direct naar inhoud van Regels

Kom Eersel, eerste herziening

Status: Vastgesteld
Idn: NL.IMRO.0770.BPE2011-VAST

Artikel 39 Algemene aanduidingsregels

 

39.1 Beschermd dorpsgezicht

  1. Ter plaatse van de aanduiding ‘beschermd dorpsgezicht’ zijn de gronden mede bestemd voor het behoud en herstel van de waardevolle elementen, structuren, bebouwing en de bestaande ruimtelijke karakteristiek ingevolge de aanwijzing tot beschermd dorpsgezicht.

  2. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bebouwing, ten behoeve van het behoud en herstel van de waardevolle elementen en structuren en de bestaande ruimtelijke karakteristiek onder andere ingevolge de aanwijzing tot beschermd dorpsgezicht.

  3. Voor de onder b genoemde bebouwing geldt dat deze eisen kunnen worden gesteld conform het aanwijzingsbesluit tot beschermd dorpsgezicht van de minister van CRM d.d. 19 oktober 1967 nr. 139530.

 

39.2 Houtwal

 

39.2.1 Omschrijving

Ter plaatse van de aanduiding ‘houtwal’ zijn de gronden mede bestemd voor de instandhouding en bescherming van de te handhaven houtwallen, houtsingels en/of hagen.

 

39.2.2 Bouwregels

Op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘houtwal’ mogen geen bouwwerken worden opgericht.

 

39.2.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden

  1. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  1. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen of banen en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;

  2. het afgraven, ophogen, en egaliseren van de bodem;

  3. het kappen en/of rooien van bomen en/of houtgewas.

  1. Het onder a vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden welke:

  1. het normale onderhoud betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn;

  2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

  1. De onder a genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de instandhouding en bescherming van de te handhaven houtwallen, houtsingels en/of hagen.

 

39.3 Veiligheidszone – lpg

Op de gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding ’veiligheidszone – lpg’ is geen nieuwbouw van (beperkt) kwetsbare objecten, zoals bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen toegestaan.

 

39.4 Vrijwaringszone - weg

  1. Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - weg' mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen nieuwe bouwwerken worden gebouwd, met uitzondering van bouwwerken ten behoeve van de verkeersgeleiding en vervangende nieuwbouw.

  2. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde onder a voor het bouwen van bouwwerken overeenkomstig de afzonderlijke bestemmingen, mits deze geen onevenredige belemmeringen opleveren voor een mogelijke toekomstige verbreding van de rijksweg. Hiertoe dient advies advies te worden ingewonnen bij de beheerder van de weg.