niet meer dan drie horecabedrijven gevestigd mogen zijn, om een onevenredig aantal horecabedrijven in het plangebied te voorkomen;
-
rekening gehouden wordt met omgevings- en milieufactoren.
10.2 bouwregels
10.2.1 gebouwen
Hoofdgebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:
-
gebouwd binnen het bouwvlak;
-
afstand tot de zijdelingse bouwperceelsgrens is bij woningen ter plaatse van
de aanduidingen:
-
vrijstaand; aan twee zijden minimaal 3 m;
-
twee-aan-een; aan één zijde minimaal 3 m;
-
aaneengebouwd; aan de niet-aangebouwde zijde van de eindwoningen minimaal 3 m,
-
of de bestaande afstand ten tijde van ter inzage legging van het ontwerpbestemmingsplan;
-
goothoogte maximaal de ter plaatse aangegeven maximale goothoogte;
-
bouwhoogte maximaal de ter plaatse aangegeven maximale bouwhoogte.
10.2.2 aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen
Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogen binnen en buiten het bouwvlak worden gebouwd en voldoen aan de volgende kenmerken:
-
gebouwd op het zij- en achtererf en minimaal 3 m achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw;
-
gezamenlijke oppervlakte voor zover gebouwd buiten het bouwvlak per hoofdgebouw maximaal:
-
60 m² voor bouwpercelen met een oppervlakte tot 200 m2;
-
65 m² voor bouwpercelen met een oppervlakte tot 250 m2;
-
75 m² voor bouwpercelen met een oppervlakte tot 500 m²;
-
100 m² voor bouwpercelen met een oppervlakte groter dan 500 m².
mits het bebouwingspercentage van het bouwperceel maximaal 50% is;
-
goothoogte maximaal 4 m;
-
bouwhoogte maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw - 2 m, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval 3 m mag bedragen en maximaal 6 m.
10.2.3 bouwwerken, geen gebouwen zijnde
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal:
-
erf- en terreinafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw 2,25 m;
-
pergola’s 2,25 m;
-
speeltoestellen 3 m;
-
vlaggenmasten 6 m;
-
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 2 m.
10.2.4 reclame-uitingen
Reclame-uitingen ten behoeve van een aan huis gebonden beroep voldoen aan de volgende kenmerken:
-
maximum oppervlak van 0,20 m²;
-
de reclame-uiting dient aan de gevel te worden aangebracht.
10.3 ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 10.2.2 onder a voor het bouwen van al of niet vrijstaande overkappingen, mits:
-
deze wordt opgericht op een minimale afstand van 1 meter achter (het verlengde van) de voorgevel, met dien verstande dat:
-
de afstand van de overkapping tot de voorste perceelsgrens minimaal 5 meter is;
-
de oppervlakte maximaal 25 m² is;
-
de bouwhoogte maximaal 3 m bedraagt;
-
er maximaal 1 overkapping wordt opgericht.
-
ontheffing als bedoeld in artikel 10.3.1 kan slechts worden verleend, mits:
-
de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
-
het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad.
10.4 specifieke gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 eerste lid Wro wordt mede verstaan een gebruik van (vrijstaande) bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.
10.5 ontheffing van de gebruiksregels
10.5.1 ontheffing aan huis verbonden bedrijf
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 10.1 jo. artikel 7.10 eerste lid Wro voor het toestaan van een aan huis verbonden bedrijf, mits:
-
de oppervlakte maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen bedraagt tot een maximum van 60 m2;
-
er geen sprake is van een duurzame ontwrichting van de bestaande distributieve voorzieningen of een ernstige verstoring van de verzorgingsstructuur;
-
het geen bedrijfsactiviteiten betreft die normaliter in een winkelcentrum of een
winkelstraat worden uitgeoefend;
-
er geen sprake is van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
-
er geen detailhandel plaatsvindt behalve als ondergeschikte nevenactiviteit bij
de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf;
-
een reclame-uiting voldoet aan de volgende kenmerken:
-
de reclame-uiting dient aan de gevel aangebracht te worden;
-
maximum oppervlak van 0,20 m²;
-
voor zover de reclame-uiting in de bestemming Tuin geplaatst wordt, dient voldaan te worden aan de voorwaarden welke binnen deze bestemming aan reclame-uitingen ten behoeve van een aan huis gebonden beroep zijn opgenomen.
10.5.2 vereisten ontheffing
Ontheffing als bedoeld in artikel 10.5.1 kan slechts worden verleend, mits:
-
de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
-
het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad.
10.5.3 ontheffing (vrijstaand) bijgebouw als afhankelijk woonruimte
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 10.4 jo. artikel 7.10 eerste lid Wro en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijk woonruimte mits:
-
Een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;
-
De afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijgebouwen wordt ingepast met een maximale oppervlakte van 80 m²;
-
Het bijgebouw qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de betreffende (bedrijfs-)woning. De afhankelijke woonruimte gelegen is op maximaal 10 meter afstand van het hoofdgebouw;
-
De afhankelijke woonruimte gelijkvloers wordt uitgevoerd;
-
Het betreffende (deel van het) bijgebouw voldoet aan de eisen die voor woongebouwen gelden zoals het Bouwbesluit en de Bouwverordening;
-
Er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
-
De aanvraag geen betrekking heeft op een bedrijfswoning van een bedrijf met een milieucategorie 3 of hoger.
10.5.4 vervallen ontheffing
De ontheffing verleend op grond van 10.5.3 vervalt, indien de bij het verlenen van de vrijstelling bestaande noodzaak vanuit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.
10.5.5 ontheffing “bed and breakfast”
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 10.1 jo. artikel 7.10 eerste lid Wro ten behoeve van het gebruik van ruimten binnen de woning en/of bijgebouwen bij de woning voor “bed and breakfast” voorzieningen, voor zover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de woonfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
-
Maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen, tot een maximum van 60 m2 voor “bed and breakfast” wordt gebruikt;
-
Degene die de activiteiten in de woning of het bijgebouw zal uitvoeren dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
-
De activiteiten dienen qua aard, milieubelasting, uitstraling en intensiteit te passen in de woonomgeving;
-
De activiteiten mogen geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en geen onevenredige parkeerdruk veroorzaken.
|