Plan: Kom Prinsenbeek, uitwerkingsplan Neel-West
Idn: NL.IMRO.0758.BU2009064003-0501
Plantype: gemeentelijke overheid/uitwerkingsplan van bestemmingsplan
Status: Onherroepelijk
Planregels
Op deze pagina vindt u de regels behorende bij het plan Kom Prinsenbeek, uitwerkingsplan Neel-West.

Artikel 8 Waarde - archeologie

 

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Waarde-Archeologie bestemde gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemming (basisbestemming), tevens bestemd voor doeleinden ter bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden.

 

8.2 Bouwregels

Op of in de tot Waarde-Archeologie bestemde gronden is het niet toegestaan te bouwen, met uitzondering van:

  1. gebouwen ter vervanging van bestaande gebouwen, waarbij de bestaande oppervlakte van het gebouw niet wordt vergroot of veranderd en bijbehorende grondwerkzaamheden niet dieper gaan dan 0,50 meter ten opzichte van het maaiveld;

  2. de bouw of uitbreiding van bouwwerken tot een oppervlakte van maximaal 100 m²;
    met dien verstande dat voldaan wordt aan het bepaalde hieromtrent in de basisbestemming.

 

8.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 8.2 indien op basis van een ingesteld archeologisch onderzoek kan worden aangetoond dat ter plaatse waar gebouwd gaat worden geen archeologische waarden als zodanig aanwezig zijn.

 

8.4 Aanlegvergunning

  1. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren mits deze een oppervlakte betreffen van meer dan 100 m²:

    1. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;

    2. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen en aanplanten van gronden en het rooien en/of kappen van bos of andere houtgewassen waarbij de stobben worden verwijderd;

    3. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en andere oppervlakteverhardingen mits dieper dan 0,30 meter wordt ontgraven;

    4. het aanleggen van ondergrondse leidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;

    5. het aanbrengen van constructies die verband houden met bovengrondse leidingen;

    6. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en
      overige waterpartijen;

    7. andere werken die een verandering van de waterhuishouding of het grondwaterpeil tot gevolg hebben, zoals drainage en (onder)bemaling;

    8. alle overige werkzaamheden die de archeologische waarden in het terrein kunnen aantasten en die niet worden gerekend tot het normale gebruik van het terrein.

  2. Aan een vergunning als onder lid a. bedoeld, kunnen voorwaarden worden verbonden indien uit voorafgaand archeologisch onderzoek de aanwezigheid van archeologische waarden is vastgesteld en het om zwaarwichtige redenen niet mogelijk is de archeologische waarden geheel te behouden.

  3. Geen aanlegvergunning is vereist indien uit voorafgaand archeologisch onderzoek is gebleken dat geen archeologische waarden aanwezig zijn en geen archeologische waarden worden aangetast.